Brussel, 7.1.2019

COM(2019) 4 final

2019/0002(COD)

Voorstel voor een

VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

tot vaststelling van de voorwaarden voor toegang tot andere EU-informatiesystemen voor de doeleinden van Etias en tot wijziging van Verordening (EU) 2018/1240, Verordening (EG) nr. 767/2008, Verordening (EU) 2017/2226 en Verordening (EU) 2018/1861


TOELICHTING

1.    ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

Motivering en doel van het voorstel

In september 2018 hebben de Raad en het Europees Parlement twee wetgevingshandelingen vastgesteld: een verordening tot oprichting van een Europees reisinformatie en -autorisatiesysteem (Etias) 1 en een wijziging van de Europol-verordening met het oog op de oprichting van Etias 2 .

De oprichting van Etias is een van de maatregelen die de afgelopen jaren op EU-niveau zijn genomen om ervoor te zorgen dat binnen een open Europa de veiligheid van de burgers erop vooruitgaat en irreguliere migratie wordt voorkomen 3 , 4 . De context en de instelling van het systeem kwamen aan de orde in de Staat van de Unie 2016. Voorzitter Juncker: Wij zullen onze grenzen […] verdedigen door iedereen die de grens overschrijdt te onderwerpen aan strenge controles […]. Telkens wanneer iemand de EU binnenkomt of verlaat, zal worden geregistreerd wanneer, waar en waarom dat gebeurt. In november [2016] zullen wij een Europees reisinformatiesysteem voorstellen, een geautomatiseerd systeem om te bepalen wie er naar Europa mag komen. Op die manier zullen we weten wie er naar Europa onderweg zijn, nog voor ze zijn aangekomen.”

Etias zal een einde maken aan het gebrek aan informatie over reizigers die zonder visum de buitengrenzen mogen overschrijden. Met Etias zal vóór de afreis van niet-visumplichtige onderdanen van derde landen naar het Schengengebied kunnen worden bepaald of zij in aanmerking komen voor toegang tot het Schengengebied, en of hun inreis een veiligheidsrisico, een risico uit het oogpunt van illegale immigratie of een hoog epidemiologisch risico vormt. Ook zal Etias reizigers het vertrouwen bieden dat zij de grens zonder problemen kunnen passeren. Zo nodig kan een Etias-reisautorisatie door de nationale eenheden van Etias worden geweigerd.

De beoordeling van dergelijke risico's houdt in dat bij de aanvraag van een reisautorisatie verstrekte persoonsgegevens automatisch zullen worden verwerkt. De Etias-verordening bepaalt dat de persoonsgegevens in de aanvraag moeten worden vergeleken met de gegevens in notities, dossiers of signaleringen in EU-informatiesystemen of -databanken (het centrale Etias-systeem, het Schengeninformatiesysteem (SIS), het Visuminformatiesysteem (VIS), het inreis-uitreissysteem (EES) of Eurodac), met de Europol-gegevens of met de gegevens in de Interpol-databanken (de Interpol-databank voor gestolen of verloren reisdocumenten (SLTD) of de Interpol-databank voor reisdocumenten die verband houden met kennisgevingen (TDAWN)) 5 .

Hoewel in artikel 20 van de verordening wordt gedefinieerd welke groep gegevens van de Etias-aanvraagdossiers kunnen worden gebruikt om de andere systemen te raadplegen, worden niet al die gegevens op dezelfde manier verzameld of geregistreerd in de andere EU-informatiesystemen en Europol-gegevensbestanden. Zo wordt in een van de systemen het “land van afgifte van het reisdocument” geregistreerd, terwijl in een ander dezelfde informatie op een andere manier wordt geregistreerd, bijvoorbeeld als “drieletterige code van het land van afgifte van het reisdocument”. In andere gevallen wordt een categorie gegevens in het ene systeem wél en in het andere niet verzameld. Zo worden “voornaam(-namen) van de ouders van de aanvragers” wel in Etias verzameld, maar niet in de meeste andere systemen die door Etias worden doorzocht.

