02011A1217(01) — NL — 26.01.2017 — 001.001


Onderstaande tekst dient louter ter informatie en is juridisch niet bindend. De EU-instellingen zijn niet aansprakelijk voor de inhoud. Alleen de besluiten die zijn gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Unie (te raadplegen in EUR-Lex) zijn authentiek. Deze officiële versies zijn rechtstreeks toegankelijk via de links in dit document

►B

MONETAIRE OVEREENKOMST

tussen de Europese Unie en het Vorstendom Andorra

(PB C 369 van 17.12.2011, blz. 1)

Gewijzigd bij:

 

 

Publicatieblad

  nr.

blz.

datum

 M1

BESLUIT VAN DE COMMISSIE van 6 maart 2014 2014/C 73/04

  C 73

7

12.3.2014

 M2

BESLUIT VAN DE COMMISSIE van 8 april 2015 2015/C 115/03

  C 115

4

10.4.2015

 M3

BESLUIT VAN DE COMMISSIE van 26 januari 2016 2016/C 31/06

  C 31

5

28.1.2016

►M4

BESLUIT (EU) 2017/123 VAN DE COMMISSIE van 24 januari 2017

  L 19

42

25.1.2017




▼B

MONETAIRE OVEREENKOMST

tussen de Europese Unie en het Vorstendom Andorra

2011/C 369/01



DE EUROPESE UNIE, vertegenwoordigd door de Europese Commissie,

en

HET VORSTENDOM ANDORRA

overwegende hetgeen volgt:

(1)

Op grond van Verordening (EG) nr. 974/98 van de Raad van 3 mei 1998 is met ingang van 1 januari 1999 de munteenheid van elke lidstaat die deelneemt aan de derde fase van de Economische en Monetaire Unie, waaronder Spanje en Frankrijk, vervangen door de euro.

(2)

Voor de sluiting van deze overeenkomst had het Vorstendom Andorra geen officiële munteenheid en had het geen enkele monetaire overeenkomst met een lidstaat of met een derde land gesloten. De Spaanse en Franse bankbiljetten en –munten hadden in Andorra de status van feitelijk betaalmiddel en werden met ingang van 1 januari 2002 vervangen door eurobankbiljetten en –munten. Het Vorstendom Andorra heeft tevens enkele verzamelaarsmunten in diners uitgegeven.

(3)

Krachtens deze monetaire overeenkomst is de euro de officiële munteenheid van het Vorstendom Andorra Het Vorstendom Andorra heeft bijgevolg het recht om euromunten uit te geven en de verplichting om de status van wettig betaalmiddel toe te kennen aan door het Eurosysteem en de lidstaten waar de euro is ingevoerd, uitgegeven eurobankbiljetten en –munten. Het Vorstendom Andorra dient ervoor te zorgen dat de regels van de Europese Unie met betrekking tot de eurobankbiljetten en –munten, met inbegrip van de regels betreffende de bescherming van de euro tegen valsemunterij, van toepassing zijn op zijn grondgebied.

(4)

Het Vorstendom Andorra beschikt over een aanzienlijke banksector die in nauw verband met de banksector van het eurogebied functioneert. Teneinde een gelijkere behandeling te garanderen, moeten bijgevolg de relevante bancaire en financiële wetgeving van de EU, de wetgeving met betrekking tot de voorkoming van witwassen van geld, de preventie van fraude en vervalsing in verband met andere betaalmiddelen dan contanten, alsook de verplichting statistische gegevens mee te delen, geleidelijk aan toepasselijk worden verklaard in het Vorstendom Andorra.

(5)

Deze overeenkomst verplicht de ECB en de nationale centrale banken niet tot opneming van de financiële instrumenten van het Vorstendom Andorra in de lijst(en) van effecten die voor de monetaire beleidstransacties van het Eurosysteem in aanmerking komen.

(6)

Er dient een gemengd comité samengesteld uit vertegenwoordigers van het Vorstendom Andorra en de Europese Unie, te worden ingesteld om de toepassing van deze overeenkomst te analyseren, het jaarlijkse plafond voor de uitgifte van munten vast te stellen, en de door het Vorstendom Andorra genomen maatregelen tot uitvoering van de relevante EU-wetgeving te beoordelen. De delegatie van de EU dient te zijn samengesteld uit vertegenwoordigers van de Europese Commissie, het Koninkrijk Spanje, de Franse Republiek en de Europese Centrale Bank.

(7)

Het Hof van Justitie van de Europese Unie is de rechterlijke instantie die verantwoordelijk is voor het beslechten van geschillen die uit de toepassing van de overeenkomst kunnen rijzen,

HEBBEN OVEREENSTEMMING BEREIKT OMTRENT HETGEEN VOLGT:



Artikel 1

Het Vorstendom Andorra heeft het recht de euro als zijn officiële munteenheid te gebruiken, in overeenstemming met de Verordeningen (EG) nr. 1103/97 en (EG) nr. 974/98. Het Vorstendom Andorra kent de status van wettig betaalmiddel toe aan eurobankbiljetten en –munten.

Artikel 2

1.  Het Vorstendom Andorra geeft geen bankbiljetten uit. De voorwaarden voor de uitgifte van euromunten vanaf 1 juli 2013 worden in de navolgende artikelen vastgelegd.

2.  Het recht met ingang van 1 juli 2013 euromunten uit te geven is aan de volgende voorwaarden onderworpen:

a) de voorafgaandelijke vaststelling door het Vorstendom Andorra van het geheel van EU-rechtsbesluiten en -regels zoals opgesomd in de bijlage bij deze overeenkomst waarvoor een omzettingstermijn van 12 of 18 maanden vanaf de inwerkingtreding van deze overeenkomst geldt;

b) de ondertekening door het Vorstendom Andorra, uiterlijk 18 maanden na de inwerkingtreding van de overeenkomst, van het multilateraal memorandum van overeenstemming van de Internationale Organisatie van Effectentoezichthouders inzake de raadpleging, de samenwerking en de uitwisseling van informatie.

Artikel 3

Het jaarlijkse plafond (in waardetermen) voor de uitgifte van euromunten door het Vorstendom Andorra wordt door het bij deze overeenkomst ingesteld gemengd comité berekend als de som van de volgende elementen:

 een vast deel, waarvan het initiële bedrag voor 2013 op 2 342 000  EUR is vastgesteld. Het gemengd comité kan het vaste deel jaarlijks herzien om rekening te houden met zowel de inflatie — op basis van de HICP-inflatie van het eurogebied gedurende de twaalf voorafgaande maanden — als met eventuele belangrijke ontwikkelingen die de verzamelaarsmarkt voor euromunten beïnvloeden;

 een variabel deel, dat overeenstemt met de gemiddelde muntuitgifte per hoofd van de bevolking van het eurogebied gedurende de twaalf voorafgaande maanden, vermenigvuldigd met het aantal inwoners van het Vorstendom Andorra.

Artikel 4

1.  De door het Vorstendom Andorra uitgegeven euromunten zijn, wat de nominale waarde, de wettigheid als betaalmiddel, de technische specificaties, de artistieke kenmerken van de gemeenschappelijke zijde en de gemeenschappelijke artistieke kenmerken van de nationale zijde betreft, identiek aan de euromunten die worden uitgegeven door de lidstaten van de Europese Unie die de euro hebben aangenomen.

2.  Het Vorstendom Andorra brengt de ontwerpen van de nationale zijden van zijn euromunten vooraf ter kennis van de Commissie, die verifieert of de EU-voorschriften in acht zijn genomen.

Artikel 5

1.  Door het Vorstendom Andorra uitgegeven euromunten worden door een EU-munt van zijn keuze geslagen, die desalniettemin ervaring dient te hebben met het slaan van euromunten. Als er van contractant veranderd wordt, dient het gemengd comité telkens op de hoogte te worden gebracht.

2.  Ten minste 80 % van de euromuntstukken die voor de circulatie zijn bestemd, worden tegen de nominale waarde ingevoerd. Het gemengd comité kan beslissen dit aandeel te verhogen.

3.  De uitgifte van euromunten voor verzamelaars door het Vorstendom Andorra geschiedt in overeenstemming met de EU-richtsnoeren voor euromunten voor verzamelaars, die met name het gebruik van technische specificaties, artistieke kenmerken en denominaties inhouden op grond waarvan euromunten voor verzamelaars van voor de circulatie bestemde munten kunnen worden onderscheiden.

Artikel 6

1.  De helft van de door het Vorstendom Andorra uitgegeven hoeveelheid euromunten wordt bijgeteld bij de door het Koninkrijk Spanje uitgegeven hoeveelheid munten, terwijl de andere helft wordt bijgeteld bij de door de Franse Republiek uitgegeven hoeveelheid munten, met het oog op de goedkeuring door de Europese Centrale Bank van de totale omvang van de uitgifte van het Koninkrijk Spanje en de Franse Republiek overeenkomstig artikel 128, lid 2, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.

2.  Het Vorstendom Andorra deelt de Europese Commissie, het Koninkrijk Spanje en de Franse Republiek elk jaar vóór uiterlijk 1 september de totale nominale waarde mee van de euromunten die het voornemens is het volgende jaar uit te geven. Het Vorstendom Andorra deelt de Europese Commissie eveneens mee welke de beoogde uitgiftevoorwaarden van deze munten zijn, en met name het aandeel van de euromunten voor verzamelaars alsook de gedetailleerde voorwaarden voor de invoering van voor de circulatie bestemde munten.

Artikel 7

1.  Deze overeenkomst laat het recht van het Vorstendom Andorra om munten voor verzamelaars in diners te blijven uitgeven, onverlet.

2.  De door het Vorstendom Andorra uitgegeven verzamelaarsmunten in diners hebben in de Europese Unie niet de status van wettig betaalmiddel.

