Besluit van het Gemengd Comité van de EER

nr. 3/2000

van 4 februari 2000

tot wijziging van de bijlagen II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) en XIII (Vervoer) bij de EER-overeenkomst

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gelet op de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, aangepast bij het Protocol tot aanpassing van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, hierna "de overeenkomst" genoemd, inzonderheid op artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1) Bijlage II bij de overeenkomst werd gewijzigd bij Besluit nr. 82/98 van het Gemengd Comité van de EER(1).

(2) Bijlage XIII bij de overeenkomst werd gewijzigd bij Besluit nr. 178/1999 van het Gemengd Comité van de EER(2).

(3) Richtlijn 1999/36/EG van de Raad van 29 april 1999 betreffende vervoerbare drukapparatuur(3) dient in de overeenkomst te worden opgenomen.

(4) Richtlijn 1999/36/EG heeft tot doel zowel de veiligheid van vervoerbare drukapparatuur te verhogen als het vrije verkeer van dergelijke apparatuur te verzekeren en dient derhalve zowel in bijlage II als in bijlage XIII van de overeenkomst te worden opgenomen,

BESLUIT:

Artikel 1

In hoofdstuk VIII van bijlage II bij de overeenkomst wordt na punt 6a (Richtlijn 97/23/EG van het Europees Parlement en de Raad) het volgende punt ingevoegd: "6b. 399 L 0036: Richtlijn 1999/36/EG van de Raad van 29 april 1999 betreffende vervoerbare drukapparatuur (PB L 138 van 1.6.1999, blz. 20).".

Artikel 2

In bijlage XIII bij de overeenkomst wordt na punt 17e (Richtlijn 94/55/EG van de Raad) het volgende punt ingevoegd: "17f. 399 L 0036: Richtlijn 1999/36/EG van de Raad van 29 april 1999 betreffende vervoerbare drukapparatuur (PB L 138 van 1.6.1999, blz. 20).".

Artikel 3

In bijlage XIII bij de overeenkomst wordt na punt 42b (Richtlijn 96/49/EG van de Raad) het volgende punt ingevoegd: "42c. 399 L 0036: Richtlijn 1999/36/EG van de Raad van 29 april 1999 betreffende vervoerbare drukapparatuur (PB L 138 van 1.6.1999, blz. 20).".

Artikel 4

De aan de respectieve taalversies van dit besluit gehechte teksten in de IJslandse en de Noorse taal van Richtlijn 1999/36/EG zijn authentiek.

Artikel 5

Dit besluit treedt in werking op 5 februari 2000, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de overeenkomst bedoelde kennisgevingen aan het Gemengd Comité van de EER(4) hebben plaatsgevonden.

Artikel 6

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Gedaan te Brussel, 4 februari 2000.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

F. Barbaso

(1) PB L 189 van 22.7.1999, blz. 52.

(2) PB L 61 van 1.3.2001.

(3) PB L 138 van 1.6.1999, blz. 20.

(4) Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.