Ook is de situatie wat betreft de verschillende door Etias te doorzoeken EU-informatiesystemen nu anders dan op het moment waarop het Etias-voorstel 6 werd vastgesteld. Toen het Etias-voorstel werd vastgesteld, was al voorgesteld om twee andere EU-informatietechnologiesystemen op te zetten: er waren besprekingen gaande over de EES-verordening 7 en het voorstel van de Commissie over het Europees Strafregister Informatiesysteem – Onderdanen van derde landen (ECRIS-TCN) 8 zou juist worden gepresenteerd. Wat betreft de bestaande informatiesystemen: de wetgevingsteksten inzake het SIS evolueerden als gevolg van de in december 2016 voorgestelde herzieningen van het SIS-rechtskader en werden uiteindelijk door de medewetgevers in november 2018 vastgesteld 9 . Ook de herschikking van de Eurodac-verordening 10 was door de Commissie voorgesteld als onderdeel van de hervorming van het gemeenschappelijk Europees asielstelsel, maar deze was nog niet door de medewetgevers vastgesteld 11 . De herschikte Eurodac-verordening moet nog steeds door de medewetgevers worden vastgesteld.

Op grond van deze overwegingen bepaalt artikel 11, lid 2, van de Etias-verordening: “De wijzigingen van de wetgevingshandelingen tot instelling van EU-informatiesystemen die noodzakelijk zijn om tussen deze informatiesystemen en Etias interoperabiliteit tot stand te brengen en de aanvulling van deze verordening met dienovereenkomstige bepalingen zijn het onderwerp van een afzonderlijk wetgevingsinstrument.”

Het onderhavige voorstel beoogt derhalve de technische wijzigingen te formuleren die nodig zijn om het Etias-systeem te vervolledigen via een wijziging van de rechtshandelingen inzake de EU-informatietechnologiesystemen die Etias doorzoekt. Verder bevat het onderhavige voorstel de daarmee samenhangende bepalingen en wijzigt het de Etias-verordening dienovereenkomstig.

Ten eerste worden in dit initiatief de wijzigingen van de ECRIS-TCN-verordening beschreven, waarover de medewetgevers onlangs een beginselakkoord hebben bereikt. Overeenkomstig het voornemen dat de medewetgevers in de Etias-verordening 12 hebben kenbaar gemaakt, is het nu dus mogelijk om in Etias de mogelijke bepalingen op te nemen over de relatie tussen Etias en ECRIS-TCN en om ECRIS-TCN dienovereenkomstig aan te passen.

Ten tweede beoogt het onderhavige initiatief ook om de relatie tussen Etias en het SIS vast te stellen. Het herziene SIS-rechtskader is in november 2018 vastgesteld. Het onderhavige voorstel bevat wijzigingen die voortvloeien uit de vaststelling van de nieuwe SIS-verordeningen. Overeenkomstig het nieuwe SIS-rechtskader wordt voorgesteld om de nieuwe signaleringscategorie inzake onderzoekscontroles 13 voor de beoordeling van aanvragen op te nemen. Er wordt niet voorgesteld om de signaleringscategorie inzake terugkeerbesluiten op te nemen, aangezien dergelijke signaleringen worden gewist op het moment dat een terugkeerbesluit ten uitvoer is gelegd. Dit betekent dat de terugkeer van personen die na vertrek uit de EU een Etias-autorisatie aanvragen, per definitie niet in SIS wordt geregistreerd. Ten derde beoogt het huidige initiatief de EES-verordening te wijzigen teneinde de relatie tussen die verordening en Etias technisch vast te stellen.

Ten vierde heeft dit initiatief ook ten doel de VIS-verordening te wijzigen zodat het VIS zoekopdrachten van Etias kan ontvangen, verwerken en beantwoorden. Hoewel de Commissie in mei 2018 een voorstel heeft gepresenteerd om de VIS-verordening te wijzigen ter verbetering van de gegevensbank, beoogt het onderhavige initiatief de vigerende VIS-verordening te wijzigen, aangezien de onderhandelingen over het voorstel voor het verbeterde VIS nog onvoldoende zijn gevorderd. Indien het voorstel tot wijziging van de VIS-verordening echter eerst wordt vastgesteld, zou het nodig kunnen zijn om een aantal technische wijzigingen aan te brengen in het onderhavige voorstel, teneinde het in overeenstemming te brengen met de gewijzigde versie van de VIS-verordening. Als het onderhavige voorstel eerst wordt vastgesteld, zouden enkele technische veranderingen moeten worden aangebracht in het voorstel tot wijziging van de VIS-verordening, voordat dat wordt vastgesteld.

Nu de EES-verordening en de Etias-verordening zijn vastgesteld, moet het samenspel tussen EES en Etias bovendien worden afgestemd op de manier waarop EES en VIS zijn geïntegreerd met het oog op de procedure voor grenscontrole en de registratie van grensoverschrijdingen in het EES. Dit zal tot rationalisering en vereenvoudiging van het werk van grenswachten leiden, doordat de procedure voor grenscontrole uniformer wordt voor alle onderdanen van derde landen die voor een kort verblijf binnenkomen.

