European flag

Publicatieblad
van de Europese Unie

NL

Serie L


2023/2833

20.12.2023

VERORDENING (EU) 2023/2833 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

van 13 december 2023

tot vaststelling van een vangstdocumentatieprogramma voor blauwvintonijn (Thunnus thynnus) en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 640/2010

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 43, lid 2,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Na toezending van het ontwerp van wetgevingshandeling aan de nationale parlementen,

Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité (1),

Handelend volgens de gewone wetgevingsprocedure (2),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Een van de doelstellingen van het gemeenschappelijk visserijbeleid, zoals omschreven in Verordening (EU) nr. 1380/2013 van het Europees Parlement en de Raad (3), is ervoor te zorgen dat de exploitatie van de biologische rijkdommen van de zee tot duurzame voordelen op economisch, ecologisch en sociaal gebied leidt.

(2)

De Unie is verdragsluitende partij bij het Verdrag van de Verenigde Naties inzake het recht van de zee van 10 december 1982, goedgekeurd bij Besluit 98/392/EG van de Raad (4), bij de Overeenkomst over de toepassing van de bepalingen van dat verdrag die betrekking hebben op de instandhouding en het beheer van de grensoverschrijdende en de over grote afstanden trekkende visbestanden, bekrachtigd bij Besluit 98/414/EG van de Raad (5), en bij de Overeenkomst om de naleving van de internationale instandhoudings- en beheersmaatregelen door vissersvaartuigen op de volle zee te bevorderen, aanvaard bij Besluit 96/428/EG van de Raad (6). In het kader van die internationale verplichtingen neemt de Unie deel aan inspanningen om het duurzame beheer van over grote afstanden trekkende visbestanden te garanderen.

(3)

De Unie is op grond van Besluit 86/238/EEG van de Raad (7) verdragsluitende partij bij het Internationaal Verdrag voor de instandhouding van Atlantische tonijnen (“het verdrag”). Het verdrag biedt een kader voor regionale samenwerking op het gebied van de instandhouding en het beheer van tonijn en tonijnachtigen in de Atlantische Oceaan en aangrenzende zeeën, die verloopt via de Internationale Commissie voor de instandhouding van Atlantische tonijnen (International Commission for the Conservation of Atlantic Tunas — “de Iccat”), en voor de vaststelling van aanbevelingen van toepassing op het verdragsgebied die bindend worden voor de verdragsluitende partijen, samenwerkende niet-verdragsluitende partijen, organisaties en visserijorganisaties (“CPC’s”).

(4)

Bij Verordening (EU) nr. 640/2010 van het Europees Parlement en de Raad (8) werd in het Unierecht uitvoering gegeven aan Iccat-aanbeveling 09-11 tot wijziging van aanbeveling 08-12 waarbij een vangstdocumentatieprogramma voor blauwvintonijn werd ingesteld.

(5)

Als onderdeel van de maatregelen om de blauwvintonijnbestanden te reguleren, de kwaliteit en betrouwbaarheid van statistische gegevens te verbeteren en teneinde illegale visserij te voorkomen, tegen te gaan en te beëindigen, heeft de Iccat de aanbevelingen 18-13 en 21-19 inzake een Iccat-documentatieprogramma voor blauwvintonijn, tot uitvoering van de regeling inzake het vangstdocumentatieprogramma voor blauwvintonijn, de aanbevelingen 10-11 inzake een programma voor een elektronische vangstdocument voor blauwvintonijn (eBCD) en 22-16 inzake de toepassing van het eBCD-systeem, tot ontwikkeling en verbetering van de uitvoering van de vangstdocumentatieregeling voor blauwvintonijn door de invoering van een verplicht eBCD-systeem, en aanbeveling 22-08 tot vaststelling van een meerjarig beheersplan voor blauwvintonijn in het oostelijke deel van de Atlantische Oceaan en de Middellandse Zee aangenomen. De CPC’s en de lidstaten zijn in juni 2016 gestart met de gedeeltelijke uitvoering van het eBCD-systeem. Dit systeem is sinds januari 2017 volledig operationeel en wordt door de lidstaten gebruikt.

(6)

In het verdrag zijn Engels, Frans en Spaans vastgesteld als de officiële talen van de Iccat. Om exploitanten in staat te stellen hun onder deze verordening vallende activiteiten doeltreffend uit te voeren en om belemmeringen voor de communicatie met de bevoegde autoriteiten te voorkomen, moeten het vangstdocument voor blauwvintonijn (bluefin tuna catch document — BCD) en het wederuitvoercertificaat voor blauwvintonijn (bluefin tuna re-export certificate — BFTRC) in een van de officiële talen van de Iccat worden ingediend.

(7)

Sommige bepalingen van de Iccat-aanbevelingen worden veelvuldig gewijzigd door de CPC’s en zullen in de toekomst waarschijnlijk opnieuw worden gewijzigd. Daarom moet, om snel uitvoering te kunnen geven in het Unierecht aan toekomstige wijzigingen van de Iccat-aanbevelingen, aan de Commissie de bevoegdheid worden overgedragen om overeenkomstig artikel 290 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU) handelingen vast te stellen tot wijziging van deze verordening met betrekking tot het verplichte gebruik van eBCD’s en BCD’s; de regels inzake gegroepeerde BCD’s; het waarmerken van BCD’s en eBCD’s; de termijn voor de afwijking inzake via het merkteken te verstrekken informatie in verband met de minimuminstandhoudingsreferentiegrootte uit hoofde van Verordening (EU) 2023/2053 van het Europees Parlement en de Raad (9); de registratie en waarmerking van vangsten en daaropvolgende handelstransacties in het eBCD-systeem; de informatie over waarmerking en contactpunten, het gebruik van papieren BCD’s en geprinte eBCD’s; de data voor de verslaglegging; verwijzingen naar de bijlagen bij de Iccat-aanbevelingen en naar de overeenkomstige bijlagen bij deze verordening, en de bijlagen bij deze verordening. Het is van bijzonder belang dat de Commissie bij haar voorbereidende werkzaamheden tot passende raadplegingen overgaat, onder meer op deskundigenniveau, en dat die raadplegingen plaatsvinden in overeenstemming met de beginselen die zijn vastgelegd in het Interinstitutioneel Akkoord van 13 april 2016 over beter wetgeven (10). Met name om te zorgen voor gelijke deelname aan de voorbereiding van gedelegeerde handelingen ontvangen het Europees Parlement en de Raad alle documenten op hetzelfde tijdstip als de deskundigen van de lidstaten, en hebben hun deskundigen systematisch toegang tot de vergaderingen van de deskundigengroepen van de Commissie die zich bezighouden met de voorbereiding van de gedelegeerde handelingen.

(8)

Uniewetgeving dient louter uitvoering te geven aan de Iccat-aanbevelingen in het Unierecht teneinde gelijke voorwaarden voor vissers uit de Unie en vissers uit derde landen te waarborgen, en ervoor te zorgen dat de regels door iedereen ten volle worden geaccepteerd en toegepast.

(9)

De gedelegeerde handelingen waarin deze verordening voorziet, laten de uitvoering in het Unierecht van toekomstige wijzigingen van de Iccat-aanbevelingen door middel van de gewone wetgevingsprocedure onverlet.

(10)

Verordening (EU) nr. 640/2010 moet derhalve worden ingetrokken, aangezien bij deze verordening in het Unierecht uitvoering wordt gegeven aan nieuwe Iccat-maatregelen voor het vangstdocumentatieprogramma voor blauwvintonijn.

(11)

De Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming is geraadpleegd overeenkomstig artikel 42, lid 1, van Verordening (EU) 2018/1725 van het Europees Parlement en de Raad (11) en heeft op 17 mei 2022 formele opmerkingen ingediend.

(12)

Wanneer persoonsgegevens worden verwerkt in het kader van de toepassing van deze verordening, zijn Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad (12) en Verordening (EU) 2018/1725 van toepassing, en moet ervoor worden gezorgd dat de verplichtingen met betrekking tot de bescherming van persoonsgegevens te allen tijde en op alle niveaus worden nageleefd. De autoriteiten van de lidstaten moeten met betrekking tot de verwerking van de persoonsgegevens die zij uit hoofde van deze verordening verzamelen, worden beschouwd als een verwerkingsverantwoordelijke zoals gedefinieerd in artikel 4, punt 7), van Verordening (EU) 2016/679. De Commissie moet met betrekking tot de verwerking van de persoonsgegevens die zij uit hoofde van deze verordening verzamelt, worden beschouwd als een verwerkingsverantwoordelijke zoals gedefinieerd in artikel 3, punt 8, van Verordening (EU) 2018/1725,

HEBBEN DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

HOOFDSTUK I

ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1

Onderwerp en toepassingsgebied

1.   Bij deze verordening wordt een vangstdocumentatieprogramma van de Unie voor blauwvintonijn vastgesteld om uitvoering te geven aan de door de Internationale Commissie voor de instandhouding van Atlantische tonijnen (International Commission for the Conservation of Atlantic Tunas — “de Iccat”) vastgestelde vangstdocumentatieregeling voor blauwvintonijn, alsmede het verplichte gebruik van het systeem voor elektronische BCD’s (“eBCD’s”) vastgesteld, met het oog op de identificatie van de oorsprong van alle gevangen blauwvintonijn, teneinde de uitvoering van de instandhoudings- en beheersmaatregelen van de Iccat te ondersteunen.

