2001R2535 — NL — 03.11.2014 — 031.001
Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen
VERORDENING (EG) Nr. 2535/2001 VAN DE COMMISSIE van 14 december 2001 (PB L 341, 22.12.2001, p.29) |
Gewijzigd bij:
Gerectificeerd bij:
VERORDENING (EG) Nr. 2535/2001 VAN DE COMMISSIE
van 14 december 2001
houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1255/1999 van de Raad voor de invoerregeling voor melk en zuivelproducten en houdende opening van tariefcontingenten
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 1255/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector melk en zuivelproducten ( 1 ), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1670/2000 ( 2 ), en met name op artikel 26, lid 3, en artikel 29, lid 1,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Verordening (EG) nr. 1374/98 van de Commissie van 30 juni 1995 houdende uitvoeringsbepalingen voor de invoerregeling en houdende opening van tariefcontingenten in de sector melk en zuivelproducten ( 3 ), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 594/2001 ( 4 ), is herhaaldelijk en ingrijpend gewijzigd. Nu deze verordening opnieuw wordt gewijzigd, dient ter wille van een duidelijke en rationele regelgeving te worden overgegaan tot de algehele omwerking ervan en dienen in de verordening de bepalingen te worden opgenomen van Verordening (EEG) nr. 2967/79 van de Commissie van 18 december 1979 tot vaststelling van de voorwaarden voor de verwerking van bepaalde in het kader van een preferentiële regeling ingevoerde kaassoorten ( 5 ), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1599/95 ( 6 ); van Verordening (EG) nr. 2508/97 van de Commissie van 15 december 1997 houdende bepalingen voor de uitvoering, in de sector melk en zuivelproducten, van de regelingen waarin is voorzien bij de Europaovereenkomsten tussen, enerzijds, de Gemeenschap en, anderzijds, Hongarije, de Republiek Polen, de Tsjechische Republiek, de Slowaakse Republiek, Bulgarije, Roemenië en Slovenië, en van de regeling waarin is voorzien bij de overeenkomsten betreffende vrijhandel en met handel verband houdende zaken tussen de Gemeenschap en de Baltische staten ( 7 ), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2856/2000 ( 8 ); en van Verordening (EG) nr. 2414/98 van de Commissie van 9 november 1998 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van de regeling voor producten van de sector melk en zuivelproducten van oorsprong uit de staten in Afrika, het Caribische gebied en de Stille Oceaan (ACS) en tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 1150/90 ( 9 ). |
(2) |
Op grond van de artikelen 26 en 29 van Verordening (EG) nr. 1255/1999 moeten invoercertificaten worden afgegeven aan elke belanghebbende die daarom verzoekt, ongeacht zijn plaats van vestiging in de Gemeenschap, en moet, met inachtneming van alle relevante bepalingen, elke vorm van discriminatie tussen importeurs worden voorkomen. |
(3) |
Om rekening te houden met bepaalde specifieke kenmerken van de invoer van zuivelproducten, moeten bepalingen worden vastgesteld die een aanvulling vormen op, en in voorkomend geval afwijken van Verordening (EG) nr. 1291/2000 van de Commissie van 9 juni 2000 houdende gemeenschappelijke uitvoeringsbepalingen inzake het stelsel van invoer-, uitvoer- en voorfixatiecertificaten voor landbouwproducten ( 10 ), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2299/2001 ( 11 ). |
(4) |
Er moeten specifieke bepalingen worden vastgesteld voor de invoer in de Gemeenschap van zuivelproducten met verlaagd recht in het kader van de concessies in de vorm van tariefcontingenten die zijn opgenomen in de volgende teksten: a) de concessies in de lijst CXL die is opgesteld naar aanleiding van de multilaterale handelsbesprekingen van de Uruguayronde en van de onderhandelingen in het kader van artikel XXIV, lid 6, van de GATT na de toetreding van Oostenrijk, Finland en Zweden tot de Europese Unie (hierna „de lijst CXL”); b) de tariefovereenkomst met Zwitserland betreffende bepaalde kaassoorten van post 04.04 van het gemeenschappelijk douanetarief, namens de Gemeenschap gesloten bij Besluit 69/352/EEG van de Raad ( 12 ), laatstelijk gewijzigd bij de overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Gemeenschap enerzijds en de Zwitserse Bondsstaat anderzijds betreffende bepaalde landbouwproducten, goedgekeurd bij Besluit 95/582/EG van de Raad ( 13 ) (hierna „de overeenkomst met Zwitserland”); c) de overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Gemeenschap enerzijds en het Koninkrijk Noorwegen anderzijds betreffende bepaalde landbouwproducten, goedgekeurd bij Besluit 95/582/EG (hierna „de overeenkomst met Noorwegen”); d) Besluit nr. 1/98 van de Associatieraad EG-Turkije van 25 februari 1998 betreffende de handelsregeling voor landbouwproducten ( 14 ); e) Verordening (EG) nr. 1706/98 van de Raad van 20 juli 1998 tot vaststelling van de regeling voor landbouwproducten en door verwerking daarvan verkregen goederen, van oorsprong uit de staten in Afrika, het Caribische gebied en de Stille Oceaan (de ACS-staten) en tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 715/90 ( 15 ); f) de overeenkomst inzake handel, ontwikkeling en samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en de Republiek Zuid-Afrika, anderzijds, voorlopig toegepast middels een overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Gemeenschap en Zuid-Afrika en goedgekeurd bij Besluit 1999/753/EG van de Raad ( 16 ) (hierna: „de overeenkomst met Zuid-Afrika”); g) de Verordeningen (EG) nr. 1349/2000 ( 17 ), gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2677/2000 ( 18 ); (EG) nr. 1727/2000 ( 19 ); (EG) nr. 2290/2000 ( 20 ); (EG) nr. 2341/2000 ( 21 ); (EG) nr. 2433/2000 ( 22 ); (EG) nr. 2434/2000 ( 23 ); (EG) nr. 2435/2000 ( 24 ); (EG) nr. 2475/2000 ( 25 ); (EG) nr. 2766/2000 ( 26 ) en (EG) nr. 2851/2000 ( 27 ) van de Raad houdende vaststelling van bepaalde concessies in de vorm van communautaire tariefcontingenten voor bepaalde landbouwproducten en van een autonome overgangsregeling tot aanpassing van bepaalde landbouwconcessies die zijn opgenomen in de Europaovereenkomsten met respectievelijk Estland, Hongarije, Bulgarije, Letland, de Tsjechische Republiek, de Slowaakse Republiek, Roemenië, Slovenië, Litouwen en Polen; h) de op 19 december 1972 ondertekende overeenkomst waarbij een associatie tot stand is gebracht tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Republiek Cyprus, namens de Gemeenschap gesloten bij Verordening (EEG) nr. 1246/73 van de Raad ( 28 ), en met name het op 21 december 1987 bij Besluit 87/607/EEG van de Raad ( 29 ) goedgekeurde protocol houdende vaststelling van de voorwaarden en procedures voor de tenuitvoerlegging van de tweede etappe van de Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Republiek Cyprus (hierna „de overeenkomst met Cyprus”), |
(5) |
De lijst CXL voorziet in bepaalde tariefcontingenten in het kader van de zogeheten „vigerende markttoegang” en „minimummarkttoegang”. Deze contingenten moeten worden geopend en verder moet worden bepaald hoe deze contingenten moeten worden beheerd. |
(6) |
Voor een juist en billijk beheer van de niet naar land van oorsprong gespecificeerde tariefcontingenten van de lijst CXL en van de tariefcontingenten voor de invoer met verlaagd recht uit de landen van Midden- en Oost-Europa, de ACS-landen, Turkije en de Republiek Zuid-Afrika, dient enerzijds te worden bepaald dat bij de aanvraag van een invoercertificaat een hogere zekerheid moet worden gesteld dan die welke voor de gewone invoer geldt, en dienen anderzijds bepaalde voorwaarden voor de indiening van de certificaataanvragen te worden vastgesteld. Tevens dient te worden voorzien in een spreiding van de contingenten over het jaar en dienen de procedure voor de toewijzing van de certificaten en de geldigheidsduur ervan te worden vastgesteld. |
(7) |
Om te garanderen dat alleen serieuze certificaataanvragen worden ingediend, speculaties te voorkomen en een optimaal gebruik van de geopende contingenten te waarborgen, mogen per aanvraag slechts invoercertificaten voor maximaal 10 % van het contingent worden afgegeven, mag niet langer de mogelijkheid worden geboden de certificaataanvraag in te trekken indien de toewijzingscoëfficiënt kleiner is dan 0,80, mogen de contingenten alleen openstaan voor marktdeelnemers die reeds eerder onder het contingent vallende producten hebben uitgevoerd en/of ingevoerd, moeten criteria worden vastgesteld om te bepalen welke marktdeelnemers certificaten mogen aanvragen door te verlangen dat zij met documenten aantonen dat zij handelaar zijn en een regelmatige handelspraktijk hebben, en moet worden bepaald dat iedere marktdeelnemer slechts één aanvraag per contingent mag indienen. Om de procedure voor de selectie en toewijzing van de in aanmerking komende aanvragers door de nationale regeringen te vergemakkelijken, moet een procedure voor de erkenning van in aanmerking komende aanvragers worden vastgesteld en moet een lijst van erkende aanvragers met een geldigheidsduur van een jaar worden opgesteld. Om ervoor te zorgen dat de bepalingen inzake het aantal aanvragen doeltreffend worden toegepast, moet een sanctie worden bepaald bij overtreding van de maxima. |
(8) |
Producten die onder de regeling actieve of passieve veredeling vallen, worden noch ingevoerd om vervolgens in het vrije verkeer te worden gebracht, noch uitgevoerd, en zijn derhalve nooit meegerekend om te bepalen of aanvragers in aanmerking komen voor de regeling van Verordening (EG) nr. 1374/98. Omwille van de duidelijkheid moet derhalve worden bepaald dat deze producten niet mogen worden meegerekend voor de berekening van de in deze verordening bedoelde referentiehoeveelheid. |
(9) |
Voor het beheer van de naar land van oorsprong gespecificeerde tariefcontingenten van de lijst CXL en van de contingenten van de overeenkomst met Noorwegen, met name om te kunnen controleren of de ingevoerde producten aan de omschrijving van de betrokken goederen beantwoorden en het tariefcontingent in acht wordt genomen, dient gebruik te worden gemaakt van het stelsel van invoercertificaten die na overlegging van een certificaat IMA 1 („inward monitoring arrangements certificate”) in een voorgeschreven vorm onder verantwoordelijkheid van het land van uitvoer worden afgegeven. Dit stelsel, in het kader waarvan het land van uitvoer de garantie geeft dat het uitgevoerde product aan de omschrijving van de betrokken goederen beantwoordt, vereenvoudigt de invoerprocedure aanzienlijk. Dit stelsel wordt ook door derde landen gebruikt om de inachtneming van tariefcontingenten te monitoren. |
(10) |
Om de financiële belangen van de Gemeenschap te beschermen, moeten in het kader van het stelsel van certificaten IMA 1 de aangiften echter worden gecontroleerd op communautair niveau op basis van aselecte steekproeftrekking uit de partijen en met gebruik van internationaal erkende test- en statistische methoden. |
(11) |
Voor de tenuitvoerlegging van het stelsel van certificaten IMA 1 zijn preciseringen nodig, in het bijzonder met betrekking tot het invullen, afgeven, annuleren, wijzigen en vervangen van certificaten IMA 1 door de met de afgifte ervan belaste instelling, de geldigheidsduur van deze certificaten en de voorwaarden voor het gebruik ervan samen met een corresponderend invoercertificaat. Ook moeten bepalingen worden vastgesteld betreffende situaties die zich aan het einde van het jaar in samenhang met de normale verzendingstermijnen kunnen voordoen, voor het in het vrije verkeer brengen van door een certificaat IMA 1 gedekte producten die bestemd zijn voor invoer in het volgende jaar. Ten slotte moet worden voorzien in de monitoring van de invoeraangiften en in een audit aan het einde van het jaar om de inachtneming van het contingent te waarborgen. |
(12) |
Nieuw-Zeelandse boter die in het kader van het invoercontingent onder de zogeheten „vigerende markttoegang” wordt ingevoerd, moet worden geïdentificeerd om te voorkomen dat een volledige uitvoerrestitutie wordt toegekend en dat bepaalde steunbedragen worden betaald. Hiertoe moeten bepaalde begrippen worden gedefinieerd en moet worden gespecificeerd hoe het certificaat IMA 1 moet worden ingevuld, hoe de controles op het gewicht en het vetgehalte moeten worden verricht, en welke procedure moet worden gevolgd in geval van betwisting over de samenstelling van de boter. |
(13) |
In afwijking van Verordening (EG) nr. 1291/2000 is het dienstig aanvullende voorwaarden te stellen voor de invoer van boter uit Nieuw-Zeeland in het kader van het invoercontingent onder de zogeheten „vigerende markttoegang”, met name door de door een enkel certificaat IMA 1 gedekte hoeveelheid te koppelen aan die welke wordt gedekt door een enkel corresponderend invoercertificaat, en door voor te schrijven dat beide certificaten slechts eenmaal mogen worden gebruikt samen met één aangifte voor het vrije verkeer. |
(14) |
Canadese cheddar is nu het enige onder het stelsel van certificaten IMA 1 vallende product waarvoor een minimumwaarde franco grens in acht moet worden genomen. Daartoe dienen de koper en de lidstaat van bestemming in het certificaat IMA 1 te worden vermeld. |
(15) |
Naar aanleiding van inadequaat beheer door de met de afgifte van certificaten IMA 1 belaste instellingen in Noorwegen, waardoor de quota zijn overschreden, heeft Noorwegen verzocht de twee in bijlage VII bij Verordening (EG) nr. 1374/98 vermelde instellingen te vervangen door een enkele, rechtstreeks aan het ministerie van Landbouw ondergeschikte instelling. Om aan dit verzoek te beantwoorden moeten de nodige wijzigingen plaatsvinden. |
(16) |
Marktdeelnemers die voornemens zijn bepaalde kaassoorten van oorsprong uit Zwitserland in te voeren, moeten zich tot de inachtneming van een minimumwaarde franco grens verbinden om van de preferentiële behandeling voor die kaassoorten te kunnen profiteren. In het verleden werd deze verbintenis vermeld in vak 17 van het verplichte certificaat IMA 1, wat niet langer het geval is. Het is dienstig om duidelijkheidshalve het begrip „waarde franco grens” en de voorwaarden die tot doel hebben de inachtneming daarvan te waarborgen, op een andere wijze te specificeren. |
(17) |
In het kader van de specifieke bepalingen betreffende de preferentiële invoer van producten die niet vallen onder de in Verordening (EG) nr. 1706/98 bedoelde contingenten, noch onder bijlage 1 van protocol nr. 1 bij Besluit nr. 1/98 van de Associatieraad EG-Turkije, of bijlage IV bij de overeenkomst met Zuid-Afrika, noch onder de overeenkomst met Zwitserland, is het dienstig dat het verlaagde minimumrecht slechts wordt toegepast na overlegging van het in de protocollen bij de betrokken overeenkomsten bedoelde bewijs van oorsprong. |
(18) |
Om de eigen middelen beter te beschermen en gelet op de opgedane ervaringen zijn nauwkeurige bepalingen met betrekking tot de invoercontroles nodig. Met name de procedure die moet worden gevolgd in bepaalde gevallen waarin de door een aangifte voor het vrije verkeer gedekte partij niet aan de aangifte beantwoordt, dient te worden gespecificeerd met het oog op een adequaat toezicht op de hoeveelheden die daadwerkelijk in het vrije verkeer worden gebracht, vergeleken met de contingenten. |
(19) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor melk en zuivelproducten, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
TITEL 1
ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 1
Tenzij anders is bepaald, zijn de bepalingen van deze titel van toepassing op alle invoer in de Gemeenschap van de in artikel 1 van Verordening (EG) nr. 1255/1999 bedoelde producten, hierna „zuivelproducten” genoemd, met inbegrip van de invoer zonder kwantitatieve beperkingen of maatregelen van gelijke werking, noch douanerechten of heffingen van gelijke werking in het kader van de uitzonderlijke handelsmaatregelen ten behoeve van bepaalde landen en gebieden.