In het huidige initiatief zijn de wijzigingen met betrekking tot Eurodac, de EU-gegevensbank inzake asiel en irreguliere migratie, echter niet opgenomen, aangezien de besprekingen over het wetgevingsvoorstel van mei 2016 ter versterking van Eurodac nog niet zijn afgerond 14 . Bovendien zijn de gegevens die in het huidige Eurodac beschikbaar zijn, niet toereikend voor de doeleinden van Etias, aangezien Eurodac in zijn huidige vorm alleen biometrische gegevens en een referentienummer opslaat, maar geen andere persoonsgegevens (zoals naam/namen, leeftijd, geboortedatum) die zouden kunnen bijdragen tot de verwezenlijking van de doelstellingen van Etias. Het wetgevingsvoorstel van mei 2016 voor een herschikking van de Eurodac-verordening beoogt de doelstelling van de gegevensbank uit te breiden met de identificatie van illegaal verblijvende onderdanen van derde landen en van personen die de EU op irreguliere wijze zijn binnengekomen. Het voorziet met name in de opslag van persoonsgegevens zoals naam/namen, leeftijd, geboortedatum, nationaliteit en identiteitsdocumenten. Deze identiteitsgegevens zijn van essentieel belang om ervoor te zorgen dat Eurodac zal kunnen bijdragen aan de doelstellingen van Etias.

Wanneer de medewetgevers eenmaal een politiek akkoord hebben bereikt over de herschikking van de Eurodac-verordening, zullen daarin nog de nodige wijzigingen moeten worden aangebracht om Eurodac op Etias aan te laten sluiten. Wanneer de medewetgevers de wetgevingsvoorstellen 15 van de Commissie inzake de interoperabiliteit van de informatiesystemen voor veiligheid, grens- en migratiebeheer eenmaal hebben aangenomen en er een politiek akkoord is bereikt over het voorstel voor een herschikking van de Eurodac-verordening, zal de Commissie op dezelfde manier te werk gaan met betrekking tot de wijzigingen die nodig zijn om de interoperabiliteit van Eurodac met andere informatiesystemen te waarborgen.

Ten slotte dient Etias overeenkomstig de mededeling van april 2016 getiteld "Krachtigere en slimmere informatiesystemen voor grenzen en veiligheid" te worden gebaseerd op hergebruik van voor het EES ontwikkelde hardware- en softwarecomponenten 16 . Dit is ook de aanpak die wordt gevolgd in de wetgevingsvoorstellen inzake de interoperabiliteit van de informatiesystemen 17 . De technische ontwikkeling van het gemeenschappelijk identiteitsregister en het Europees zoekportaal zoals voorzien in de wetgevingsvoorstellen inzake de interoperabiliteit van de informatiesystemen, zou worden gebaseerd op de componenten van EES/Etias.

Dit voorstel omvat derhalve wijzigingen van de Etias-verordening om duidelijk te maken dat het centrale Etias-systeem op de hardware- en softwarecomponenten van het centrale EES-systeem zou voortbouwen teneinde een gedeeld identiteitsregister in te stellen voor de opslag van de alfanumerieke identiteitsgegevens van zowel Etias-aanvragers als in het EES geregistreerde onderdanen van derde landen. Dit gedeelde identiteitsregister zou de basis zijn voor de tenuitvoerlegging van het gemeenschappelijk identiteitsregister, wanneer de medewetgevers de wetgevingsvoorstellen over de interoperabiliteit van de informatiesystemen eenmaal hebben vastgesteld. Totdat het Europese zoekportaal beschikbaar is, zou de automatische verwerking van Etias-aanvragen gedurende een overgangsperiode bovendien afhankelijk zijn van een instrument dat zou worden gebruikt als basis voor de ontwikkeling en tenuitvoerlegging van het Europese zoekportaal.

Omdat niet alle lidstaten op dezelfde wijze betrokken zijn bij het EU-beleid op het gebied van vrijheid, veiligheid en recht (de zogenoemde „variabele geometrie”), moeten twee afzonderlijke rechtsinstrumenten worden vastgesteld, die echter naadloos op elkaar zullen aansluiten, zodat het systeem optimaal kan werken en kan worden gebruikt.