2.   Deze verordening is niet van toepassing op de interne verhandeling, de uitvoer, de invoer en de wederuitvoer van andere delen van vis dan visvlees, zoals koppen, ogen, hom/kuit, ingewanden en staarten.

Artikel 2

Definities

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

1)

“BCD”: het vangstdocument voor blauwvintonijn waarvan het model is opgenomen in bijlage 2 bij Iccat-aanbeveling 18-13 en bijlage II bij deze verordening;

2)

“blauwvintonijn”: vis van de soort Thunnus thynnus die valt onder de desbetreffende codes van de gecombineerde nomenclatuur van bijlage I bij Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad (13);

3)

“het verdrag”: het Internationaal Verdrag voor de instandhouding van Atlantische tonijnen;

4)

“verdragsgebied”: het in artikel I van het verdrag afgebakende geografische gebied dat wordt bestreken door de Iccat-maatregelen;

5)

“interne verhandeling”:

a)

handel in een lidstaat of tussen twee of meer lidstaten, in blauwvintonijn die in het verdragsgebied is gevangen door een vangstvaartuig uit de Unie of met een tonnara uit de Unie en die is aangeland op het grondgebied van de Unie, en

b)

handel in een lidstaat of tussen twee of meer lidstaten, in gekweekte blauwvintonijn die in het verdragsgebied is gevangen door een vangstvaartuig van de Unie of met een tonnara uit de Unie en die in een kwekerij op het grondgebied van de Unie is gekooid;

6)

“invoer”: het binnenbrengen op het grondgebied van de Unie van blauwvintonijn die in het verdragsgebied door een vangstvaartuig van een derde land of met een tonnara van een derde land is gevangen, ook wanneer die blauwvintonijn bestemd is om te worden gekooid, gemest, gekweekt of overgeladen;

7)

“uitvoer”: elke verplaatsing van blauwvintonijn die in het verdragsgebied is gevangen door een vangstvaartuig van de Unie of met een tonnara van de Unie, naar een derde land, inclusief verplaatsingen vanuit het grondgebied van de Unie, vanuit derde landen of vanuit visgronden;

8)

“wederuitvoer”: elke verplaatsing van eerder op het grondgebied van de Unie ingevoerde blauwvintonijn vanuit dat grondgebied naar elders;

9)

“tonnaralidstaat”: de lidstaat waar de tonnara zich bevindt;

10)

“kwekerijlidstaat”: de lidstaat waar de kwekerij is gevestigd;

11)

“CPC’s”: verdragsluitende partijen, samenwerkende niet-verdragsluitende partijen, organisaties of visserijorganisaties.

HOOFDSTUK II

VANGSTDOCUMENT VOOR BLAUWVINTONIJN

Artikel 3

Algemene bepalingen

1.   Het eBCD-systeem wordt gebruikt voor elke vangst, aanlanding, overheveling, met inbegrip van overhevelingen binnen en tussen kwekerijen, overlading, plaatsing in een kooi, oogst, interne verhandeling, invoer, uitvoer of wederuitvoer van blauwvintonijn. In uitzonderlijke omstandigheden kunnen papieren BCD’s worden gebruikt zoals bepaald in artikel 11.

2.   Voor elke blauwvintonijn die door een vissersvaartuig of met een tonnara wordt gevangen, door een vissersvaartuigen of met een tonnara” wordt overgeheveld, aangeland of in havens overgeladen of door kwekerijen wordt gekooid of geoogst, wordt een BCD ingevuld in een van de officiële talen van de Iccat (Engels, Frans of Spaans).

3.   Elke partij blauwvintonijn die intern wordt verhandeld, op het grondgebied van de Unie wordt ingevoerd of vanuit het grondgebied van de Unie wordt uitgevoerd of wederuitgevoerd, gaat vergezeld van een door de bevoegde autoriteit gewaarmerkt BCD, behalve bij toepassing van artikel 4, lid 4, en, indien van toepassing, van een Iccat-overhevelingsaangifte of een gewaarmerkt wederuitvoercertificaat voor blauwvintonijn (bluefin tuna re-export certificate — BFTRC). Elke partij blauwvintonijn bevat uitsluitend blauwvintonijnproducten die dezelfde aanbiedingsvorm hebben en afkomstig zijn uit hetzelfde desbetreffende geografische gebied en van hetzelfde vissersvaartuig of dezelfde groep vissersvaartuigen dan wel dezelfde tonnara.

4.   Het is verboden blauwvintonijn aan te landen, over te hevelen, over te laden, te kooien, te leveren, te oogsten, intern te verhandelen, in te voeren, uit te voeren of weder uit te voeren zonder een ingevuld en, indien van toepassing, gewaarmerkt BCD en BFTRC wanneer nodig.

5.   Elk BCD heeft een uniek documentidentificatienummer. De documentidentificatienummers zijn specifiek voor de vlaggen- of tonnaralidstaat.

6.   Op het ogenblik van het kooien en mits alle vissen in dezelfde kweekkooi en op dezelfde dag worden gekooid, kunnen de desbetreffende BCD’s in de volgende gevallen als “gegroepeerd BCD” met een nieuw BCD-nummer worden gegroepeerd:

a)

meerdere vangsten door hetzelfde vaartuig;

b)

vangsten in het kader van gezamenlijke visacties.

7.   Het gegroepeerd BCD vervangt alle gerelateerde originele BCD’s en gaat vergezeld van de lijst van alle bijbehorende BCD-nummers. Op verzoek worden kopieën van die bijbehorende BCD’s ter beschikking gesteld van de controlerende autoriteiten van de lidstaten of CPC’s.

8.   Blauwvintonijnen die als bijvangst worden gevangen door vaartuigen die niet actief op blauwvintonijn mogen vissen op grond van Verordening (EU) 2023/2053, mogen worden verhandeld. De autoriteiten van de lidstaten, de havenautoriteiten en de geautoriseerde zelfregistratie door de kapitein of de vertegenwoordiger van het vaartuig vergemakkelijken de toegang tot het eBCD-systeem voor de kapitein of de vertegenwoordiger van het vaartuig, onder meer door middel van hun nationaal registratienummer. De vlaggenlidstaat van de betrokken vaartuigen is niet verplicht een lijst van die vaartuigen aan de Commissie voor te leggen.

9.   Blauwvintonijnen die sterven tijdens de overheveling, het slepen of de kooiverrichtingen die vallen onder de artikelen 40 tot en met 55 van Verordening (EU) 2023/2053, mogen worden verhandeld door vertegenwoordigers van het ringzegenvaartuig, het hulpvaartuig, de tonnara en/of de kwekerij, indien van toepassing.

10.   In de sport- en recreatievisserij geoogste blauwvintonijnen, waarvan de verkoop verboden is, vallen niet onder deze verordening en hoeven derhalve niet in het eBCD-systeem te worden geregistreerd.

Artikel 4

Waarmerking

1.   Kapiteins van vangstvaartuigen, exploitanten van tonnara’s, exploitanten van kwekerijen, verkopers, exporteurs, of hun gemachtigde vertegenwoordiger, vullen de vereiste informatie in het BCD in en vragen voor elke gevangen, aangelande, gekooide, geoogste, overgeladen, intern verhandelde of uitgevoerde blauwvintonijn om waarmerking van het BCD overeenkomstig lid 2.

2.   Het BCD wordt gewaarmerkt door een bevoegde autoriteit van de vlaggenlidstaat van het vaartuig of de tonnara of de kwekerijlidstaat die de blauwvintonijn heeft gevangen of geoogst, of van de lidstaat van vestiging van de verkoper of exporteur die de blauwvintonijn intern heeft verhandeld of heeft uitgevoerd.

3.   De lidstaten waarmerken het BCD voor blauwvintonijnproducten slechts indien:

a)

is geverifieerd dat alle informatie in het BCD juist is;

b)

de totale vangsthoeveelheden niet groter zijn dan de voor het betreffende beheersjaar vastgestelde quota of vangstbeperkingen, inclusief, indien van toepassing, individuele quota die aan vangstvaartuigen of voor tonnara’s zijn toegewezen, en

c)

de producten voldoen aan alle andere toepasselijke bepalingen van de instandhoudings- en beheersmaatregelen van de Iccat.