Artikel 2
In artikel 1, lid 2, onder a), van Verordening (EG) nr. 376/2008 is bepaald voor welke producten een certificaat moet worden overgelegd ( 30 ). De geldigheidsduur van het invoercertificaat en het bedrag van de zekerheid zijn vastgesteld in deel I van bijlage II bij die verordening, onverminderd artikel 24, leden 3 en 4, van de onderhavige verordening.
De Verordeningen (EG) nr. 376/2008 en (EG) nr. 1301/2006 van de Commissie ( 31 ) zijn van toepassing, tenzij in de onderhavige verordening anders is bepaald.
Artikel 3
▼M25 —————
2. In de aanvraag om een certificaat en in het certificaat zelf wordt in vak 16 de in de gecombineerde nomenclatuur gebruikte productcode (hierna „GN-code”) van acht cijfers vermeld, in voorkomend geval voorafgegaan door „ex”. Het certificaat geldt slechts voor het aldus omschreven product.
Certificaten die worden afgegeven voor de in hoofdstuk I en in hoofdstuk III, afdeling 2, van titel 2, bedoelde invoertariefcontingenten, zijn geldig voor alle onder één contingentnummer vallende GN codes, op voorwaarde dat het betrokken invoerrecht hetzelfde is.
▼M25 —————
4. Het certificaat wordt uiterlijk op de werkdag na de dag van indiening van de aanvraag afgegeven.
Artikel 4
1. GN-code 0406 90 01 , die betrekking heeft op voor verwerking bestemde kaas, is slechts van toepassing op ingevoerde producten.
2. De GN-codes 0406 20 10 en 0406 90 19 zijn slechts van toepassing op producten van oorsprong en van herkomst uit Zwitserland die worden ingevoerd overeenkomstig het bepaalde in artikel 20.
▼M19 —————
TITEL 2
SPECIFIEKE REGELS INZAKE DE INVOER MET VERLAAGD RECHT
HOOFDSTUK I
Invoer in het kader van door de Gemeenschap geopende contingenten op basis van uitsluitend invoercertificaten
Afdeling 1
Artikel 5
Dit hoofdstuk geldt voor de invoer van zuivelproducten in het kader van de volgende tariefcontingenten:
a) de niet naar land van oorsprong gespecificeerde contingenten van de lijst CXL;
▼M16 —————
▼M24 —————
▼M27 —————
▼M24 —————
f) de contingenten zoals bedoeld in bijlage 2 bij de tussen de Gemeenschap en Zwitserland gesloten overeenkomst inzake de handel in landbouwproducten, die is goedgekeurd bij Besluit 2002/309/EG, Euratom van de Raad en de Commissie ( 32 );
▼M13 —————
h) de contingenten bedoeld in bijlage V bij de Overeenkomst tussen de Europese Unie en het Koninkrijk Noorwegen, goedgekeurd bij Besluit 2011/818/EU van de Raad ( 33 ), hierna de „Overeenkomst met Noorwegen” genoemd;
i) de contingenten zoals bedoeld in bijlage II bij de tussen de Gemeenschap en IJsland gesloten overeenkomst over aanvullende handelspreferenties voor landbouwproducten, die is goedgekeurd bij Besluit 2007/138/EG van de Raad ( 34 );
j) het contingent met nummer 09.4210 zoals bedoeld in bijlage I bij Verordening (EG) nr. 55/2008 van de Raad ( 35 );
k) de in deel K van bijlage I bedoelde contingenten;
l) de in deel L van bijlage I bedoelde contingenten.
Artikel 6
De tariefcontingenten, de toe te passen rechten, de maximale jaarlijks in te voeren hoeveelheden, de invoercontingentperioden en de verdeling daarvan in deelperioden staan vermeld in bijlage I.
De in bijlage I, delen B, D en F, vermelde hoeveelheden worden, voor ieder invoerjaar, in gelijke delen over de op 1 januari en 1 juli van ieder jaar aanvangende zesmaandelijkse perioden gespreid.
Afdeling 2
Artikel 7
De aanvrager van een invoercertificaat moet van tevoren zijn erkend door de bevoegde autoriteit van de lidstaat waar hij is gevestigd.
Deze autoriteit geeft iedere erkende marktdeelnemer een erkenningsnummer.
Artikel 8
In afwijking van artikel 5, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1301/2006 moet erkenning worden verleend aan aanvragers die daartoe vóór 1 april van elk jaar een aanvraag indienen bij de bevoegde autoriteiten van de lidstaat waar zij zijn gevestigd en waar zij voor btw-doeleinden zijn geregistreerd, welke aanvraag vergezeld gaat van het bewijs dat zij gedurende de beide voorgaande kalenderjaren ten minste 25 ton zuivelproducten van hoofdstuk 04 van de gecombineerde nomenclatuur naar de Gemeenschap hebben uitgevoerd of uit de Gemeenschap hebben ingevoerd.
Artikel 9
Vóór ►M22 1 mei ◄ stelt de bevoegde autoriteit de aanvragers in kennis van het resultaat van de erkenningsprocedure en, in voorkomend geval, van het erkenningsnummer. De erkenning is een jaar geldig.
Artikel 10
1. Ieder jaar vóór 20 mei delen de lidstaten overeenkomstig lid 3 de lijst van erkende marktdeelnemers mee aan de Commissie, die deze lijst doorgeeft aan de bevoegde autoriteiten van de overige lidstaten.
Alleen de marktdeelnemers die staan vermeld op de lijst, mogen vanaf de daaropvolgende 1 juni certificaataanvragen voor invoer gedurende de periode van 1 juli tot en met de daaropvolgende 30 juni indienen overeenkomstig de bepalingen van de artikelen 11 tot en met 14.
2. Op verzoek van een kandidaat-lidstaat waarvoor een invoercontingent geopend is, kan de Commissie een lijst van erkende marktdeelnemers meedelen, voorzover de daarin opgenomen marktdeelnemers hierin toestemmen. De lidstaten doen het nodige om de toestemming van de betrokken martkdeelnemers te verkrijgen.
3. De lidstaten delen de lijst van erkende marktdeelnemers mee aan de Commissie, uitgesplitst naar de erkende marktdeelnemers die de in lid 2 bedoelde toestemming gegeven hebben, en de overige erkende marktdeelnemers. Deze kennisgeving bevat het erkenningsnummer, de naam, het adres, het telefoonnummer en het e-mailadres van de erkende marktdeelnemers.
Afdeling 3
Artikel 11
De certificaataanvragen mogen alleen worden ingediend in de lidstaat waar de aanvrager is erkend. Op de aanvragen moet het erkenningsnummer van de aanvrager worden vermeld.
▼M17 —————
Artikel 13
1. Op de certificaataanvraag kunnen een of meer van de in bijlage I voor hetzelfde contingent vermelde GN-codes worden vermeld en moet de voor elke verschillende code gevraagde hoeveelheid worden aangegeven.
Er wordt echter een afzonderlijk certificaat afgegeven voor elke code.
2. De certificaataanvraag moet betrekking hebben op ten minste tien ton en ten hoogste de voor het contingent beschikbare hoeveelheid voor de betrokken in artikel 6 bedoelde deelperiode.
Een certificaataanvraag mag evenwel slechts betrekking hebben:
a) in het kader van de in artikel 5, onder a), bedoelde contingenten, op ten hoogste 10 % van de beschikbare hoeveelheid;
b) in het kader van de in artikel 5, onder k), bedoelde contingenten, op ten hoogste 25 % van de beschikbare hoeveelheid.
▼M17 —————
Artikel 14
1. De certificaataanvragen kunnen slechts worden ingediend:
a) van 20 tot en met 30 november voor invoer gedurende de periode van 1 januari tot en met de daaropvolgende 30 juni;
b) van 1 tot en met 10 juni voor invoer gedurende de periode van 1 juli tot en met de daaropvolgende 31 december.
1 bis. Voor de in bijlage I, deel K, bedoelde contingenten kunnen de certificaataanvragen slechts worden ingediend:
a) van 20 tot en met 30 november voor invoer gedurende de periode van 1 januari tot en met de daaropvolgende 30 juni;
b) van 1 tot en met 10 juni voor invoer gedurende de periode van 1 juli tot en met de daaropvolgende 31 december;
c) van 1 tot en met 10 september voor invoer gedurende de periode van 1 oktober tot en met de daaropvolgende 31 december.
2. De in artikel 15, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1291/2000 bedoelde zekerheid bedraagt 35 EUR per 100 kg nettogewicht van het product.
Afdeling 4
Artikel 15
Op de vijfde werkdag na afloop van de termijn voor de indiening van de aanvragen delen de lidstaten de Commissie mede welke aanvragen voor elk van de betrokken producten zijn ingediend. Deze mededeling omvat de aangevraagde hoeveelheden per contingentnummer en per GN-code. De mededeling wordt voor elk contingent op een apart formulier gedaan.
Artikel 16
1. Het certificaat wordt binnen vijf werkdagen na de vijfde werkdag die volgt op de dag van de in artikel 15 bedoelde mededeling afgegeven door de bevoegde autoriteit van de lidstaat.
▼M17 —————
3. In afwijking van artikel 23 van Verordening (EG) nr. 1291/2000 zijn invoercertificaten slechts geldig gedurende de deelperiode waarvoor zij worden afgegeven. Vak 24 van de invoercertificaten bevat een van de in bijlage XX opgenomen vermeldingen.
4. De op grond van het onderhavige hoofdstuk afgegeven invoercertificaten mogen slechts worden overgedragen aan natuurlijke personen of rechtspersonen die overeenkomstig afdeling 2 zijn erkend. In geval van overdracht deelt de overdrager de instantie van afgifte het erkenningsnummer van de cessionaris mee.
5. In afwijking van artikel 11, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 1301/2006, gelezen in samenhang met de tweede alinea van dat lid, delen de lidstaten de Commissie binnen tien werkdagen na afloop van de in lid 1 van het onderhavige artikel bedoelde periode voor de afgifte van de invoercertificaten de hoeveelheden mee, ook als deze nul bedragen, waarvoor zij invoercertificaten hebben afgegeven.
Artikel 17
In afwijking van artikel 8, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1291/2000 mag de op grond van dit hoofdstuk ingevoerde hoeveelheid niet groter zijn dan de in de vakken 17 en 18 van het invoercertificaat aangegeven hoeveelheid. Daartoe wordt in vak 19 van het certificaat het cijfer 0 ingevuld.
Artikel 18
1. De certificaataanvraag en het certificaat bevatten:
a) in vak 8, het land van oorsprong;
b) in vak 15, de beschrijving van het product overeenkomstig bijlage I, of anders de beschrijving van het product overeenkomstig de GN-code van het betrokken contingent;
c) in vak 16, de GN-code van het betrokken contingent, in voorkomend geval voorafgegaan door „ex”.
d) in vak 20 één van de in bijlage XV opgenomen vermeldingen.
2. Het certificaat verplicht tot invoer uit het in vak 8 aangegeven land van oorsprong, met uitzondering van invoer in het kader van de in bijlage I, deel A, aangegeven contingenten.
▼M17 —————
Artikel 19
1. Het verlaagde recht wordt slechts toegepast na overlegging van de aangifte voor het vrije verkeer, vergezeld van het invoercertificaat en, wat de hieronder bedoelde invoer betreft, van het bewijs van oorsprong dat is afgegeven op grond van respectievelijk:
▼M16 —————
▼M24 —————
▼M27 —————
▼M24 —————
e) Protocol nr. 3 bij de Overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat van 22 juli 1972 ( 36 );
f) Protocol nr. 3 bij de Overeenkomst met Jordanië;
g) de in punt 9 van de Overeenkomst met Noorwegen bedoelde regels;
h) Protocol nr. 3 bij de Overeenkomst met IJsland;
i) de in artikel 2, lid 1, onder a), van Verordening (EG) nr. 55/2008 bedoelde bepalingen;
j) artikel 2, onder a), van Verordening (EU) nr. 374/2014 van het Europees Parlement en de Raad ( 37 ).
2. De overeenkomstig de in lid 1, onder a) en b), bedoelde overeenkomsten ingevoerde producten mogen slechts in het vrije verkeer worden gebracht na overlegging van het certificaat EUR 1, of van een verklaring die door de exporteur overeenkomstig de bepalingen van vorengenoemde protocollen is opgesteld.
▼M26 —————
3. Voor de in bijlage I, deel K, vermelde contingenten wordt het verlaagde recht slechts toegepast na:
a) aanvaarding van de aangifte voor het vrije verkeer;
b) overlegging van het invoercertificaat, en
c) overlegging van een certificaat IMA 1 als bedoeld in bijlage IX, dat is afgegeven door een in bijlage XII vermelde, met de afgifte belaste instelling, dat de in bijlage XI vermelde gegevens bevat en dat zowel de oorsprong van het door de aangifte gedekte product als de overeenstemming van het product met de voorwaarden aantoont.
De douaneautoriteiten vermelden het volgnummer van het certificaat IMA 1 op het invoercertificaat.
Artikel 37, leden 2, 3 en 4, is van overeenkomstige toepassing.
HOOFDSTUK I bis
Invoer in het kader van overeenkomstig de artikelen 308 bis tot en met 308 quater van verordening (EEG) nr. 2454/93 beheerde contingenten
Artikel 19 bis
1. Artikel 308 bis, artikel 308 ter en artikel 308 quater, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 2454/93 zijn van toepassing op de in bijlage VII bis opgenomen contingenten als bedoeld in:
a) Verordening (EG) nr. 312/2003 van de Raad ( 38 );
b) Verordening (EG) nr. 747/2001 van de Raad ( 39 );
c) bijlage IV, lijst 4, bij de overeenkomst inzake handel, ontwikkeling en samenwerking met Zuid-Afrika ( 40 );
d) bijlage I bij protocol nr. 1 bij Besluit nr. 1/98 van de Associatieraad EG-Turkije ( 41 ).