Bestaande bepalingen op het door het voorstel bestreken gebied

Etias is ingesteld bij Verordening (EU) 2018/1240 18 . De verordening bepaalt de doelstellingen en de technische en organisatiearchitectuur van Etias, de voorschriften betreffende het beheer en het gebruik van de door de aanvrager in het systeem in te voeren gegevens, alsook de voorschriften voor het afgeven of weigeren van reisautorisaties en stelt de doeleinden van de gegevensverwerking, de autoriteiten die toegang tot de gegevens hebben, en de waarborgen voor de bescherming van persoonsgegevens vast.

Overeenkomstig de Etias-verordening omvat dit voorstel wijzigingen van de rechtshandelingen tot instelling van de EU-informatiesystemen die nodig zijn om de relatie tussen die systemen en Etias vast te stellen. Ook worden daarmee samenhangende bepalingen aan de Etias-verordening zelf toegevoegd.

Dit voorstel laat Richtlijn 2004/38/EG onverlet 19 . Het voorstel wijzigt Richtlijn 2004/38/EG in geen enkel opzicht.

Verenigbaarheid met andere beleidsterreinen van de Unie

Dit voorstel is in overeenstemming met de Europese migratieagenda en latere mededelingen, waaronder de mededeling van 14 september 2016 getiteld "Versterking van de veiligheid in een door mobiliteit gekenmerkte wereld door betere informatie-uitwisseling in de strijd tegen terrorisme en door sterkere buitengrenzen”, de Europese veiligheidsagenda 20 en de werkzaamheden en voortgangsverslagen van de Commissie ter voorbereiding van een echte en doeltreffende veiligheidsunie 21 .

2.RECHTSGRONDSLAG, SUBSIDIARITEIT EN EVENREDIGHEID

Rechtsgrondslag

De rechtsgrondslag voor dit voorstel is artikel 77, lid 2, onder a), b) en d), van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU).

Krachtens artikel 77, lid 2, onder a), b) en d), VWEU kunnen het Europees Parlement en de Raad maatregelen vaststellen voor het gemeenschappelijk beleid inzake visa en andere verblijfstitels van korte duur, de controles waaraan personen bij het overschrijden van de buitengrenzen worden onderworpen en de geleidelijke invoering van een geïntegreerd systeem van beheer van de buitengrenzen. Die Verdragsbepalingen (of de voorloper daarvan, waar het gaat om artikel 77, lid 2, onder a), VWEU) vormden de rechtsgrondslag voor de vaststelling van de verordeningen tot instelling van het Visuminformatiesysteem (artikel 62, lid 2, onder b), punt ii), VEG, gevolgd door artikel 77, lid 2, onder a), VWEU), het inreis-uitreissysteem (artikel 77, lid 2, onder b) en d), VWEU), het Europees systeem voor reisinformatie en -autorisatie (artikel 77, lid 2, VWEU) en het Schengeninformatiesysteem met betrekking tot grenzen (artikel 77, lid 2, onder b) en d), VWEU). Dit voorstel heeft ten doel deze verordeningen te wijzigen en is daartoe gebaseerd op artikel 77, lid 2, onder a), b) en d), VWEU.

Subsidiariteit

Het voorstel bevat wijzigingen van verordeningen waarbij EU-brede informatiesystemen zijn ingesteld voor het beheer van de buitengrenzen en de veiligheid van een gebied zonder controles aan de binnengrenzen te beheren. Dergelijke systemen op het gebied van informatietechnologie kunnen naar hun aard alleen op EU-niveau en niet door de lidstaten afzonderlijk worden ingesteld.

Evenredigheid

In dit voorstel worden de beginselen die de wetgever reeds heeft vastgesteld in de Etias-verordening, verder uitgewerkt.

Dit blijkt uit de navolgende elementen.

De specificaties met betrekking tot de gegevensuitwisseling tussen Etias en elk van de andere EU-informatiesystemen zijn in overeenstemming met de gegevensuitwisseling voorzien in de artikelen 20 en 23 van de Etias-verordening.

Het verlenen van toegangsrechten voor identiteitsgegevens in de EU-informatiesystemen (EES, VIS, SIS, ECRIS-TCN) door de centrale Etias-eenheid behoort tot de verantwoordelijkheden die aan de centrale Etias-eenheid zijn toegekend krachtens de artikelen 7, 22 en 75 van de Etias-verordening.

Het verlenen van toegangsrechten voor de andere EU-informatiesystemen met het oog op de handmatige verwerking van aanvragen door de nationale Etias-eenheden behoort tot de verantwoordelijkheden die aan de nationale Etias-eenheden zijn toegekend krachtens artikel 8 en hoofdstuk IV van de Etias-verordening.