4.   De uit hoofde van lid 2 van dit artikel gedane waarmerking is niet vereist wanneer alle voor verkoop beschikbare blauwvintonijnen overeenkomstig artikel 6, lid 4, zijn gemerkt door de vlaggenlidstaat of de tonnaralidstaat die ze heeft gevangen.

5.   Indien minder dan één ton of drie stuks blauwvintonijn wordt gevangen en aangeland, mag het logboek of het verkoopdocument als tijdelijk BCD worden gebruikt in afwachting van de waarmerking van het BCD binnen zeven dagen na de aanlanding en vóór uitvoer.

6.   Een gewaarmerkt BCD omvat, in voorkomend geval, de in bijlage 1 bij Iccat-aanbeveling 18-13 en bijlage I bij deze verordening vermelde informatie. Instructies voor de afgifte, nummering, invulling en waarmerking van het BCD zijn opgenomen in bijlage 3 bij Iccat-aanbeveling 18-13 en bijlage III bij deze verordening.

7.   De informatie over de koper in de rubriek handelsinformatie wordt vóór de waarmerking in het eBCD-systeem ingevoerd. De rubriek handelsinformatie van een eBCD wordt vóór uitvoer gewaarmerkt.

8.   Uitvoer uit de lidstaten vindt alleen plaats als de eerdere handel tussen lidstaten naar behoren is geregistreerd. Voor die uitvoer blijft waarmerking in het eBCD-systeem overeenkomstig de leden 1 tot en met 5 vereist.

Artikel 5

Registratie en waarmerking van vangsten en daaropvolgende handelstransacties in het eBCD-systeem

1.   Na de registratie en waarmerking van de vangst en van de eerste handelstransactie in het eBCD-systeem overeenkomstig artikel 4 wordt informatie over de interne verkopen van blauwvintonijn binnen één lidstaat in het eBCD-systeem geregistreerd. Deze interne verkopen hoeven niet te worden gewaarmerkt.

2.   Na de registratie en waarmerking van de vangst en van de eerste handelstransactie in het eBCD-systeem vult de verkoper de interne verhandeling tussen de lidstaten in het eBCD-systeem in overeenkomstig artikel 4.

3.   De in artikel 4, lid 2, bedoelde bevoegde autoriteit waarmerkt de interne verhandeling tussen de lidstaten van de productvormen “ontdaan van kieuwen en ingewanden” (GG), “schoongemaakt” (DR) en “levend” (RD). In afwijking van artikel 4 is waarmerking evenwel niet vereist:

a)

indien de blauwvintonijn intern wordt verhandeld in de productvorm “filets” (FL) of in “andere, gespecificeerde” (OT) productvormen die op het eBCD zijn vermeld;

b)

indien het in punt a) bedoelde FL- of OT-product is verpakt voor vervoer; in dat geval wordt het bijbehorende eBCD-nummer leesbaar en onuitwisbaar vermeld op de buitenkant van elke verpakking die een deel van de tonijn bevat, met uitzondering van de in artikel 1, lid 2, vermelde vrijgestelde producten.

Voor FL- of OT-producten vindt de daaropvolgende interne verhandeling naar een andere lidstaat pas plaats nadat de handelsinformatie van de vorige lidstaat in het eBCD-systeem is geregistreerd.

4.   De in lid 3 van dit artikel vastgestelde afwijking is van toepassing tot en met 31 december 2024. De lidstaten brengen jaarlijks bij de Commissie verslag uit over de toepassing van deze afwijking. Dat verslag bevat informatie over de in artikel 9 bepaalde verificatie door de lidstaten, de resultaten van die verificatie en gegevens over de betrokken handelstransacties, met inbegrip van relevante statistische informatie, zoals de hoeveelheid blauwvintonijn en het aantal handelstransacties die onder deze afwijking vallen.

5.   Tenzij anders bepaald, wordt de handel in levende blauwvintonijn, met inbegrip van alle handelstransacties van en naar blauwvintonijnkwekerijen, in het eBCD-systeem geregistreerd en gewaarmerkt overeenkomstig deze verordening.

6.   In afwijking van artikel 3, lid 3, mogen de rubrieken 2 (vangst) en 3 (verhandeling van levende vis) in het eBCD-systeem gelijktijdig worden ingevuld.

7.   De wijziging en herwaarmerking van de rubrieken 2 (vangst) en 3 (verhandeling van levende vis) in het eBCD-systeem, zoals vereist in artikel 51 van en bijlage XI bij Verordening (EU) 2023/2053 inzake het gebruik van stereoscopische camerasystemen, mogen na de kooiverrichting worden voltooid.

Artikel 6

Merken

1.   De lidstaten kunnen hun vangstvaartuigen of tonnara’s opleggen elke blauwvintonijn te merken, bij voorkeur bij het doden, maar in ieder geval niet later dan bij het aanlanden (“merkprogramma”). De merktekens zijn voorzien van een uniek nummer dat specifiek is voor de betrokken lidstaat, en zijn onvervalsbaar. Het nummer van het merkteken wordt gekoppeld aan het eBCD.

2.   De betrokken lidstaten zenden de Commissie uiterlijk op 30 april van elk jaar een samenvatting van de uitvoering van het merkprogramma betreffende het voorgaande jaar toe. Latere wijzigingen van een merkprogramma worden ook aan de Commissie toegezonden. De Commissie zendt de samenvattingen door naar het Iccat-secretariaat.

3.   Het gebruik van merktekens uit hoofde van dit artikel wordt slechts toegestaan indien de totale vangsthoeveelheden niet groter zijn dan de voor elk beheersjaar vastgestelde quota of vangstbeperkingen van de lidstaten, inclusief, indien van toepassing, individuele quota die aan vaartuigen of voor tonnara’s zijn toegewezen.

4.   Voor de toepassing van artikel 4, lid 4, voorzien de commerciële merkprogramma’s van de vlaggenlidstaat van het vaartuig of de tonnara die de blauwvintonijnen heeft geoogst, in het kader waarvan de vissen worden gemerkt, ten minste in het volgende:

a)

dat alle blauwvintonijnen in het betrokken eBCD afzonderlijk worden gemerkt;

b)

de volgende informatie met betrekking tot het merkteken:

i)

identificatie van het vangstvaartuig of de tonnara;

ii)

datum van vangst of aanlanding;

iii)

het gebied waar de tot de zending behorende vis is geoogst;

iv)

het voor de vangst van de vis gebruikte vistuig;

v)

het producttype en het individuele gewicht van de gemerkte blauwvintonijn;

vi)

indien van toepassing, informatie over de exporteur en de importeur, en

vii)

indien van toepassing, de plaats van uitvoer.

5.   In afwijking van lid 4, punt b), v), van dit artikel mogen de lidstaten voor de visserijen waarvoor de afwijkingen inzake minimuminstandhoudingsreferentiegrootte uit hoofde van Verordening (EU) 2023/2053 gelden, tot en met 31 december 2024 in plaats daarvan bij het lossen het geraamde gewicht van de tot de vangst behorende afzonderlijke vis meedelen, dat door middel van representatieve bemonstering wordt bepaald.

6.   Wanneer de lidstaten de in lid 5 van dit artikel bedoelde afwijking toepassen, dienen zij bij de Commissie jaarlijks een verslag in over de toepassing van die afwijking overeenkomstig artikel 5, lid 4.

7.   De informatie over de gemerkte vissen wordt verzameld door de lidstaat die verantwoordelijk is voor het merkprogramma.

8.   De Commissie verzamelt de van de lidstaten ontvangen informatie over de gemerkte vissen en zendt die aan de Iccat door in de vorm van het uitvoeringsverslag van de Unie.

HOOFDSTUK III

WEDERUITVOERCERTIFICAAT VOOR BLAUWVINTONIJN

Artikel 7

Algemene bepalingen

1.   Elke lidstaat ziet erop toe dat elke partij blauwvintonijn die vanaf zijn grondgebied wordt wederuitgevoerd, vergezeld gaat van een gewaarmerkt BFTRC.

2.   Lid 1 is niet van toepassing wanneer blauwvintonijn levend wordt ingevoerd.

3.   De marktdeelnemer die voor de wederuitvoer verantwoordelijk is, vult het BFTRC voor de weder uit te voeren partij blauwvintonijn in in een van de officiële talen van de Iccat (Engels, Frans of Spaans) en vraagt om waarmerking daarvan. Ingevulde BFTRC’s gaan vergezeld van een kopie van het/de gewaarmerkte BCD(“s) voor de eerder ingevoerde blauwvintonijnproducten.