2. Voor de invoer in het kader van de in lid 1 bedoelde contingenten hoeft geen invoercertificaat te worden overgelegd.
2 bis. Voor het in lid 1, onder d), bedoelde contingent is artikel 308 quater, leden 2 en 3, van Verordening (EEG) nr. 2454/93 niet van toepassing voor de contingentperiode die loopt van 1 januari 2010 tot en met 31 december 2010.
4. Het verlaagde recht wordt pas toegepast na overlegging van het bewijs van oorsprong dat is afgegeven overeenkomstig:
a) bijlage III bij de overeenkomst met de Republiek Chili;
b) protocol nr. 4 bij de overeenkomst met Israël;
c) protocol nr. 1 bij de overeenkomst met Zuid-Afrika ( 42 );
d) protocol nr. 3 bij Besluit nr. 1/98 van de Associatieraad EG-Turkije;
HOOFDSTUK II
Invoer buiten de contingenten uitsluitend op basis van een invoercertificaat
Artikel 20
1. Dit hoofdstuk is van toepassing op:
a) de preferentiële invoer van producten die niet vallen onder contingenten als bedoeld in:
i) bijlage I bij protocol nr. 1 bij Besluit nr. 1/98 van de Associatieraad EG-Turkije,
ii) bijlage IV bij de overeenkomst met Zuid-Afrika,
iii) bijlage 2 bij de tussen de Europese Gemeenschap en Zwitserland gesloten overeenkomst inzake de handel in landbouwproducten;
b) alle andere preferentiële invoer, buiten de contingenten, van de in bijlage II, deel I, punt J, van Verordening (EG) nr. 376/2008 bedoelde producten.
2. Voor de in lid 1, onder a), bedoelde invoer zijn de betrokken producten en de toe te passen douanerechten vermeld in bijlage II bij deze verordening
Artikel 21
1. In de certificaataanvraag en het certificaat worden de volgende gegevens opgenomen:
a) in vak 8, het land van oorsprong;
b) in vak 20, één van de in bijlage XVI opgenomen vermeldingen.
2. In vak 24 van het certificaat wordt het toe te passen verlaagde recht vermeld.
3. Het certificaat verplicht tot invoer uit het in vak 8 aangegeven land van oorsprong.
Artikel 22
Het verlaagde recht wordt slechts toegepast na overlegging van het invoercertificaat en na aanvaarding van de aangifte voor het vrije verkeer, vergezeld van het bewijs van oorsprong.
HOOFDSTUK II bis
Invoer buiten de contingenten zonder overlegging van een invoercertificaat
Artikel 22 bis
1. Dit artikel is van toepassing op de preferentiële invoer van producten als bedoeld in artikel 3 van de tussen de Gemeenschap en Zwitserland gesloten overeenkomst inzake de handel in landbouwproducten.
2. Alle producten van GN-code 0406 van oorsprong uit Zwitserland zijn vrijgesteld van invoerrechten en van de overlegging van een invoercertificaat.
3. De vrijstelling wordt slechts toegepast na overlegging van de aangifte voor het vrije verkeer, vergezeld van het bewijs van oorsprong dat is afgegeven in toepassing van protocol nr. 3 bij de op 22 juli 1972 te Brussel ondertekende overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat.
HOOFDSTUK III
Invoer op basis van een invoercertificaat vergezeld van een certificaat IMA 1 („Inward Monitoring Arrangements Certificate”)
Afdeling 1
Artikel 24
1. Deze afdeling geldt voor invoer in het kader van de naar land van oorsprong gespecificeerde contingenten als vermeld in de in bijlage III.B bedoelde lijst CXL.
2. In bijlage III.B bij de onderhavige verordening zijn per invoertariefperiode de toe te passen rechten en de in te voeren maximumhoeveelheden vastgesteld.
3. Een certificaataanvraag wordt afgewezen tenzij bij de bevoegde instantie uiterlijk om 13.00 uur van de dag van indiening van de aanvraag een zekerheid is gesteld van 10 euro per 100 kilogram nettogewicht van het product.
4. Het certificaat is geldig vanaf de dag van feitelijke afgifte in de zin van artikel 22, lid 2, van Verordening (EG) nr. 376/2008 tot en met het einde van de derde daaropvolgende maand.
Artikel 25
1. Voor de invoer van de in bijlage III.B genoemde producten tegen het aldaar vermelde recht wordt een invoercertificaat slechts tegen overlegging van een corresponderend certificaat IMA 1 afgegeven voor de totale nettohoeveelheid die in dat certificaat IMA 1 is vermeld.
Het certificaat IMA 1 moet voldoen aan de voorwaarden van de artikelen 29 en 33. Op het invoercertificaat staan het nummer en de datum van afgifte van het certificaat IMA 1 vermeld.
2. Het invoercertificaat mag pas worden afgegeven nadat de bevoegde autoriteit heeft geverifieerd of het bepaalde in artikel 33, lid 1, onder e), in acht is genomen.
De instantie van afgifte van invoercertificaten doet de Commissie een kopie van het samen met elke invoercertificaataanvraag ingediende certificaat IMA 1 toekomen, uiterlijk om 18.00 uur (plaatselijke tijd Brussel) op de dag waarop dit certificaat IMA 1 is ingediend.
De instantie van afgifte van invoercertificaten geeft het invoercertificaat op de vierde daaropvolgende werkdag af, mits de Commissie vóór die datum geen bijzondere maatregel heeft getroffen.
De bevoegde instantie van afgifte van invoercertificaten behoudt het origineel van elk overgelegd certificaat IMA 1.
Artikel 26
1. Het certificaat IMA 1 is geldig vanaf de datum van afgifte ervan tot het einde van de achtste daaropvolgende maand, maar kan in geen geval nog geldig zijn na het verstrijken van de geldigheidsduur van het corresponderende invoercertificaat of na 31 december van het invoerjaar waarvoor het is afgegeven.
2. Vanaf 1 november van elk jaar kunnen certificaten IMA 1 die geldig zijn vanaf de daaropvolgende 1 januari, worden afgegeven voor hoeveelheden die onder het contingent voor het invoerjaar vallen. Aanvragen om invoercertificaten kunnen echter pas vanaf de eerste werkdag van het invoerjaar worden aangevraagd.
▼M18 —————
3. De omstandigheden waaronder een certificaat IMA 1 kan worden geannuleerd, gewijzigd, vervangen of gecorrigeerd, zijn aangegeven in bijlage VIII.
Artikel 27
In afwijking van artikel 8, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1291/2000 mag de ingevoerde hoeveelheid niet groter zijn dan de in de vakken 17 en 18 van het invoercertificaat vermelde hoeveelheid. Hiertoe wordt in vak 19 van het invoercertificaat het cijfer „0” ingevuld.
Artikel 28
1. De certificaataanvraag en het certificaat bevatten:
a) in de vakken 7 en 8, het land van herkomst en dat van oorsprong;
b) in vak 15, de beschrijving van de producten volgens de specificatie in bijlage III;
c) in vak 16, de GN-code volgens de specificatie van bijlage III, in voorkomend geval voorafgegaan door „ex”;
d) in vak 20, in voorkomend geval, het contingentnummer en het volgnummer van het certificaat IMA 1 en de datum van afgifte ervan, vermeld in de vorm van een van de in bijlage XVI opgenomen vermeldingen.
2. Het certificaat verplicht tot invoer uit het in vak 8 aangegeven land van oorsprong.
▼M17 —————
Artikel 29
1. Het certificaat IMA 1 wordt, behalve voor Nieuw-Zeelandse boter, overeenkomstig de bepalingen van dit hoofdstuk opgesteld volgens het in bijlage IX opgenomen model.
2. Het op de koper betrekking hebbende vak 3 en het op de lidstaat van bestemming betrekking hebbende vak 6 van het certificaat IMA 1 worden niet ingevuld, behalve in het geval van de cheddar van contingent nummer 09.4513 in bijlage III.
Artikel 30
1. Het in artikel 29 bedoelde formulier is van het formaat 210 × 297 mm. Het gewicht van het te gebruiken papier moet ten minste 40 g/m2 zijn en de kleur van dat papier wit.
2. De formulieren worden in één van de officiële talen van de Gemeenschap gedrukt en ingevuld. Voorts mogen zij in de officiële taal of in één van de officiële talen van het land van uitvoer worden gedrukt en ingevuld.
3. Het formulier wordt hetzij met de schrijfmachine, hetzij met de hand ingevuld, in het laatste geval in drukletters.
4. Ieder certificaat IMA 1 wordt door de met de afgifte belaste instelling van een volgnummer voorzien.
Artikel 31
1. Voor iedere soort en iedere aanbiedingsvorm van de in bijlage III bedoelde producten moet een certificaat IMA 1 worden opgesteld.
2. Voor iedere soort en iedere aanbiedingsvorm van de producten, met uitzondering van Nieuw-Zeelandse boter, moet het certificaat IMA 1 de in bijlage XI vermelde gegevens bevatten.
Artikel 32
1. Een eensluidend verklaarde kopie van het certificaat IMA 1 moet, samen met het corresponderende invoercertificaat en de producten waarop deze certificaten betrekking hebben, aan de douaneautoriteiten van de lidstaat van invoer worden overgelegd bij de indiening van de aangifte voor het vrije verkeer. Onverminderd artikel 26, lid 1, moet deze kopie, behoudens overmacht, worden overgelegd tijdens de geldigheidsduur van het certificaat IMA 1.
2. Een certificaat IMA 1 is slechts geldig indien het door een met de afgifte belaste, in bijlage XII vermelde instelling naar behoren is ingevuld en geviseerd.
3. Een certificaat IMA 1 is naar behoren geviseerd wanneer daarop plaats en datum van afgifte zijn vermeld en het is voorzien van het stempel van de met de afgifte belaste instelling en van de handtekening van de voor ondertekening ervan bevoegde persoon of personen.
Artikel 33
1. Een met de afgifte belaste instelling kan slechts in bijlage XII worden opgenomen indien zij:
a) als zodanig door het land van uitvoer is erkend;
b) zich ertoe verbindt de op de certificaten vermelde gegevens te verifiëren;
c) zich ertoe verbindt de Commissie en de lidstaten op hun verzoek alle nuttige en noodzakelijke inlichtingen te verstrekken om de op de certificaten vermelde gegevens te kunnen beoordelen;
d) zich ertoe verbindt om voor de in bijlage III, deel A, vermelde producten het certificaat IMA 1 af te geven voor de totale erdoor gedekte hoeveelheid voordat het erdoor gedekte product het grondgebied verlaat van het land dat het afgeeft;
e) zich ertoe verbindt om een kopie van elk geviseerd certificaat IMA 1 voor de totale erdoor gedekte hoeveelheid op de datum van afgifte maar uiterlijk binnen 7 dagen na die datum en, in voorkomend geval, een kennisgeving van een annulering, correctie of wijziging per fax aan de Commissie te doen toekomen;
f) wat de producten van GN-code 0406 betreft, zich ertoe verbindt om uiterlijk op 15 januari voor elk contingent afzonderlijk aan de Commissie mee te delen:
i) het aantal voor het voorafgaande contingentjaar afgegeven certificaten IMA 1 met het identificatienummer van elk daarvan en de erdoor gedekte hoeveelheid, samen met het totale aantal voor het betrokken contingentjaar afgegeven certificaten en de totale hoeveelheid die daardoor is gedekt;
ii) een kennisgeving van de annulering, correctie of wijziging van die certificaten IMA 1 of de afgifte van kopieën van certificaten IMA 1 overeenkomstig het bepaalde in bijlage VIII, punten 1 tot en met 5, en in artikel 32, lid 1, alsmede alle relevante bijzonderheden daarover.
2. Bijlage XII wordt herzien wanneer aan de in lid 1, onder a), bedoelde voorwaarde niet langer is voldaan, of wanneer een met de afgifte belaste instelling één van de door haar aangegane verbintenissen niet nakomt.
Afdeling 2
Artikel 34
1. De bepalingen van deze afdeling zijn van toepassing op de invoer, op grond van de contingentnummers 09.4195 en 09.4182, van de in bijlage III.A bij de onderhavige verordening bedoelde Nieuw-Zeelandse boter.
2. Het bepaalde in de artikelen 27 en 30, artikel 31, lid 1, artikel 32, leden 2 en 3, en artikel 33, lid 1, onder a) tot en met d), is van toepassing.
3. De omschrijving „ten minste zes weken oud” in de beschrijving van het contingent Nieuw-Zeelandse boter wordt geïnterpreteerd als ten minste zes weken oud op de datum waarop een aangifte voor het vrije verkeer wordt ingediend bij de douaneautoriteit.
4. De tariefcontingenten, de toe te passen rechten, de maximale jaarlijks in te voeren hoeveelheden, de invoercontingentperioden en de verdeling daarvan in deelperioden staan vermeld in bijlage III, deel A.
Artikel 34 bis
1. De contingenten moeten worden verdeeld in twee delen als bedoeld in bijlage III, deel A:
a) contingent nummer 09.4195 (hierna deel A genoemd) wordt verdeeld tussen de importeurs in de Unie die overeenkomstig artikel 7 zijn erkend en die kunnen aantonen dat zij in de 24 maanden voorafgaand aan de maand november van het vorige contingentjaar hoeveelheden hebben ingevoerd in het kader van contingent 09.4195 of 09.4182;
b) contingent nummer 09.4182 (hierna deel B genoemd) wordt gereserveerd voor aanvragers die:
i) overeenkomstig artikel 7 zijn erkend, en
ii) kunnen aantonen dat zij in de twaalf maanden voorafgaand aan de maand november van het vorige contingentjaar in ten minste 4 afzonderlijke transacties ten minste 100 ton melk of zuivelproducten van hoofdstuk 04 van de gecombineerde nomenclatuur in de Unie hebben ingevoerd en/of uit de Unie hebben uitgevoerd.
2. De invoercertificaataanvragen kunnen slechts worden ingediend:
a) van 20 tot en met 30 november voor invoer gedurende de periode van 1 januari tot en met de daaropvolgende 30 juni;
b) van 1 tot en met 10 juni voor invoer gedurende de periode van 1 juli tot en met de daaropvolgende 31 december;
c) van 1 tot en met 10 september voor invoer gedurende de periode van 1 oktober tot en met de daaropvolgende 31 december.
3. Per aanvrager moeten invoercertificaataanvragen, om in aanmerking te kunnen worden genomen, betrekking hebben op:
a) voor deel A, niet meer dan 125 % van de hoeveelheden die hij in de 24 maanden voorafgaand aan de maand november van het vorige contingentjaar heeft ingevoerd in het kader van contingent 09.4195 of 09.4182;
b) voor deel B, niet minder dan 20 ton en niet meer dan 10 % van de beschikbare hoeveelheid voor de deelperiode, mits hij tot genoegen van de bevoegde autoriteit van de betrokken lidstaat kan aantonen dat hij aan de in lid 1, onder b), bedoelde voorwaarden voldoet.