Dat ook wordt voorgesteld de signaleringen met het oog op een onderzoekscontrole op te nemen, is in overeenstemming met de bepalingen inzake de ondersteuning van de doelstellingen van het SIS in artikel 23 van de Etias-verordening.

Dit voorstel is evenredig, aangezien het niet verder gaat dan wat in termen van optreden op EU-niveau nodig is om de doelstellingen te bereiken.

Keuze van het instrument

Het voorgestelde instrument is een verordening van het Europees Parlement en de Raad. De voorgestelde wetgeving heeft betrekking op de werking van de centrale EU-informatiesystemen voor grenzen en veiligheid, die ofwel op grond van een verordening tot stand zijn gekomen ofwel ten aanzien waarvan is voorgesteld deze tot stand te brengen op grond van verordeningen. Derhalve komt alleen een verordening in aanmerking als rechtsinstrument.

3.EVALUATIE, RAADPLEGING VAN BELANGHEBBENDEN EN EFFECTBEOORDELING

Raadpleging van belanghebbenden

Het Etias-voorstel is opgesteld op basis van een haalbaarheidsstudie. In het kader van die studie heeft de Commissie deskundigen van de lidstaten op het gebied van grenscontrole en veiligheid om hun standpunt verzocht. De voornaamste elementen van het Etias-voorstel zijn besproken in de deskundigengroep op hoog niveau inzake interoperabiliteit, die is ingesteld naar aanleiding van de mededeling van 6 april 2016 over slimmere en krachtigere grenzen. Er is overleg gepleegd met vertegenwoordigers van lucht-, zee- en spoorvervoerders en met vertegenwoordigers van de EU-lidstaten met landbuitengrenzen. In het kader van de haalbaarheidsstudie is ook het Bureau voor de grondrechten geraadpleegd.

Dit voorstel introduceert slechts beperkte technische wijzigingen, naar analogie van de bepalingen die al in de Etias-verordening zijn vastgesteld. Voor deze beperkte technische aanpassingen zijn geen afzonderlijke raadplegingen van belanghebbenden nodig.

Effectbeoordeling

Dit voorstel wordt niet ondersteund door een effectbeoordeling. Het voorstel strookt met de Etias-verordening, waarvoor het voorstel was gebaseerd op de resultaten van de van juni tot en met oktober 2016 verrichte haalbaarheidsstudie.

Aangezien dit voorstel geen nieuwe politieke elementen bevat, maar slechts beperkte technische veranderingen introduceert, naar analogie van bepalingen die al in de Etias-verordening zijn vastgesteld, is een effectbeoordeling niet nodig.

Grondrechten

In vergelijking met de Etias-verordening wordt in dit voorstel enkel uitvoeriger bepaald welke gegevens met welke gegevens in de andere EU-informatiesystemen dienen te worden vergeleken en wordt voorzien in de nodige wijzigingen inzake het verlenen van toegangsrechten voor die andere systemen aan de centrale en nationale Etias-eenheden. Bijgevolg is dit voorstel in overeenstemming met het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, met name wat betreft het recht op de bescherming van persoonsgegevens, en voldoet het ook aan artikel 16 VWEU, dat voor eenieder het recht op bescherming van zijn persoonsgegevens waarborgt.

4.GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING

Dit voorstel heeft geen gevolgen voor de begroting.

5.OVERIGE ELEMENTEN

Deelname

Dit voorstel bouwt voort op het Schengenacquis wat de overschrijding van de buitengrenzen en visa betreft.

Er moet dan ook rekening worden gehouden met de hierna genoemde gevolgen met betrekking tot de diverse protocollen en overeenkomsten met geassocieerde landen.

Denemarken: overeenkomstig de artikelen 1 en 2 van het Protocol (nr. 22) betreffende de positie van Denemarken, dat aan het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU) en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU) is gehecht, neemt Denemarken niet deel aan de aanneming door de Raad van overeenkomstig titel V van het derde deel van het VWEU voorgestelde maatregelen. Aangezien deze verordening voortbouwt op het Schengenacquis, beslist Denemarken overeenkomstig artikel 4 van het bovengenoemde protocol binnen een termijn van zes maanden nadat de Raad heeft beslist over deze verordening of het deze in zijn interne recht zal omzetten.

