02003O0005 — NL — 15.12.2020 — 002.001


Onderstaande tekst dient louter ter informatie en is juridisch niet bindend. De EU-instellingen zijn niet aansprakelijk voor de inhoud. Alleen de besluiten die zijn gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Unie (te raadplegen in EUR-Lex) zijn authentiek. Deze officiële versies zijn rechtstreeks toegankelijk via de links in dit document

►B

RICHTSNOER VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK

van 20 maart 2003

betreffende de tenuitvoerlegging van maatregelen tegen niet-conforme reproducties van eurobankbiljetten en betreffende de vervanging en het uit circulatie nemen van eurobankbiljetten

(ECB/2003/5)

(2003/206/EG)

(PB L 078 van 25.3.2003, blz. 20)

Gewijzigd bij:

 

 

Publicatieblad

  nr.

blz.

datum

►M1

RICHTSNOER VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK van 19 april 2013

  L 118

43

30.4.2013

►M2

RICHTSNOER (EU) 2020/2091 VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK van 4 december 2020

  L 423

65

15.12.2020




▼B

RICHTSNOER VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK

van 20 maart 2003

betreffende de tenuitvoerlegging van maatregelen tegen niet-conforme reproducties van eurobankbiljetten en betreffende de vervanging en het uit circulatie nemen van eurobankbiljetten

(ECB/2003/5)

(2003/206/EG)



▼M2

Artikel 1

Definities

Voor de toepassing van dit richtsnoer gelden de volgende definities:

1. 

een „niet-conforme reproductie” is een reproductie als bedoeld in artikel 2, lid 1, van Besluit ECB/2013/10 van de Europese Centrale Bank ( 1 ) die:

a) 

niet voldoet aan de in artikel 2, lid 3, van Besluit ECB/2013/10 vastgelegde criteria en niet is vrijgesteld door de ECB of de betrokken NCB krachtens artikel 2, lid 5, van Besluit ECB/2013/10, of

b) 

het auteursrecht van de ECB op eurobankbiljetten schendt door bijvoorbeeld de standing van eurobankbiljetten te schaden;

2. 

een “niet-conforme activiteit” is het produceren, in bezit hebben, vervoeren, verspreiden, verkopen, promoten, invoeren in de Unie en gebruiken of trachten te gebruiken voor transacties van niet-conforme reproducties.

▼B

Artikel 2

▼M2

Handhaving van maatregelen tegen niet-conforme activiteiten

1.  
Indien een NCB kennis krijgt van het verrichten van een niet-conforme activiteit op haar nationale grondgebied, gelast zij de inbreukmakende partij middels een door de ECB beschikbaargestelde standaardbrief het verrichten van een of meer van de betreffende niet-conforme activiteiten te staken, en, waar zulks passend wordt geacht, gelast zij partij die de niet-conforme reproductie in haar bezit heeft, de niet-conforme reproductie ter hand te stellen.

▼M2

1 bis.  
Indien een NCB kennis krijgt van het verrichten van een, directe of indirecte, niet-conforme activiteit, waaronder in elektronische vorm op websites met de betreffende nationale URL-domeinen, per draad of draadloos of via andere middelen die het publiek de mogelijkheid bieden toegang te verkrijgen tot de niet-conforme reproductie op een door hen gekozen plaats en tijdstip, stelt deze NCB de ECB daarvan onverwijld in kennis. Met behulp van een door de ECB beschikbaar gesteld standaardsjabloon gelast de NCB de inbreukmakende partij tevens het verrichten van de niet-conforme activiteit te staken. De ECB onderneemt vervolgens alle mogelijke stappen om de niet-conforme reproductie van de elektronische locatie te verwijderen.
1 ter.  
De ECB kan de niet-conforme partij ook gelasten om het verrichten van een of meer van de betreffende niet-conforme activiteiten op het grondgebied van meer dan één lidstaat en buiten de Unie te staken. Waar zulks passend wordt geacht, zal de ECB de partij die de niet-conforme reproductie in haar bezit heeft, gelasten de niet-conforme reproductie ter hand te stellen.
1 quater.  
Alvorens enige in dit artikel genoemde maatregel te nemen, stelt een NCB de ECB in kennis en coördineert de ECB de te nemen maatregelen, zodat de NCB of de ECB, al naargelang het geval, bij het nemen van maatregelen binnen haar bevoegdheid handelt.

▼B

2.  
Indien de inbreukmakende partij geen gevolg geeft aan het bevel dat krachtens lid 1 is uitgevaardigd, stelt de betrokken NCB de ECB daarvan onverwijld in kennis.

▼M2

3.  
Een daaropvolgend besluit om een inbreukprocedure aanhangig te maken op grond van artikel 3, lid 1, van Verordening (EG) nr. 2532/98 ( 2 ), dat ertoe kan leiden dat op basis van die Verordening sancties worden opgelegd, wordt hetzij door de directie van de ECB, hetzij door de betrokken NCB genomen. Voorafgaand aan het nemen van een dergelijk besluit raadplegen de ECB en de betrokken NCB elkaar en informeert de NCB de ECB of er een aparte inbreukprocedure krachtens nationaal strafrecht aanhangig is gemaakt of aanhangig kan worden gemaakt en voorts of er enige andere passende rechtsgrondslag is voor het ondernemen van actie tegen de niet-conforme activiteit, bijvoorbeeld het auteursrecht. Indien er krachtens nationaal strafrecht reeds een inbreukprocedure aanhangig is gemaakt of aanhangig zal worden gemaakt, of indien er enige andere passende rechtsgrondslag bestaat voor het ondernemen van actie tegen de niet-conforme activiteit, zal geen inbreukprocedure krachtens Verordening (EG) nr. 2532/98 aanhangig worden gemaakt.