Artikel 8

Waarmerking voor wederuitvoer

1.   Het BFTRC wordt gewaarmerkt door de bevoegde autoriteit van de lidstaat waaruit de partij wordt wederuitgevoerd.

2.   De bevoegde autoriteit waarmerkt het BFTRC voor alle blauwvintonijnproducten mits:

a)

is geconstateerd dat alle in het BFTRC vermelde gegevens correct zijn;

b)

het/de overeenkomstige gewaarmerkte BCD(“s) aanvaard was/waren voor de invoer van de in het BFTRC aangegeven producten;

c)

de weder uit te voeren producten volledig of gedeeltelijk overeenstemmen met de in het/de gewaarmerkte BCD(“s) vermelde producten, en

d)

een kopie van het/de BCD(“s) bij het te waarmerken BFTRC is gevoegd.

3.   Het gewaarmerkte BFTRC bevat de informatie die is vastgesteld in bijlage 2 bij Iccat-aanbeveling 22-16 en bijlage 5 bij Iccat-aanbeveling 18-13, en in de bijlagen IV en V bij deze verordening.

HOOFDSTUK IV

VERIFICATIE

Artikel 9

Verificatie

1.   De lidstaten zien erop toe dat hun bevoegde autoriteiten elke partij blauwvintonijn die hetzij op hun grondgebied wordt aangeland, intern verhandeld of ingevoerd, hetzij vanaf hun grondgebied wordt uitgevoerd of wederuitgevoerd, identificeren en het/de gewaarmerkte BCD(“s) en de bijbehorende documentatie met betrekking tot elke partij blauwvintonijn opvragen en onderzoeken.

2.   De bevoegde autoriteiten kunnen de inhoud van de partij onderzoeken om de in het BCD en de bijbehorende documentatie opgenomen informatie te verifiëren. Zo nodig voeren de bevoegde autoriteiten verificaties uit bij de betrokken marktdeelnemers.

3.   Indien uit de op grond van de leden 1 en 2 verrichte onderzoeken en verificaties blijkt dat er twijfels bestaan over de in een BCD opgenomen informatie, werken de lidstaat op het grondgebied waarvan de definitieve invoer heeft plaatsgevonden en de lidstaat of CPC waarvan de bevoegde autoriteiten het/de BCD(“s) of het/de BFTRC(“s) hebben gewaarmerkt, samen om die twijfels weg werken.

4.   Indien een lidstaat vaststelt dat een partij niet vergezeld gaat van een BCD, meldt deze lidstaat zijn bevindingen aan de lidstaat die de partij intern verhandeld heeft of aan de exporterende CPC en, voor zover bekend, aan de vlaggenlidstaat of de vlaggen-CPC.

5.   De lidstaten geven de partij pas voor interne verhandeling, invoer of uitvoer vrij of, in het geval van levende blauwvintonijn die voor kwekerijen bestemd is, aanvaarden de overhevelingsaangifte pas nadat de in de leden 1 en 2 bedoelde onderzoeken of verificaties zijn verricht en bevestigen dat de partij blauwvintonijn voldoet aan de eisen van deze verordening en enig ander toepasselijk Unierecht.

6.   De interne verhandeling, invoer, uitvoer of wederuitvoer van de blauwvintonijn wordt verboden indien een lidstaat na de in de leden 1 en 2 bedoelde onderzoeken en verificaties en in samenwerking met de betrokken waarmerkingsautoriteiten bepaalt dat het overeenkomstige BCD of BFTRC ongeldig is.

HOOFDSTUK V

TOEZENDING VAN GEGEVENS

Artikel 10

Registratie in het eBCD-systeem, kennisgeving en verificatie van de informatie

1.   De lidstaten zorgen ervoor dat hun gebruikers in het eBCD-systeem zijn geregistreerd.

2.   Wanneer een lidstaat BCD’s betreffende vangstvaartuigen die zijn vlag voeren, zijn tonnara’s of zijn kwekerijen waarmerkt, stelt hij de Commissie, de waarmerkingsautoriteiten van de overheid of andere gemachtigde personen of instellingen die voor de waarmerking en verificatie van BCD’s of BFTRC’s verantwoordelijk zijn, in kennis telkens als er een wijziging is in het onderstaande:

a)

naam en volledig adres van de waarmerkingsorganisatie;

b)

naam en functie van de individueel gemachtigde waarmerkingsfunctionarissen;

c)

een voorbeelddocument;

d)

een afdruk van het stempel of zegel, en

e)

voorbeelden van het merkteken, indien van toepassing.

3.   In de in lid 2 bedoelde kennisgeving wordt vermeld vanaf welke datum de wijziging van toepassing is. Samen met de oorspronkelijke kennisgeving wordt een kopie overgelegd van de nationaalrechtelijke bepalingen die zijn vastgesteld met het oog op de uitvoering van het vangstdocumentatieprogramma voor blauwvintonijn, inclusief de procedures voor het machtigen van niet-gouvernementele personen of instellingen. Bijgewerkte gegevens over de waarmerkingsautoriteiten en de nationale bepalingen worden tijdig aan de Commissie meegedeeld.

4.   De lidstaten stellen de Commissie elektronisch in kennis van de contactpunten, met name van de naam en het volledige adres van de organisatie(s), die op de hoogte moeten worden gebracht indien er vragen rijzen in verband met BCD’s of BFTRC’s.

5.   De Commissie stelt het Iccat-secretariaat onverwijld in kennis van de in de leden 2, 3 en 4 bedoelde informatie.

6.   De lidstaten verifiëren de aan de Iccat meegedeelde en op een openbaar toegankelijke website van het Iccat-secretariaat bekendgemaakte informatie over de waarmerkingsautoriteiten om hun autoriteiten te helpen de waarmerking van de BCD’s en de BFTRC’s te verifiëren.

Artikel 11

Papieren BCD’s of geprinte eBCD’s

1.   In de volgende gevallen mogen papieren BCD’s of geprinte eBCD’s worden gebruikt:

a)

bij aanlandingen van hoeveelheden blauwvintonijn van minder dan één ton of drie vissen. Die papieren BCD’s worden binnen zeven werkdagen na de aanlanding of vóór de uitvoer, indien die eerder is, in eBCD’s omgezet;

b)

voor blauwvintonijn die vóór 1 januari 2017 is gevangen;

c)

als back-up, louter in het geval dat zich in het eBCD-systeem technische problemen voordoen die een lidstaat beletten dat systeem te gebruiken, waarbij de procedures moeten worden gevolgd van bijlage 3 bij Iccat-aanbeveling 22-16. Vertragingen door de lidstaten bij het nemen van de nodige maatregelen, zoals het verstrekken van de gegevens die voor de registratie van gebruikers in het eBCD-systeem vereist zijn of andere vermijdbare situaties, zijn geen aanvaardbaar technisch probleem;

d)

voor handel in tonijn uit de Stille Oceaan;

e)

voor handel tussen de Unie en niet-CPC’s wanneer de toegang tot het eBCD-systeem via het Iccat-secretariaat niet mogelijk is of niet tijdig tot stand kan worden gebracht, om ervoor te zorgen dat de handel niet onnodig wordt vertraagd of verstoord.

2.   Een lidstaat of CPC voert het gebruik van een papieren BCD als bedoeld in lid 1 niet aan als reden om de invoer van een zending blauwvintonijn uit te stellen of te weigeren, voor zover dat papieren BCD in overeenstemming is met deze verordening. Geprinte eBCD’s die in het eBCD-systeem zijn gewaarmerkt, voldoen aan de waarmerkingsvereiste van artikel 3, lid 3.

3.   De vlaggen- of tonnaralidstaten verstrekt uitsluitend BCD-formulieren aan vangstvaartuigen en tonnara’s die gemachtigd zijn om in het verdragsgebied op blauwvintonijn te vissen, waaronder als bijvangst. Deze formulieren zijn niet overdraagbaar.

4.   Elk deel van een gesplitste partij of elk verwerkt product gaat vergezeld van een papieren kopie van het betrokken eBCD, waarbij het unieke documentnummer van het eBCD wordt gebruikt om het onderlinge verband duidelijk te maken.

Artikel 12

Mededeling en bewaring van gewaarmerkte papieren documenten

1.   Behalve in de gevallen waarin artikel 4, lid 4, van toepassing is, zenden de lidstaten een kopie van alle gewaarmerkte BCD’s of BFTRC’s toe aan:

a)

de Commissie;

b)

de bevoegde autoriteiten van de lidstaat of de CPC waar de blauwvintonijn intern zal worden verhandeld, naar een kooi zal worden overgeheveld of zal worden ingevoerd, en

c)

het Iccat-secretariaat.

2.   De lidstaten doen de in lid 1 bepaalde verzending zo spoedig mogelijk en in elk geval binnen vijf werkdagen vanaf de datum van waarmerking, of vóór het einde van het vervoer wanneer dat naar verwachting niet meer dan vijf werkdagen in beslag neemt.

3.   De lidstaten bewaren gedurende ten minste twee jaar kopieën van afgegeven of ontvangen documenten.

Artikel 13

Jaarverslag

1.   Uiterlijk op 15 augustus van elk jaar dienen de lidstaten bij de Commissie een verslag met de in bijlage 6 bij Iccat-aanbeveling 18-13 omschreven informatie in, dat de periode van 1 januari tot en met 31 december van het voorgaande jaar bestrijkt.