Verenigd Koninkrijk en Ierland: Overeenkomstig de artikelen 4 en 5 van het Protocol betreffende het Schengenacquis dat is opgenomen in het kader van de Europese Unie en overeenkomstig Besluit 2000/365/EG van de Raad van 29 mei 2000 betreffende het verzoek van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland en Besluit 2002/192/EG van de Raad van 28 februari 2002 betreffende het verzoek van Ierland deel te mogen nemen aan bepalingen van het Schengenacquis, nemen het Verenigd Koninkrijk en Ierland niet deel aan de rechtsinstrumenten ter organisatie en ondersteuning van de afschaffing van het toezicht aan de binnengrenzen en de begeleidende maatregelen betreffende het toezicht aan de buitengrenzen en visa.

Deze verordening houdt een ontwikkeling van dit acquis in, en het Verenigd Koninkrijk en Ierland nemen derhalve niet deel aan de aanneming van deze verordening, die dan ook niet bindend voor, noch van toepassing op het Verenigd Koninkrijk en Ierland is.

IJsland en Noorwegen: de procedures die zijn vastgelegd in de associatieovereenkomst tussen de Raad van de Europese Unie, de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen inzake de wijze waarop IJsland en Noorwegen worden betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis, zijn van toepassing, aangezien dit voorstel voortbouwt op het Schengenacquis zoals omschreven in bijlage A bij die overeenkomst 22 .

Zwitserland: deze verordening houdt een ontwikkeling in van de bepalingen van het Schengenacquis als bedoeld in de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis 23 .

Liechtenstein deze verordening houdt een ontwikkeling in van de bepalingen van het Schengenacquis als bedoeld in het Protocol tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap, de Zwitserse Bondsstaat en het Vorstendom Liechtenstein betreffende de toetreding van het Vorstendom Liechtenstein tot de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis 24 .

Kroatië, Cyprus, Bulgarije en Roemenië: Voor zover dit voorstel de verordening tot oprichting van Etias wijzigt, bouwt het voort op de in artikel 6 van Verordening (EU) 2016/399 beschreven voorwaarden voor toegang, die door die lidstaten bij de toetreding tot de Europese Unie moesten worden toegepast. Voor zover dit voorstel strekt tot wijziging van de verordeningen tot oprichting van het VIS, het SIS en het EES, is de volledige toepassing door de vier betrokken lidstaten afhankelijk van een unaniem besluit van de Raad tot opheffing van de controles aan de binnengrenzen met die lidstaten; in de tussentijd dient al rekening te worden gehouden met de Besluiten 2010/365/EU 25 , (EU) 2017/733 26 , (EU) 2017/1908 27 en (EU) 2018/934 28 van de Raad.    

2019/0002 (COD)

Voorstel voor een

VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

tot vaststelling van de voorwaarden voor toegang tot andere EU-informatiesystemen voor de doeleinden van Etias en tot wijziging van Verordening (EU) 2018/1240, Verordening (EG) nr. 767/2008, Verordening (EU) 2017/2226 en Verordening (EU) 2018/1861

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 77, lid 2, onder a), b) en d),

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Na toezending van het ontwerp van wetgevingshandeling aan de nationale parlementen,

Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité 29 ,

Gezien het advies van het Comité van de Regio's 30 ,

Handelend volgens de gewone wetgevingsprocedure,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)Bij Verordening (EU) 2018/1240 van het Europees Parlement en de Raad 31 is een Europees reisinformatie- en -autorisatiesysteem (Etias) ingesteld voor onderdanen van derde landen die zonder visum de buitengrenzen mogen overschrijden. In die verordening zijn de voorwaarden en procedures voor de afgifte of weigering van een reisautorisatie vastgesteld.

(2)Met Etias kan worden beoordeeld of de aanwezigheid van die onderdanen van derde landen op het grondgebied van de lidstaten een veiligheidsrisico, een risico uit het oogpunt van illegale immigratie of een hoog epidemiologisch risico zou vormen.

(3)Om de in artikel 20 van Verordening (EU) 2018/1240 bedoelde verificatie mogelijk te maken, moet de interoperabiliteit bedoeld in artikel 11 van die verordening tot stand worden gebracht. Zonder die interoperabiliteit kan Etias niet in gebruik worden genomen.

