Besluit nr. 3/86 van het Gemengd Comité EEG-IJsland van 1 december 1986 houdende aanvulling en wijziging van Protocol nr. 3 betreffende de definitie van het begrip "produkten van oorsprong" en de methoden van administratieve samenwerking, ten einde de documenten betreffende het bewijs van de oorsprong te vereenvoudigen
Publicatieblad Nr. L 100 van 11/04/1987 blz. 0032 - 0036
BESLUIT Nr. 3/86 VAN HET GEMENGD COMITÉ EEG-IJSLAND van 1 december 1986 houdende aanvulling en wijziging van Protocol nr. 3 betreffende de definitie van het begrip "produkten van oorsprong" en de methoden van administratieve samenwerking, ten einde de documenten betreffende het bewijs van de oorsprong te vereenvoudigen HET GEMENGD COMITÉ, Gelet op de Overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Republiek IJsland, ondertekend te Brussel op 22 juli 1972, Gelet op Protocol nr. 3 betreffende de definitie van het begrip "produkten van oorsprong" en de methoden van administratieve samenwerking(1), inzonderheid op de artikelen 16 en 28, Overwegende, enerzijds, dat een belangrijke vereenvoudiging van de documenten die de grondslag vormen voor het bewijs van het karakter van oorsprong van de goederen kan worden verwezenlijkt door de verklaring van de exporteur op het formulier EUR. 2 te vervangen door een verklaring van de exporteur op de factuur; Overwegende, anderzijds, dat de formaliteiten voor de afgifte van het certificaat inzake goederenverkeer EUR. 1 aanzienlijk kunnen worden verlicht voor de exporteurs die vaak goederen exporteren waarvan het karakter van oorsprong geacht wordt gedurende een lange periode ongewijzigd te blijven, door het invoeren van een "lange-termijncertificaat EUR. 1", dat voor maximaal één jaar geldig is; Overwegende dat moet worden vastgesteld onder welke voorwaarden en op welke wijze deze vereenvoudigingen en verlichtingen tot stand komen, BESLUIT: Artikel 1 Protocol nr. 3 bij de Overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Republiek IJsland wordt als volgt gewijzigd: 1. artikel 8, lid 1, wordt vervangen door: "1. Produkten van oorsprong in de zin van dit Protocol worden bij invoer in de Gemeenschap of in IJsland volgens de bepalingen van de Overeenkomst toegelaten op vertoon van: a) hetzij een certificaat inzake goederenverkeer EUR. 1, hierna te noemen "certificaat EUR. 1", of een certificaat EUR. 1 dat geldig is voor een langere periode en facturen die naar zulk een certificaat verwijzen. Het model van het certificaat EUR. 1 is opgenomen in bijlage V van dit Protocol; b) hetzij een factuur die de in bijlage VI van dit Protocol bedoelde verklaring van de exporteur behelst, voor zover de uit één of meerdere colli bestaande zending produkten van oorsprong bevat waarvan de totale waarde niet meer bedraagt dan 4 000 Ecu."; 2. artikel 10, lid 4, vervalt; de leden 5 en 6 worden vernummerd tot 4 en 5; 3. artikel 13 wordt vervangen door: "Artikel 13 1. In afwijking van artikel 9, leden 1 tot en met 7, en artikel 10, leden 1, 4 en 5, van dit Protocol, wordt een vereenvoudigde procedure voor de afgifte van het certificaat EUR. 1 toegepast, zulks volgens onderstaande bepalingen. 2. De douaneautoriteiten van het land van uitvoer kunnen aan elke exporteur, hierna te noemen "toegelaten exporteur", die veelvuldig uitvoertransacties verricht waarvoor certificaten EUR. 1 kunnen worden afgegeven en die ten genoegen van de douaneautoriteiten alle waarborgen biedt voor het controleren van de oorsprong van de goederen, vergunning verlenen om op het ogenblik van de uitvoer aan het douanekantoor van het land van uitvoer noch de goederen aan te bieden, noch de aanvraag tot afgifte van een certificaat EUR. 1 voor deze goederen over te leggen, ten einde de afgifte mogelijk te maken van een certificaat EUR. 1 overeenkomstig de voorwaarden van artikel 9, leden 1 tot en met 4, van dit Protocol. 