2.   Om aan de jaarlijkse rapportagevereisten als bedoeld in lid 1 te voldoen wordt gebruikgemaakt van met het eBCD-systeem gecreëerde verslagen. De lidstaten vermelden in hun jaarverslag ook de in bijlage 6 bij Iccat-aanbeveling 18-13 beschreven elementen die niet uit het eBCD-systeem kunnen worden gehaald.

3.   De Commissie stelt op basis van de informatie die zij overeenkomstig de leden 1 en 2 van de lidstaten ontvangt, het jaarverslag van de Unie op en verzendt dat uiterlijk op 15 september van elk jaar aan het Iccat-secretariaat.

HOOFDSTUK VI

SLOTBEPALINGEN

Artikel 14

Procedure in geval van wijzigingen

1.   De Commissie is bevoegd om overeenkomstig artikel 15 gedelegeerde handelingen vast te stellen waarbij deze verordening wordt gewijzigd om ze aan te passen aan door de Iccat vastgestelde en voor de Unie en haar lidstaten bindende maatregelen met betrekking tot:

a)

het verplichte gebruik van eBCD’s en BCD’s op grond van artikel 3, leden 1 en 2;

b)

regels voor gegroepeerde BCD’s op grond van artikel 3, lid 6;

c)

het waarmerken van BCD’s en eBCD’s op grond van artikel 4;

d)

het registreren en waarmerken van vangsten en daaropvolgende handelstransacties in het eBCD-systeem op grond van artikel 5;

e)

de in artikel 5, lid 4, en artikel 6, lid 5, bedoelde afwijkingstermijn;

f)

informatie over waarmerking en contactpunten op grond van artikel 10, lid 2;

g)

het gebruik van papieren BCD’s of geprinte eBCD’s op grond van artikel 11, lid 1;

h)

de in artikel 5, lid 4, artikel 6, lid 2, en artikel 13, leden 1 en 3, bedoelde data voor de verslaglegging;

i)

verwijzingen naar de bijlagen bij Iccat-aanbevelingen als bedoeld in artikel 2, lid 1, artikel 4, lid 6, artikel 8, lid 3, artikel 11, lid 1, punt c), en artikel 13, leden 1 en 3, en naar de overeenkomstige bijlagen bij deze verordening;

j)

de bijlagen bij deze verordening.

2.   Op grond van lid 1 aangebrachte wijzigingen zijn strikt beperkt tot de uitvoering in het Unierecht van wijzigingen van Iccat-aanbevelingen.

Artikel 15

Uitoefening van de bevoegdheidsdelegatie

1.   De bevoegdheid om gedelegeerde handelingen vast te stellen, wordt aan de Commissie toegekend onder de in dit artikel neergelegde voorwaarden.

2.   De in artikel 14 bedoelde bevoegdheid om gedelegeerde handelingen vast te stellen, wordt aan de Commissie toegekend voor een termijn van vijf jaar met ingang van 9 januari 2024. De Commissie stelt uiterlijk negen maanden voor het einde van de termijn van vijf jaar een verslag op over de bevoegdheidsdelegatie. De bevoegdheidsdelegatie wordt stilzwijgend met termijnen van dezelfde duur verlengd, tenzij het Europees Parlement of de Raad zich uiterlijk drie maanden voor het einde van elke termijn tegen deze verlenging verzet.

3.   Het Europees Parlement of de Raad kan de in artikel 14 bedoelde bevoegdheidsdelegatie te allen tijde intrekken. Het besluit tot intrekking beëindigt de delegatie van de in dat besluit genoemde bevoegdheid. Het wordt van kracht op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie of op een daarin genoemde latere datum. Het laat de geldigheid van de reeds van kracht zijnde gedelegeerde handelingen onverlet.

4.   Vóór de vaststelling van een gedelegeerde handeling raadpleegt de Commissie de door elke lidstaat aangewezen deskundigen overeenkomstig de beginselen die zijn neergelegd in het Interinstitutioneel Akkoord van 13 april 2016 over beter wetgeven.

5.   Zodra de Commissie een gedelegeerde handeling heeft vastgesteld, doet zij daarvan gelijktijdig kennisgeving aan het Europees Parlement en de Raad.

6.   Een op grond van artikel 14 vastgestelde gedelegeerde handeling treedt alleen in werking indien het Europees Parlement noch de Raad daartegen binnen een termijn van twee maanden na de kennisgeving van de handeling aan het Europees Parlement en de Raad bezwaar heeft gemaakt, of indien zowel het Europees Parlement als de Raad voor het verstrijken van die termijn de Commissie hebben medegedeeld dat zij daartegen geen bezwaar zullen maken. Die termijn wordt op initiatief van het Europees Parlement of de Raad met twee maanden verlengd.

Artikel 16

Intrekking

Verordening (EU) nr. 640/2010 wordt ingetrokken.

Artikel 17

Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Straatsburg, 13 december 2023.

Voor het Europees Parlement

De voorzitter

R. METSOLA

Voor de Raad

De voorzitter

P. NAVARRO RÍOS


(1)   PB C 123 van 9.4.2021, blz. 72.

(2)  Standpunt van het Europees Parlement van 21 november 2023 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad) en besluit van de Raad van 8 december 2023.

(3)  Verordening (EU) nr. 1380/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2013 inzake het gemeenschappelijk visserijbeleid, tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 1954/2003 en (EG) nr. 1224/2009 van de Raad en tot intrekking van Verordeningen (EG) nr. 2371/2002 en (EG) nr. 639/2004 van de Raad en Besluit 2004/585/EG van de Raad (PB L 354 van 28.12.2013, blz. 22).

(4)  Besluit 98/392/EG van de Raad van 23 maart 1998 betreffende de sluiting door de Europese Gemeenschap van het Verdrag van de Verenigde Naties inzake het recht van de zee van 10 december 1982 en de overeenkomst inzake de toepassing van deel XI van dat verdrag van 28 juli 1994 (PB L 179 van 23.6.1998, blz. 1).

(5)  Besluit 98/414/EG van de Raad van 8 juni 1998 inzake de bekrachtiging door de Europese Gemeenschap van de overeenkomst over de toepassing van de bepalingen van het Verdrag van de Verenigde Naties inzake het recht van de zee van 10 december 1982 die betrekking hebben op de instandhouding en het beheer van de grensoverschrijdende en de over grote afstanden trekkende visbestanden (PB L 189 van 3.7.1998, blz. 14).

(6)  Besluit 96/428/EG van de Raad van 25 juni 1996 inzake de aanvaarding door de Gemeenschap van de Overeenkomst om de naleving van de internationale instandhoudings- en beheersmaatregelen door vissersvaartuigen op de volle zee te bevorderen (PB L 177 van 16.7.1996, blz. 24).

(7)  Besluit 86/238/EEG van de Raad van 9 juni 1986 inzake de toetreding van de Gemeenschap tot het Internationaal Verdrag voor de instandhouding van Atlantische tonijnen, gewijzigd bij het Protocol gehecht aan de op 10 juli 1984 te Parijs ondertekende Slotakte van de conferentie van gevolmachtigden van de Staten die partij zijn bij het Verdrag (PB L 162 van 18.6.1986, blz. 33).

(8)  Verordening (EU) nr. 640/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 7 juli 2010 tot vaststelling van een vangstdocumentatieprogramma voor blauwvintonijn Thunnus thynnus en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1984/2003 van de Raad (PB L 194 van 24.7.2010, blz. 1).

(9)  Verordening (EU) 2023/2053 van het Europees Parlement en de Raad van 13 september 2023 tot vaststelling van een meerjarig beheersplan voor blauwvintonijn in het oostelijke deel van de Atlantische Oceaan en de Middellandse Zee, tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 1936/2001, (EU) 2017/2107 en (EU) 2019/833 en tot intrekking van Verordening (EU) 2016/1627 (PB L 238 van 27.9.2023, blz. 1).

(10)   PB L 123 van 12.5.2016, blz. 1.

(11)  Verordening (EU) 2018/1725 van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2018 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de instellingen, organen en instanties van de Unie en betreffende het vrije verkeer van die gegevens, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 45/2001 en Besluit nr. 1247/2002/EG (PB L 295 van 21.11.2018, blz. 39).

(12)  Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming) (PB L 119 van 4.5.2016, blz. 1).

(13)  Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad van 23 juli 1987 met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief (PB L 256 van 7.9.1987, blz. 1).


BIJLAGE I

In het vangstdocument voor blauwvintonijn te vermelden gegevens (BCD)

1.   

Iccat-nummer van het vangstdocument voor blauwvintonijn

2.   