(4)De verordening bepaalt de wijze waarop er uitvoering moet worden gegeven aan deze interoperabiliteit en de voorwaarden voor de raadpleging van in andere EU-informatiesystemen opgeslagen gegevens en Europol-gegevens door middel van de geautomatiseerde procedure van Etias voor het vaststellen van hits. Dit noopt tot wijziging van Verordeningen (EU) 2018/1240, (EG) nr. 767/2008 32 , (EU) 2017/2226 33 en (EU) 2018/1861 (SIS-verordening grenscontroles) 34 van het Europees Parlement en de Raad (EU), teneinde het centrale Etias-systeem te verbinden met de andere EU-informatiesystemen en met Europol-gegevens en te specificeren welke gegevens vanuit en naar die informatiesystemen en Europol-gegevensbestanden zullen worden verzonden.

(5)Omwille van de efficiëntie en om de kosten te beperken, dient Etias overeenkomstig artikel 6, lid 3, van Verordening (EU) 2018/1240, de voor het inreis-uitreissysteem (EES) ontwikkelde hardware- en softwarecomponenten te hergebruiken voor de ontwikkeling van het gedeelde identiteitsregister. Dit register, dat wordt gebruikt voor de opslag van de alfanumerieke identiteitsgegevens van zowel Etias-aanvragers als in het EES geregistreerde onderdanen van derde landen, dient zodanig te worden ontwikkeld dat het in de toekomst kan uitgroeien tot het gemeenschappelijk identiteitsregister. In dezelfde geest dient het in te stellen instrument waarmee Etias zijn gegevens door middel van één zoekopdracht kan vergelijken met die van elk ander systeem, zodanig te worden ontwikkeld dat het kan uitgroeien tot het toekomstige Europese zoekportaal.

(6)Daarbij moeten technische modaliteiten worden gedefinieerd op grond waarvan Etias regelmatig en automatisch in andere systemen kan verifiëren of nog steeds wordt voldaan aan de voorwaarden voor de bewaring van aanvraagdossiers, als vastgesteld in Verordening (EU) 2018/1240.

(7)Om te waarborgen dat de doelstellingen van Etias volledig worden verwezenlijkt en die van het Schengeninformatiesysteem (SIS) te bevorderen, dient aan de automatische verificaties een nieuwe signaleringscategorie te worden toegevoegd, die bij de recente herziening van het SIS is ingevoerd, namelijk de signalering van personen die aan een onderzoekscontrole moeten worden onderworpen.

(8)Een Etias-reisautorisatie kan worden ingetrokken na de registratie in het SIS van nieuwe signaleringen in verband met de weigering van toegang en verblijf, of in verband met een reisdocument dat is geregistreerd als verloren, gestolen, verduisterd of ongeldig verklaard. Om ervoor te zorgen dat het SIS dergelijke nieuwe signaleringen automatisch meldt aan het centrale Etias-systeem, dient een geautomatiseerde procedure te worden opgezet tussen het SIS en Etias.

(9)Teneinde het werk van de grenswachters te rationaliseren en vereenvoudigen door voor alle onderdanen van derde landen die binnenkomen voor een kort verblijf een meer uniforme grenscontroleprocedure ten uitvoer te leggen, is het – nu Verordening (EU) 2017/2226 en Verordening (EU) 2018/1240 zijn vastgesteld – thans wenselijk om de samenwerking tussen EES en Etias af te stemmen op de wijze waarop EES en VIS zijn geïntegreerd met het oog op de grenscontroleprocedure en de registratie van grensoverschrijdingen in het EES.

(10)De voorwaarden waaronder de centrale Etias-eenheid en de nationale Etias-eenheden de in andere EU-informatiesystemen opgeslagen gegevens ten behoeve van Etias mogen raadplegen, dienen te worden gewaarborgd door middel van duidelijke en precieze voorschriften inzake de toegang van de centrale Etias-eenheid en de nationale Etias-eenheden tot de in andere EU-informatiesystemen opgeslagen gegevens, het soort zoekopdrachten en gegevenscategorieën; de toegang dient steeds beperkt te blijven tot hetgeen strikt noodzakelijk is voor de uitoefening van hun taken. Evenzo dienen de in het Etias-aanvraagdossier opgeslagen gegevens alleen zichtbaar te zijn voor de lidstaten die de onderliggende informatiesystemen beheren, overeenkomstig de modaliteiten van hun deelname. Zo gaat het bij de bepalingen van deze verordening die betrekking hebben op het Schengeninformatiesysteem en het Visuminformatiesysteem bijvoorbeeld om bepalingen die voortbouwen op alle bepalingen van het Schengenacquis waarvoor de besluiten van de Raad 35 inzake de toepassing van de bepalingen van het Schengenacquis die betrekking hebben op het Schengeninformatiesysteem en het Visuminformatiesysteem relevant zijn.

