21994D0115(02)

Besluit nr. 2/93 van de Gemengde Commissie EEG-EVA "Gemeenschappelijk Douanevervoer" van 23 september 1993 houdende wijziging van aanhangsel II bij de Overeenkomst van 20 mei 1987 betreffende een gemeenschappelijke regeling inzake douanevervoer

Publicatieblad Nr. L 012 van 15/01/1994 blz. 0033 - 0038


BESLUIT Nr. 2/93 VAN DE GEMENGDE COMMISSIE EEG-EVA "GEMEENSCHAPPELIJK DOUANEVERVOER"

van 23 september 1993 houdende wijziging van aanhangsel II bij de Overeenkomst van 20 mei 1987 betreffende een gemeenschappelijke regeling inzake douanevervoer (94/17/EEG)

DE GEMENGDE COMMISSIE,

Gelet op de Overeenkomst van 20 mei 1987 betreffende een gemeenschappelijke regeling inzake douanevervoer (1), inzonderheid op artikel 15, lid 3, onder a),

Overwegende dat aanhangsel II van de Overeenkomst nadere bepalingen betreffende, onder meer, de zekerheidstelling bevat;

Overwegende dat, gezien de ontwikkelingen met betrekking tot het vervoer van bepaalde soorten goederen dat grote risico's inhoudt, de bepalingen inzake zekerheidstelling welke in de Europese Economische Gemeenschap van toepassing zijn, onlangs werden gewijzigd ten einde de werking ervan te verbeteren;

Overwegende dat in de bepalingen betreffende de vereenvoudigde procedure voor lucht- of zeevervoer een aantal wijzigingen werd aangebracht; dat aanhangsel II bij de Overeenkomst dienovereenkomstig dient te worden aangepast,

BESLUIT:

Artikel 1

Aanhangsel II van de Overeenkomst wordt als volgt gewijzigd:

1. In hoofdstuk II "Zekerheidstelling" van titel IV "Bepalingen betreffende de toepassing van de T 1- en de T 2-regeling" wordt na de woorden "Afdeling 2: doorlopende zekerheid" de volgende tekst ingevoegd:

"Toepassing van het systeem van de doorlopende zekerheid

Artikel 34 bis

Wanneer T 1-transacties in verband met goederen die uit derde landen in de betrokken landen worden ingevoerd en die zijn opgenomen in bijlage VIII bis een uitzonderlijk gevaar voor fraude opleveren, kan op verzoek van een of meer overeenkomstsluitende partijen de toepassing van het systeem van de doorlopende zekerheid voor deze goederen bij besluit van de Gemengde Commissie tijdelijk worden verboden.

Het besluit van de Gemengde Commissie om de doorlopende zekerheid te verbieden, wordt genomen door middel van de versnelde schriftelijke procedure die, indien geen enkele overeenkomstsluitende partij bezwaar heeft aangetekend, uiterlijk vijf werkdagen na de datum van ontvangst van het ontwerp-besluit afloopt.

Zodra de bovenbedoelde schriftelijke procedure is ingeleid nemen de overeenkomstsluitende partijen de maatregelen die noodzakelijk zijn om de doelstelling van het voorgestelde besluit te verwezenlijken.

De goederen kunnen gedurende een periode van zes maanden van het systeem van de doorlopende zekerheid worden uitgesloten, tenzij de Gemengde Commissie besluit deze periode te verlengen.

Bedrag van de doorlopende zekerheid

Artikel 34 ter

Onverminderd de bepalingen van artikel 34 bis van dit aanhangsel wordt het bedrag van de doorlopende zekerheid als volgt vastgesteld:

1. Het bedrag van de doorlopende zekerheid wordt vastgesteld op ten minste 30 % van de verschuldigde rechten en andere heffingen, hetzij overeenkomstig het bepaalde in punt 4, hetzij volgens een andere berekeningsmethode die hetzelfde resultaat oplevert.