Vangstgegevens

 

Naam van het vangstvaartuig of de tonnara

 

Naam van de andere vaartuigen (in het geval van gezamenlijke visacties (GVA))

 

Vlag

 

Iccat-registratienummer

 

Individueel quotum

 

Voor dit BCD gebruikt quotum

 

Vangstdatum, vangstgebied en voor de vangst gebruikt vistuig

 

Aantal stuks, totaalgewicht en gemiddeld gewicht (1)

 

Iccat-registratienummer van GVA’s (indien van toepassing)

 

Nummer van het merkteken (indien van toepassing)

 

Waarmerking door de overheid

 

Naam van de autoriteit en de ondertekenende persoon, functie, handtekening, zegel en datum

3.   

Handelsinformatie voor de verhandeling van levende vis

 

Productomschrijving

 

Informatie over de exporteur/verkoper

 

Beschrijving vervoermiddelen

 

Waarmerking door de overheid

 

Naam van de autoriteit en de ondertekenende persoon, functie, handtekening, zegel en datum

 

Importeur/koper

4.   

Overhevelingsinformatie

 

Beschrijving van het sleepvaartuig

 

Nummer van de Iccat-overhevelingsaangifte

 

Naam en vlag van het vaartuig

 

Iccat-registratienummer

 

Aantal tijdens de overheveling gestorven vissen

 

Totaalgewicht gestorven vissen (kg)

 

Beschrijving sleepkooi

 

Kooinummer

5.   

Overladingsinformatie

 

Beschrijving van het transportvaartuig

 

Naam, vlag, Iccat-registratienummer, datum, naam haven, havenstaat, positie

 

Productomschrijving

 

(F/FR; RD/GG/DR/FL/OT)

 

Totaalgewicht (netto)

 

Waarmerking door de overheid

 

Naam van de autoriteit en de ondertekenende persoon, functie, handtekening, zegel en datum

6.   

Informatie over de kwekerij

 

Beschrijving van de kwekerijvoorziening

 

Naam, CPC, Iccat-registratie van kweekvoorzieningen voor blauwvintonijn (“FFB”) en locatie van de kwekerij

 

Deelname aan nationaal bemonsteringsprogramma (ja/neen)

 

Beschrijving van de kooi

 

Datum van het kooien, kooinummer

 

Beschrijving van de vis

 

Geraamd aantal stuks, totaalgewicht en gemiddeld gewicht (2)

 

Informatie over regionale waarnemers van de Iccat

 

Naam, Iccat-nummer, handtekening

 

Geraamde groottesamenstelling (< 8 kg, 8-30 kg, > 30 kg)

 

Waarmerking door de overheid

 

Naam van de autoriteit en de ondertekenende persoon, functie, handtekening, zegel en datum

7.   

Oogstinformatie

 

Beschrijving oogst

 

Datum van de oogst

 

Aantal stuks, totaal (levend) gewicht en gemiddeld gewicht

 

Nummer van het merkteken (indien van toepassing)

 

Informatie over regionale waarnemers van de Iccat

 

Naam, Iccat-nummer, handtekening

 

Waarmerking door de overheid

 

Naam van de autoriteit en de ondertekenende persoon, functie, handtekening, zegel en datum

8.   

Handelsinformatie

 

Productomschrijving

 

(F/FR; RD/GG/DR/FL/OT)

 

Totaalgewicht (netto)

 

Informatie over de exporteur/verkoper

 

Plaats van uitvoer of vertrek

 

Naam en adres van het exportbedrijf, handtekening en datum

 

Staat van bestemming

 

Beschrijving van de vervoermiddelen (ter zake dienende stukken bijvoegen)

 

Waarmerking door de overheid

 

Naam van de autoriteit en de ondertekenende persoon, functie, handtekening, zegel en datum

 

Informatie over de importeur/koper

 

Plaats van invoer of bestemming

 

Naam en adres van het importbedrijf, handtekening en datum van handtekening


(1)  Gewicht wordt, voor zover mogelijk, als levend gewicht aangegeven. Indien geen levend gewicht wordt gebruikt, gelieve in de rubriek “totaalgewicht” en “gemiddeld gewicht” van het formulier het producttype (bijv. GG) te vermelden.

(2)  Gewicht wordt, voor zover mogelijk, als levend gewicht aangegeven. Indien geen levend gewicht wordt gebruikt, gelieve in de rubriek “totaalgewicht” en “gemiddeld gewicht” van het formulier het producttype (bijv. GG) te vermelden.


BIJLAGE II

Iccat-vangstdocument voor blauwvintonijn

Image 1

Image 2


BIJLAGE III

Instructies voor de afgifte, nummering, invulling en waarmerking van het vangstdocument voor blauwvintonijn (BCD)

1.   ALGEMENE BEGINSELEN

1)

Taal

Het BCD dient te worden ingevuld in een officiële Iccat-taal (Engels, Frans en Spaans).

2)

Nummering

De lidstaten ontwikkelen een uniek nummeringssysteem voor BCD’s met behulp van hun Iccat-landencode of ISO-code in combinatie met een nummer van ten minste acht cijfers waarvan ten minste twee cijfers het vangstjaar aangeven.

Voorbeeld: CA-09-123456 (CA staat voor Canada).

In het geval van gesplitste ladingen of verwerkte producten worden de kopieën van het originele BCD genummerd door het nummer van het originele BCD aan te vullen met een getal van twee cijfers.

Voorbeeld: CA-09-123456-01, CA-09-123456-02, CA-09-123456-03.

De nummering is opeenvolgend en bij voorkeur gedrukt. De serienummers van de afgegeven blanco BCD’s worden op naam van de ontvanger geregistreerd.

Indien er een gegroepeerd BCD wordt opgesteld, vraagt de exploitant van de kwekerij of zijn gemachtigde vertegenwoordiger een nieuw BCD-nummer aan bij de kwekerijlidstaat. Het nummer van gegroepeerde BCD’s bevat de letter “G”, zoals in “CA-09-123456-G”.

2.   VANGSTGEGEVENS

1)

Invulling

a)

Algemene beginselen:

 

Deze rubriek is van toepassing op alle vangsten van blauwvintonijn.

 

De kapitein van het vangstvaartuig of de exploitant van de tonnara dan wel hun gemachtigde vertegenwoordiger of de gemachtigde vertegenwoordiger van de vlaggenlidstaat of de tonnaralidstaat is verantwoordelijk voor het invullen en het verzoek om waarmerking van de rubriek VANGSTGEGEVENS.

 

De rubriek VANGSTGEGEVENS wordt uiterlijk aan het eind van de overheveling, overlading of aanlanding ingevuld.

 

Opmerking: In het geval van een GVA met vaartuigen met verschillende vlaggen wordt voor elke vlag één BCD opgesteld. Daarbij bevat elk BCD in de INFORMATIE OVER VAARTUIG/TONNARA dezelfde gegevens over het vaartuig waarmee de vangst daadwerkelijk is gedaan en alle andere bij die GVA betrokken vissersvaartuigen, terwijl onder VANGSTOMSCHRIJVING de aan elke vlag toegewezen vangstgegevens worden vermeld op basis van de verdeelsleutel van de GVA.

 

In het geval van vangsten afkomstig van een GVA met vaartuigen met dezelfde vlag vult de kapitein van het vangstvaartuig waarmee die vangsten daadwerkelijk zijn gedaan, of zijn gemachtigde vertegenwoordiger of de gemachtigde vertegenwoordiger van de vlaggenlidstaat het BCD-formulier in namens alle vaartuigen die aan die GVA deelnemen.

b)

Speciale instructies:

 

“NAAM VANGSTVAARTUIG/TONNARA”: de naam van het vangstvaartuig vermelden waarmee de vangsten daadwerkelijk zijn gedaan.

 

“NAAM ANDERE VISSERSVAARTUIGEN”: alleen van toepassing op GVA’s; de andere deelnemende vissersvaartuigen vermelden.

 

“VLAG”: de vlaggenlidstaat of de tonnaralidstaat vermelden.

 

“ICCAT-REGISTRATIENUMMER”: het Iccat-nummer vermelden van het vangstvaartuig of de tonnara waarmee in het Verdragsgebied op blauwvintonijn mag worden gevist. Die informatie geldt niet voor vangstvaartuigen waarmee op blauwvintonijn als bijvangst wordt gevist. In het geval van een GVA de Iccat-registratienummers vermelden van het vaartuig waarmee de vangst daadwerkelijk is gedaan en van de andere vaartuigen die aan die GVA hebben deelgenomen.

 

“INDIVIDUEEL QUOTUM”: de omvang van het individuele quotum voor elk vaartuig vermelden.

 

“VOOR DIT BCD GEBRUIKT QUOTUM”: de gevangen hoeveelheid die aan dit BCD is toegewezen, vermelden.