3. Bovendien kunnen de douaneautoriteiten een toegelaten exporteur vergunning verlenen om certificaten EUR. 1 op te maken die geldig zijn voor een periode van maximaal één jaar, te rekenen vanaf de datum van afgifte, hierna te noemen "LT-certificaten". De vergunning wordt slechts verleend wanneer het karakter van oorsprong van de goederen geacht wordt ongewijzigd te blijven gedurende de periode van geldigheid van het LT-certificaat. Indien het LT-certificaat niet meer van toepassing is op één of meer categorieën goederen, moet de toegelaten exporteur de douaneautoriteiten die de vergunning hebben verleend, hiervan onverwijld op de hoogte stellen. 4. De douaneautoriteiten van het land van uitvoer mogen bepaalde categorieën goederen van de in de leden 2 en 3 genoemde faciliteiten uitsluiten. 5. De douaneautoriteiten weigeren de in de leden 2 en 3 bedoelde vergunningen aan een exporteur die niet alle door deze autoriteiten nodig geachte waarborgen biedt. De douaneautoriteiten kunnen de vergunning op elk ogenblik intrekken. Zij moeten dit doen wanneer niet meer wordt voldaan aan de voorwaarden waaronder de vergunning is verleend, of wanneer een toegelaten exporteur deze waarborgen niet meer biedt. 6. In de in lid 2 bedoelde vergunning wordt naar keuze van de douaneautoriteiten bepaald dat vak 11 "Visum van de douane" van het certificaat EUR. 1: a) hetzij van tevoren moet worden voorzien van de afdruk van het stempel van het bevoegde douanekantoor van het land van uitvoer, alsmede van de geschreven of anderszins aangebrachte handtekening van een ambtenaar van dit kantoor; b) hetzij door de toegelaten exporteur moet worden voorzien van de afdruk van een speciaal stempel dat door de douaneautoriteiten van het land van uitvoer is goedgekeurd en overeenkomt met het model in bijlage VII van dit Protocol; deze stempelafdruk mag ook van tevoren op de formulieren worden gedrukt. Vak 11 "Visum van de douane" van het certificaat EUR. 1 wordt eventueel door de toegelaten exporteur ingevuld. 7. In het in lid 6, onder a), bedoelde geval wordt in vak 7 "Opmerkingen" van het certificaat EUR. 1 één van de volgende vermeldingen aangebracht: "Vereenvoudigde procedure", "Procédure simplifiée", "Forenklet procedure", "Vereinfachtes Verfahren ", "ÁðëïõóôåõìÝíç äéáäéêáóßá ", "Simplified procedure ", "Procedura semplificata "Procedimiento Simplificado", "Yksinkertaistettu menettely", "Einföldun afgreidslu", "Forenklet prosedyre", "Procedimento simplificado", "Förenklad procedur". De toegelaten exporteur vermeldt in voorkomend geval in vak 13 "Verzoek om controle" van het certificaat EUR. 1, naam en adres van de douaneautoriteiten die bevoegd zijn om het certificaat EUR. 1 te controleren. In het in lid 3 bedoelde geval brengt de toegelaten exporteur in vak 7 van het certificaat EUR. 1 bovendien één van de volgende vermeldingen aan: "LT-certificaat geldig tot en met ... ", (datum in Arabische cijfers), "LT-certifikat gyldigt indtil ... ", "LT-Certificat gültig bis ... ", "ðéóôïðïéçôéêü LT éó÷ýïí ìÝ÷ñé ... ", "LT certificate valid until ... ", "certificato LT valido fino a ... ", "certificat LT valable jusqu'au ... " "LT [sacute]krírteini gildir til ... ", "certificado LT válido hasta el ... ", "LT-certifikät gyldig intil ... ", "LT-todistus voimassa ... saakka ", "LT certifikat giltigt till ... ", "certificado LT válido até ... ", alsmede de verwijzing naar de vergunning op grond waarvan het LT-certificaat wordt afgegeven.