Mits zij aan de voorwaarden daarvoor voldoen, mogen aanvragers in het kader van beide delen van het contingent tegelijk aanvragen indienen.
Voor deel A en deel B moeten aparte aanvragen worden ingediend.
4. De invoercertificaataanvragen mogen alleen worden ingediend in de lidstaat waar de aanvrager uit hoofde van artikel 7 is erkend; op de aanvragen moet het erkenningsnummer van de importeur worden vermeld.
5. De in de leden 1 en 3 bedoelde bewijzen worden geleverd overeenkomstig artikel 5, tweede alinea, van Verordening (EG) nr. 1301/2006.
Deze bewijzen worden tegelijkertijd met de invoercertificaataanvragen ingediend en gelden voor het desbetreffende contingentjaar.
Artikel 35
De in artikel 15, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1291/2000 bedoelde zekerheid bedraagt 35 euro per 100 kg nettogewicht van het product.
Artikel 35 bis
1. Uiterlijk op de vijfde werkdag na afloop van de termijn voor de indiening van de aanvragen delen de lidstaten de Commissie mee welke aanvragen voor elk van de betrokken producten zijn ingediend.
2. In deze mededeling wordt onder meer meegedeeld voor welke hoeveelheden aanvragen zijn ingediend in het kader van elk contingentnummer, uitgesplitst naar GN-code.
Uiterlijk op de vijfde werkdag na afloop van de termijn voor de indiening van de aanvragen delen de lidstaten de Commissie tevens de naam en het adres van de aanvragers mee, uitgesplitst naar contingentnummer. Deze mededelingen gebeuren elektronisch aan de hand van het door de Commissie aan de lidstaten beschikbaar gestelde formulier.
3. De Commissie moet binnen 5 werkdagen na de in lid 1 bedoelde periode voor de mededeling besluiten in hoeverre de aanvragen kunnen worden aanvaard. Wanneer de aangevraagde hoeveelheden de beschikbare hoeveelheden per contingent niet overschrijden, neemt de Commissie geen besluit en worden certificaten afgegeven voor de aangevraagde hoeveelheden.
Wanneer voor een deelcontingent certificaataanvragen zijn ingediend voor een grotere hoeveelheid dan voor de betrokken contingentperiode beschikbaar is, past de Commissie een uniforme toewijzingscoëfficiënt toe op de aangevraagde hoeveelheden. Het gedeelte van de zekerheid dat overeenkomt met de niet-toegewezen hoeveelheden, wordt vrijgegeven.
Wanneer het resultaat van de toepassing van de toewijzingscoëfficiënt voor een van de deelcontingenten zou resulteren in de toewijzing van certificaten voor minder dan 20 ton per aanvraag, worden de desbetreffende hoeveelheden door de betrokken lidstaat door middel van verloting van certificaten van 20 ton elk verdeeld onder de aanvragers die minder dan 20 ton zouden hebben gekregen als gevolg van de toepassing van de toewijzingscoëfficiënt.
Wanneer de verdeling in partijen van 20 ton tot gevolg zou hebben dat een hoeveelheid van minder dan 20 ton overblijft, wordt die hoeveelheid als één enkele partij beschouwd.
De zekerheid voor de aanvragen waaraan bij de toewijzing door loting geen certificaten toevallen, wordt onmiddellijk vrijgegeven.
4. De afgifte van certificaten moet uiterlijk 5 dagen na het in lid 3 bedoelde besluit plaatsvinden.
5. In het kader van deze verordening afgegeven invoercertificaten zijn geldig tot en met de laatste dag van de in bijlage III.A bedoelde halfjaarlijkse periode.
6. De op grond van de onderhavige afdeling afgegeven invoercertificaten mogen slechts worden overgedragen aan natuurlijke personen of rechtspersonen die overeenkomstig artikel 7 zijn erkend. Bij de aanvraag tot overdracht deelt de overdrager de instantie van afgifte het erkenningsnummer van de cessionaris mee.
Artikel 35 ter
Certificaataanvragen en certificaten bevatten de in artikel 28 bedoelde vermeldingen, behalve de vermeldingen inzake het certificaat IMA 1.
In vak 16 van de certificaataanvraag kunnen een of meer van de in bijlage III.A opgenomen GN-codes worden vermeld.
In vak 20 van de certificaten wordt de deelcontingentperiode vermeld waarvoor de certificaten zijn afgegeven.
Bevat een certificaataanvraag meer dan één GN-code, dan moet de voor elke code aangevraagde hoeveelheid worden vermeld en wordt voor elke code een afzonderlijk certificaat afgegeven.
Artikel 36
Wanneer de Nieuw-Zeelandse boter niet aan de eisen inzake samenstelling voldoet, wordt het met het contingent samenhangende voordeel niet voor de hele hoeveelheid gegeven, afhankelijk van de betrokken douaneaangifte.
Wanneer de douaneautoriteit heeft vastgesteld dat niet aan die eisen is voldaan, en wanneer een aangifte voor het vrije verkeer is aanvaard, dan int de douaneautoriteit het in bijlage I bij Verordening (EEG) nr. 2658/87 vastgestelde invoerrecht. Daartoe moet een invoercertificaat voor invoer van de betrokken hoeveelheid tegen het volledige recht worden afgegeven voor de hoeveelheid die niet aan de eisen voldoet.
De hoeveelheid wordt niet aan het certificaat toegewezen.
Artikel 37
1. Het in bijlage III.A bedoelde invoerrecht wordt toegepast op Nieuw-Zeelandse boter die in het kader van de onderhavige afdeling is ingevoerd, uitsluitend tegen overlegging van de aangifte voor het vrije verkeer, vergezeld van een overeenkomstig het bepaalde in artikel 35 bis afgegeven invoercertificaat, en een certificaat IMA 1 als bedoeld in bijlage X, afgegeven door een in bijlage XII vermelde, met de afgifte belaste instelling, uit welk certificaat de oorsprong van het door de aangifte gedekte product blijkt, alsmede dat het aan de voorwaarden voldoet. De douaneautoriteiten vermelden het volgnummer van het certificaat IMA 1 op het invoercertificaat.
2. De op het certificaat IMA 1 vermelde hoeveelheid is gelijk aan de op de douaneaangifte ten invoer vermelde hoeveelheid.
3. Het certificaat IMA 1 is geldig vanaf de datum van afgifte ervan tot de laatste dag van de jaarlijkse invoercontingentperiode.
4. Het invoercertificaat kan voor een of meer invoeraangiften worden gebruikt.
▼M23 —————
▼M32 —————
Artikel 40
1. De voorschriften die moeten worden toegepast met betrekking tot het invullen van het certificaat IMA 1, de monitoring van het gewicht en het vetgehalte van de boter en de aan die monitoring te verbinden gevolgen zijn vastgesteld in bijlage IV.
▼M23 —————
2. De lidstaten delen voor elk kwartaal de resultaten van de overeenkomstig bijlage IV uitgevoerde monitoring uiterlijk op de tiende van de daaropvolgende maand mee aan de Commissie. Deze kennisgeving bevat de volgende gegevens:
a) algemene informatie:
i) naam van de boterfabrikant;
ii) identificatiecode van de partij;
iii) omvang van de partij in kg;
iv) datum van de controles (dag/maand/jaar);
b) gewichtscontrole:
i) omvang van de aselecte steekproef (aantal dozen);
ii) gegevens betreffende het gemiddelde:
— rekenkundig gemiddelde van het nettogewicht per doos in kg (zoals vermeld in vak 9 van het certificaat IMA 1),
— rekenkundig gemiddelde van het nettogewicht voor de dozen in de steekproef in kg,
— of het in de Unie bepaalde rekenkundig gemiddelde van het nettogewicht een significant verschil ten opzichte van de aangegeven waarde te zien geeft (N = neen, Y = ja);
iii) gegevens betreffende de standaardafwijking:
— standaardafwijking van het nettogewicht per doos in kg (zoals vermeld in vak 9 van het certificaat IMA 1),
— standaardafwijking van het nettogewicht voor de dozen in de steekproef in kg,
— of de in de Unie bepaalde standaardafwijking van het nettogewicht een significant verschil ten opzichte van de aangegeven waarde te zien geeft (N = neen, Y = ja);
c) controle van het vetgehalte:
i) omvang van de aselecte steekproef (aantal dozen);
ii) gegevens betreffende de gemiddelde waarde:
— rekenkundig gemiddelde van het vetgehalte voor de dozen in de steekproef, uitgedrukt in procenten,
— of het in de Unie bepaalde rekenkundig gemiddelde van het vetgehalte meer bedraagt dan 84,4 % (N = neen, Y = ja).
Artikel 41
1. Voor Nieuw-Zeelandse boter die op grond van deze afdeling in de Gemeenschap wordt ingevoerd, moet in alle handelsstadia op de verpakking ervan en op de desbetreffende factuur of facturen worden vermeld dat de oorsprong ervan Nieuw-Zeeland is.
2. In afwijking van lid 1 geldt dat, indien Nieuw-Zeelandse boter met communautaire boter wordt vermengd en het botermengsel voor rechtstreeks verbruik is bestemd en wordt aangeboden in verpakkingen van niet meer dan 500 gram, voor het botermengsel alleen op de betrokken factuur hoeft te worden vermeld dat de oorsprong van een deel van de boter Nieuw-Zeeland is.
3. In de in lid 1 en lid 2 bedoelde gevallen moet op de factuur ook de volgende vermelding voorkomen:
„Op grond van hoofdstuk III, afdeling 2, van Verordening (EG) nr. 2535/2001 van de Commissie ingevoerde boter: komt niet in aanmerking voor de toekenning van steun voor boter als bedoeld in artikel 1, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 429/90 van de Commissie en evenmin voor de toekenning van steun voor boter als bedoeld in artikel 1, lid 2, onder a), van Verordening (EG) nr. 2571/97 van de Commissie en evenmin voor de toekenning van uitvoerrestituties overeenkomstig artikel 31, leden 10 en 11, van Verordening (EG) nr. 1255/1999 van de Raad behalve in de gevallen als bedoeld in lid 12 van dat artikel 31 en in artikel 7 bis van Verordening (EG) nr. 1222/94 van de Commissie”
.
Artikel 42
Het certificaat IMA 1 wordt overeenkomstig de bepalingen van deze afdeling en van artikel 40, lid 1, opgesteld volgens het model in bijlage X.
HOOFDSTUK IV
Controlebepalingen die gelden voor invoer met verlaagd recht
Artikel 43
1. De douanekantoren van de Gemeenschap waar de producten worden aangegeven voor toelating tot het vrije verkeer in de Gemeenschap, verrichten een verificatie van de documenten die worden ingediend ter staving van een aangifte voor het vrije verkeer waarin om een behandeling op basis van een verlaagd tarief wordt verzocht.
Zij verrichten bovendien fysieke controles op de producten op basis van de hierboven bedoelde documenten.
2. De lidstaten nemen de nodige maatregelen om een systeem op te zetten voor het zonder voorafgaande waarschuwing en aan de hand van een beoordeling op basis van een risicoanalyse uitvoeren van de in lid 1, tweede alinea, bedoelde fysieke controles.
Tot het einde van 2003 moet het systeem er evenwel voor zorgen dat ten minste 3 % van de aangiften voor het vrije verkeer per lidstaat en per kalenderjaar fysiek wordt gecontroleerd.
De lidstaten kunnen ervoor kiezen om bij de berekening van het minimumaantal uit te voeren fysieke controles aangiften ten invoer voor hoeveelheden van niet meer dan 500 kg buiten beschouwing te laten.
Artikel 44
1. Verordening (EG) nr. 213/2001 van de Commissie ( 43 ) geldt ten aanzien van de referentiemethoden die moeten worden toegepast voor de analyse van de in deze verordening bedoelde producten om te bepalen of deze qua samenstelling in overeenstemming zijn met de aangifte voor het vrije verkeer.
2. Elk douanekantoor stelt over elke uitgevoerde fysieke controle een uitvoerig onderzoeksverslag op. Het onderzoeksverslag vermeldt de datum van het onderzoek en wordt gedurende ten minste drie kalenderjaren bewaard.
3. ►M16 Indien een fysieke controle is uitgevoerd, wordt in vak 32 van het invoercertificaat of in het berichtenvak bij een elektronisch certificaat één van de in bijlage XIX opgenomen vermeldingen aangebracht. ◄
Binnen 20 werkdagen te rekenen vanaf de datum van uitvoering van de fysieke controle bepaalt de douane de resultaten van de eerste analyse. Binnen 10 werkdagen te rekenen vanaf de datum van vaststelling van de definitieve resultaten die erop duiden dat het product niet aan de aangifte beantwoordt, worden deze resultaten en, zo nodig, het invoercertificaat aan de bevoegde instantie van afgifte van invoercertificaten gezonden.
Onverminderd artikel 248 van Verordening (EEG) nr. 2454/93 van de Commissie ( 44 ), wordt in het geval dat een fysieke controle op de samenstelling is uitgevoerd voordat het geviseerde invoercertificaat overeenkomstig artikel 33, lid 1, onder a), van Verordening (EG) nr. 1291/2000 wordt overgelegd, de zekerheid vrijgegeven.
4. Elk geval waarin een product niet in overeenstemming is met de aangifte voor het vrije verkeer, wordt aan de Commissie gemeld binnen 10 werkdagen nadat die niet-overeenstemming door de douane is vastgesteld, waarbij wordt gespecificeerd om welke vorm van niet-overeenstemming het gaat en welk recht daarna is toegepast.
Artikel 45
In het kader van de invoertariefcontingenten verstrekken de lidstaten de Commissie overeenkomstig artikel 4 van Verordening (EG) nr. 1301/2006 de gegevens over de hoeveelheden producten die in het vrije verkeer zijn gebracht.
Artikel 45 bis
De in de onderhavige verordening bedoelde mededelingen, met uitzondering van de in artikel 15, artikel 35 bis, lid 1, en artikel 45, bedoelde mededelingen worden gedaan overeenkomstig Verordening (EG) nr. 792/2009 van de Commissie ( 45 ).
TITEL 3
OVERGANGS- EN SLOTBEPALINGEN
Artikel 46
De lidstaten nemen de nodige maatregelen om de goede werking van het bij deze verordening ingestelde certificatenstelsel te controleren.
Artikel 47
De in artikel 7 bedoelde erkenning is niet vereist voor de periode van 1 januari tot en met 30 juni 2002.
Voor deze periode kunnen certificaataanvragen voor de in titel 2, hoofdstuk I, bedoelde contingenten uitsluitend worden ingediend in de lidstaat waar de aanvrager is gevestigd, en zijn deze slechts ontvankelijk indien de in artikel 8, lid 1, onder a), bedoelde gegevens bij de indiening van de aanvraag ten genoegen van de bevoegde autoriteiten van de betrokken lidstaat worden overgelegd.
