8.5.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 124/18


BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 156/2007

van 7 december 2007

tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-overeenkomst

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gelet op de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, gewijzigd bij het Protocol tot aanpassing van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, hierna „de Overeenkomst” genoemd, en met name op artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bijlage II bij de Overeenkomst werd gewijzigd bij Besluit nr. 141/2007 van het Gemengd Comité van de EER van 26 oktober 2007 (1).

(2)

Beschikking 2007/395/EG van de Commissie van 7 juni 2007 betreffende nationale bepalingen inzake het gebruik van kortketenige gechloreerde paraffines waarvan het Koninkrijk der Nederlanden overeenkomstig artikel 95, lid 4, van het EG-Verdrag kennis heeft gegeven (2) moet in de Overeenkomst worden opgenomen,

BESLUIT:

Artikel 1

Na punt 12x (Richtlijn 2006/66/EG van het Europees Parlement en de Raad) van hoofdstuk XV van bijlage II bij de Overeenkomst wordt het volgende punt ingevoegd:

„12y.

32007 D 0395: Beschikking 2007/395/EG van de Commissie van 7 juni 2007 betreffende nationale bepalingen inzake het gebruik van kortketenige gechloreerde paraffines waarvan het Koninkrijk der Nederlanden overeenkomstig artikel 95, lid 4, van het EG-Verdrag kennis heeft gegeven (PB L 148 van 9.6.2007, blz. 17).”.

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van Besluit 2007/395/EG zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 8 december 2007, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de Overeenkomst bedoelde kennisgevingen aan het Gemengd Comité van de EER hebben plaatsgevonden (3).

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 7 december 2007.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Stefán Haukur JÓHANNESSON


(1)  PB L 100 van 10.4.2008, blz. 68.

(2)  PB L 148 van 9.6.2007, blz. 17.

(3)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.