De toegelaten exporteur is niet verplicht om in de vakken 8 en 9 van het LT-certificaat de merken en de nummers, het aantal en de aard van de colli en het brutogewicht (kg) of andere maatstaven (1, m³, enz.) aan te geven. Vak 8 moet evenwel een omschrijving en een aanduiding bevatten die voldoende bijzonderheden omtrent de goederen behelzen om identificatie mogelijk te maken. 8. De douaneautoriteiten geven in de in de leden 2 en 3 bedoelde vergunningen met narre aan:
a) onder welke voorwaarden de aanvragen om certificaten EUR. 1 of LT-certificaten worden opgemaakt;
b) onder welke voorwaarden deze aanvragen en een afschrift van de LT-certificaten, alsmede de facturen die verwijzen naar het LT-certificaat, gedurende ten minste twee jaar worden bewaard; bij de LT-certificaten of de facturen die naar de LT-certificaten verwijzen, varigt deze periode aan op de datum waarop de geldigheidstermijn van het LT-certificaat verstrijkt. Deze bepalingen zijn eveneens van toepassing op de certificaten EUR. 1 of de LT-certificaten en de facturen die verwijzen naar de LT-certificaten welke worden gebruikt onder de in artikel 9, lid 3, tweede alinea, van dit Protocol vastgestelde voorwaarden; c) in de in lid 6, onder b), bedoelde gevallen, welke douaneautoriteiten bevoegd zijn om de in artikel 17 bedoelde controles a posteriori te verrichten. De douaneautoriteiten van het land van uitvoer kunnen voorschrijven dat bij de vereenvoudigde procedure certificaten EUR. 1 en LT-certificaten dienen te worden gebruikt die ter individualisering van een herkenningsteken zijn voorzien. 9. De toegelaten exporteur kan verplicht worden de douaneautoriteiten op de wijze die deze bepalen, over zijn zendingen in te lichten, zodat het bevoegde douanekantoor eventueel een controle kan uitvoeren voordat de goederen worden verzonden.
10. In afwijking van het bepaalde in artikel 12, leden 1 en 3, moet een LT-certificaat op het douanekantoor van invoer worden overgelegd, uiterlijk op het ogenblik waarop de eerste invoer van de goederen waarop: dit certificaat van toepassing is, plaatsvindt. Wanneer de importeur de invoerformaliteiten op meerdere douanekantoren van het land van invoer vervult, kunnen de douaneautoriteiten hem vragen op elk van deze kantoren een afschrift van het LT-certificaat over te leggen. 11. Wanneer een LT-certificaat aan de douaneautoriteiten is overgelegd, wordt het bewijs van het karakter van oorsprong van de ingevoerde goederen gedurendede periode waarin dit certificaat geldig is, geleverd door facturen die aan de volgende voorwaarden voldoen:
a) wanneer op een factuur zowel produkten van oorsprong uit de Gemeenschap of uit één der in artikel 2, lid 1, van dit Protocol bedoelde landen, als produkten die niet van oorsprong zijn, staan vermeld, dient de exporteur duidelijk onderscheid te maken tussen deze twee categorieën;
b) de exporteur dient op iedere factuur het nummer van het LT-certificaat te vermelden dat op de goederen betrekking heeft, alsmede de uiterste datum van geldigheid van voornoemd certificaat en het (de) land(en) waaruit deze goederen van oorsprong zijn.