De invoercertificaten als bedoeld in titel 2, hoofdstuk I, die in de periode van 1 januari tot en met 30 juni 2002 worden afgegeven, mogen worden overgedragen zonder de beperkingen van artikel 16, lid 4.
Voor de periodes van 1 januari tot en met 30 juni 2002 en van 1 juli tot en met 31 december 2002 is het in artikel 8, lid 1, onder a), bedoelde referentiejaar het jaar 2001, of het jaar 2000 indien de betrokken marktdeelnemer kan aantonen dat hij in het jaar 2001 om uitzonderlijke redenen de aangegeven hoeveelheden zuivelproducten niet heeft kunnen invoeren of uitvoeren.
Artikel 48
De Verordeningen (EEG) nr. 2967/79, (EG) nr. 2508/97, (EG) nr. 1374/98 en (EG) nr. 2414/98 worden ingetrokken.
Zij blijven echter van toepassing voor certificaten afgegeven vóór 1 januari 2002.
Verwijzingen naar de ingetrokken verordeningen gelden als verwijzingen naar de onderhavige verordening.
Artikel 49
Deze verordening treedt in werking op de zevende dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.
Zij is van toepassing voor de invoercertificaten die worden aangevraagd op of na 1 januari 2002.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
BIJLAGE I
I, deel A
NIET NAAR LAND VAN OORSPRONG GESPECIFICEERDE TARIEFCONTINGENTEN
Contingentnummer |
GN-code |
Omschrijving (2) |
Land van oorsprong |
Jaarlijks contingent (in ton) |
Halfjaarlijks contingent (in ton) |
Invoerrecht (in EUR per 100 kg nettogewicht) |
09.4590 |
0402 10 19 |
Mageremelkpoeder |
Alle derde landen |
68 537 |
34 268,5 |
47,50 |
09.4599 |
0405 10 11 0405 10 19 0405 10 30 |
Boter en andere van melk afkomstige vetstoffen |
Alle derde landen |
11 360 |
5 680 |
94,80 |
0405 10 50 0405 10 90 0405 90 10 (1) 0405 90 90 (1) |
In boterequivalent |
|||||
09.4591 |
ex 0406 10 20 ex 0406 10 80 |
Pizzakaas, bevroren, versneden in stukken die elk niet meer dan 1 g wegen, in bergingsmiddelen met een netto-inhoud van 5 kg of meer, met een watergehalte van 52 gewichtspercenten of meer en een op de droge stof berekend vetgehalte van 38 gewichtspercenten of meer |
Alle derde landen |
5 360 |
2 680 |
13,00 |
09.4592 |
ex 0406 30 10 |
Emmentaler smeltkaas |
Alle derde landen |
18 438 |
9 219 |
71,90 |
0406 90 13 |
Emmentaler |
85,80 |
||||
09.4593 |
ex 0406 30 10 |
Gruyère smeltkaas |
Alle derde landen |
5 413 |
2 706,5 |
71,90 |
0406 90 15 |
Gruyère en Sbrinz |
85,80 |
||||
09.4594 |
0406 90 01 |
Voor verwerking bestemde kaas (3) |
Alle derde landen |
20 007 |
10 003,5 |
83,50 |
09.4595 |
0406 90 21 |
Cheddar |
Alle derde landen |
15 005 |
7 502,5 |
21,00 |
09.4596 |
ex 0406 10 20 |
Verse kaas (niet gerijpt en niet verduurzaamd), met inbegrip van weikaas en wrongel, andere dan pizzakaas van contingentnummer 09.4591 |
Alle derde landen |
19 525 |
9 762,5 |
92,60 |
ex 0406 10 80 |
106,40 |
|||||
0406 20 90 |
Andere kaas, geraspt of in poeder |
94,10 |
||||
0406 30 31 |
Andere smeltkaas |
69,00 |
||||
0406 30 39 |
71,90 |
|||||
0406 30 90 |
102,90 |
|||||
0406 40 10 0406 40 50 0406 40 90 |
Blauw-groen geaderde kaas en andere kaas die aders bevat die zijn verkregen door gebruik te maken van Penicillium roqueforti: |
70,40 |
||||
0406 90 17 |
Bergkäse en Appenzell |
85,80 |
||||
0406 90 18 |
Fromage Fribourgeois, Vacherin Mont d’Or en Tête de Moine |
75,50 |
||||
0406 90 23 |
Edam |
|||||
0406 90 25 |
Tilsit |
|||||
0406 90 27 |
Butterkäse |
|||||
0406 90 29 |
Kashkaval |
|||||
0406 90 32 |
Feta |
|||||
0406 90 35 |
Kefalotyri |
|||||
0406 90 37 |
Finlandia |
|||||
0406 90 39 |
Jarlsberg |
|||||
0406 90 50 |
Schapenkaas en kaas bereid uit buffelmelk |
|||||
ex 0406 90 63 |
Pecorino |
94,10 |
||||
0406 90 69 |
Andere |
|||||
0406 90 73 |
Provolone |
75,50 |
||||
ex 0406 90 75 |
Caciocavallo |
|||||
ex 0406 90 76 |
Danbo, Fontal, Fynbo, Havarti, Maribo en Samsø |
|||||
0406 90 78 |
Gouda |
|||||
ex 0406 90 79 |
Esrom, Italico, Kernhem en Saint-Paulin |
|||||
ex 0406 90 81 |
Cheshire, Wensleydale, Lancashire, Double Gloucester, Blarney, Colby en Monterey |
|||||
0406 90 82 |
Camembert |
|||||
0406 90 84 |
Brie |
|||||
0406 90 86 |
Van meer dan 47 doch niet meer dan 52 gewichtspercenten |
|||||
0406 90 87 |
Van meer dan 52 doch niet meer dan 62 gewichtspercenten |
|||||
0406 90 88 |
Van meer dan 62 doch niet meer dan 72 gewichtspercenten |
|||||
0406 90 93 |
Van meer dan 72 gewichtspercenten |
92,60 |
||||
0406 90 99 |
Andere |
106,40 |
||||
(1) 1 kg product = 1,22 kg boter. (2) In afwijking van de algemene regels voor de interpretatie van de gecombineerde nomenclatuur wordt de omschrijving van de goederen geacht slechts een indicatieve waarde te hebben, aangezien de toepasselijkheid van de preferentiële regelingen in het kader van deze bijlage wordt bepaald door de draagwijdte van de GN-codes. Wanneer ex GN-codes zijn vermeld, is de GN-code tezamen met de daarbij behorende omschrijving bepalend voor de toepassing van de preferentiële regeling. (3) De bedoelde kaas wordt geacht verwerkt te zijn wanneer hij is verwerkt tot producten van onderverdeling 0406 30 van de gecombineerde nomenclatuur. Het bepaalde in de artikelen 291 tot en met 300 van Verordening (EEG) nr. 2454/93 is van toepassing. |
▼M16 —————
▼M24 —————
▼M27 —————
▼M24 —————
I, deel F
TARIEFCONTINGENTEN IN HET KADER VAN BIJLAGE II BIJ DE OVEREENKOMST INZAKE DE HANDEL IN LANDBOUWPRODUCTEN MET ZWITSERLAND
Contingentnummer |
GN-code |
Omschrijving |
Douanerecht |
Contingent van 1 juli tot en met 30 juni (in tonnen) |
09.4155 |
ex 0401 40 |
— met een vetgehalte van meer dan 6 doch niet meer dan 10 gewichtspercenten |
vrijstelling |
2 000 |
ex 0401 50 |
— met een vetgehalte van meer dan 10 gewichtspercenten |
|||
0403 10 |
yoghurt |
▼M13 —————
I. H
TARIEFCONTINGENTEN IN HET KADER VAN BIJLAGE I BIJ DE OVEREENKOMST MET NOORWEGEN
Contingent van januari tot en met december
Contingentnummer |
Code van de gecombineerde nomenclatuur |
Omschrijving |
Douanerechten |
Contingent van 1 maart tot en met 30 juni 2012 (in t) |
Contingent van 1 juli tot en met 31 december 2012 (in t) |
Contingent vanaf 1 januari 2013 (in t) |
|
Jaarlijks |
Halfjaarlijks |
||||||
09.4179 |
0406 |
Kaas en wrongel |
Vrijstelling |
1 600 |
3 600 |
7 200 |
3 600 |
I, deel I
TARIEFCONTINGENTEN IN HET KADER VAN BIJLAGE II VAN DE BIJ BESLUIT 2007/138/EG GOEDGEKEURDE OVEREENKOMST MET IJSLAND
Contingent per jaar van 1 juli tot en met 30 juni
Contingentnummer |
GN-code |
Omschrijving (1) |
Douanerecht (% MFN) |
Hoeveelheden (in t) |
||
Jaarlijkse hoeveelheid |
Vanaf 1.7 t/m 31.12.2007 |
Halfjaarlijkse hoeveelheid vanaf 1.1.2008 |
||||
09.4205 |
0405 10 11 0405 10 19 |
Natuurlijke boter |
Vrijstelling |
350 |
262 |
175 |
09.4206 |
ex 0406 10 20 (2) |
„Skyr” |
Vrijstelling |
380 |
285 |
190 |
(1) Onverminderd de algemene regels voor de interpretatie van de gecombineerde nomenclatuur wordt de omschrijving van de goederen slechts geacht een indicatieve waarde te hebben, aangezien de preferentiële regeling in het kader van deze bijlage wordt bepaald door de draagwijdte van de GN-codes. Wanneer ex GN-codes zijn vermeld, is de GN-code samen met de daarbij behorende omschrijving bepalend voor de toepassing van de preferentiële regeling. (2) In afwachting van de bevestiging van de productindeling dient de GN-code als niet-definitief te worden beschouwd. |
I, DEEL J
TARIEFCONTINGENTEN IN HET KADER VAN BIJLAGE I BIJ VERORDENING (EG) Nr. 55/2008
Contingentnummer |
GN-code |
Omschrijving (1) |
Land van oorsprong |
Jaar van invoer |
Contingent per jaar van 1 januari tot en met 31 december (in ton) (in productgewicht) |
Invoerrecht (in EUR/100 kg nettogewicht) |
|
per jaar |
per halfjaar |
||||||
09.4210 |
0401 t/m 0406 |
Republiek Moldavië |
0 |
||||
Zuivelproducten |
1 juli tot en met 31 december 2008 |
1 000 |
|||||
2009 |
1 000 |
500 |
|||||
2010 t/m 2015 |
1 500 |
750 |
|||||
(1) Onverminderd de regels voor de interpretatie van de gecombineerde nomenclatuur dient de omschrijving van de goederen slechts als indicatief te worden beschouwd, aangezien de toepassing van de preferentiële regeling, in het kader van deze bijlage, afhangt van de draagwijdte van de GN-codes. Wanneer ex GN-codes zijn vermeld, is de GN-code samen met de daarbij behorende omschrijving bepalend voor de toepassing van de preferentiële regeling. |
I, DEEL K
TARIEFCONTINGENTEN IN HET KADER VAN DE GATT/WTO-OVEREENKOMSTEN, GESPECIFICEERD NAAR LAND VAN OORSPRONG: NIEUW-ZEELAND
Contingentnummer |
GN-code |
Omschrijving |
Land van oorsprong |
Jaarlijks contingent van 1 januari tot en met 31 december (in ton) |
Hoeveelheid van 1 januari tot en met 30 juni (in ton) |
Hoeveelheid van 1 juli tot en met 31 december (in ton) |
Hoeveelheid van 1 oktober tot en met 31 december (in ton) |
Invoerrecht (in EUR per 100 kg nettogewicht) |
09.4515 |
0406 90 01 |
Kaas voor verwerking (1) |
Nieuw-Zeeland |
4 000 |
4 000 |
— |
— |
17,06 |
09.4514 |
ex 0406 90 21 |
Cheddar in hele vorm (in platte cilindrische vorm met een nettogewicht van 33 of meer doch niet meer dan 44 kg, of in de vorm van een kubus of blok met een nettogewicht van 10 kg of meer), met een vetgehalte van 50 of meer gewichtspercenten, berekend op de droge stof, en met een rijpingstijd van ten minste drie maanden |
Nieuw-Zeeland |
7 000 |
7 000 |
— |
— |
17,06 |
(1) De controle op het gebruik voor deze bijzondere bestemming wordt uitgeoefend met toepassing van de desbetreffende bepalingen van de Unie. De bedoelde kaas wordt geacht verwerkt te zijn wanneer hij is verwerkt tot producten van onderverdeling 0406.30 van de gecombineerde nomenclatuur. Het bepaalde in de artikelen 291 tot en met 300 van Verordening (EEG) nr. 2454/93 is van toepassing. |
I. DEEL L
IN BIJLAGE III BIJ VERORDENING (EU) Nr. 374/2014 OPGENOMEN TARIEFCONTINGENTEN
Contingent per jaar van 1 januari tot en met 31 december
Contingent Volgnummer |
GN-code |
Omschrijving () |
Land van oorsprong |
Invoerperiode |
Hoeveelheid (in ton productgewicht) |
Hoeveelheid Per halfjaar (in ton productgewicht) |
Invoerrecht (EUR/100 kg nettogewicht) |
09. 4600 |
0401 |
Melk en room, niet in poeder, in korrels of in andere vaste vorm; yoghurt, niet gearomatiseerd, noch met toegevoegde vruchten of cacao; gegiste of aangezuurde zuivelproducten, niet gearomatiseerd, noch met toegevoegde vruchten of cacao en niet in poeder, in korrels of in andere vaste vorm |
OEKRAÏNE |
Jaar 2014 Jaar 2015 |
8 000 8 000 |
— 4 000 |
0 0 |
0402 91 |
|||||||
0402 99 |
|||||||
0403 10 11 |
|||||||
0403 10 13 |
|||||||
0403 10 19 |
|||||||
0403 10 31 |
|||||||
0403 10 33 |
|||||||
0403 10 39 |
|||||||
0403 90 51 |
|||||||
0403 90 53 |
|||||||
0403 90 59 |
|||||||
0403 90 61 |
|||||||
0403 90 63 |
|||||||
0403 90 69 |
|||||||
09. 4601 |
0402 10 |
Melk en room, in poeder, in korrels of in andere vaste vorm; gegiste of aangezuurde zuivelproducten, in poeder, in korrels of in andere vaste vorm, niet gearomatiseerd, noch met toegevoegde vruchten of cacao; producten bestaande uit natuurlijke bestanddelen van melk, elders genoemd noch elders onder begrepen |
OEKRAÏNE |
Jaar 2014 Jaar 2015 |
1 500 1 500 |
— 750 |
0 0 |
0402 21 |
|||||||
0402 29 |
|||||||
0403 90 11 |
|||||||
0403 90 13 |
|||||||
0403 90 19 |
|||||||
0403 90 31 |
|||||||
0403 90 33 |
|||||||
0403 90 39 |
|||||||
0404 90 21 |
|||||||
0404 90 23 |
|||||||
0404 90 29 |
|||||||
0404 90 81 |
|||||||
0404 90 83 |
|||||||
0404 90 89 |
|||||||
09. 4602 |
0405 10 |
Boter en andere van melk afkomstige vetstoffen; zuivelpasta's met een vetgehalte van meer dan 75 doch minder dan 80 gewichtspercenten |
OEKRAÏNE |
Jaar 2014 Jaar 2015 |
1 500 1 500 |
— 750 |
0 0 |
0405 20 90 |