Artikel 8

1.  Het Vorstendom Andorra verbindt zich ertoe door middel van directe omzettingen of eventuele gelijkwaardige instrumenten alle passende maatregelen te nemen met het oog op de tenuitvoerlegging van de in de bijlage bij deze overeenkomst vermelde EU-rechtsbesluiten en -regels op het gebied van:

a) eurobankbiljetten en -munten;

b) de bancaire en financiële wetgeving, met name wat de activiteiten en het toezicht van de betreffende instellingen betreft;

c) de voorkoming van witwassen van geld, de preventie van fraude met en de vervalsing van contante en girale betaalmiddelen (waarvoor een samenwerkingsakkoord met Europol dient te worden ondertekend), de regels met betrekking tot medailles en penningen, en de statistische rapportageverplichtingen. Wat de wetgeving inzake de verzameling van statistische gegevens betreft, moeten de gedetailleerde regels inzake de invoering en de technische aanpassingen (waaronder de uitzonderingen die vereist zijn om de specifieke situatie van Andorra in aanmerking te nemen) in overleg met de Europese Centrale Bank worden vastgesteld uiterlijk 18 maanden voor de aanvang van de effectieve verzameling van statistische gegevens;

d) de op grond van artikel 133 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie vastgestelde maatregelen die nodig zijn voor het gebruik van de euro als enige munt;

2.  De in lid 1 bedoelde rechtsbesluiten en -regels worden door het Vorstendom Andorra overeenkomstig de in de bijlage gespecificeerde termijnen ten uitvoer gelegd.

3.  Het Vorstendom Andorra kan om technische bijstand verzoeken van de entiteiten die deel uitmaken van de delegatie van de Europese Unie voor de invoering van de betreffende Europese wetgeving, met name inzake de verzameling van statistieken.

4.  De bijlage wordt door de Commissie jaarlijks, of vaker indien nodig, gewijzigd teneinde met de nieuwe toepasselijke EU-rechtsbesluiten en -regels, alsook met de wijzigingen in de bestaande EU-rechtsbesluiten en -regels rekening te houden Het gemengd comité beslist daarna over passende en redelijke termijnen voor de tenuitvoerlegging door het Vorstendom Andorra van de nieuwe rechtsbesluiten en -regels die aan de bijlage zijn toegevoegd.

5.  In uitzonderlijke omstandigheden kan het gemengd comité een bestaande en in de bijlage vastgelegde termijn herzien.

6.  De herziene bijlage wordt in het Publicatieblad van de Europese Unie bekendgemaakt.

Artikel 9

De kredietinstellingen en, in voorkomend geval, de andere financiële instellingen die hun activiteiten op het grondgebied van het Vorstendom Andorra mogen uitoefenen, hebben toegang tot de interbancaire betalings- en afwikkelingssystemen en effectenafwikkelingssystemen in het eurogebied volgens de regels en voorwaarden die met instemming van de Europese Centrale Bank door de bevoegde autoriteiten van Spanje of Frankrijk worden vastgesteld.

Artikel 10

1.  Het Hof van Justitie van de Europese Unie heeft de exclusieve bevoegdheid voor het beslechten van alle geschillen tussen de partijen die uit de toepassing van deze overeenkomst kunnen rijzen en die niet in het gemengd comité konden worden opgelost.

2.  Indien de Europese Unie, vertegenwoordigd door de Europese Commissie en op aanbeveling van de EU-delegatie in het gemengd comité, of het Vorstendom Andorra van mening is dat de andere partij een uit deze overeenkomst voortvloeiende verplichting niet is nagekomen, kan de zaak aanhangig worden gemaakt bij het Hof van Justitie. Het arrest van het Hof is bindend voor de partijen bij de procedure, die gehouden zijn binnen de door genoemd Hof vastgestelde termijn de maatregelen te nemen die nodig zijn ter uitvoering van het arrest, en er kan tegen het arrest van het Hof geen beroep worden ingesteld.

3.  Ingeval de Europese Unie of het Vorstendom Andorra nalaat om binnen de gestelde termijn de maatregelen te nemen die nodig zijn ter uitvoering van het arrest, kan de andere partij de overeenkomst met inachtneming van een opzeggingstermijn van drie maanden opzeggen.

Artikel 11

1.  Er wordt een gemengd comité ingesteld. Het comité is samengesteld uit vertegenwoordigers van het Vorstendom Andorra en de Europese Unie. De delegatie van de Europese Unie dient te zijn samengesteld uit vertegenwoordigers van de Europese Commissie (die het gemengd comité voorzit), het Koninkrijk Spanje, de Franse Republiek en de Europese Centrale Bank.

2.  Het gemengd comité komt ten minste éénmaal per jaar bijeen. Het voorzitterschap wordt door een vertegenwoordiger van de Europese Unie en een vertegenwoordiger van het Vorstendom Andorra bij toerbeurt uitgeoefend voor een periode van één jaar. Het gemengd comité beslist bij eenparigheid van stemmen.

3.  Het gemengd comité houdt gedachtewisselingen, wisselt informatie uit en neemt de besluiten die in de artikelen 3 en 8 worden vermeld. De delegatie van de Europese Unie brengt het Vorstendom Andorra op de hoogte van wetgevingsvoorstellen van de Europese Unie op de in artikel 8 bedoelde gebieden die momenteel worden besproken. Het gemengd comité onderzoekt daarenboven de door het Vorstendom Andorra genomen maatregelen en tracht eventuele geschillen die uit de tenuitvoerlegging van deze overeenkomst voortvloeien op te lossen.

4.  De Europese Unie is bij de inwerkingtreding van deze overeenkomst overeenkomstig artikel 13 de eerste voorzitter van het gemengd comité.

Artikel 12

Onverminderd artikel 10, lid 3, kan iedere partij deze overeenkomst opzeggen met een opzegtermijn van een jaar.

Artikel 13

Deze overeenkomst treedt in werking op de eerste dag van de tweede maand nadat de partijen elkaar in kennis hebben gesteld van de voltooiing van hun eigen ratificatieprocedure.

Artikel 14

Deze overeenkomst is in vier talen gesloten en ondertekend (Catalaans, Frans, Engels en Spaans), de teksten zijnde in elk van deze talen gelijkelijk authentiek.

Gedaan te Brussel, 30 juni 2011.

Voor de Europese Unie

Olli REHN

Lid van de Europese Commissie

Voor het Vorstendom Andorra

Antoni MARTÍ PETIT

Hoofd van de regering

▼M4

BIJLAGE



 

TOE TE PASSEN WETTELIJKE BEPALINGEN

UITERSTE TOEPASSINGSDATUM

Voorkoming van witwassen van geld

1

Kaderbesluit 2005/212/JBZ van de Raad van 24 februari 2005 inzake de confiscatie van opbrengsten van misdrijven, alsmede van de daarbij gebruikte hulpmiddelen en de door middel daarvan verkregen voorwerpen (PB L 68 van 15.3.2005, blz. 49)

31 maart 2015 (1)

2

Richtlijn 2005/60/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 oktober 2005 tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme (PB L 309 van 25.11.2005, blz. 15)

30 september 2013

 

Gewijzigd bij:

3

Richtlijn 2007/64/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 november 2007 betreffende betalingsdiensten in de interne markt tot wijziging van de Richtlijnen 97/7/EG, 2002/65/EG, 2005/60/EG en 2006/48/EG, en tot intrekking van Richtlijn 97/5/EG (PB L 319 van 5.12.2007, blz. 1)

4

Richtlijn 2008/20/EG van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2008 tot wijziging van Richtlijn 2005/60/EG tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme, wat de aan de Commissie verleende uitvoeringsbevoegdheden betreft (PB L 76 van 19.3.2008, blz. 46)

5

Richtlijn 2009/110/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 september 2009 betreffende de toegang tot, de uitoefening van en het prudentieel toezicht op de werkzaamheden van instellingen voor elektronisch geld, tot wijziging van de Richtlijnen 2005/60/EG en 2006/48/EG en tot intrekking van Richtlijn 2000/46/EG (PB L 267 van 10.10.2009, blz. 7)

6

Richtlijn 2010/78/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 tot wijziging van de Richtlijnen 98/26/EG, 2002/87/EG, 2003/6/EG, 2003/41/EG, 2003/71/EG, 2004/39/EG, 2004/109/EG, 2005/60/EG, 2006/48/EG, 2006/49/EG en 2009/65/EG wat de bevoegdheden van de Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Bankautoriteit), de Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen) en de Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor effecten en markten) betreft (PB L 331 van 15.12.2010, blz. 120)

 

Aangevuld met:

7

Besluit 2000/642/JBZ van de Raad van 17 oktober 2000 inzake een regeling voor samenwerking tussen de financiële inlichtingeneenheden van de lidstaten bij de uitwisseling van gegevens (PB L 271 van 24.10.2000, blz. 4)

8

Kaderbesluit 2001/500/JBZ van de Raad van 26 juni 2001 inzake het witwassen van geld, de identificatie, opsporing, bevriezing, inbeslagneming en confiscatie van hulpmiddelen en van opbrengsten van misdrijven (PB L 182 van 5.7.2001, blz. 1)

9

Verordening (EG) nr. 1889/2005 van het Europees Parlement en de Raad van 26 oktober 2005 betreffende de controle van liquide middelen die de Gemeenschap binnenkomen of verlaten (PB L 309 van 25.11.2005, blz. 9)

10

Richtlijn 2006/70/EG van de Commissie van 1 augustus 2006 tot vaststelling van uitvoeringsmaatregelen van Richtlijn 2005/60/EG van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de definitie van politiek prominente personen en wat betreft de technische criteria voor vereenvoudigde klantenonderzoeksprocedures en voor vrijstellingen op grond van occasionele of zeer beperkte financiële activiteiten (PB L 214 van 4.8.2006, blz. 29)

11

Verordening (EG) nr. 1781/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 15 november 2006 betreffende bij geldovermakingen te voegen informatie over de betaler (PB L 345 van 8.12.2006, blz. 1)

12

Besluit 2007/845/JBZ van de Raad van 6 december 2007 betreffende de samenwerking tussen de nationale bureaus voor de ontneming van vermogensbestanddelen op het gebied van de opsporing en de identificatie van opbrengsten van misdrijven of andere vermogensbestanddelen die hun oorsprong vinden in misdrijven (PB L 332 van 18.12.2007, blz. 103)

13

Richtlijn 2014/42/EU van het Europees Parlement en de Raad van 3 april 2014 betreffende de bevriezing en confiscatie van hulpmiddelen en opbrengsten van misdrijven in de Europese Unie (PB L 127 van 29.4.2014, blz. 39)

1 november 2016 (2)

14

Verordening (EU) 2015/847 van het Europees Parlement en de Raad van 20 mei 2015 betreffende bij geldovermakingen te voegen informatie en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1781/2006 (PB L 141 van 5.6.2015, blz. 1)