Het aanbrengen door de exporteur op de factuur van het nummer van het LT-certificaat met de aanduiding van het land van oorsprong geldt als verklaring dat de goederen voldoen aan de in dit Protocol gestelde voorwaarden voor de verkrijging van de preferentiële oorsprong in het handelsverkeer tussen de Gemeenschap en IJsland; c) de omschrijving en de aanduiding van de goederen op de facturen moeten zo nauwkeurig zijn dat duidelijk wordt dat de goederen eveneens op het LT-certificaat voorkomen waarnaar de facturen verwijzen;
d) de facturen kunnen slechts worden opgemaakt voor goederen die worden uitgevoerd gedurende de geldigheidsperiode van het LT-certificaat waarnaar zij verwijzen. Zij kunnen echter worden overgelegd op het douanekantoor van de plaats van invoer binnen een termijn van vier maanden, te rekenen vanaf de datum waarop zij door de exporteur zijn opgemaakt. 12. In het kader van de vereenvoudigde procedure inzake het LT-certificaat worden de facturen die voldoen aan de in lid 11 bedoelde voorwaarden en die aan de importeur worden gezonden met behulp van
telecommunicatiemiddelen of computers, door de douane van het land van invoer aanvaard als bewijs van het karakter van oorsprong van de ingevoerde goederen, overeenkomstig de door de douaneautoriteiten van dat land vastgestelde modaliteiten.
13. Dit artikel doet geen afbreuk aan de toepassing van de in de Gemeenschap, in de Lid-Staten en in IJsland bestaande voorschriften inzake douaneformaliteiten en gebruik van douanedocumenten.
14. Wanneer de douaneautoriteiten van het land van uitvoer vaststellen dat een certificaat en/of een factuur die daarnaar verwijst, niet geldt voor goederen die zijn geleverd overeenkomstig de voorwaarden van dit artikel, stellen zij de douaneautoriteiten van her land van invoer hiervan onmiddellijk in kennis."; 4. artikel 14 wordt vervangen door: "Artikel 14
De in artikel 8, lid 1, onder b), bedoelde verklaring wordt door de exporteur opgemaakt overeenkomstig de in bijlage VI van dit Protocol voorgeschreven vorm in een der talen waarin de Overeenkomst is opgesteld. Zij wordt met de machine geschreven of door middel van één stempel gedrukt en voorzien van een geschreven handtekening. De exporteur dient een afschrift van de factuur met deze verklaring ten minste twee jaar te bewaren.";
5. het volgende artikel wordt ingevoegd: "Artikel 15 bis 1. De exporteur of zijn vertegenwoordiger voegt bij zijn aanvraag om een certificaat EUR. 1 elk dienstig bewijsstuk waarmee kan worden aangetoond dat de uit te voeren goederen in aanmerking kunnen komen voor de afgifte van een certificaat EUR. 1.
Hij is verplicht om op verzoek van de bevoegde autoriteiten alle verdere bewijsstukken over te leggen die deze nodig achten om de juistheid van het karakter van oorsprong van de voor het preferentiële stelsel in aanmerking komende goederen te kunnen vaststellen, alsmede iedere controle door voornoemde autoriteiten van zijn administratie en van de omstandigheden waaronder deze goederen zijn verkregen te aanvaarden.
2. De exporteur dient de in lid 1 bedoelde bewijsstukken gedurende ten minste twee jaar te bewaren. 3. De bepalingen in de leden 1 en 2 zijn mutatis mutandis van toepassing bij gebruik van de in artikel 13, leden 2 en 3, bedoelde procedures en van de in artikel 8, lid 1, onder b), bedoelde verklaring."; 6. artikel 16 wordt als volgt gewijzigd: a) in lid 1 worden de woorden "van de op de formulieren EUR. 2 voorkomende verklaring van de exporteurs" vervangen door "van de door de exporteurs op de facturen aangebrachte varklaringen"; b) de tweede alinea van lid 4 vervalt; 7. artikel 17 wordt als volgt gewijzigd: a) in lid 1 worden de woorden "formulieren EUR. 2" vervangen door "door de exporteurs op de factuur aangebrachte varklaringen"; b) lid 2 wordt vervangen door: "2. Voor de toepassing van lid 1, zenden de douaneautoriteiten van het land van invoer het certificaat EUR. 1 en de factuur indien ze werd overgelegd, de factuur die verwijst naar het LT-certificaat, de factuur met de verklaring van de exporteur of een kopie van voornoemde documenten terug aan de douaneautoriteiten van het land van uitvoer; zij vermelden eventueel de materiële of formele reden die een onderzoek rechtvaardigen.