|||||||
0405 90 |
|||||||
(1) Onverminderd de bepalingen voor de interpretatie van de gecombineerde nomenclatuur wordt de omschrijving van de goederen slechts als indicatief beschouwd, aangezien in het kader van deze bijlage de GN-codes het preferentiestelsel bepalen. |
BIJLAGE II
▼M24 —————
II, deel B
PREFERENTIËLE INVOERREGELINGEN — TURKIJE
Volgnummer |
GN-code |
Omschrijving |
Land van oorsprong |
Invoerrecht (in EUR per 100 kg nettogewicht tenzij anders aangegeven) |
1 |
0406 90 29 |
Kashkaval |
Turkije |
67,19 |
2 |
ex 0406 90 32 |
Feta bereid uit schapen- of buffelmelk, in bergingsmiddelen die pekel bevatten of in zakken van schapen- of geitenvellen |
Turkije |
67,19 |
ex 0406 90 50 |
Andere kaas bereid uit schapen- of buffelmelk, in bergingsmiddelen die pekel bevatten of in zakken van schapen- of geitenvellen |
|||
3 |
ex 0406 90 86 ex 0406 90 87 ex 0406 90 88 |
Tulum peyniri, bereid uit schapen- of buffelmelk, in afzonderlijke plastic of andere verpakkingen met een inhoud van minder dan 10 kg |
Turkije |
67,19 |
II, deel C
PREFERENTIËLE INVOERREGELINGEN — ZUID-AFRIKA
Volgnummer |
GN-code |
Omschrijving (1) |
Land van oorsprong |
Invoerrecht in % van het basisrecht |
||||||||||
Jaar |
||||||||||||||
2000 |
2001 |
2002 |
2003 |
2004 |
2005 |
2006 |
2007 |
2008 |
2009 |
2010 |
||||
14 |
0401 0403 10 11 0403 10 13 0403 10 19 0403 10 31 0403 10 33 0403 10 39 |
Republiek Zuid-Afrika |
91 |
82 |
73 |
64 |
55 |
45 |
36 |
27 |
18 |
9 |
0 |
|
0402 91 0402 99 0403 90 51 0403 90 53 0403 90 59 0403 90 61 0403 90 63 0403 90 69 |
Republiek Zuid-Afrika |
100 |
100 |
100 |
100 |
100 |
83 |
67 |
50 |
33 |
17 |
0 |
||
0404 10 48 0404 10 52 0404 10 54 0404 10 56 0404 10 58 0404 10 62 0404 10 72 0404 10 74 0404 10 76 0404 10 78 0404 10 82 0404 10 84 |
||||||||||||||
0406 10 20 0406 10 80 0406 20 90 0406 30 0406 40 90 0406 90 01 0406 90 21 0406 90 50 0406 90 69 0406 90 78 0406 90 86 0406 90 87 0406 90 88 0406 90 93 0406 90 99 |
|
|||||||||||||
1702 11 00 1702 19 00 |
||||||||||||||
2106 90 51 |
||||||||||||||
2309 10 15 2309 10 19 2309 10 39 2309 10 59 2309 10 70 2309 90 35 2309 90 39 2309 90 49 2309 90 59 2309 90 70 |
||||||||||||||
(1) Overminderd de algemene regels voor de interpretatie van de gecombineerde nomenclatuur wordt de omschrijving van de goederen slechts geacht een indicatieve waarde te hebben, aangezuien de preferentiële regeling in het kader van deze bijlage wordt bepaald door de draagwijdte van de GN-codes. Wanneer ex GN-codes zijn vermeld, is de GN-code tezamen met de daarbij behorende omschrijving bepalend voor de toepassing van de preferentiële regeling. |
II, deel D
VERLAAGDE RECHTEN IN HET KADER VAN BIJLAGE 2 BIJ DE OVEREENKOMST INZAKE DE HANDEL IN LANDBOUWPRODUCTEN MET ZWITSERLAND
GN-code |
Omschrijving |
Douanerecht (EUR/100 kg nettogewicht) Vanaf 1 juni 2007 |
0402 29 11 ex 0404 90 83 |
Melk voor zuigelingen (1), luchtdicht verpakt in verpakkingen met een netto-inhoud per onmiddellijke verpakking van niet meer dan 500 g en met een vetgehalte van meer dan 10 gewichtspercenten |
43,80 |
(1) Onder „melk voor zuigelingen” wordt verstaan: producten die vrij zijn van ziekteverwekkende kiemen en die minder dan 10 000 levensvatbare aëroben en minder dan 2 colibacteriën per gram bevatten. |
BIJLAGE ΙII
III. DEEL A
TARIEFCONTINGENTEN IN HET KADER VAN DE GATT/WTO-OVEREENKOMSTEN, GESPECIFICEERD NAAR LAND VAN OORSPRONG: NIEUW-ZEELANDSE BOTER
GN-code |
Omschrijving |
Land van oorsprong |
Jaarlijks contingent van 1 januari tot en met 31 december (in ton) |
Hoeveelheid van 1 januari tot en met 30 juni (in ton) |
Hoeveelheid van 1 juli tot en met 31 december (in ton) |
Hoeveelheid van 1 oktober tot en met 31 december (in ton) |
Invoerrecht (in EUR per 100 kg nettogewicht) |
ex 0405 10 11 ex 0405 10 19 |
Boter, van ten minste zes weken oud, met een vetgehalte van niet minder dan 80 doch minder dan 85 gewichtspercenten, rechtstreeks uit melk of room bereid zonder gebruikmaking van opgeslagen materialen volgens één enkel volledig apart en ononderbroken procedé |
Nieuw-Zeeland |
74 693 |
Contingent 09.4195 Deel A: 20 540,5 |
Contingent 09.4195 Deel A: 20 540,5 |
Contingent 09.4195 Deel A: — |
70,00 |
ex 0405 10 30 |
Boter, van ten minste zes weken oud, met een vetgehalte van niet minder dan 80 doch minder dan 85 gewichtspercenten, rechtstreeks uit melk of room bereid zonder gebruikmaking van opgeslagen materialen volgens één enkel volledig apart en ononderbroken procedé waarbij de room een fase van geconcentreerd botervet en/of fractionering van dat botervet kan doorlopen (de zogenaamde „Ammix”- en „Spreadable”-procedés) |
Contingent 09.4182 Deel B: 16 806 |
Contingent 09.4182 Deel B: 16 806 |
Contingent 09.4182 Deel B: — |
▼M7 —————
IΙI, deel B
TARIEFCONTINGENTEN IN HET KADER VAN DE GATT/WTO-OVEREENKOMSTEN, GESPECIFICEERD NAAR LAND VAN OORSPRONG: ANDERE
Contingentnummer |
GN-code |
Omschrijving |
Land van oorsprong |
Contingent per jaar van 1 januari tot en met 31 december (in ton) |
Invoerrecht (in euro per 100 kg nettogewicht) |
Voorschriften voor het invullen van certificaten IMA 1 |
09.4522 |
0406 90 01 |
Kaas voor verwerking (1) |
Australië |
500 |
17,06 |
Zie bijlage XI, punten C en D |
09.4521 |
ex 0406 90 21 |
Cheddar in hele vorm met standaardgewicht (in platte cilindrische vorm met een nettogewicht van 33 of meer doch niet meer dan 44 kg, of in de vorm van een kubus of blok met een nettogewicht van 10 kg of meer), met een vetgehalte van 50 of meer gewichtspercenten, berekend op de droge stof, en met een rijpingstijd van ten minste drie maanden |
Australië |
3 711 |
17,06 |
Zie bijlage XI, punt B |
09.4513 |
ex 0406 90 21 |
Cheddar van niet-gepasteuriseerde melk, met een vetgehalte van 50 of meer gewichtspercenten, berekend op de droge stof, met een rijpingstijd van ten minste negen maanden, en met een waarde franco grens (2) per 100 kg nettogewicht van niet minder dan: 334,20 EUR voor kazen in hele vorm met standaardgewicht 354,83 EUR voor kazen met een nettogewicht van niet minder dan 500 g 368,58 EUR voor kazen met een nettogewicht van minder dan 500 g |
Canada |
4 000 |
13,75 |
Zie bijlage XI, punt A |
De uitdrukking „in hele vorm met standaardgewicht” is van toepassing op kazen: in platte cilindrische vorm met een nettogewicht van 33 kg tot en met 44 kg, blokken kaas in de vorm van een kubus of blok met een nettogewicht van 10 kg of meer. |
||||||
▼M33 ————— |
||||||
(1) De controle op het gebruik voor deze bijzondere bestemming wordt uitgeoefend door toepassing van de desbetreffende communautaire bepalingen. De bedoelde kaas wordt geacht verwerkt te zijn wanneer deze is verwerkt tot producten van onderverdeling 0406 30 van de gecombineerde nomenclatuur. Het bepaalde in de artikelen 291 tot en met 300 van Verordening (EEG) nr. 2454/93 is van toepassing. (2) Als „waarde franco grens” wordt beschouwd, de prijs franco grens van het land van uitvoer of de fob-prijs van het land van uitvoer, welke prijzen worden verhoogd met een bedrag dat overeenkomt met de kosten van vervoer en verzekering tot het douanegebied van de Gemeenschap. |
▼M11 —————
BIJLAGE IV
►(5) M18 ►(5) M18 ►(5) M23 ►(5) M23 ►(5) M23
►(4) M23 ►(4) M23 ►(4) M23 ►(4) M23
▼M32 —————
▼M17 —————
BIJLAGE VII bis
1. Tariefcontingent in het kader van bijlage I bij de associatieovereenkomst met de Republiek Chili
Jaarlijkse hoeveelheden (in t) (basis = kalenderjaar) |
||||||
Contingentnummer |
GN-code |
Omschrijving (1) |
Recht (% van het MFN-recht) |
van 1.2.2003 tot 31.12.2003 |
2004 |
Jaarlijkse toename vanaf 2005 |
09.1924 |
0406 |
Kaas en wrongel |
Vrijstelling |
1 375 |
1 500 |
75 |
2. Tariefcontingent in het kader van bijlage VII bij Verordening (EG) nr. 747/2001 betreffende bepaalde landbouwproducten van oorsprong uit Israël
Contingentnummer |
GN-code |
Omschrijving (1) |
Recht |
Jaarlijkse hoeveelheid (in ton) (Basis = kalenderjaar) |
09.1302 |
0404 10 |
Wei en gewijzigde wei |
Vrijstelling |
1 300 |
(1) Onverminderd de algemene regels voor de interpretatie van de gecombineerde nomenclatuur wordt de omschrijving van de goederen slechts geacht een indicatieve waarde te hebben, aangezien de preferentiële regeling in het kader van deze bijlage wordt bepaald door de draagwijdte van de GN-codes. Wanneer ex GN-codes zijn vermeld, is de GN-code tezamen met de daarbijbehorende omschrijving bepalend voor de toepassing van de preferentiële regeling.
3. Tariefcontingenten in het kader van bijlage IV van de overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en Zuid-Afrika
Contingentnummer |
GN-code |
Omschrijving (1) |
Land van oorsprong |
Jaar van invoer |
Contingent per jaar van 1 januari tot en met 31 december (in ton) |
Invoerrecht (in EUR/100 kg nettogewicht) |
|
09.1810 (vanaf 1 juli 2008) |
0406 10 0406 20 90 0406 30 0406 40 90 0406 90 01 0406 90 21 0406 90 50 0406 90 69 0406 90 78 0406 90 86 0406 90 87 0406 90 88 0406 90 93 0406 90 99 |
Kaas |
Zuid-Afrika |
0 |
|||
2008 |
7 000 |
||||||
2009 |
7 250 |
||||||
2010 |
onbeperkt |
||||||
(1) Onverminderd de algemene regels voor de interpretatie van de gecombineerde nomenclatuur wordt de omschrijving van de goederen geacht slechts een indicatieve waarde te hebben, aangezien de toepasselijkheid van de preferentiële regelingen in het kader van deze bijlage wordt bepaald door de draagwijdte van de GN-codes. Wanneer ex GN-codes zijn vermeld, is de GN-code samen met de daarbij behorende omschrijving bepalend voor de toepassing van de preferentiële regeling. |
4. Tariefcontingent in het kader van bijlage 1 bij protocol nr. 1 bij Besluit nr. 1/98 van de Associatieraad EG-Turkije
Contingentnummer |
GN-code |
Omschrijving van de goederen (1) |
Land van oorsprong |
Contingent per jaar van 1 januari tot en met 31 december |
Toepasselijk recht (EUR/100 kg nettogewicht) |
09.0243 |
0406 90 29 |
Kashkaval-kaas |
Turkije |
2 300 |
0 |
0406 90 50 |
Schapenkaas en kaas bereid uit buffelmelk, in recipiënten die pekel bevatten of in zakken van schapen- of geitenvellen |
||||
ex 0406 90 86 ex 0406 90 87 ex 0406 90 88 |
Tulum Peyniri bereid uit schapen- of buffelmelk, in afzonderlijke plastic of andere verpakkingen met een inhoud van minder dan 10 kg |
||||
(1) Onverminderd de bepalingen voor de interpretatie van de gecombineerde nomenclatuur, wordt de omschrijving van de goederen slechts als indicatief beschouwd, aangezien in het kader van deze bijlage de GN-codes het preferentiestelsel bepalen. Wanneer ex GN-codes zijn vermeld, is de GN-code samen met de daarbij behorende omschrijving bepalend voor de toepassing van de preferentiële regeling. |
BIJLAGE VIII
OMSTANDIGHEDEN WAARONDER EEN CERTIFICAAT IMA 1 OF EEN DEEL DAARVAN KAN WORDEN GEANNULEERD, GEWIJZIGD, VERVANGEN OF GECORRIGEERD
1. Annulering van een certificaat IMA 1 wanneer wegens niet-inachtneming van de eisen inzake de samenstelling het volledige recht verschuldigd is en is betaald.
Wanneer voor een partij het volledige recht is betaald omdat niet is voldaan aan de eis inzake het maximale vetgehalte, kan het desbetreffende certificaat IMA 1 worden geannuleerd en kan de met de afgifte van certificaten IMA 1 belaste instelling de betrokken hoeveelheden toevoegen aan die waarvoor in hetzelfde contingentjaar certificaten IMA 1 kunnen worden afgegeven. De douaneautoriteit houdt het corresponderende invoercertificaat in en zendt het aan de instantie van afgifte van invoercertificaten, die het overeenkomstig artikel 36 wijzigt om het om te zetten in een invoercertificaat voor invoer van de betrokken hoeveelheid tegen het volledige recht.