2. De doorlopende zekerheid wordt vastgesteld op een bedrag dat gelijk is aan het totale bedrag van de verschuldigde rechten en andere heffingen, hetzij overeenkomstig het bepaalde in punt 4, hetzij volgens een andere berekeningsmethode die hetzelfde resultaat oplevert, wanneer de zekerheid wordt gesteld ter dekking van T 1-transacties die betrekking hebben op goederen:

- die in de betrokken landen worden ingevoerd,

- die voorkomen op de lijst van bijlage VIII bis van dit aanhangsel, en - waarop een besluit van de Gemengde Commissie van toepassing is dat door middel van de versnelde schriftelijke procedure werd genomen en waarbij de overeenkomstsluitende partijen zijn overeengekomen dat de regelingen voor douanevervoer een verhoogd gevaar voor fraude opleveren.

Zodra bovenbedoelde schriftelijke procedure is ingeleid nemen de overeenkomstsluitende partijen de nodige maatregelen om de doelstelling van het voorgestelde besluit te verwezenlijken.

De bevoegde autoriteiten van de betrokken landen kunnen de doorlopende zekerheid echter vaststellen op een bedrag dat gelijk is aan 50 % van de verschuldigde rechten en andere heffingen, voor personen:

- die gevestigd zijn in het land waar de zekerheid wordt gesteld,

- die regelmatig van de regeling voor gemeenschappelijk douanevervoer gebruik maken,

- wier financiële situatie hen in staat stelt hun verbintenissen na te komen,

en

- die geen ernstige inbreuken op de douane- of belastingwetgeving hebben gepleegd.

Bij toepassing van deze alinea brengt het kantoor van zekerheidstelling in vak 7 van het in artikel 35 van dit aanhangsel bedoelde certificaat van borgtocht één van de volgende vermeldingen aan:

- aplicación del párrafo segundo del apartado 2 del artículo 34 ter del apéndice II del Convenio de 20 de mayo de 1987

- anvendelse af artikel 34b, stk. 2, andet afsnit af tillaeg II til konventionen af 20. maj 1987

- Anwendung von Artikel 34b Absatz 2 zweiter Unterabsatz der Anlage II des UEbereinkommens vom 20. Mai 1987

- aaoeáñìïãÞ ôïõ UEñèñïõ 34â ðáñUEãñáoeïò 2 aeaaýôaañï aaaeUEoeéï ôïõ ðñïóáñôÞìáôïò ÉÉ ôçò óýìâáóçò ôçò 20Þò ÌáÀïõ 1987

- application of the second subparagraph of Article 34B (2) of Appendix II of the Convention of 20 May 1987

- application de l'article 34 ter paragraphe 2 deuxième alinéa de l'appendice II de la convention du 20 mai 1987

- applicazione dell'articolo 34 ter, paragrafo 2, secondo comma dell'appendice II della Convenzione del 20 maggio 1987

- toepassing van artikel 34 ter, lid 2, tweede alinea, van aanhangsel II bij de Overeenkomst van 20 mei 1987

- aplicação do ponto 2, segundo parágrafo, do artigo 34ºB do apêndice II da convenção de 20 de Maio de 1987

- 20. aeivaenae toukokuuta 1987 tehdyn yleissopimuksen II liiteen 34 b artiklan 2 kohdan toista alakohtaa sovellettu

- Beiting b-liðar 2. mgr. 2. toelul. 34. gr. II viðbaetis við samninginn frá 20. maí 1987

- anvendelse av Artikkel 34 b, paragraf 2, andre avsnitt av vedlegg II til konvensjonen av 20. mai 1987

- tillaempning av artikel 34 b, punkten 2, andra stycket, i bilaga II til konventionen av 20. mai 1987.

3. Wanneer de aangifte voor gemeenschappelijk douanevervoer ook betrekking heeft op andere goederen dan die waarop punt 2 van dit artikel van toepassing is, worden de bepalingen betreffende het bedrag van de doorlopende zekerheid toegepast alsof van iedere categorie goederen afzonderlijk aangifte is gedaan.