Ter ondersteuning van de aanvraag om controle a posteriori verstrekken zij alle verkregen documenten of inlichtingen die doen vermoeden dat de op het certificaat EUR. 1 of de factuur vermelde gegevens onjuist zijn.
Indien zij besluiten de toepassing van de Overeenkomst op te schorten, in afwachting van de resultaten van de controle, stellen de douaneautoriteiten van het land van invoer de importeur voor de goederen vrij te geven onder voorbehoud van de noodzakelijk geachte conservatoire maatregelen.";
c) in lid 3, eerste alinea, worden de woorden "of het betwiste certificaat EUR. 1 of formulier EUR. 2 geldt" vervangen door "of de in lid 2 bedoelde teruggezonden documenten galden";
8. in artikel 23, lid 1, eerste alinea, worden de woorden -een certificaat EUR. 1 of een formulier EUR. 2" vervangen door "een certificaat EUR. 1, een LT-certificaat of een factuur die daarnaar verwijst, of een factuur met de verklaring van de exporteur";
9. in bijlage I wordt de volgende verklarende aantekening ingevoegd:
"Aantekening 6 bis - ad artikel 8, lid 1
De mogelijkheid om, overeenkomstig dit Protocol, de factuur te gebruiken als bewijs van het karakter van oorsprong van de goederen geldt eveneens voor de vrachtbrief of elk ander handelsdocument dat voldoende bijzonderheden omtrent de betrokken goederen bevat om de identificatie mogelijk te maken.
Met betrekking tot goederen die per post worden verzonden en worden beschouwd als invoer waaraan ieder handelskarakter vreemd is in de zin van artikel 8, lid 2, kan de verklaring betreffende de oorsprong ook worden afgelegd op de douaneaangifte C2 / CP3 of op een daarbij gevoegd blad.";
10. in de verklarende aantekening 8, derde alinea, worden de woorden "waarvoor een certificaat inzake goederenverkeer EUR. 1 wordt afgegeven of een formulier EUR. 2 wordt opgesteld" vervangen door "waarvoor een certificaat inzake goederenverkeer EUR. 1, een LT-certificaat of een factuur die daarnaar verwijst, dan wel een factuur met de verklaring van de exporteur wordt afgegeven respectievelijk opgesteld"; 11. bijlage VI wordt vervangen door de bijlage bij dit besluit.
Artikel 2 De formulieren EUR. 2 die voldoen aan de voorwaarden van artikel 8, lid 1, onder b), en artikel 14 van Protocol nr. 3 van de Overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Republiek IJsland die op 30 juni 1987 van kracht is, mogen tot en met 30 juni 1988 verder worden opgemaakt en aanvaard.
Artikel 3 Dit besluit treedt in werking op 1 juli 1987. Gedaan te Brussel, 1 december 1986.
Voor het Gemengd Comité De Voorzitter P. BENAVIDES
(1)PB nr. L 323 van 11. 12. 1984, blz. 4. BIJLAGE "BIJLAGE VI Verklaring als bedoeld in artikel 8, lid 1, onder b) Ondergetekende, exporteur van de goederen waarop dit document van toepassing is, verklaart dat deze goederen, behoudens andersluidende vermelding(1), voldoen aan de voorwaarden die zijn gesteld om het karakter van oorsprong te verkrijgen in het preferentieel handelsverkeer met: . . . . . . . . . . . . . . . (2), en van oorsprong zijn uit: . . . . . . . . . . . . . . . (2)(3). . . . . . . . . . . . . . . . (Plaats en datum) . . . . . . . . . . . . . . . (Handtekening) (Achter de handtekening de voluitgeschreven naam van de persoon die de verklaring tekent.) (1) In geval op een factuur ook produkten vermeld staan die niet van oorsprong zijn uit de Gemeenschap, Oostenrijk, Finland, IJsland, Noorwegen, Zweden of Zwitserland, moet de exporteur deze duidelijk aanduiden. (2) De Gemeenschap, Oostenrijk, Finland, IJsland, Noorwegen, Zweden, Zwitserland. (3) Er kan worden verwezen naar een bijzondere kolom van de factuur waarin het land van oorsprong van ieder produkt is vermeld.".