 

“VISTUIG”: het vistuig met behulp van de volgende codes vermelden:

BB

Met de hengel vissende vaartuigen

GILL

Kieuwnet

HAND

Met de handlijn vissende vaartuigen

HARP

Harpoen

LL

Beuglijn

MWT

Pelagische trawl

PS

Ringzegen

RR

Hengel/reel

SPHL

Sportvisserij met handlijn

SPOR

Niet-gespecificeerde sportvisserij

SURF

Niet-gespecificeerde oppervlaktevisserij

TL

Bewaakte lijn (“tended line”)

TRAP

Korven

TROL

Sleeplijn

UNCL

Niet-gepreciseerde methoden

OT

Andere

 

“AANTAL VISSEN”: in het geval van een GVA met vaartuigen met dezelfde vlag het totale aantal vissen vermelden dat daarbij is gevangen. In het geval van een GVA met vaartuigen met verschillende vlaggen het aantal vissen vermelden dat overeenkomstig de verdeelsleutel aan elke vlag is toegewezen.

 

“TOTAALGEWICHT”: totaal levend gewicht in kg vermelden. Indien op het moment van de vangst geen levend gewicht wordt gebruikt, het producttype (bijv. GG) vermelden. In het geval van een GVA met vaartuigen met verschillende vlaggen het levend gewicht vermelden dat aan die vlag is toegekend overeenkomstig de verdeelsleutel.

 

“GEBIED”: Middellandse Zee, westelijk deel van de Atlantische Oceaan, oostelijk deel van de Atlantische Oceaan of Stille Oceaan vermelden.

 

“NUMMER VAN HET MERKTEKEN (indien van toepassing)”: er mogen extra regels worden toegevoegd om de vermelding van elk nummer van het merkteken per afzonderlijke vis mogelijk te maken.

2)

Waarmerking

De vlaggenlidstaat of de tonnaralidstaat is verantwoordelijk voor de waarmerking van de rubriek VANGSTGEGEVENS, tenzij blauwvintonijn overeenkomstig artikel 6 van deze verordening van een merkteken is voorzien.

3.   HANDELSINFORMATIE VOOR DE VERHANDELING VAN LEVENDE VIS

1)

Invulling

a)

Algemene beginselen:

 

Deze rubriek is alleen van toepassing op de uitvoer van levende blauwvintonijn.

 

De kapitein van het vangstvaartuig of zijn gemachtigde vertegenwoordiger dan wel de gemachtigde vertegenwoordiger van de vlaggenlidstaat is verantwoordelijk voor het invullen en het verzoek om waarmerking van de rubriek HANDELSINFORMATIE VOOR DE VERHANDELING VAN LEVENDE VIS.

 

Het invullen van de rubriek HANDELSINFORMATIE VOOR DE VERHANDELING VAN LEVENDE VIS vindt plaats vóór de eerste overheveling, d.w.z. de overheveling van vis van het net van het vangstvaartuig naar de transportkooi.

 

Opmerking: Indien een hoeveelheid vis tijdens de overheveling sterft en intern wordt verhandeld of uitgevoerd, wordt voor die vis het originele BCD (met de ingevulde rubriek VANGSTGEGEVENS) gekopieerd en de rubriek HANDELSINFORMATIE van het gekopieerde BCD door de kapitein van het vangstvaartuig of zijn gemachtigde vertegenwoordiger dan wel de gemachtigde vertegenwoordiger van de vlaggenlidstaat ingevuld en aan de interne koper/importeur overhandigd. Waarmerking van die kopie door een overheid garandeert dat dit een geldige kopie is die door de autoriteiten van de lidstaat is geregistreerd. Zonder waarmerking door een overheid is elke BCD-kopie nietig.

 

In het geval van een GVA met vaartuigen uit dezelfde lidstaat is de kapitein van het vangstvaartuig waarmee de vangsten daadwerkelijk zijn gedaan of zijn gemachtigde vertegenwoordiger dan wel de gemachtigde vertegenwoordiger van de vlaggenlidstaat verantwoordelijk voor het invullen van deze rubriek.

b)

Speciale instructies:

 

“GEBIED”: het overhevelingsgebied, d.w.z. Middellandse Zee, westelijk deel van de Atlantische Oceaan, oostelijk deel van de Atlantische Oceaan of Stille Zuidzee, vermelden.

 

“PLAATS VAN UITVOER/VERTREK”: de naam van de lidstaat of CPC van het visserijgebied waar de blauwvintonijn is overgeheveld, of anders “volle zee” vermelden.

 

“BESCHRIJVING VERVOERMIDDELEN”: ter zake doende stukken ter staving van de verhandeling bijvoegen.

2)

Waarmerking

De vlaggenlidstaat waarmerkt geen vangstdocumenten waarin de rubriek VANGSTGEGEVENS niet is ingevuld.

4.   OVERHEVELINGSINFORMATIE

1)

Invulling

a)

Algemene beginselen:

 

Deze rubriek is alleen van toepassing op levende blauwvintonijn.

 

De kapitein van het vangstvaartuig of zijn gemachtigde vertegenwoordiger dan wel de gemachtigde vertegenwoordiger van de vlaggenlidstaat is verantwoordelijk voor het invullen van de rubriek OVERHEVELINGSINFORMATIE. In het geval van een GVA met vaartuigen uit dezelfde lidstaat is de kapitein van het vangstvaartuig waarmee die vangsten daadwerkelijk zijn gedaan of zijn gemachtigde vertegenwoordiger dan wel de gemachtigde vertegenwoordiger van de vlaggenlidstaat verantwoordelijk voor het invullen van deze rubriek.

 

Het invullen van de rubriek OVERHEVELINGSINFORMATIE vindt uiterlijk plaats aan het eind van de eerste overheveling, d.w.z. de overheveling van vis van het net van het vangstvaartuig naar de transportkooi.

 

Aan het eind van de overheveling geeft de kapitein van het vangstvaartuig (of, in het geval van een GVA met vaartuigen uit dezelfde lidstaat, de kapitein van het vangstvaartuig waarmee de vangsten daadwerkelijk zijn gedaan) het BCD (waarop de rubrieken VANGSTGEGEVENS, HANDELSINFORMATIE VOOR DE VERHANDELING VAN LEVENDE VIS en OVERHEVELINGSINFORMATIE zijn ingevuld en, indien van toepassing, gewaarmerkt) af aan de kapitein van het sleepvaartuig.

 

Het ingevulde BCD is voorhanden bij de overheveling van vis tijdens het vervoer naar een kwekerij, en ook bij de overheveling van levende blauwvintonijn uit de transportkooi naar een andere transportkooi of de overheveling van dode blauwvintonijn uit de transportkooi naar een hulpvaartuig.

 

Opmerking: Indien een hoeveelheid vis tijdens de overheveling sterft, wordt het originele BCD (waarop de rubrieken VANGSTGEGEVENS, HANDELSINFORMATIE VOOR DE VERHANDELING VAN LEVENDE VIS en OVERHEVELINGSINFORMATIE zijn ingevuld en, indien van toepassing, gewaarmerkt) gekopieerd en wordt de rubriek HANDELSINFORMATIE van het gekopieerde BCD ingevuld door de interne verkoper/exporteur of zijn gemachtigde vertegenwoordiger dan wel de gemachtigde vertegenwoordiger van de vlaggenlidstaat en aan de interne koper/importeur overhandigd. Waarmerking van de kopie door een overheid garandeert dat dit een geldige kopie is die door de autoriteiten van de lidstaat is geregistreerd. Zonder waarmerking door een overheid is elke BCD-kopie nietig.

b)

Speciale instructies:

 

“AANTAL TIJDENS OVERHEVELING GESTORVEN VISSEN” en “TOTAALGEWICHT DODE VISSEN”: de gegevens worden (indien van toepassing) ingevuld door de kapitein van het sleepvaartuig.

 

“KOOINR.”: elk kooinummer vermelden in geval van een sleepvaartuig met meer dan één kooi.

2)

Waarmerking

Waarmerking van deze rubriek is niet vereist.

5.   OVERLADINGSINFORMATIE

1)

Invulling

a)

Algemene beginselen:

 

Deze rubriek is alleen van toepassing op dode blauwvintonijn.

 

De kapitein van het overladende vissersvaartuig of zijn gemachtigde vertegenwoordiger dan wel de gemachtigde vertegenwoordiger van de vlaggenlidstaat is verantwoordelijk voor het invullen en het verzoek om waarmerking van de rubriek OVERLADINGSINFORMATIE.

 

De rubriek OVERLADINGSINFORMATIE wordt uiterlijk na afloop van de overlading ingevuld.

b)

Speciale instructies:

 

“DATUM”: de datum van overlading vermelden.

 

“NAAM HAVEN”: de aangewezen haven van overlading vermelden.

 

“HAVENSTAAT”: de lidstaat of CPC van de aangewezen haven van overlading vermelden.

2)

Waarmerking

De vlaggenlidstaat waarmerkt geen vangstdocumenten waarin de rubriek VANGSTINFORMATIE niet is ingevuld en gewaarmerkt.