Er wordt evenwel geen rekening gehouden met goederen, van een van beide categorieën, waarvan de hoeveelheid of de waarde relatief onbeduidend is.

4. Voor de toepassing van dit artikel raamt het kantoor van zekerheidstelling per week:

- het aantal zendingen,

- het bedrag van de verschuldigde rechten en heffingen, op basis van de hoogste heffingsvoet die in een van de betrokken landen van toepassing is.

Deze raming wordt gemaakt aan de hand van de handelsdocumenten en boekhoudkundige bescheiden van de belanghebbende met betrekking tot de tijdens het afgelopen jaar vervoerde goederen, waarna het verkregen bedrag wordt gedeeld door 52.

Voor beginnende ondernemers raamt het kantoor van zekerheidstelling, in samenwerking met de belanghebbende, aan de hand van de reeds beschikbare gegevens de hoeveelheid en de waarde van de tijdens een bepaalde periode vervoerde goederen, evenals de heffingen welke daarop van toepassing zijn. Het kantoor van zekerheidstelling raamt door extrapolatie de waarde en de verschuldigde rechten van de goederen die gedurende een periode van één week zullen worden vervoerd.

Indien de aangever voor de in bijlage VIII bis vermelde goederen gebruik maakt van het systeem van de doorlopende zekerheid, stelt het kantoor van zekerheidstelling een jaarlijks onderzoek in naar het bedrag van de doorlopende zekerheid, in het bijzonder rekening houdend met de inlichtingen die van de kantoren van vertrek zijn verkregen, en past het dit bedrag indien nodig aan.".

2. Artikel 41, lid 2, wordt vervangen door:

"2. Wanneer het vervoer van goederen wegens daaraan inherente omstandigheden een verhoogd risico met zich brengt waarvoor de zekerheid van 7 000 ecu ontoereikend is, eist het kantoor van vertrek een hogere zekerheid, die een veelvoud van 7 000 ecu bedraagt, ter dekking van de invoerrechten en andere heffingen die voor de totale hoeveelheid te verzenden goederen verschuldigd zijn.".

3. Na artikel 45 wordt de volgende afdeling 4 ingevoegd:

"Afdeling 4

Zekerheidstelling voor een enkele aangifte

BEDRAG VAN DE ZEKERHEID

Artikel 45 bis

Het bedrag van de voor een enkele aangifte gestelde zekerheid ter dekking van T 1-transacties met goederen die ingevolge het bepaalde van artikel 34 bis van de doorlopende zekerheid zijn uitgesloten en die in bijlage VIII van dit aanhangsel zijn opgenomen, wordt aan de hand van het bepaalde in deze bijlage berekend.".

4. In artikel 52, lid 11, onder a), derde alinea, en in artikel 56, lid 2, tweede alinea, en lid 11, onder a), derde alinea, worden de woorden "binnen twee maanden" vervangen door de woorden "binnen zestig dagen".

Artikel 2

Bijlage VIII bij aanhangsel II van de Overeenkomst wordt vervangen door de tekst van bijlage I bij dit besluit.

Bijlage VIII bis wordt toegevoegd aan aanhangsel II van de Overeenkomst; de tekst stemt overeen met de tekst van bijlage II bij dit besluit.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 1 januari 1994.

Gedaan te Oslo, 23 september 1993.

Voor de Gemengde Commissie De Voorzitter Jan SOLBERG

BIJLAGE I

"BIJLAGE VIII

LIJST VAN GOEDEREN WAARVAN HET VERVOER AANLEIDING KAN GEVEN TOT EEN VERHOGING VAN DE ZEKERHEIDSTELLING VOOR EEN VAST BEDRAG

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

BIJLAGE II

"BIJLAGE VIII BIS

LIJST VAN GOEDEREN VOOR WELKE HET GEBRUIK VAN EEN DOORLOPENDE ZEKERHEIDSTELLING TIJDELIJK VERBODEN KAN WORDEN OF AANLEIDING GEEFT TOT VERHOGING VAN HET BEDRAG VAN DE ZEKERHEID

>RUIMTE VOOR DE TABEL>