▼B

4.  
Indien de ECB besluit tot het aanhangig maken van een inbreukprocedure krachtens Verordening (EG) nr. 2532/98, kan zij verlangen dat de NCB's optreden in rechte. In dat geval instrueert de ECB de betrokken NCB's en verleent hen de vereiste volmachten. Alle kosten van de procedure worden door de ECB gedragen. Voorzover aangewezen en mogelijk, verzekeren de ECB of de NCB, al naar gelang de omstandigheden, dat de niet-conforme reproducties worden ingetrokken.

▼M2

5.  

De ECB onderneemt de in dit artikel beschreven stappen op eigen initiatief indien:

a) 

de oorsprong van de niet-conforme activiteit redelijkerwijze niet kan worden vastgesteld, of

b) 

de niet-conforme activiteit is verricht of zal worden verricht op het grondgebied van meerdere deelnemende lidstaten, of

c) 

de niet-conforme activiteit is verricht of zal worden verricht buiten het grondgebied van meerdere deelnemende lidstaten.

Artikel 3

Vrijstellingsverzoeken voor reproducties

1.  

Alle verzoeken om vrijstelling overeenkomstig artikel 2, lid 5, van Besluit ECB/2013/10 worden behandeld:

a) 

door de respectieve NCB namens de ECB, indien de reproducties alleen op het grondgebied van haar lidstaat zijn of zullen worden geproduceerd, of

b) 

door de ECB in alle andere gevallen zoals vermeld in artikel 2, lid 5, van Besluit ECB/2013/10.

2.  
Indien een NCB een verzoek om een nieuw soort vrijstelling ontvangt, stelt de NCB de ECB in kennis van het verzoek en van haar voornemen om een vrijstelling te verlenen of te weigeren. Indien de ECB en de NCB hierover van mening verschillen, beslist de directie. Bij haar besluitvorming houdt de directie rekening met de standpunten van het Comité bankbiljetten (BANCO) en het Juridisch comité (LEGCO), en met name met ingenomen standpunten ten aanzien van de individuele situatie van de betreffende lidstaat, zulks onder voorbehoud van ingenomen standpunten met betrekking tot de gevolgen van het besluit voor het gehele eurogebied. De ECB verzamelt de gegevens inzake de door de ECB ontvangen (al dan niet tot de ECB gerichte) verzoeken en de antwoorden op die verzoeken en stelt de NCB’s daarvan in kennis. De ECB kan ook van tijd tot tijd de geconsolideerde gegevens publiceren.

▼M1

Artikel 4

Vervanging van beschadigde eurobankbiljetten

1.  
De NCB's passen Besluit ECB/2013/10 ( 3 ) naar behoren toe.
2.  
Bij de toepassing van Besluit ECB/2013/10 en behoudens wettelijke beperkingen, mogen de NCB's beschadigde eurobankbiljetten of delen daarvan vernietigen, tenzij deze om juridische redenen bewaard dienen te worden of aan de aanvrager geretourneerd dienen te worden.
3.  
De NCB's wijzen één orgaan of instelling aan voor het nemen van besluiten inzake de vervanging van beschadigde eurobankbiljetten in de in artikel 3, lid 1, onder b) van Besluit ECB/2013/10 voorziene gevallen en stellen de ECB hiervan dienovereenkomstig in kennis.

▼B

Artikel 5

Uit circulatie nemen van eurobankbiljetten

Conform eventuele instructies van de directie terzake, kondigen NCB's in de nationale media voor eigen rekening elk besluit aan van de Raad van bestuur inzake het uit circulatie nemen van een type of serie eurobankbiljetten.

Artikel 6

Wijzigingen van Richtsnoer ECB/1999/3

De artikelen 1, 2 en 4 van Richtsnoer ECB/1999/3 worden hierbij ingetrokken. Verwijzingen naar de ingetrokken artikelen worden opgevat als verwijzingen naar respectievelijk artikel 2, artikel 4 en artikel 5 van dit richtsnoer.

Artikel 7

Slotbepalingen

1.  
Dit richtsnoer is gericht tot de nationale centrale banken van de deelnemende lidstaten.
2.  
Dit richtsnoer wordt van kracht op de dag volgende op die van de publicatie in het Publicatieblad van de Europese Unie.



( 1 ) Besluit ECB/2013/10 van de Europese Centrale Bank van 19 april 2013 betreffende de denominaties, specificaties, reproductie, vervanging en het uit circulatie nemen van eurobankbiljetten (PB L 118 van 30.4.2013, blz. 37).

( 2 ) Verordening (EG) nr. 2532/98 van de Raad van 23 november 1998 met betrekking tot de bevoegdheid van de ECB om sancties op te leggen (PB L 318 van 27.11.1998, blz. 4).

( 3 ) PB L 118 van 30.4.2013, blz. 37.