6.   INFORMATIE KWEKERIJ

1)

Invulling

a)

Algemene beginselen:

 

Deze rubriek is alleen van toepassing op levende gekooide tonijn.

 

De kapitein van het sleepvaartuig geeft het BCD (waarop de rubrieken VANGSTINFORMATIE, HANDELSINFORMATIE VOOR DE VERHANDELING VAN LEVENDE VIS en OVERHEVELINGSINFORMATIE zijn ingevuld en, indien van toepassing, gewaarmerkt) op het moment van het kooien af aan de exploitant van de kwekerij.

 

De exploitant van de kwekerij of zijn gemachtigde vertegenwoordiger dan wel een gemachtigde vertegenwoordiger van de kwekerijlidstaat is verantwoordelijk voor het invullen en het verzoek om waarmerking van de rubriek INFORMATIE KWEKERIJ.

 

De rubriek INFORMATIE KWEKERIJ wordt uiterlijk na afloop van het kooien ingevuld.

b)

Speciale instructies:

 

“KOOINR.”: elk kooinummer vermelden.

 

“Informatie over regionale waarnemers van de Iccat”: naam en Iccat-nummer vermelden en handtekening plaatsen.

2)

Waarmerking

De kwekerijlidstaat is verantwoordelijk voor de waarmerking van de rubriek INFORMATIE KWEKERIJ.

De kwekerijlidstaat waarmerkt geen vangstdocumenten waarin de rubrieken VANGSTGEGEVENS, HANDELSINFORMATIE VOOR DE VERHANDELING VAN LEVENDE VIS en OVERHEVELINGSINFORMATIE niet zijn ingevuld en, indien van toepassing, gewaarmerkt.

7.   OOGSTINFORMATIE

1)

Invulling

a)

Algemene beginselen:

 

Deze rubriek is alleen van toepassing op dode gekweekte tonijn.

 

De exploitant van de kwekerij of zijn gemachtigde vertegenwoordiger dan wel een gemachtigde vertegenwoordiger van de kwekerijlidstaat is verantwoordelijk voor het invullen en het verzoek om waarmerking van de rubriek OOGSTINFORMATIE.

 

De rubriek OOGSTINFORMATIE wordt uiterlijk na afloop van het oogsten ingevuld.

b)

Speciale instructies:

 

“NUMMER VAN HET MERKTEKEN (indien van toepassing)”: er mogen extra regels worden toegevoegd om de vermelding van elk nummer van het merkteken per afzonderlijke vis mogelijk te maken.

 

“INFORMATIE OVER REGIONALE WAARNEMERS VAN DE ICCAT”: naam en Iccat-nummer vermelden en handtekening plaatsen.

2)

Waarmerking

De kwekerijlidstaat is verantwoordelijk voor de waarmerking van de rubriek OOGSTINFORMATIE.

De kwekerijlidstaat waarmerkt geen BCD’s waarin de rubrieken VANGSTGEGEVENS, HANDELSINFORMATIE VOOR DE VERHANDELING VAN LEVENDE VIS, OVERHEVELINGSINFORMATIE en INFORMATIE KWEKERIJ niet zijn ingevuld en, indien van toepassing, gewaarmerkt.

8.   HANDELSINFORMATIE

1)

Invulling

a)

Algemene beginselen:

 

Deze rubriek is van toepassing op dode blauwvintonijn.

 

De interne verkoper of exporteur of hun gemachtigde vertegenwoordiger dan wel een gemachtigde vertegenwoordiger van de lidstaat van de verkoper/exporteur is verantwoordelijk voor het invullen en het verzoek om waarmerking van de rubriek HANDELSINFORMATIE.

 

De rubriek HANDELSINFORMATIE wordt ingevuld voordat de vis intern wordt verhandeld of uitgevoerd.

b)

Speciale instructies:

 

“BESCHRIJVING VERVOERMIDDELEN”: relevante documentatie ter staving van de verhandeling bijvoegen.

2)

Waarmerking

De lidstaat van de verkoper/exporteur is verantwoordelijk voor de waarmerking van de rubriek HANDELSINFORMATIE, tenzij de blauwvintonijn overeenkomstig artikel 6 van deze verordening van een merkteken is voorzien.

Opmerking: In het geval van meerdere interne verhandelings- of exporttransacties op basis van een enkel BCD wordt een kopie van het originele BCD gewaarmerkt door de lidstaat van de interne verkoper of exporteur en wordt deze kopie als een origineel BCD gebruikt en aanvaard. Waarmerking van de kopie door een overheid garandeert dat dit een geldige kopie is die door de autoriteiten van de lidstaat is geregistreerd. Zonder waarmerking door een overheid is elke BCD-kopie nietig.

In geval van wederuitvoer wordt het WEDERUITVOERCERTIFICAAT (bijlage V) gebruikt voor het traceren van verdere verplaatsingen die via het originele BCD-nummer gerelateerd zijn aan de vangstinformatie van het originele BCD.

Wanneer blauwvintonijn door een lidstaat of CPC met behulp van het systeem van merktekens wordt gevangen, vervolgens dood naar een land wordt uitgevoerd en daarna naar een ander land wordt wederuitgevoerd, hoeft het BCD dat bij het WEDERUITVOERCERTIFICAAT is gevoegd, niet te worden gewaarmerkt. Het WEDERUITVOERCERTIFICAAT moet echter wel worden gewaarmerkt.

Na invoer mag een blauwvintonijn in stukken worden verdeeld, die vervolgens mogen worden uitgevoerd. De wederuitvoerende lidstaat of CPC bevestigt dat het wederuitgevoerde stuk een deel is van de oorspronkelijke vis die vergezeld gaat van het BCD.


BIJLAGE IV

Iccat-wederuitvoercertificaat voor blauwvintonijn

Afdeling 1: Nummer wederuitvoercertificaat voor blauwvintonijn

Afdeling 2: Rubriek Wederuitvoer

 

Land/organisatie/visserijorganisatie van wederuitvoer

 

Plaats van wederuitvoer

Afdeling 3: Omschrijving van de geïmporteerde blauwvintonijn

 

Nettogewicht (kg)

 

BCD-nummer (of eBCD-nummer) en datum/data van invoer

Afdeling 4: Omschrijving van de voor wederuitvoer bestemde blauwvintonijn

 

Nettogewicht (kg)

 

Overeenkomstig BCD-nummer (of eBCD-nummer)

 

Staat van bestemming

Afdeling 6: Waarmerking door de overheid


BIJLAGE V

Iccat-wederuitvoercertificaat voor blauwvintonijn

1.

DOCUMENTNUMMER

ICCAT-WEDERUITVOERCERTIFICAAT VOOR BLAUWVINTONIJN

2.

RUBRIEK WEDERUITVOER:

LAND/ORGANISATIE/VISSERIJORGANISATIE VAN WEDERUITVOER

PLAATS VAN WEDERUITVOER

3.

OMSCHRIJVING VAN DE GEÏMPORTEERDE BLAUWVINTONIJN

Productsoort

 

Nettogewicht

Vlaggen-CPC

Datum van invoer

BCD

F/FR RD/GG/DR/FL/OT

 

(kg)

 

 

Nr.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

4.

OMSCHRIJVING VAN DE VOOR WEDERUITVOER BESTEMDE BLAUWVINTONIJN

Productsoort

 

Nettogewicht

Overeenkomstig BCD-nummer

F/FR RD/GG/DR/FL/OT

 

(kg)

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

F = vers, FR = bevroren, RD = levend gewicht, GG = ontdaan van ingewanden en kieuwen, DR = panklaar, FL = filets, OT = andere vorm (type product beschrijven:)

LAND VAN BESTEMMING:

5.

VERKLARING VAN DE WEDERUITVOERDER:

Ik bevestig dat de bovengemelde gegevens, naar mijn weten, volledig, waarheidsgetrouw en juist zijn.

Naam

Adres

Handtekening

Datum

6.

WAARMERKING DOOR DE OVERHEID:

Ik waarmerk dat de bovengemelde gegevens, naar mijn weten, volledig, waarheidsgetrouw en juist zijn.

Naam en functie

Handtekening

Datum

Stempel van de overheid

7.

INVOER

VERKLARING VAN DE IMPORTEUR

Ik verklaar dat de bovengemelde gegevens, naar mijn weten, volledig, waarheidsgetrouw en juist zijn.

Certificering importeur

Naam

Adres

Handtekening

Datum

Eindbestemming van de invoer: Plaats

Deelstaat/provincie

CPC

NB: Dit formulier moet worden ingevuld in een van de officiële Iccat-talen (Engels, Frans of Spaans). Alle andere taalversies van dit formulier worden uitsluitend ter informatie verstrekt.


ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2023/2833/oj

ISSN 1977-0758 (electronic edition)