2. Product vernietigd of ongeschikt voor verkoop geworden.
De met de afgifte van certificaten IMA 1 belaste instelling kan een certificaat IMA 1 of een deel ervan annuleren voor een erdoor gedekte hoeveelheid die buiten de wil van de exporteur is vernietigd of ongeschikt voor verkoop is geworden. Indien een deel van de door een certificaat IMA 1 gedekte hoeveelheid is vernietigd of ongeschikt voor verkoop is geworden, kan voor de resterende hoeveelheid een vervangingscertificaat IMA 1 worden afgegeven. In het geval van de in bijlage III, deel A, bedoelde Nieuw-Zeelandse boter wordt daartoe de originele productidentificatielijst gebruikt. Het vervangingscertificaat is slechts tot en met dezelfde datum als het origineel geldig. In dit geval wordt in vak 17 van het vervangingscertificaat IMA 1 de vermelding „geldig tot en met 00.00.0000” aangebracht.
In het geval dat de totale door een certificaat IMA 1 gedekte hoeveelheid of een deel daarvan buiten de wil van de exporteur is vernietigd of ongeschikt voor verkoop is geworden, kan de met de afgifte van certificaten IMA 1 belaste instelling de betrokken hoeveelheden toevoegen aan die waarvoor in hetzelfde contingentjaar certificaten IMA 1 kunnen worden afgegeven.
3. Wijziging van de lidstaat van bestemming
Indien de exporteur zich genoodzaakt ziet de in een certificaat IMA 1 vermelde lidstaat van bestemming te wijzigen voordat een corresponderend invoercertificaat is afgegeven, kan de met de afgifte van certificaten IMA 1 belaste instelling het originele certificaat IMA 1 wijzigen. Een dergelijk gewijzigd origineel certificaat IMA 1 dat door de met de afgifte van certificaten IMA 1 belaste instelling naar behoren is geviseerd en op passende wijze is geïdentificeerd, kan worden overgelegd aan de instantie van afgifte van invoercertificaten en aan de douaneautoriteiten.
4. Wanneer in een certificaat IMA 1 een administratieve of technische fout wordt ontdekt voordat een corresponderend invoercertificaat is afgegeven, kan de met de afgifte van certificaten IMA 1 belaste instelling het originele certificaat IMA 1 corrigeren. Een dergelijk gecorrigeerd origineel certificaat IMA 1 kan worden overgelegd aan de instantie van afgifte van invoercertificaten en aan de douaneautoriteiten.
5. Wanneer een voor invoer in een bepaald jaar bestemd product door buitengewone oorzaken en buiten de wil van de exporteur niet langer beschikbaar is en er, gezien de termijn die normaliter met verzending vanuit het land van oorsprong is gemoeid, geen andere mogelijkheid om het contingent volledig te gebruiken is dan dat product te vervangen door een product dat oorspronkelijk voor invoer in het volgende jaar bestemd was, kan de met de afgifte van certificaten IMA 1 belaste instelling op de zesde werkdag nadat zij de Commissie naar behoren in kennis heeft gesteld van de bijzonderheden over het voor het betrokken jaar te annuleren certificaat IMA 1 of deel daarvan en over het te annuleren eerste voor het volgende jaar afgegeven certificaat IMA 1 of een deel daarvan, een nieuw certificaat IMA 1 afgeven voor de vervangende hoeveelheid.
Indien de Commissie van mening is dat de omstandigheden van het betrokken geval niet binnen de werkingssfeer van deze bepalingen vallen, kan zij binnen 5 werkdagen bezwaar maken onder vermelding van haar redenen daarvoor. Is de te vervangen hoeveelheid groter dan die welke wordt gedekt door het eerste voor het volgende jaar afgegeven certificaat IMA 1, dan kan de benodigde hoeveelheid worden verkregen door in de volgorde van afgifte, voorzover nodig, telkens een verder certificaat IMA 1 of een deel daarvan te annuleren.
Alle hoeveelheden waarvoor een certificaat IMA 1 of een deel daarvan voor het betrokken jaar is geannuleerd, worden toegevoegd aan de hoeveelheden waarvoor in dat contingentjaar een certificaat IMA 1 kan worden afgegeven.
Alle van het volgende contingentjaar overgebrachte hoeveelheden waarvoor één of meer certificaten IMA 1 zijn geannuleerd, worden weer toegevoegd aan de hoeveelheden waarvoor in dat contingentjaar certificaten IMA 1 kunnen worden afgegeven.
BIJLAGE IX
BIJLAGE X
BIJLAGE XI
VOORSCHRIFTEN VOOR HET INVULLEN VAN CERTIFICATEN IMA 1
Behalve de vakken 1, 2, 4, 5, 9, 17 en 18 van het certificaat IMA 1 moeten ook worden ingevuld:
A) Met betrekking tot de in bijlage IIIA onder contingentnummer 09.4513 genoemde Cheddar van GN-code ex 0406 90 21 :
1. vak 3 door vermelding van de koper;
2. vak 6 door vermelding van de lidstaat van bestemming;
3. vak 7 door vermelding van, naar gelang van het geval
— Cheddar in hele vormen met standaardgewicht
— Cheddar in andere dan hele vormen met standaardgewicht, met een nettogewicht van 500 gram of meer
— Cheddar in andere dan hele vormen met standaardgewicht, met een nettogewicht van minder dan 500 gram;
4. vak 10 door vermelding van „uitsluitend niet-gepasteuriseerde inlandse koemelk”;
5. vak 11 door vermelding van „ten minste 50 gewichtspercenten”;
6. vak 14 door vermelding van „ten minste 9 maanden”;
7. vak 15 en vak 16 met vermelding van de periode waarvoor het contingent geldt.
B) Met betrekking tot de in bijlage III, deel A, onder de contingentnummers 09.4514 en 09.4521 genoemde cheddar van GN-code ex 0406 90 21 :
1. vak 7 door vermelding van „Cheddar in hele vormen met standaardgewicht”;
2. vak 10 door vermelding van „uitsluitend inlandse koemelk”;
3. vak 11 door vermelding van „ten minste 50 gewichtspercenten”;
4. vak 14 door vermelding van „ten minste 3 maanden”;
5. vak 16 met vermelding van de periode waarvoor het contingent geldt.
C) Met betrekking tot de in bijlage III, deel B, onder de contingentnummers 09.4515 en 09.4522 genoemde Cheddar, bestemd voor verwerking, van GN-code ex 0406 90 01 :
1. vak 7 door vermelding van „Cheddar in hele vormen met standaardgewicht”;
2. vak 10 door vermelding van „uitsluitend inlandse koemelk”;
3. vak 16 met vermelding van de periode waarvoor het contingent geldt.
D) Met betrekking tot de in bijlage III, deel B, onder de contingentnummers 09.4515 en 09.4522 genoemde Cheddar, bestemd voor verwerking, van GN-code ex 0406 90 01 :
1. vak 10 door vermelding van „uitsluitend inlandse koemelk”;
2. vak 16 met vermelding van de periode waarvoor het contingent geldt.
▼M11 —————
▼M7 —————
BIJLAGE XII
MET DE AFGIFTE BELASTE INSTELLINGEN
Derde landen |
GN-code en omschrijving |
Instantie van afgifte |
||
Benaming |
Plaats van vestiging |
|||
Australië |
0406 90 01 0406 90 21 |
Cheddar en andere voor verwerking bestemde kaas |
Australian Quarantine Inspection Service |
PO Box 60World Trade CentreMelbourne VIC 3005AustraliaTelefoon: (61 3) 92 46 67 10Fax: (61 3) 92 46 68 00 |
Cheddar |
Departement of Agriculture, Fisheries and Forestry |
|||
Canada |
0406 90 21 |
Cheddar |
Canadian Dairy Commission Commission canadienne du lait |
►M7 Building 55, NCC DrivewayCentral Experimental Farm960 Carling AvenueOttawa, Ontario K1A 0Z2Tel. 1 (613) 792-2000Fax 1 (613) 792-2009 ◄ |
▼M12 ————— |
||||
▼M7 ————— |
||||
Nieuw-Zeeland |
ex 0405 10 11 |
Boter |
Ministry for Primary Industries |
Pastoral House25 The TerraceP.O. Box: 2526Wellington 6140Tel. +64 48940100Fax + 64 48940720www.mpi.govt.nz |
ex 0405 10 19 |
Boter |
|||
ex 0405 10 30 |
Boter |
|||
ex 0406 90 01 |
Kaas voor verwerking |
|||
ex 0406 90 21 |
Cheddar |
▼M26 —————
▼M32 —————
BIJLAGE XV
In artikel 18, lid 1, onder d), bedoelde vermeldingen
— Bulgaars: Регламент (ЕО) No 2535/2001, член 5,
— Spaans: Reglamento (CE) no 2535/2001, artículo 5,
— Tsjechisch: Článek 5 nařízení (ES) č. 2535/2001,
— Deens: Forordning (EF) nr. 2535/2001, artikel 5,
— Duits: Verordnung (EG) Nr. 2535/2001, Artikel 5,
— Ests: Määruse (EÜ) nr 2535/2001 artikkel 5,
— Grieks: Κανονισμός (ΕΚ) αριθ 2535/2001, άρθρο 5,
— Engels: Article 5 of Regulation (EC) No 2535/2001,
— Frans: Règlement (CE) no 2535/2001, article 5,
— in het Kroatisch: Članak 5. Uredbe (EZ) br. 2535/2001,
— Italiaans: Regolamento (CE) n. 2535/2001, articolo 5,
— Lets: Regulas (EK) Nr.2535/2001 5.pants,
— Litouws: Reglamento (EB) Nr. 2535/2001 5 straipsnis,
— Hongaars: 2535/2001/EK rendelet 5. cikk,
— Maltees: Artikolu 5 tar-Regolament (KE) Nru 2535/2001,
— Nederlands: Verordening (EG) nr 2535/2001, artikel 5,
— Pools: Artykuł 5 Rozporządzenia (WE) nr 2535/2001,
— Portugees: Regulamento (CE) no 2535/2001 artigo 5.o,
— Roemeens: Regulamentul (CE) nr. 2535/2001, articolul 5,
— Slowaaks: Článok 5 nariadenia (ES) č. 2535/2001,
— Sloveens: Člen 5 Uredbe (ES) št. 2535/2001,
— Fins: Asetus (EY) N:o 2535/2001 artikla 5,
— Zweeds: Förordning (EG) nr 2535/2001 artikel 5.
BIJLAGE XVI
In artikel 21, lid 1, onder d), bedoelde vermeldingen
— Bulgaars: Регламент (ЕO) No 2535/2001, член 20,
— Spaans: Reglamento (CE) no 2535/2001 artículo 20,
— Tsjechisch: Článek 20 nařízení (ES) č. 2535/2001,
— Deens: Forordning (EF) nr 2535/2001, artikel 20,
— Duits: Verordnung (EG) Nr. 2535/2001, Artikel 20,
— Ests: Määruse (EÜ) nr 2535/2001 artikkel 20,
— Grieks: Κανονισμός (ΕΚ) αριθ. 2535/2001, άρθρο 20,
— Engels: Article 20 of Regulation (EC) No 2535/2001,
— Frans: Règlement (CE) no 2535/2001, article 20,
— in het Kroatisch: Članak 20. Uredbe (EZ) br. 2535/2001,
— Italiaans: Regolamento (CE) n. 2535/2001, articolo 20,
— Lets: Regulas (EK) Nr. 2535/2001 20.pants,
— Litouws: Reglamento (EB) Nr. 2535/2001 20 straipsnis,
— Hongaars: 2535/2001/EK rendelet — 20. cikk,
— Maltees: Artikolu 20 tar-Regolament (KE) Nru 2535/2001,
— Nederlands: Verordening (EG) nr. 2535/2001, artikel 20.o,
— Pools: Artykuł 20 Rozporządzenia (WE) nr 2535/2001,
— Portugees: Regulamento (CE) no 2535/2001, artigo 20,
— Roemeens: Regulamentul (CE) nr. 2535/2001, articolul 20,
— Slowaaks: Clánok 20 nariadenia (ES) č. 2535/2001,
— Sloveens: Člen 20 Uredbe (ES) št. 2535/2001,
— Fins: Asetus (EY) N:o 2535/2001, artikla 20,
— Zweeds: Förordning (EG) nr 2535/2001, artikel 20.