1 oktober 2017 (3)

15

Richtlijn (EU) 2015/849 van het Europees Parlement en de Raad van 20 mei 2015 inzake de voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld of terrorismefinanciering, tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Richtlijn 2005/60/EG van het Europees Parlement en de Raad en Richtlijn 2006/70/EG van de Commissie (PB L 141 van 5.6.2015, blz. 73)

1 oktober 2017 (3)

Preventie van fraude en vervalsing

16

Kaderbesluit 2001/413/JBZ van de Raad van 28 mei 2001 betreffende de bestrijding van fraude en vervalsing in verband met andere betaalmiddelen dan contanten (PB L 149 van 2.6.2001, blz. 1)

30 september 2013

17

Verordening (EG) nr. 1338/2001 van de Raad van 28 juni 2001 tot vaststelling van maatregelen die noodzakelijk zijn voor de bescherming van de euro tegen valsemunterij (PB L 181 van 4.7.2001, blz. 6)

30 september 2013

 

Gewijzigd bij:

18

Verordening (EG) nr. 44/2009 van de Raad van 18 december 2008 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1338/2001 tot vaststelling van maatregelen die noodzakelijk zijn voor de bescherming van de euro tegen valsemunterij (PB L 17 van 22.1.2009, blz. 1)

19

Besluit 2001/887/JBZ van de Raad van 6 december 2001 inzake de bescherming van de euro tegen valsemunterij (PB L 329 van 14.12.2001, blz. 1)

30 september 2013

20

Beschikking 2003/861/EG van de Raad van 8 december 2003 betreffende de analyse van valse euromunten en de samenwerking ter zake (PB L 325 van 12.12.2003, blz. 44)

30 september 2013

21

Verordening (EG) nr. 2182/2004 van de Raad van 6 december 2004 betreffende op euromunten lijkende medailles en penningen (PB L 373 van 21.12.2004, blz. 1)

30 september 2013

 

Gewijzigd bij:

22

Verordening (EG) nr. 46/2009 van de Raad van 18 december 2008 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 2182/2004 betreffende op euromunten lijkende medailles en penningen (PB L 17 van 22.1.2009, blz. 5)

23

Besluit 2009/371/JBZ Besluit van de Raad van 6 april 2009 tot oprichting van de Europese politiedienst (Europol) (PB L 121 van 15.5.2009, blz. 37)

30 september 2013

24

Richtlijn 2014/62/EU van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 betreffende de strafrechtelijke bescherming van de euro en andere munten tegen valsemunterij en ter vervanging van Kaderbesluit 2000/383/JBZ van de Raad (PB L 151 van 21.5.2014, blz. 1)

30 juni 2016 (2)

Regels betreffende eurobankbiljetten en -munten

25

Verordening (EG) nr. 2532/98 van de Raad van 23 november 1998 met betrekking tot de bevoegdheid van de ECB om sancties op te leggen (PB L 318 van 27.11.1998, blz. 4)

30 september 2014 (1)

26

Conclusies van de Raad van 23 november 1998 en van 5 november 2002 betreffende euromunten voor verzamelaars

31 maart 2013

27

Conclusies van de Raad van 10 mei 1999 betreffende het kwaliteitszorgsysteem voor de euromunten

31 maart 2013

28

Mededeling 2001/C-318/03 van de Commissie van 22 oktober 2001 over de auteursrechtelijke bescherming van het ontwerp van de gemeenschappelijke zijde van de euromuntstukken (COM(2001) 600 definitief) (PB C 318 van 13.11.2001, blz. 3)

31 maart 2013

29

Richtsnoer ECB/2003/5 van de Europese Centrale Bank van 20 maart 2003 betreffende de tenuitvoerlegging van maatregelen tegen niet-conforme reproducties van eurobankbiljetten en betreffende de vervanging en het uit circulatie nemen van eurobankbiljetten (PB L 78 van 25.3.2003, blz. 20)

31 maart 2013

 

Gewijzigd bij:

 

30

Richtsnoer ECB/2013/11 van de Europese Centrale Bank van 19 april 2013 houdende wijziging van Richtsnoer ECB/2003/5 betreffende de tenuitvoerlegging van maatregelen tegen niet-conforme reproducties van eurobankbiljetten en betreffende de vervanging en het uit circulatie nemen van eurobankbiljetten (PB L 118 van 30.4.2013, blz. 43)

30 september 2014 (1)

31

Aanbeveling 2009/23/EG van de Commissie van 19 december 2008 betreffende gemeenschappelijke richtsnoeren voor de nationale zijde en de uitgifte van voor circulatie bestemde euromuntstukken (C(2008) 8625) (PB L 9 van 14.1.2009, blz. 52)

31 maart 2013

32

Besluit ECB/2010/14 van de Europese Centrale Bank van 16 september 2010 inzake echtheids- en geschiktheidscontroles en het opnieuw in omloop brengen van eurobankbiljetten (PB L 267 van 9.10.2010, blz. 1)

30 september 2013

 

Gewijzigd bij:

 

33

Besluit ECB/2012/19 van de Europese Centrale Bank van 7 september 2012 tot wijziging van Besluit ECB/2010/14 inzake echtheids- en geschiktheidscontroles en het opnieuw in omloop brengen van eurobankbiljetten (PB L 253 van 20.9.2012, blz. 19)

30 september 2014 (1)

34

Verordening (EU) nr. 1210/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 15 december 2010 betreffende de echtheidscontrole van euromunten en de behandeling van euromunten die ongeschikt zijn voor circulatie (PB L 339 van 22.12.2010, blz. 1)

31 maart 2013

35

Verordening (EU) nr. 1214/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 16 november 2011 betreffende professioneel grensoverschrijdend transport van eurocontanten over de weg tussen lidstaten van de eurozone (PB L 316 van 29.11.2011, blz. 1)

31 maart 2015 (1)

36

Verordening (EU) nr. 651/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2012 betreffende de uitgifte van euromunten (PB L 201 van 27.7.2012, blz. 135)

30 september 2014 (1)

37

Besluit ECB/2013/10 van de Europese Centrale Bank van 19 april 2013 betreffende de denominaties, specificaties, reproductie, vervanging en het uit circulatie nemen van eurobankbiljetten (PB L 118 van 30.4.2013, blz. 37)

30 september 2014 (1)

38

Verordening (EU) nr. 729/2014 van de Raad van 24 juni 2014 over de denominaties en technische specificaties van voor circulatie bestemde euromuntstukken (herschikking) (PB L 194 van 2.7.2014, blz. 1)

30 september 2014 (2)

Bancaire en financiële wetgeving

39

Richtlijn 86/635/EEG van de Raad van 8 december 1986 betreffende de jaarrekening en de geconsolideerde jaarrekening van banken en andere financiële instellingen (PB L 372 van 31.12.1986, blz. 1)

31 maart 2016

 

Gewijzigd bij:

40

Richtlijn 2001/65/EG van het Europees Parlement en de Raad van 27 september 2001 tot wijziging van de Richtlijnen 78/660/EEG, 83/349/EEG en 86/635/EEG met betrekking tot de waarderingsregels voor de jaarrekening en de geconsolideerde jaarrekening van bepaalde vennootschapsvormen evenals van banken en andere financiële instellingen (PB L 283 van 27.10.2001, blz. 28)

41

Richtlijn 2003/51/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 juni 2003 tot wijziging van de Richtlijnen 78/660/EEG, 83/349/EEG, 86/635/EEG en 91/674/EEG van de Raad betreffende de jaarrekening en de geconsolideerde jaarrekening van bepaalde vennootschapsvormen, banken en andere financiële instellingen, en verzekeringsondernemingen (PB L 178 van 17.7.2003, blz. 16)

42

Richtlijn 2006/46/EG van het Europees Parlement en de Raad van 14 juni 2006 tot wijziging van de Richtlijnen 78/660/EEG van de Raad betreffende de jaarrekening van bepaalde vennootschapsvormen, 83/349/EEG van de Raad betreffende de geconsolideerde jaarrekening, 86/635/EEG van de Raad betreffende de jaarrekening en de geconsolideerde jaarrekening van banken en andere financiële instellingen en 91/674/EEG van de Raad betreffende de jaarrekening en de geconsolideerde jaarrekening van verzekeringsondernemingen (PB L 224 van 16.8.2006, blz. 1)

43

Richtlijn 89/117/EEG van de Raad van 13 februari 1989 betreffende de verplichtingen inzake openbaarmaking van jaarstukken voor in een lidstaat gevestigde bijkantoren van kredietinstellingen en financiële instellingen die hun hoofdkantoor buiten deze lidstaat hebben (PB L 44 van 16.2.1989, blz. 40)

31 maart 2018

44

Richtlijn 97/9/EG van het Europees Parlement en de Raad van 3 maart 1997 inzake de beleggerscompensatiestelsels (PB L 84 van 26.3.1997, blz. 22)

31 maart 2018

45

Richtlijn 98/26/EG van het Europees Parlement en de Raad van 19 mei 1998 betreffende het definitieve karakter van de afwikkeling van betalingen en effectentransacties in betalings- en afwikkelingssystemen (PB L 166 van 11.6.1998, blz. 45)

31 maart 2018

 

Gewijzigd bij:

46

Richtlijn 2009/44/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 mei 2009 tot wijziging van Richtlijn 98/26/EG betreffende het definitieve karakter van de afwikkeling van betalingen en effectentransacties in betalings- en afwikkelingssystemen en Richtlijn 2002/47/EG betreffende financiëlezekerheidsovereenkomsten wat gekoppelde systemen en kredietvorderingen betreft (PB L 146 van 10.6.2009, blz. 37)

47

Richtlijn 2010/78/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 tot wijziging van de Richtlijnen 98/26/EG, 2002/87/EG, 2003/6/EG, 2003/41/EG, 2003/71/EG, 2004/39/EG, 2004/109/EG, 2005/60/EG, 2006/48/EG, 2006/49/EG en 2009/65/EG wat de bevoegdheden van de Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Bankautoriteit), de Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen) en de Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor effecten en markten) betreft (PB L 331 van 15.12.2010, blz. 120)

48

Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2012 betreffende otc-derivaten, centrale tegenpartijen en transactieregisters (PB L 201 van 27.7.2012, blz. 1)

