Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 165/2003 van 7 november 2003 tot wijziging van Protocol nr. 31 (Samenwerking op specifieke gebieden buiten de vier vrijheden) bij de EER-overeenkomst
Publicatieblad Nr. L 041 van 12/02/2004 blz. 0069 - 0070
Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 165/2003 van 7 november 2003 tot wijziging van Protocol nr. 31 (Samenwerking op specifieke gebieden buiten de vier vrijheden) bij de EER-overeenkomst HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER, Gelet op de overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, aangepast bij het Protocol tot aanpassing van de overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, hierna "de overeenkomst" genoemd, met name op artikelen 86 en 98, Overwegende hetgeen volgt: (1) Protocol nr. 31 bij de overeenkomst werd gewijzigd bij Besluit nr. 47/2000 van het Gemengd Comité van de EER van 22 mei 2000(1). (2) De samenwerking tussen de partijen bij de overeenkomst werd bij Besluit nr. 47/2000 van het Gemengd Comité van de EER van 22 mei 2000 uitgebreid met het oog op de ondersteuning, voor een periode van vijf jaar, van maatregelen gericht op vermindering van de economische en sociale ongelijkheden tussen de regio's, teneinde aldus een aanhoudende en evenwichtige uitbreiding van de commerciële en economische betrekkingen tussen de overeenkomstsluitende partijen te bevorderen. Met het oog daarop werd voor de periode 1999-2003 een financieel instrument ingesteld. (3) In clausule 10, punt 2, van aanhangsel 4 (Financieel Instrument van de EER - Implementatievoorwaarden) van Protocol nr. 31 bij de overeenkomst wordt bepaald dat de begunstigde staat het projectontwerp voorlegt aan de Commissie en het comité van het Financieel Instrument voor een voorlopig advies betreffende de geschiktheid van het concept. (4) Het comité dient, naar aanleiding van een met redenen omkleed verzoek van een begunstigde staat, de mogelijkheid te hebben het voorlopigadviesstadium over te slaan wanneer dat op basis van objectieve criteria kan worden gemotiveerd, BESLUIT: Artikel 1 Clausule 10 van aanhangsel 4 (Financieel Instrument van de EER - Implementatievoorwaarden) van Protocol nr. 31 bij de overeenkomst wordt als volgt gewijzigd: 1. Aan punt 2 wordt het volgende toegevoegd: "Het comité kan, naar aanleiding van een met redenen omkleed verzoek van een begunstigde staat en op basis van objectieve criteria, het voorlopigadviesstadium overslaan.". 2. In punt 3 wordt de eerste zin vervangen door: "In het geval van een positief voorlopig advies of indien dat stadium van de procedure wordt overgeslagen, verzoekt de projectpromoter de EIB om een beoordeling van het project.". Artikel 2 Dit besluit treedt in werking op de dag volgende op die van de laatste kennisgeving aan het Gemengd Comité van de EER(2) zoals bedoeld in artikel 103, lid 1, van de overeenkomst. Artikel 3 Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie. Gedaan te Brussel, 7 november 2003. Voor het Gemengd Comité van de EER De voorzitter Z.D.H. Prins Nikolaus von Liechtenstein (1) PB L 174 van 13.7.2000, blz. 59. (2) Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.