BIJLAGE XVII
In artikel 28, lid 1, onder d), bedoelde vermeldingen
— Bulgaars: Валидно, ако е придружено от IMA 1 сертификат No …, издаден на …,
— Spaans: Válido si va acompañado del certificado IMA 1 no … expedido el …,
— Tsjechisch: [Tsjechische versie] Platné pouze při současném předložení osvědčení IMA 1 č. …. vydaného dne ….,
— Deens: Kun gyldig ledsaget af IMA 1-certifikat nr. …, udstedt den …,
— Duits: Nur gültig in Verbindung mit der Bescheinigung IMA 1 Nr. …, ausgestellt am …,
— Ests: Kehtiv, kui on kaasas IMA 1 sertifikaat nr ……., välja antud …….,
— Grieks: Έγκυρο μόνο εφόσον συvοδεύεται από το πιστοποιητικό IMA 1 αριθ. … που εξεδόθη στις …,
— Engels: Valid if accompanied by the IMA 1 certificate No … issued on …,
— Frans: Valable si accompagné du certificat IMA no …, délivré le …,
— in het Kroatisch: Vrijedi samo ako je popraćeno potvrdom IMA 1 br. …. izdanom dana …,
— Italiaans: Valido se accompagnato dal certificato IMA 1 n. …, rilasciato il …,
— Lets: Derīgs kopā ar IMA 1 sertifikātu Nr. …, kas izdots …,
— Litouws: Galioja tik kartu su IMA 1 sertifikatu Nr. …, išduotu …,
— Hongaars: Csak a … -án/én kiállított … számú IMA 1 bizonyítvánnyal együtt érvényes,
— Maltees: Validu jekk akkumpanjat b’ċertifikat IMA 1 Nru …. maħruġ fl-….,
— Nederlands: Geldig indien vergezeld van een certificaat IMA 1 nr. … dat is afgegeven op …,
— Pools: Ważne razem z certyfikatem IMA 1 nr …. wydanym dnia…,
— Portugees: Válido quando acompanhado do certificado IMA 1 com o número… emitido…
— Roemeens: Valabil doar însoțit de certificatul IMA 1 nr. ….. eliberat la ……
— Slowaaks: Platné v prípade, že je pripojené osvedčenie IMA 1 č. … vydané dňa…,
— Sloveens: Veljavno, če ga spremlja potrdilo IMA 1 št. …., izdano dne….,
— Fins: Voimassa vain … myönnetyn IMA 1-todistuksen N:o… kanssa,
— Zweeds: Gäller endast tillsammans med IMA 1-intyg nr … utfärdat den …
BIJLAGE XVIII
In artikel 37, eerste alinea, bedoelde vermeldingen
— Bulgaars: Сертификат за внос при намалено мито за продукта, съответстващ на нареждане No…, превърнат в сертификат за внос при пълно мито, за който ставката на приложимото мито от …/100 кг е била начислена и е платена; сертификатът вече е издаден,
— Spaans: — Certificado de importación con tipo reducido para el producto con el número de orden… que se ha convertido en un certificado de importación con tipo pleno para el que se adeudaba, y se ha abonado, el tipo de derecho de…/100 kg; certificado ya anotado,
— Tsjechisch: Změněno z dovozní licence se sníženým clem pro produkt pod pořadovým č. … na dovozní licenci s plným clem, na základě které bylo vyměřeno a uhrazeno clo v hodnotě …/100 kg; licence již byla započtena,
— Deens: Ændret fra en importlicens med nedsat toldsats for et product under nr… til en importlicens med fuld toldsats, hvor den skyldige importtold på…/100 kg er betalt; licensen er allerede afskrevet,
— Duits: Umwandlung einer Einfuhrlizenz zum ermäßigten Zollsatz für das Erzeugnis mit der lfd. Nr. … in eine Einfuhrlizenz zum vollen Zollsatz von …/100 kg, der entrichtet wurde; Lizenz abgeschrieben,
— Ests: Ümber arvestatud vähendatud tollimaksuga impordilitsentsist, mis on välja antud tellimusele nr …… vastavale tootele, täieliku tollimaksuga impordilitsentsiks, mille puhul tuli maksta ja on makstud tollimaks …… 100 kilogrammi kohta; 100 kilogrammi kohta; litsents juba lisatud,
— Grieks: Μετατροπή από πιστοποιητικό εισαγωγής με μειωμένο δασμό για προϊόν βάσει του αύξοντος αριθμού …σε πιστοποιητικό εισαγωγής με πλήρη δασμό για το οποίο το ποσοστό δασμού ποσού …/100 kg οφείλετο καιπληρώθηκε,
— Engels: Converted from a reduced duty import licence for product under order No … to a full duty import licence on which the rate of duty of …/100 kg was due and has been paid; licence already attributed,
— Frans: Certificat d'importation à droit réduit pour le produit correspondant au contingent …, converti en un certificat d'importation à taux plein, pour lequel le taux du droit applicable de …/100 kg a été acquitté; certificat déjà imputé,
— in het Kroatisch: Uvozna dozvola sa sniženom carinom za proizvod pod brojem narudžbe … promijenjena u uvoznu dozvolu s punom carinom za koji je carina u visini …/100 kg obračunata i plaćena; dozvola je već dodijeljena,
— Italiaans: — Conversione da un titolo d'importazione a dazio ridotto per il prodotto corrispondente al contingente… ad un titolo d'importazione a dazio pieno, per il quale è stata pagata l'aliquota di…/100 kg; titolo già imputato,
— Lets: Pāreja no samazināta nodokļa importa licences par produktu ar kārtas nr. … uz pilna apjoma nodokļa importa licenci ar nodokļu likmi …/100 kg, kas ir samaksāta; licence jau izdota
— Litouws: Licencija, pagal kurią taikomas sumažintas importo muitas, išduota produktui, kurio užsakymo Nr. …, pakeista į licenciją, pagal kurią taikomas visas importo muitas, kurio norma yra …/100 kg, muitas sumokėtas; licencija jau priskirta
— Hongaars: ……kontingensszámú termék csökkentett vám hatálya alá tartozó importengedélye teljes vám hatálya alá tartozó importengedéllyé átalakítva, melyen a …..…/100 kg vámtétel kiszabva és leróva, az engedély már kiadva,
— Maltees: Konvertit minn liċenzja tad-dazju fuq importazzjoni mnaqqsa għall-prodott li jaqa' taħt in-Nru … għal dazju sħiħ fuq importazzjoni bir-rata tad-dazju ta’ …/100 kg kien dovut u ġie imħallas; liċenzja diġà attribwita,
— Nederlands: Invoercertificaat met verlaagd recht voor onder volgnummer … vallend product, omgezet in een invoercertificaat met volledig recht waarvoor het recht van…/100 kg verschuldigd was en is betaald; hoeveelheid reeds op het certificaat afgeschreven,
— Pools: Pozwolenie na przywóz produktu nr … po obniżonej stawce należności celnych zmienione na pozwolenie na przywóz po pełnej stawce należności celnych, która to stawka wynosi …/100kg i została uiszczona; pozwolenie zostało już przyznane,
— Portugees: Obtido por conversão de um certificado de importação com direito reduzido para o produto com o número de ordem… num certificado de importação com direito pleno, relativamente ao qual a taxa de direito aplicável de…/100 kg foi paga; certificado já imputado,
— Roemeens: Licență de import cu taxe vamale reduse pentru produsul din contingentul ….. transformată în licență de import cu taxe vamale întregi, pentru care taxa vamală aplicabilă de …./100 kg a fost achitată; licență atribuită deja,
— Slowaaks: Osvedčenie na znížené dovozné clo na tovar č. …zmenené na osvedčenie na riadne dovozné clo, ktorého sadzba za…/100 kg bola zaplatená; osvedčenie udelené,
— Sloveens: Spremenjeno iz uvoznega dovoljenja z znižanimi dajatvami za proizvod iz naročila št. … v uvozno dovoljenje s polnimi dajatvami, v katerem je stopnja dajatev v višini …/100 kg zapadla in bila plačana; dovoljenje že podeljeno,
— Fins: Muutettu etuuskohteluun oikeuttavasta kiintiötuontitodistuksesta vakiotuontitodistutseksi tavaralle, joka kuuluu järjestysnumeroon… ja josta on kannettu tariffin mukainen tulli…/100 kg; vähennysmerkinnät tehty,
— Zweeds: Omvandlad från importlicens med sänkt tull för product med löpnummer… till importlicens med hel tullavgift för vilken gällande tullsats…/100 kg har betalats. Redan avskriven licens.
BIJLAGE XIX
In artikel 44, lid 3, bedoelde vermeldingen
— Bulgaars: Извършена физическа проверка [Регламент (ЕО) No 2535/2001],
— Spaans: Se ha realizado el control material [Reglamento (CE) no 2535/2001],
— Tsjechisch: Fyzická kontrola provedena [nařízení (ES) č. 2535/2001],
— Deens: Fysisk kontrol [forordning (EF) nr. 2535/2001],
— Duits: Warenkontrolle durchgeführt [Verordnung (EG) Nr 2535/2001],
— Ests: Füüsiline kontroll tehtud [määrus (EÜ) nr 2535/2001],
— Grieks: Πραγματοποιήθηκε φυσικός έλεγχος [Κανονισμός (ΕΚ) αριθ. 2535/2001],
— Engels: Physical check carried out [Regulation (EC) No 2535/2001],
— Frans: Contrôle physique effectué [règlement (CE) no 2535/2001],
— in het Kroatisch: Izvršena fizička kontrola (Uredba (EZ) br. 2535/2001),
— Italiaans: Controllo fisico effettuato [regolamento (CE) n. 2535/2001],
— Lets: Fiziska pārbaude veikta [Regula (EK) Nr. 2535/2001],
— Litouws: Fizinis patikrinimas atliktas [Reglamentas (EB) Nr. 2535/2001],
— Hongaars: Fizikai ellenőrzés elvégezve [2535/2001/EK rendelet],
— Maltees: Iċċekjar fiżiku mwettaq [Regolament (KE) Nru 2535/2001],
— Nederlands: Fysieke controle uitgevoerd (Verordening (EG) nr. 2535/2001),
— Pools: Przeprowadzono kontrolę fizyczną [Rozporządzenie (WE) nr 2535/2001],
— Portugees: Controlo físico em conformidade com [Regulamento (CE) no 2535/2001],
— Roemeens: Control fizic efectuat [Regulamentul (CE) nr. 2535/2001],
— Slowaaks: Fyzická kontrola vykonaná [Nariadenie (ES) č. 2535/2001],
— Sloveens: Fizični pregled opravljen [Uredba (ES) št. 2535/2001],
— Fins: Fyysinen tarkastus suoritettu [asetus (EY) N:o 2535/2001],
— Zweeds: Fysisk kontroll utförd [förordning (EG) nr 2535/2001].
BIJLAGE XX
In artikel 16, lid 3, bedoelde vermeldingen:
Bulgaars |
: |
валидно от [дата на първия ден от подпериода] до [дата на последния ден от подпериода] |
Spaans |
: |
válido desde el [fecha del primer día del subperíodo] hasta el [fecha del último día del subperíodo] |
Tsjechisch |
: |
platné od [první den podobdobí] do [poslední den podobdobí] |
Deens |
: |
gyldig fra [datoen for den første dag i delperioden] til [datoen for den sidste dag i delperioden] |
Duits |
: |
gültig vom [Datum des ersten Tages des Teilzeitraums] bis [Datum des letzten Tages des Teilzeitraums] |
Ests |
: |
kehtiv alates [alaperioodi alguskuupäev] kuni [alaperioodi lõpukuupäev] |
Grieks |
: |
ισχύει από [ημερομηνία της πρώτης ημέρας της υποπεριόδου] έως [ημερομηνία της τελευταίας ημέρας της υποπεριόδου] |
Engels |
: |
valid from [date of the first day of the subperiod] to [date of the last day of the subperiod] |
Frans |
: |
valable du [date du premier jour de la sous-période] au [date du dernier jour de la sous-période] |
in het Kroatisch |
: |
vrijedi od [datum prvog dana podrazdoblja] do [datum posljednjeg dana podrazdoblja] |
Italiaans |
: |
valido dal [data del primo giorno del sottoperiodo] al [data dell’ultimo giorno del sottoperiodo] |
Lets |
: |
spēkā no [apakšperioda pirmās dienas datums] līdz [apakšperioda pēdējās dienas datums] |
Litouws |
: |
galioja nuo [pirmoji laikotarpio diena] iki [paskutinė laikotarpio diena] |
Hongaars |
: |
érvényes [az alidőszak első napja]-tól/től [az alidőszak utolsó napja]-ig |
Maltees |
: |
Validu mid-[data ta’ l-ewwel jum tas-subperjodu] sad-[data ta’ l-aħħar jum tas-subperjodu] |
Nederlands |
: |
geldig van [begindatum van de deelperiode] tot en met [einddatum van de deelperiode] |
Pools |
: |
ważne od [data – pierwszy dzień podokresu] do [data – ostatni dzień podokresu] |
Portugees |
: |
eficaz de [data do primeiro dia do subperíodo] até [data do último dia do subperíodo] |
Roemeens |
: |
valabilă de la [data primei zile a subperioadei] până la [data ultimei zile a subperioadei] |
Slowaaks |
: |
platná od [dátum prvého dňa čiastkového obdobia] do [dátum posledného dňa čiastkového obdobia] |
Sloveens |
: |
velja od [datum prvega dne podobdobja] do [datum zadnjega dne podobdobja] |
Fins |
: |
voimassa [osajakson ensimmäinen päivä]–[osajakson viimeinen päivä] |
Zweeds |
: |
gäller från och med [delperiodens första dag] till och med [delperiodens sista dag]. |
( 1 ) PB L 160 van 26.6.1999, blz. 48.
( 2 ) PB L 193 van 29.7.2000, blz. 10.
( 3 ) PB L 185 van 30.6.1998, blz. 21.
( 4 ) PB L 88 van 28.3.2001, blz. 7.
( 5 ) PB L 336 van 29.12.1979, blz. 23.
( 6 ) PB L 151 van 1.7.1995, blz. 10.
( 7 ) PB L 345 van 16.12.1997, blz. 31.
( 8 ) PB L 332 van 28.12.2000, blz. 49.
( 9 ) PB L 299 van 10.11.1998, blz. 7.
( 10 ) PB L 152 van 24.6.2000, blz. 1.
( 11 ) PB L 308 van 27.11.2001, blz. 19.
( 12 ) PB L 257 van 13.10.1969, blz. 3.
( 13 ) PB L 327 van 30.12.1995, blz. 17.
( 14 ) PB L 86 van 20.3.1998, blz. 1.
( 15 ) PB L 215 van 1.8.1998, blz. 12.
( 16 ) PB L 311 van 4.12.1999, blz. 1.
( 17 ) PB L 155 van 28.6.2000, blz. 1.
( 18 ) PB L 308 van 8.12.2000, blz. 7.
( 19 ) PB L 198 van 4.8.2000, blz. 6.
( 20 ) PB L 262 van 17.10.2000, blz. 1.
( 21 ) PB L 271 van 24.10.2000, blz. 7.
( 22 ) PB L 280 van 4.11.2000, blz. 1.
( 23 ) PB L 280 van 4.11.2000, blz. 9.
( 24 ) PB L 280 van 4.11.2000, blz. 17.
( 25 ) PB L 286 van 11.11.2000, blz. 15.
( 26 ) PB L 321 van 19.12.2000, blz. 8.
( 27 ) PB L 332 van 28.12.2000, blz. 7.
( 28 ) PB L 133 van 21.5.1973, blz. 1.
( 29 ) PB L 393 van 31.12.1987, blz. 1.
( 30 ) PB L 114 van 26.4.2008, blz. 3.
( 31 ) PB L 238 van 1.9.2006, blz. 13.
( 32 ) PB L 114 van 30.4.2002, blz. 1.
( 33 ) PB L 327 van 9.12.2011, blz. 1.
( 34 ) PB L 61 van 28.2.2007, blz. 28.
( 35 ) PB L 20 van 24.1.2008, blz. 1.
( 36 ) PB L 300 van 31.12.1972, blz. 189.
( 37 ) Verordening (EU) nr. 374/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 16 april 2014 tot verlaging of afschaffing van douanerechten op goederen van oorsprong uit Oekraïne (PB L 118 van 22.4.2014, blz. 1).
( 38 ) PB L 46 van 20.2.2003, blz. 1.
( 39 ) PB L 109 van 19.4.2001, blz. 2.
( 40 ) PB L 311 van 4.12.1999, blz. 1.
( 41 ) PB L 86 van 20.3.1998, blz. 1.
( 42 ) PB L 311 van 4.12.1999, blz. 298.
( 43 ) PB L 37 van 7.2.2001, blz. 1.
( 44 ) PB L 253 van 11.10.1993, blz. 1.
( 45 ) PB L 228 van 1.9.2009, blz. 3.
( 46 ) Onverminderd de algemene regels voor de interpretatie van de gecombineerde nomenclatuur wordt de omschrijving van de goederen slechts geacht een indicatieve waarde te hebben, aangezien de preferentiële regeling in het kader van deze bijlage wordt bepaald door de draagwijdte van de GN-codes. Wanneer ex GN-codes zijn vermeld, is de GN-code tezamen met de daarbijbehorende omschrijving bepalend voor de toepassing van de preferentiële regeling.