49

Verordening (EU) nr. 909/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 23 juli 2014 betreffende de verbetering van de effectenafwikkeling in de Europese Unie, betreffende centrale effectenbewaarinstellingen en tot wijziging van Richtlijnen 98/26/EG en 2014/65/EU en Verordening (EU) nr. 236/2012 (PB L 257 van 28.8.2014, blz. 1)

31 maart 2018, behalve artikel 3, lid 1: 1 februari 2023 en 1 februari 2025 (3)

50

Richtlijn 2001/24/EG van het Europees Parlement en de Raad van 4 april 2001 betreffende de sanering en de liquidatie van kredietinstellingen (PB L 125 van 5.5.2001, blz. 15)

31 maart 2018

 

Gewijzigd bij:

51

Richtlijn 2014/59/EU van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 betreffende de totstandbrenging van een kader voor het herstel en de afwikkeling van kredietinstellingen en beleggingsondernemingen en tot wijziging van Richtlijn 82/891/EEG van de Raad en de Richtlijnen 2001/24/EG, 2002/47/EG, 2004/25/EG, 2005/56/EG, 2007/36/EG, 2011/35/EU, 2012/30/EU en 2013/36/EU en de Verordeningen (EU) nr. 1093/2010 en (EU) nr. 648/2012, van het Europees Parlement en de Raad (PB L 173 van 12.6.2014, blz. 190)

52

Richtlijn 2002/47/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 juni 2002 betreffende financiëlezekerheidsovereenkomsten (PB L 168 van 27.6.2002, blz. 43)

31 maart 2018

 

Gewijzigd bij:

53

Richtlijn 2009/44/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 mei 2009 tot wijziging van Richtlijn 98/26/EG betreffende het definitieve karakter van de afwikkeling van betalingen en effectentransacties in betalings- en afwikkelingssystemen en Richtlijn 2002/47/EG betreffende financiëlezekerheidsovereenkomsten wat gekoppelde systemen en kredietvorderingen betreft (PB L 146 van 10.6.2009, blz. 37)

54

Richtlijn 2014/59/EU van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 betreffende de totstandbrenging van een kader voor het herstel en de afwikkeling van kredietinstellingen en beleggingsondernemingen en tot wijziging van Richtlijn 82/891/EEG van de Raad en de Richtlijnen 2001/24/EG, 2002/47/EG, 2004/25/EG, 2005/56/EG, 2007/36/EG, 2011/35/EU, 2012/30/EU en 2013/36/EU en de Verordeningen (EU) nr. 1093/2010 en (EU) nr. 648/2012, van het Europees Parlement en de Raad (PB L 173 van 12.6.2014, blz. 190)

55

Richtlijn 2002/87/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2002 betreffende het aanvullende toezicht op kredietinstellingen, verzekeringsondernemingen en beleggingsondernemingen in een financieel conglomeraat en tot wijziging van de Richtlijnen 73/239/EEG, 79/267/EEG, 92/49/EEG, 92/96/EEG, 93/6/EEG en 93/22/EEG van de Raad en van de Richtlijnen 98/78/EG en 2000/12/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 35 van 11.2.2003, blz. 1)

31 maart 2018

 

Gewijzigd bij:

56

Richtlijn 2005/1/EG van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2005 tot wijziging van de Richtlijnen 73/239/EEG, 85/611/EEG, 91/675/EEG, 92/49/EEG en 93/6/EEG van de Raad en de Richtlijnen 94/19/EG, 98/78/EG, 2000/12/EG, 2001/34/EG, 2002/83/EG en 2002/87/EG met het oog op de instelling van een nieuwe comitéstructuur voor financiële diensten (PB L 79 van 24.3.2005, blz. 9)

57

Richtlijn 2008/25/EG van het Europees Parlement en van de Raad van 11 maart 2008 tot wijziging van Richtlijn 2002/87/EG betreffende het aanvullende toezicht op kredietinstellingen, verzekeringsondernemingen en beleggingsondernemingen in een financieel conglomeraat, wat de aan de Commissie verleende uitvoeringsbevoegdheden betreft (PB L 81 van 20.3.2008, blz. 40)

58

Richtlijn 2010/78/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 tot wijziging van de Richtlijnen 98/26/EG, 2002/87/EG, 2003/6/EG, 2003/41/EG, 2003/71/EG, 2004/39/EG, 2004/109/EG, 2005/60/EG, 2006/48/EG, 2006/49/EG en 2009/65/EG wat de bevoegdheden van de Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Bankautoriteit), de Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen) en de Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor effecten en markten) betreft (PB L 331 van 15.12.2010, blz. 120)

59

Richtlijn 2011/89/EU van het Europees Parlement en de Raad van 16 november 2011 houdende wijziging van de Richtlijnen 98/78/EG, 2002/87/EG, 2006/48/EG en 2009/138/EG betreffende het aanvullende toezicht op financiële entiteiten in een financieel conglomeraat (PB L 326 van 8.12.2011, blz. 113)

60

Richtlijn 2013/36/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2013 betreffende toegang tot het bedrijf van kredietinstellingen en het prudentieel toezicht op kredietinstellingen en beleggingsondernemingen, tot wijziging van Richtlijn 2002/87/EG en tot intrekking van de Richtlijnen 2006/48/EG en 2006/49/EG (PB L 176 van 27.6.2013, blz. 338)

30 september 2017

 

Aangevuld met:

 

61

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/2303 van de Commissie van 28 juli 2015 tot aanvulling van Richtlijn 2002/87/EG van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot technische reguleringsnormen tot specificering van de definities van en coördinering van het aanvullende toezicht op risicoconcentratie en intragroepstransacties (PB L 326 van 11.12.2015, blz. 34)

31 maart 2018 (4)

62

Richtlijn 2004/39/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 april 2004 betreffende markten voor financiële instrumenten, tot wijziging van de Richtlijnen 85/611/EEG en 93/6/EEG van de Raad en van Richtlijn 2000/12/EG van het Europees Parlement en de Raad en houdende intrekking van Richtlijn 93/22/EEG van de Raad (PB L 145 van 30.4.2004, blz. 1)

31 maart 2018

 

Gewijzigd bij:

63

Richtlijn 2006/31/EG van het Europees Parlement en de Raad van 5 april 2006 tot wijziging van Richtlijn 2004/39/EG betreffende markten voor financiële instrumenten, met betrekking tot bepaalde termijnen (PB L 114 van 27.4.2006, blz. 60)

64

Richtlijn 2007/44/EG van het Europees Parlement en de Raad van 5 september 2007 tot wijziging van Richtlijn 92/49/EEG van de Raad en de Richtlijnen 2002/83/EG, 2004/39/EG, 2005/68/EG en 2006/48/EG wat betreft procedureregels en evaluatiecriteria voor de prudentiële beoordeling van verwervingen en vergrotingen van deelnemingen in de financiële sector (PB L 247 van 21.9.2007, blz. 1)

65

Richtlijn 2008/10/EG van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2008 tot wijziging van Richtlijn 2004/39/EG betreffende markten voor financiële instrumenten, wat de aan de Commissie verleende uitvoeringsbevoegdheden betreft (PB L 76 van 19.3.2008, blz. 33)

66

Richtlijn 2010/78/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 tot wijziging van de Richtlijnen 98/26/EG, 2002/87/EG, 2003/6/EG, 2003/41/EG, 2003/71/EG, 2004/39/EG, 2004/109/EG, 2005/60/EG, 2006/48/EG, 2006/49/EG en 2009/65/EG wat de bevoegdheden van de Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Bankautoriteit), de Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen) en de Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor effecten en markten) betreft (PB L 331 van 15.12.2010, blz. 120)

 

Aangevuld met:

67

Verordening (EG) nr. 1287/2006 van de Commissie van 10 augustus 2006 tot uitvoering van Richtlijn 2004/39/EG van het Europees Parlement en de Raad wat de voor beleggingsondernemingen geldende verplichtingen betreffende het bijhouden van gegevens, het melden van transacties, de markttransparantie, de toelating van financiële instrumenten tot de handel en de definitie van begrippen voor de toepassing van genoemde richtlijn betreft (PB L 241 van 2.9.2006, blz. 1)

68

Richtlijn 2006/73/EG van de Commissie van 10 augustus 2006 tot uitvoering van Richtlijn 2004/39/EG van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de door beleggingsondernemingen in acht te nemen organisatorische eisen en voorwaarden voor de bedrijfsuitoefening en wat betreft de definitie van begrippen voor de toepassing van genoemde richtlijn (PB L 241 van 2.9.2006, blz. 26)

69

Richtlijn 2007/64/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 november 2007 betreffende betalingsdiensten in de interne markt tot wijziging van de Richtlijnen 97/7/EG, 2002/65/EG, 2005/60/EG en 2006/48/EG, en tot intrekking van Richtlijn 97/5/EG (PB L 319 van 5.12.2007, blz. 1)

31 maart 2016

 

Gewijzigd bij:

70

Richtlijn 2009/111/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 september 2009 tot wijziging van de Richtlijnen 2006/48/EG, 2006/49/EG en 2007/64/EG wat betreft banken die zijn aangesloten bij centrale instellingen, bepaalde eigenvermogensbestanddelen, grote posities, het toezichtkader en het crisisbeheer (PB L 302 van 17.11.2009, blz. 97)

71

Richtlijn 2013/36/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2013 betreffende toegang tot het bedrijf van kredietinstellingen en het prudentieel toezicht op kredietinstellingen en beleggingsondernemingen, tot wijziging van Richtlijn 2002/87/EG en tot intrekking van de Richtlijnen 2006/48/EG en 2006/49/EG (PB L 176 van 27.6.2013, blz. 338)

30 september 2017 (3)

72

Verordening (EG) nr. 924/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 16 september 2009 betreffende grensoverschrijdende betalingen in de Gemeenschap en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 2560/2001 (PB L 266 van 9.10.2009, blz. 11)

31 maart 2018

 

Gewijzigd bij:

73

Verordening (EU) nr. 260/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 14 maart 2012 tot vaststelling van technische en bedrijfsmatige vereisten voor overmakingen en automatische afschrijvingen in euro en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 924/2009 (PB L 94 van 30.3.2012, blz. 22)

74

Richtlijn 2009/110/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 september 2009 betreffende de toegang tot, de uitoefening van en het prudentieel toezicht op de werkzaamheden van instellingen voor elektronisch geld, tot wijziging van de Richtlijnen 2005/60/EG en 2006/48/EG en tot intrekking van Richtlijn 2000/46/EG (PB L 267 van 10.10.2009, blz. 7)

31 maart 2016

 

Gewijzigd bij:

 

75

Richtlijn 2013/36/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2013 betreffende toegang tot het bedrijf van kredietinstellingen en het prudentieel toezicht op kredietinstellingen en beleggingsondernemingen, tot wijziging van Richtlijn 2002/87/EG en tot intrekking van de Richtlijnen 2006/48/EG en 2006/49/EG (PB L 176 van 27.6.2013, blz. 338)

30 september 2017 (3)

76

Richtlijn (EU) 2015/2366 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2015 betreffende betalingsdiensten in de interne markt, houdende wijziging van de Richtlijnen 2002/65/EG, 2009/110/EG, 2013/36/EU en Verordening (EU) nr. 1093/2010 en houdende intrekking van Richtlijn 2007/64/EG (PB L 337 van 23.12.2015, blz. 35).

30 september 2018 (4)

77

Verordening (EU) nr. 1096/2010 van de Raad van 17 november 2010 tot toewijzing aan de Europese Centrale Bank van specifieke taken betreffende de werking van het Europees Comité voor systeemrisico's (PB L 331 van 15.12.2010, blz. 162)

31 maart 2016

78

Verordening (EU) nr. 1092/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 betreffende macroprudentieel toezicht van de Europese Unie op het financiële stelsel en tot oprichting van een Europees Comité voor systeemrisico's (PB L 331 van 15.12.2010, blz. 1).

31 maart 2016

79

Verordening (EU) nr. 1093/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 tot oprichting van een Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Bankautoriteit), tot wijziging van Besluit nr. 716/2009/EG en tot intrekking van Besluit 2009/78/EG van de Commissie (PB L 331 van 15.12.2010, blz. 12)

31 maart 2016

 

Gewijzigd bij:

80

Verordening (EU) nr. 1022/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 22 oktober 2013 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1093/2010 tot oprichting van een Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Bankautoriteit) waarbij aan de Europese Centrale Bank specifieke taken worden opgedragen krachtens Verordening (EU) nr. 1024/2013 van de Raad (PB L 287 van 29.10.2013, blz. 5).

81

Richtlijn 2014/17/ЕU van het Europees Parlement en de Raad van 4 februari 2014 inzake kredietovereenkomsten voor consumenten met betrekking tot voor bewoning bestemde onroerende goederen en tot wijziging van de Richtlijnen 2008/48/EG en 2013/36/EU en Verordening (EU) nr. 1093/2010 (PB L 60 van 28.2.2014, blz. 34).

82

Richtlijn 2014/59/EU van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 betreffende de totstandbrenging van een kader voor het herstel en de afwikkeling van kredietinstellingen en beleggingsondernemingen en tot wijziging van Richtlijn 82/891/EEG van de Raad en de Richtlijnen 2001/24/EG, 2002/47/EG, 2004/25/EG, 2005/56/EG, 2007/36/EG, 2011/35/EU, 2012/30/EU en 2013/36/EU en de Verordeningen (EU) nr. 1093/2010 en (EU) nr. 648/2012, van het Europees Parlement en de Raad (PB L 173 van 12.6.2014, blz. 190)

83

Verordening (EU) nr. 806/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 15 juli 2014 tot vaststelling van eenvormige regels en een eenvormige procedure voor de afwikkeling van kredietinstellingen en bepaalde beleggingsondernemingen in het kader van een gemeenschappelijk afwikkelingsmechanisme en een gemeenschappelijk afwikkelingsfonds en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1093/2010 (PB L 225 van 30.7.2014, blz. 1).

84

Richtlijn (EU) 2015/2366 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2015 betreffende betalingsdiensten in de interne markt, houdende wijziging van de Richtlijnen 2002/65/EG, 2009/110/EG, 2013/36/EU en Verordening (EU) nr. 1093/2010 en houdende intrekking van Richtlijn 2007/64/EG (PB L 337 van 23.12.2015, blz. 35).

85

Verordening (EU) nr. 1095/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 tot oprichting van een Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor effecten en markten), tot wijziging van Besluit nr. 716/2009/EG en tot intrekking van Besluit 2009/77/EG van de Commissie (PB L 331 van 15.12.2010, blz. 84)

31 maart 2016

 

Gewijzigd bij:

86

Richtlijn 2011/61/EU van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2011 inzake beheerders van alternatieve beleggingsinstellingen en tot wijziging van de Richtlijnen 2003/41/EG en 2009/65/EG en van de Verordeningen (EG) nr. 1060/2009 en (EU) nr. 1095/2010 (PB L 174 van 1.7.2011, blz. 1)

87

Verordening (EU) nr. 258/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 3 april 2014 tot vaststelling van een Unieprogramma ter ondersteuning van specifieke activiteiten op het gebied van financiële verslaggeving en controle van jaarrekeningen voor de periode 2014-2020 en houdende intrekking van Besluit nr. 716/2009/EG (PB L 105 van 8.4.2014, blz. 1)

88

Richtlijn 2014/51/EU van het Europees Parlement en de Raad van 16 april 2014 tot wijziging van de Richtlijnen 2003/71/EG en 2009/138/EG, alsmede de Verordeningen (EG) nr. 1060/2009, (EU) nr. 1094/2010 en (EU) nr. 1095/2010 wat de bevoegdheden van de Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen) en de Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor effecten en markten) betreft (PB L 153 van 22.5.2014, blz. 1)

89

Richtlijn 2010/78/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 tot wijziging van de Richtlijnen 98/26/EG, 2002/87/EG, 2003/6/EG, 2003/41/EG, 2003/71/EG, 2004/39/EG, 2004/109/EG, 2005/60/EG, 2006/48/EG, 2006/49/EG en 2009/65/EG wat de bevoegdheden van de Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Bankautoriteit), de Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen) en de Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor effecten en markten) betreft (PB L 331 van 15.12.2010, blz. 120)

31 maart 2016

 

Gewijzigd bij:

 

90

Richtlijn 2013/36/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2013 betreffende toegang tot het bedrijf van kredietinstellingen en het prudentieel toezicht op kredietinstellingen en beleggingsondernemingen, tot wijziging van Richtlijn 2002/87/EG en tot intrekking van de Richtlijnen 2006/48/EG en 2006/49/EG (PB L 176 van 27.6.2013, blz. 338)

30 september 2017 (3)

91

Richtlijn 2014/65/EU van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 betreffende markten voor financiële instrumenten en tot wijziging van Richtlijn 2002/92/EG en Richtlijn 2011/61/EU (PB L 173 van 12.6.2014, blz. 349)

31 december 2020 (3)

92

Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2012 betreffende otc-derivaten, centrale tegenpartijen en transactieregisters (PB L 201 van 27.7.2012, blz. 1)

30 september 2019 (1)

 

Gewijzigd bij:

93

Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2013 betreffende prudentiële vereisten voor kredietinstellingen en beleggingsondernemingen en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012 (PB L 176 van 27.6.2013, blz. 1)

94

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1002/2013 van de Commissie van 12 juli 2013 tot wijziging, ten aanzien van de lijst van vrijgestelde entiteiten, van Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad betreffende otc-derivaten, centrale tegenpartijen en transactieregisters (PB L 279 van 19.10.2013, blz. 2)

95

Richtlijn 2014/59/EU van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 betreffende de totstandbrenging van een kader voor het herstel en de afwikkeling van kredietinstellingen en beleggingsondernemingen en tot wijziging van Richtlijn 82/891/EEG van de Raad en de Richtlijnen 2001/24/EG, 2002/47/EG, 2004/25/EG, 2005/56/EG, 2007/36/EG, 2011/35/EU, 2012/30/EU en 2013/36/EU en de Verordeningen (EU) nr. 1093/2010 en (EU) nr. 648/2012, van het Europees Parlement en de Raad (PB L 173 van 12.6.2014, blz. 190)

96

Verordening (EU) nr. 600/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 betreffende markten in financiële instrumenten en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012 (PB L 173 van 12.6.2014, blz. 84)

97

Richtlijn (EU) 2015/849 van het Europees Parlement en de Raad van 20 mei 2015 inzake de voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld of terrorismefinanciering, tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Richtlijn 2005/60/EG van het Europees Parlement en de Raad en Richtlijn 2006/70/EG van de Commissie (PB L 141 van 5.6.2015, blz. 73)

98

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/1515 van de Commissie van 5 juni 2015 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad wat de verlenging van de overgangsperioden voor pensioenregelingen betreft (PB L 239 van 15.9.2015, blz. 63)

30 september 2019 (4)

99

Verordening (EU) 2015/2365 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2015 betreffende de transparantie van effectenfinancieringstransacties en van hergebruik en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012 (PB L 337 van 23.12.2015, blz. 1)

30 september 2019 (4)

 

Aangevuld met:

100

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1247/2012 van de Commissie van 19 december 2012 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen met betrekking tot de formattering en de frequentie van de transactierapportage aan transactieregisters overeenkomstig Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad betreffende otc-derivaten, centrale tegenpartijen en transactieregisters (PB L 352 van 21.12.2012, blz. 20)

101

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1248/2012 van de Commissie van 19 december 2012 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen met betrekking tot het formaat van registratieaanvragen van transactieregisters overeenkomstig Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad betreffende otc-derivaten, centrale tegenpartijen en transactieregisters (PB L 352 van 21.12.2012, blz. 30)

102

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1249/2012 van de Commissie van 19 december 2012 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen met betrekking tot het formaat van overeenkomstig Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad betreffende otc-derivaten, centrale tegenpartijen en transactieregisters door centrale tegenpartijen bij te houden vastleggingen (PB L 352 van 21.12.2012, blz. 32)

103

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 148/2013 van de Commissie van 19 december 2012 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad betreffende otc-derivaten, centrale tegenpartijen en transactieregisters met technische reguleringsnormen inzake de minimale mate van gedetailleerdheid van de aan transactieregisters te rapporteren gegevens (PB L 52 van 23.2.2013, blz. 1)

104

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 149/2013 van de Commissie van 19 december 2012 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad met technische reguleringsnormen betreffende indirecte clearingregelingen, de clearingverplichting, het openbaar register, toegang tot een handelsplatform, niet-financiële tegenpartijen, risico-inperkingstechnieken voor niet door een CTP geclearde otc-derivatencontracten (PB L 52 van 23.2.2013, blz. 11)

105

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 150/2013 van de Commissie van 19 december 2012 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad betreffende otc-derivaten, centrale tegenpartijen en transactieregisters met technische reguleringsnormen tot nadere bepaling van de gegevens die in de aanvraag tot registratie als transactieregister moeten worden opgenomen (PB L 52 van 23.2.2013, blz. 25)

106

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 151/2013 van de Commissie van 19 december 2012 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad betreffende otc-derivaten, centrale tegenpartijen en transactieregisters met technische reguleringsnormen ter specificatie van de door transactieregisters te publiceren en beschikbaar te stellen gegevens en van operationele normen voor de aggregatie van, vergelijking tussen en toegang tot gegevens (PB L 52 van 23.2.2013, blz. 33)

107

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 152/2013 van de Commissie van 19 december 2012 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad met technische reguleringsnormen betreffende kapitaalvereisten voor centrale tegenpartijen (PB L 52 van 23.2.2013, blz. 37)

108

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 153/2013 van de Commissie van 19 december 2012 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot technische reguleringsnormen inzake vereisten voor centrale tegenpartijen (PB L 52 van 23.2.2013, blz. 41)

109

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 876/2013 van de Commissie van 28 mei 2013 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad met technische reguleringsnormen betreffende colleges voor centrale tegenpartijen (PB L 244 van 13.9.2013, blz. 19)

30 september 2019 (2)

110

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1003/2013 van de Commissie van 12 juli 2013 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot door de Europese Autoriteit voor effecten en markten aan transactieregisters aangerekende vergoedingen (PB L 279 van 19.10.2013, blz. 4)

30 september 2019 (2)

111

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 285/2014 van de Commissie van 13 februari 2014 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad met technische reguleringsnormen betreffende aanzienlijke en voorzienbare rechtstreekse gevolgen van contracten binnen de Unie en ter voorkoming van de omzeiling van voorschriften en verplichtingen (PB L 85 van 21.3.2014, blz. 1)

30 september 2019 (2)

112

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 667/2014 van de Commissie van 13 maart 2014 ter aanvulling van Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad met procedureregels betreffende door de Europese Autoriteit voor effecten en markten aan transactieregisters opgelegde geldboeten, met inbegrip van bepalingen inzake het recht van verweer en termijnbepalingen (PB L 179 van 19.6.2014, blz. 31)

30 september 2019 (2)

113

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 484/2014 van de Commissie van 12 mei 2014 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen voor het hypothetische kapitaal van een centrale tegenpartij overeenkomstig Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 138 van 13.5.2014, blz. 57)

30 september 2019 (2)

114

Uitvoeringsverordening (EU) 2015/880 van de Commissie van 4 juni 2015 betreffende de verlenging van de overgangsperioden in verband met de eigenvermogensvereisten voor blootstellingen met betrekking tot centrale tegenpartijen in de Verordeningen (EU) nr. 575/2013 en (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 143 van 9.6.2015, blz. 7)

30 september 2019 (3)

115

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/2205 van de Commissie van 6 augustus 2015 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad met technische reguleringsnormen inzake de clearingverplichting (PB L 314 van 1.12.2015, blz. 13)

30 september 2019 (4)

116

Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/592 van de Commissie van 1 maart 2016 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad met technische reguleringsnormen inzake de clearingverplichting (PB L 103 van 19.4.2016, blz. 5)

30 september 2019 (4)

117

Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2013 betreffende prudentiële vereisten voor kredietinstellingen en beleggingsondernemingen en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012 (PB L 176 van 27.6.2013, blz. 1)

30 september 2017 (1)

 

Gewijzigd bij:

118

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/62 van de Commissie van 10 oktober 2014 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de hefboomratio (PB L 11 van 17.1.2015, blz. 37)

 

Aangevuld met:

 

119

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1423/2013 van de Commissie van 20 december 2013 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen met betrekking tot openbaarmaking van eigenvermogensvereisten voor instellingen overeenkomstig Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en van de Raad (PB L 355 van 31.12.2013, blz. 60)

30 september 2017 (2)

120

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 183/2014 van de Commissie van 20 december 2013 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad betreffende prudentiële vereisten voor kredietinstellingen en beleggingsondernemingen ten aanzien van technische reguleringsnormen voor het specificeren van de berekening van specifieke en algemene kredietrisicoaanpassingen (PB L 57 van 27.2.2014, blz. 3)

30 september 2017 (2)

121

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 241/2014 van de Commissie van 7 januari 2014 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot technische reguleringsnormen betreffende eigenvermogensvereisten voor instellingen (PB L 74 van 14.3.2014, blz. 8)

30 september 2017 (2)

 

Gewijzigd bij:

 

122

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/488 van de Commissie van 4 september 2014 tot wijziging van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 241/2014 betreffende eigenvermogensvereisten voor ondernemingen op basis van vaste kosten (PB L 78 van 24.3.2015, blz. 1)

30 september 2017 (3)

123

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/850 van de Commissie van 30 januari 2015 tot wijziging van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 241/2014 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot technische reguleringsnormen betreffende eigenvermogensvereisten voor instellingen (PB L 135 van 2.6.2015, blz. 1)

30 september 2017 (3)

124

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/923 van de Commissie van 11 maart 2015 tot wijziging van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 241/2014 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot technische reguleringsnormen betreffende eigenvermogensvereisten voor instellingen (PB L 150 van 17.6.2015, blz. 1)

30 september 2017 (3)

125

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 342/2014 van de Commissie van 21 januari 2014 tot aanvulling van Richtlijn 2002/87/EG van het Europees Parlement en de Raad en Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad ten aanzien van technische reguleringsnormen voor de toepassing van de berekeningsmethoden voor kapitaaltoereikendheidsvereisten voor financiële conglomeraten (PB L 100 van 3.4.2014, blz. 1)

30 september 2017 (2)

126

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 523/2014 van de Commissie van 12 maart 2014 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad met technische reguleringsnormen om uit te maken wat moet worden verstaan onder nauwe overeenstemming tussen de waarde van gedekte obligaties van een instelling en de waarde van de activa van de instelling (PB L 148 van 20.5.2014, blz. 4)

30 september 2017 (2)

127

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 525/2014 van de Commissie van 12 maart 2014 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad met technische reguleringsnormen voor de definitie van „markt” (PB L 148 van 20.5.2014, blz. 15)

30 september 2017 (2)

128

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 526/2014 van de Commissie van 12 maart 2014 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot technische reguleringsnormen voor het bepalen van vervangende spread en beperkte kleinere portefeuilles voor risico van aanpassing van de kredietwaardering (PB L 148 van 20.5.2014, blz. 17)

30 september 2017 (2)

129

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 528/2014 van de Commissie van 12 maart 2014 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot technische reguleringsnormen voor niet-deltarisico van opties in het kader van de standaardbenadering voor marktrisico (PB L 148 van 20.5.2014, blz. 29)

30 september 2017 (2)

130

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 529/2014 van de Commissie van 12 maart 2014 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad ten aanzien van technische reguleringsnormen voor het beoordelen van het wezenlijke karakter van uitbreidingen en wijzigingen van de interneratingbenadering en de geavanceerde meetbenadering (PB L 148 van 20.5.2014, blz. 36)

30 september 2017 (2)

 

Gewijzigd bij:

 

131

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/942 van de Commissie van 4 maart 2015 tot wijziging van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 529/2014 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad ten aanzien van technische reguleringsnormen voor het beoordelen van het wezenlijke karakter van uitbreidingen en wijzigingen van interne benaderingen bij de berekening van de eigenvermogensvereisten voor marktrisico (PB L 154 van 19.6.2015, blz. 1);

30 september 2017 (4)

132

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 625/2014 van de Commissie van 13 maart 2014 houdende aanvulling van Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad met technische reguleringsnormen tot vaststelling van de vereisten inzake blootstellingen aan overgedragen kredietrisico voor als belegger, sponsor, initiator of oorspronkelijke kredietverstrekker optredende instellingen (PB L 174 van 13.6.2014, blz. 16)

30 september 2017 (2)

133

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 680/2014 van de Commissie van 16 april 2014 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen voor wat betreft de rapportage aan de toezichthoudende autoriteit door instellingen overeenkomstig Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 191 van 28.6.2014, blz. 1)

30 september 2017 (2)

134

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 602/2014 van de Commissie van 4 juni 2014 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen ter vergemakkelijking van de convergentie van toezichtspraktijken met betrekking tot de uitvoering van additionele risicogewichten overeenkomstig Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 166 van 5.6.2014, blz. 22)

30 september 2017 (2)

135

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 945/2014 van de Commissie van 4 september 2014 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen met betrekking tot relevante passend gediversifieerde indexen overeenkomstig Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 265 van 5.9.2014, blz. 3)

30 september 2017 (3)

136

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1030/2014 van de Commissie van 29 september 2014 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen met betrekking tot de uniforme formats en datum voor de openbaarmaking van de waarden die worden gebruikt voor het aanwijzen van mondiaal systeemrelevante instellingen overeenkomstig Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 284 van 30.9.2014, blz. 14)

30 september 2017 (3)

137

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1187/2014 van de Commissie van 2 oktober 2014 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad ten aanzien van technische reguleringsnormen voor het bepalen van de totale blootstelling aan een cliënt of een groep van verbonden cliënten met betrekking tot transacties met onderliggende activa (PB L 324 van 7.11.2014, blz. 1)

30 september 2017 (3)

138

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/61 van de Commissie van 10 oktober 2014 ter aanvulling van Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot het liquiditeitsdekkingsvereiste voor kredietinstellingen (PB L 11 van 17.1.2015, blz. 1)

30 september 2017 (3)

139

Uitvoeringsverordening (EU) 2015/79 van de Commissie van 18 december 2014 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 680/2014 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen voor wat betreft de rapportage aan de toezichthoudende autoriteit door instellingen overeenkomstig Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot activabezwaring, een gemeenschappelijk gegevenspuntenmodel en validatievoorschriften (PB L 14 van 21.1.2015, blz. 1)

30 september 2017 (3)

140

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/585 van de Commissie van 18 december 2014 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad met technische reguleringsnormen tot nadere bepaling van margerisicoperiodes (PB L 98 van 15.4.2015, blz. 1)

30 september 2017 (3)

141

Uitvoeringsverordening (EU) 2015/227 van de Commissie van 9 januari 2015 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 680/2014 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen voor wat betreft de rapportage aan de toezichthoudende autoriteit door instellingen overeenkomstig Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 48 van 20.2.2015, blz. 1)

30 september 2017 (3)

142

Uitvoeringsverordening (EU) 2015/233 van de Commissie van 13 februari 2015 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen met betrekking tot valuta waarin de centrale bank zeer nauw omschreven toelaatbaarheidcriteria hanteert ingevolge Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 39 van 14.2.2015, blz. 11)

30 september 2017 (3)

143

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/923 van de Commissie van 11 maart 2015 tot wijziging van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 241/2014 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot technische reguleringsnormen betreffende eigenvermogensvereisten voor instellingen (PB L 150 van 17.6.2015, blz. 1)

30 september 2017 (3)

144

Uitvoeringsverordening (EU) 2015/880 van de Commissie van 4 juni 2015 betreffende de verlenging van de overgangsperioden in verband met de eigenvermogensvereisten voor blootstellingen met betrekking tot centrale tegenpartijen in de Verordeningen (EU) nr. 575/2013 en (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 143 van 9.6.2015, blz. 7)

30 september 2017 (3)

145

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/1555 van de Commissie van 28 mei 2015 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot technische reguleringsnormen voor de openbaarmaking van informatie betreffende de naleving van het vereiste inzake een contracyclische kapitaalbuffer door instellingen krachtens artikel 440 (PB L 244 van 19.9.2015, blz. 1)

30 september 2017 (4)

146

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/1556 van de Commissie van 11 juni 2015 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad met technische reguleringsnormen wat betreft de overgangsregeling voor de behandeling van blootstellingen met betrekking tot aandelen in het kader van de IRB-benadering (PB L 244 van 19.9.2015, blz. 9)

30 september 2017 (4)

147

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/1798 van de Commissie van 2 juli 2015 tot rectificatie van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 625/2014 houdende aanvulling van Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad met technische reguleringsnormen tot vaststelling van de vereisten inzake blootstellingen aan overgedragen kredietrisico voor als belegger, sponsor, initiator of oorspronkelijke kredietverstrekker optredende instellingen (PB L 263 van 8.10.2015, blz. 12)

30 september 2017 (4)

148

Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1278 van de Commissie van 9 juli 2015 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 680/2014 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen met betrekking tot de rapportage aan de toezichthoudende autoriteit door instellingen wat betreft instructies, templates en definities (PB L 205 van 31.7.2015, blz. 1)

30 september 2017 (4)

149

Uitvoeringsverordening (EU) 2016/100 van de Commissie van 16 oktober 2015 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen tot bepaling van het gezamenlijke besluitvormingsproces met betrekking tot de aanvraag voor bepaalde prudentiële toestemmingen ingevolge Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 21 van 28.1.2016, blz. 45)

30 september 2017 (4)

150

Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/101 van de Commissie van 26 oktober 2015 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad met technische reguleringsnormen betreffende prudente waardering op grond van artikel 105, lid 14 (PB L 21 van 28.1.2016, blz. 54)

30 september 2017 (4)

151

Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2197 van de Commissie van 27 november 2015 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen met betrekking tot nauw gecorreleerde valuta's in overeenstemming met Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 313 van 28.11.2015, blz. 30)

30 september 2017 (4)

152

Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2344 van de Commissie van 15 december 2015 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen met betrekking tot valuta met beperkingen ten aanzien van de beschikbaarheid van liquide activa in overeenstemming met Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 330 van 16.12.2015, blz. 26)

30 september 2017 (4)

153

Uitvoeringsverordening (EU) 2016/322 van de Commissie van 10 februari 2016 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 680/2014 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen wat de rapportage door instellingen aan de toezichthoudende autoriteit over het liquiditeitsdekkingsvereiste betreft (PB L 64 van 10.3.2016, blz. 1)

30 september 2017 (4)

154

Uitvoeringsverordening (EU) 2016/200 van de Commissie van 15 februari 2016 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen met betrekking tot de openbaarmaking van de hefboomratio voor instellingen overeenkomstig Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en van de Raad (PB L 39 van 16.2.2016, blz. 5)

30 september 2017 (4)

155

Uitvoeringsverordening (EU) 2016/313 van de Commissie van 1 maart 2016 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 680/2014 met betrekking tot de maatstaven voor bewaking van de additionele liquiditeit (PB L 60 van 5.3.2016, blz. 5)

30 september 2017 (4)

156

Uitvoeringsverordening (EU) 2016/428 van de Commissie van 23 maart 2016 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 680/2014 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen met betrekking tot de rapportage aan de toezichthoudende autoriteit door instellingen wat de rapportage van de hefboomratio betreft (PB L 83 van 31.3.2016, blz. 1)

30 september 2017 (4)

157

Besluit van het Europees Comité voor systeemrisico's van 16 december 2015 betreffende een coördinatiekader voor de kennisgeving door betrokken autoriteiten van nationale macroprudentiële beleidsmaatregelen, het uitbrengen van adviezen en aanbevelingen door het ESRB en tot intrekking van Besluit ESRB/2014/2 (ESRB/2015/4) (PB C 97 van 12.3.2016, blz. 28)

30 september 2017 (4)

158

Richtlijn 2013/36/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2013 betreffende toegang tot het bedrijf van kredietinstellingen en het prudentieel toezicht op kredietinstellingen en beleggingsondernemingen, tot wijziging van Richtlijn 2002/87/EG en tot intrekking van de Richtlijnen 2006/48/EG en 2006/49/EG (PB L 176 van 27.6.2013, blz. 338)

30 september 2017 (1)

 

Gewijzigd bij:

159

Richtlijn 2014/59/EU van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 betreffende de totstandbrenging van een kader voor het herstel en de afwikkeling van kredietinstellingen en beleggingsondernemingen en tot wijziging van Richtlijn 82/891/EEG van de Raad en de Richtlijnen 2001/24/EG, 2002/47/EG, 2004/25/EG, 2005/56/EG, 2007/36/EG, 2011/35/EU, 2012/30/EU en 2013/36/EU en de Verordeningen (EU) nr. 1093/2010 en (EU) nr. 648/2012, van het Europees Parlement en de Raad (PB L 173 van 12.6.2014, blz. 190)

 

Aangevuld met:

 

160

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 604/2014 van de Commissie van 4 maart 2014 houdende aanvulling van Richtlijn 2013/36/EU van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot technische reguleringsnormen met betrekking tot kwalitatieve en passende kwantitatieve criteria tot vaststelling van de categorieën van medewerkers wier beroepswerkzaamheden het risicoprofiel van een instelling materieel beïnvloeden (PB L 167 van 6.6.2014, blz. 30)

30 september 2017 (2)

161

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 524/2014 van de Commissie van 12 maart 2014 tot aanvulling van Richtlijn 2013/36/EU van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot technische reguleringsnormen ter specificatie van de informatie die de bevoegde autoriteiten van de lidstaten van herkomst en van ontvangst aan elkaar verstrekken (PB L 148 van 20.5.2014, blz. 6)

30 september 2017 (2)

162

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 527/2014 van de Commissie van 12 maart 2014 tot aanvulling van Richtlijn 2013/36/EU van het Europees Parlement en de Raad met technische reguleringsnormen wat de specificatie betreft van de instrumenten die een goede weerspiegeling zijn van de kredietkwaliteit van de instelling in het kader van de lopende bedrijfsuitoefening en die mogen worden gebruikt voor de uitkering van een variabele beloning (PB L 148 van 20.5.2014, blz. 21)

30 september 2017 (2)

163

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 530/2014 van de Commissie van 12 maart 2014 tot aanvulling van Richtlijn 2013/36/EU van het Europees Parlement en de Raad met technische reguleringsnormen tot nadere omschrijving van materiële blootstellingen en tot vaststelling van drempels voor interne benaderingen van het specifieke risico in de handelsportefeuille (PB L 148 van 20.5.2014, blz. 50)

30 september 2017 (2)

164

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1152/2014 van de Commissie van 4 juni 2014 tot aanvulling van Richtlijn 2013/36/EU van het Europees Parlement en de Raad met technische reguleringsnormen voor de bepaling van de geografische locatie van de relevante kredietblootstellingen voor de berekening van instellingsspecifieke contracyclische kapitaalbufferpercentages (PB L 309 van 30.10.2014, blz. 5)

30 september 2017 (3)

165

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 620/2014 van de Commissie van 4 juni 2014 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen betreffende informatie-uitwisseling tussen de bevoegde autoriteiten van de lidstaten van herkomst en van ontvangst, overeenkomstig Richtlijn 2013/36/EU van het Europees Parlement en de Raad (PB L 172 van 12.6.2014, blz. 1)

30 september 2017 (2)

166

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 650/2014 van de Commissie van 4 juni 2014 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen met betrekking tot het format, de structuur, de inhoudsopgave en de jaarlijkse publicatiedatum van de informatie die door de bevoegde autoriteiten openbaar moet worden gemaakt overeenkomstig Richtlijn 2013/36/EU van het Europees Parlement en de Raad (PB L 185 van 25.6.2014, blz. 1)

30 september 2017 (2)

167

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 710/2014 van de Commissie van 23 juni 2014 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen met betrekking tot de toepassingsvoorwaarden van het gezamenlijke besluitvormingsproces betreffende instellingsspecifieke prudentiële vereisten overeenkomstig Richtlijn 2013/36/EU van het Europees Parlement en de Raad (PB L 188 van 27.6.2014, blz. 19)

30 september 2017 (2)

168

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1222/2014 van de Commissie van 8 oktober 2014 houdende aanvulling van Richtlijn 2013/36/EU van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot technische reguleringsnormen voor de vaststelling van de methodiek voor de aanmerking van mondiaal systeemrelevante instellingen en de vaststelling van subcategorieën voor mondiaal systeemrelevante instellingen (PB L 330 van 15.11.2014, blz. 27)

30 september 2017 (3)

169

Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/98 van de Commissie van 16 oktober 2015 tot aanvulling van Richtlijn 2013/36/EU van het Europees Parlement en de Raad met technische reguleringsnormen tot nadere bepaling van de algemene voorwaarden voor het functioneren van colleges van toezichthouders (PB L 21 van 28.1.2016, blz. 2)

30 september 2017 (4)

170

Uitvoeringsverordening (EU) 2016/99 van de Commissie van 16 oktober 2015 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen met betrekking tot het nader bepalen van het operationeel functioneren van de colleges van toezichthouders overeenkomstig Richtlijn 2013/36/EU van het Europees Parlement en de Raad (PB L 21 van 28.1.2016, blz. 21)

30 september 2017 (4)

171

Verordening (EU) nr. 596/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 16 april 2014 betreffende marktmisbruik (Verordening marktmisbruik) en houdende intrekking van Richtlijn 2003/6/EG van het Europees Parlement en de Raad en Richtlijnen 2003/124/EG, 2003/125/EG en 2004/72/EG van de Commissie (PB L 173 van 12.6.2014, blz. 1)

30 september 2018 (4)

 

Aangevuld met:

 

172

Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2015/2392 van de Commissie van 17 december 2015 bij Verordening (EU) nr. 596/2014 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de melding van daadwerkelijke of potentiële inbreuken op deze verordening aan de bevoegde autoriteiten (PB L 332 van 18.12.2015, blz. 126)

30 september 2018 (4)

173

Uitvoeringsverordening (EU) 2016/347 van de Commissie van 10 maart 2016 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen met betrekking tot de precieze indeling van lijsten van personen met voorwetenschap en voor het bijwerken van lijsten van personen met voorwetenschap overeenkomstig Verordening (EU) nr. 596/2014 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 65 van 11.3.2016, blz. 49)

30 september 2018 (4)

174

Uitvoeringsverordening (EU) 2016/378 van de Commissie van 11 maart 2016 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen met betrekking tot het tijdstip, het formaat en het model van de indiening van kennisgevingen bij bevoegde autoriteiten overeenkomstig Verordening (EU) nr. 596/2014 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 72 van 17.3.2016, blz. 1)

30 september 2018 (4)

175

Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/522 van de Commissie van 17 december 2015 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 596/2014 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot een vrijstelling voor bepaalde publieke organen en centrale banken in derde landen, de indicatoren van marktmanipulatie, de openbaarmakingsdrempels, de bevoegde autoriteit voor kennisgevingen van uitstel, de toestemming voor handel tijdens afgesloten perioden en typen aan te melden transacties van leidinggevenden (PB L 88 van 5.4.2016, blz. 1)

30 september 2018 (4)

176

Uitvoeringsverordening (EU) 2016/523 van de Commissie van 10 maart 2016 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen met betrekking tot de vorm en het model voor de mededeling en de openbaarmaking van transacties door leidinggevenden overeenkomstig Verordening (EU) nr. 596/2014 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 88 van 5.4.2016, blz. 19)

30 september 2018 (4)

177

Richtlijn 2014/49/EU van het Europees Parlement en de Raad van 16 april 2014 inzake de depositogarantiestelsels (PB L 173 van 12.6.2014, blz. 149)

31 maart 2016 (2)

178

Richtlijn 2014/57/EU van het Europees Parlement en de Raad van 16 april 2014 betreffende strafrechtelijke sancties voor marktmisbruik (PB L 173 van 12.6.2014, blz. 179)

30 september 2018 (4)

179

Richtlijn 2014/59/EU van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 betreffende de totstandbrenging van een kader voor het herstel en de afwikkeling van kredietinstellingen en beleggingsondernemingen en tot wijziging van Richtlijn 82/891/EEG van de Raad en de Richtlijnen 2001/24/EG, 2002/47/EG, 2004/25/EG, 2005/56/EG, 2007/36/EG, 2011/35/EU, 2012/30/EU en 2013/36/EU en de Verordeningen (EU) nr. 1093/2010 en (EU) nr. 648/2012, van het Europees Parlement en de Raad (PB L 173 van 12.6.2014, blz. 190)

31 maart 2018 (2)

 

Aangevuld met:

 

180

Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/63 van de Commissie van 21 oktober 2014 tot aanvulling van Richtlijn 2014/59/EU van het Europees Parlement en de Raad van wat de vooraf te betalen bijdragen aan afwikkelingsfinancieringsregelingen betreft (PB L 11 van 17.1.2015, blz. 44)

31 maart 2018 (3)

181

Richtlijn 2014/65/EU van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 betreffende markten voor financiële instrumenten en tot wijziging van Richtlijn 2002/92/EG en Richtlijn 2011/61/EU (PB L 173 van 12.6.2014, blz. 349)

31 december 2020 (3)

 

Gewijzigd bij:

 

182

Verordening (EU) nr. 909/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 23 juli 2014 betreffende de verbetering van de effectenafwikkeling in de Europese Unie, betreffende centrale effectenbewaarinstellingen en tot wijziging van Richtlijnen 98/26/EG en 2014/65/EU en Verordening (EU) nr. 236/2012 (PB L 257 van 28.8.2014, blz. 1)

31 december 2020 (4)

183

Verordening (EU) nr. 600/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 betreffende markten in financiële instrumenten en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012 (PB L 173 van 12.6.2014, blz. 84)

31 december 2020 (3)

184

Verordening (EU) nr. 909/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 23 juli 2014 betreffende de verbetering van de effectenafwikkeling in de Europese Unie, betreffende centrale effectenbewaarinstellingen en tot wijziging van Richtlijnen 98/26/EG en 2014/65/EU en Verordening (EU) nr. 236/2012 (PB L 257 van 28.8.2014, blz. 1)

31 december 2020 (4)

185

Verordening (EU) 2015/2365 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2015 betreffende de transparantie van effectenfinancieringstransacties en van hergebruik en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012 (PB L 337 van 23.12.2015, blz. 1)

30 september 2019 (4)

186

Richtlijn (EU) 2015/2366 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2015 betreffende betalingsdiensten in de interne markt, houdende wijziging van de Richtlijnen 2002/65/EG, 2009/110/EG, 2013/36/EU en Verordening (EU) nr. 1093/2010 en houdende intrekking van Richtlijn 2007/64/EG (PB L 337 van 23.12.2015, blz. 35)

30 september 2018 (4)

Wetgeving betreffende de verzameling van statistische informatie (*1)

187

Richtsnoer ECB/2013/24 van de Europese Centrale Bank van 25 juli 2013 betreffende de statistische rapportagevereisten van de Europese Centrale Bank met betrekking tot financiële kwartaalrekeningen (PB L 2 van 7.1.2014, blz. 34)

31 maart 2016 (2)

 

Gewijzigd bij:

 

188

Richtsnoer (EU) 2016/66 van de Europese Centrale Bank van 26 november 2015 tot wijziging van Richtsnoer ECB/2013/24 betreffende de statistische rapportagevereisten van de Europese Centrale Bank met betrekking tot financiële kwartaalrekeningen (ECB/2015/40) (PB L 14 van 21.1.2016, blz. 36)

31 maart 2017 (4)

189

Verordening (EU) nr. 1071/2013 van de Europese Centrale Bank van 24 september 2013 met betrekking tot de balans van de sector monetaire financiële instellingen (ECB/2013/33) (PB L 297 van 7.11.2013, blz. 1)

31 maart 2016 (2)

 

Gewijzigd bij:

190

Verordening (EU) nr. 1375/2014 van de Europese Centrale Bank van 10 december 2014 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1071/2013 (ECB/2013/33) met betrekking tot de balans van de sector monetaire financiële instellingen (ECB/2014/51) (PB L 366 van 20.12.2014, blz. 77)

191

Verordening (EU) nr. 1072/2013 van de Europese Centrale Bank van 24 september 2013 met betrekking tot statistieken van door monetaire financiële instellingen gehanteerde rentetarieven (ECB/2013/34) (PB L 297 van 7.11.2013, blz. 51)

31 maart 2016 (2)

 

Gewijzigd bij:

192

Verordening (EU) nr. 756/2014 van de Europese Centrale Bank van 8 juli 2014 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1072/2013 (ECB/2013/34) met betrekking tot statistieken van door monetaire financiële instellingen gehanteerde rentetarieven (ECB/2014/30) (PB L 205 van 12.7.2014, blz. 14)

193

Richtsnoer ECB/2014/15 van de Europese Centrale Bank van 4 april 2014 betreffende monetaire en financiële statistieken (PB L 340 van 26.11.2014, blz. 1)

31 maart 2016 (2)

 

Gewijzigd bij:

194

Richtsnoer ECB/2014/43 van de Europese Centrale Bank van 6 november 2014 tot wijziging van Richtsnoer ECB/2014/15 betreffende monetaire en financiële statistieken (PB L 93 van 9.4.2015, blz. 82)

195

Richtsnoer (EU) 2016/450 van de Europese Centrale Bank van 4 december 2015 tot wijziging van Richtsnoer ECB/2014/15 betreffende monetaire en financiële statistieken (ECB/2015/44) (PB L 86 van 1.4.2016, blz. 42)

31 maart 2017 (4)

(1)   Het Gemengd Comité van 2013 heeft overeenkomstig artikel 8, lid 4, van de Monetaire Overeenkomst van 30 juni 2011 tussen de Europese Unie en het Vorstendom Andorra over deze termijnen beslist.

(2)   Het Gemengd Comité van 2014 heeft overeenkomstig artikel 8, lid 4, van de Monetaire Overeenkomst van 30 juni 2011 tussen de Europese Unie en het Vorstendom Andorra over deze termijnen beslist.

(3)   Het Gemengd Comité van 2015 heeft overeenkomstig artikel 8, lid 4, van de Monetaire Overeenkomst van 30 juni 2011 tussen de Europese Unie en het Vorstendom Andorra over deze termijnen beslist.

(4)   Het Gemengd Comité van 2016 heeft overeenkomstig artikel 8, lid 4, van de Monetaire Overeenkomst van 30 juni 2011 tussen de Europese Unie en het Vorstendom Andorra over deze termijnen beslist.

(*1)   Als overeengekomen in het kader van de template voor vereenvoudigde statistische rapportage.