(11)Overeenkomstig artikel 73 van Verordening (EU) 2018/1240 dient het Europees Agentschap voor het operationeel beheer van grootschalige IT-systemen op het gebied van vrijheid, veiligheid en recht (eu-LISA), dat is opgericht bij Verordening 2018/1726 van het Europees Parlement en de Raad 36 , verantwoordelijk te zijn voor de ontwerp- en ontwikkelingsfase van het Etias-informatiesysteem.

(12)Deze verordening laat Richtlijn 2004/38/EG onverlet 37 .

(13)Overeenkomstig de artikelen 1 en 2 van Protocol nr. 22 betreffende de positie van Denemarken, gehecht aan het VEU en het VWEU, neemt Denemarken niet deel aan de vaststelling van deze verordening en is deze bijgevolg niet bindend voor noch van toepassing in deze lidstaat. Aangezien deze verordening voortbouwt op het Schengenacquis, beslist Denemarken overeenkomstig artikel 4 van het bovengenoemde protocol binnen een termijn van zes maanden nadat de Raad heeft beslist over deze verordening of het deze in zijn interne recht zal omzetten.

(14)Deze verordening vormt een ontwikkeling van de bepalingen van het Schengenacquis waaraan het Verenigd Koninkrijk niet deelneemt, overeenkomstig Besluit 2000/365/EG van de Raad 38 ; het Verenigd Koninkrijk neemt derhalve niet deel aan de vaststelling van deze verordening en deze is niet bindend voor, noch van toepassing op deze lidstaat.

(15)Deze verordening vormt een ontwikkeling van de bepalingen van het Schengenacquis waaraan Ierland niet deelneemt, overeenkomstig Besluit 2002/192/EG van de Raad 39 ; Ierland neemt derhalve niet deel aan de vaststelling van deze verordening en deze is niet bindend voor, noch van toepassing op deze lidstaat.

(16)Wat IJsland en Noorwegen betreft, vormt deze verordening een ontwikkeling van de bepalingen van het Schengenacquis in de zin van de Overeenkomst tussen de Raad van de Europese Unie en de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen inzake de wijze waarop IJsland en Noorwegen worden betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis 40 die vallen onder het gebied bedoeld in artikel 1, onder A en B, van Besluit 1999/437/EG van de Raad 41 .

(17)Wat Zwitserland betreft, houdt deze verordening een ontwikkeling in van de bepalingen van het Schengenacquis in de zin van de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis 42 , die vallen onder het gebied bedoeld in artikel 1, onder A en B, van Besluit 1999/437/EG juncto artikel 3 van Besluit 2008/146/EG van de Raad 43 en artikel 3 van Besluit 2008/149/JBZ van de Raad 44 .

(18)Wat Liechtenstein betreft, houdt deze verordening een ontwikkeling in van de bepalingen van het Schengenacquis in de zin van het Protocol tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap, de Zwitserse Bondsstaat en het Vorstendom Liechtenstein betreffende de toetreding van het Vorstendom Liechtenstein tot de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis 45 , die vallen onder het gebied bedoeld in artikel 1, onder A en B, van Besluit 1999/437/EG juncto artikel 3 van Besluit 2011/350/EU van de Raad 46 en artikel 3 van Besluit 2011/349/EU van de Raad 47 .

(19)Wat betreft Bulgarije, Cyprus, Kroatië en Roemenië vormen de bepalingen van deze verordening die de verordening tot oprichting van Etias wijzigen, bepalingen die voortbouwen op het Schengenacquis of op een andere wijze daaraan zijn gerelateerd, in de zin van, respectievelijk, artikel 3, lid 1, van de Toetredingsakte van 2003, artikel 4, lid 1, van de Toetredingsakte van 2005 en artikel 4, lid 1, van de Toetredingsakte van 2011.

(20)Wat betreft Bulgarije, Cyprus, Kroatië en Roemenië vormen de bepalingen van deze verordening in verband met het SIS, het VIS en het EES bepalingen die voortbouwen op het Schengenacquis of op een andere wijze daaraan zijn gerelateerd, in de zin van, respectievelijk, artikel 3, lid 2, van de Toetredingsakte van 2003, artikel 4, lid 2, van de Toetredingsakte van 2005 en artikel 4, lid 2, van de Toetredingsakte van 2011, in samenhang met Besluit 2010/365/EU van de Raad 48 , Besluit (EU) 2017/733 49 van de Raad, Besluit (EU) 2017/1908 van de Raad 50 en Besluit (EU) 2018/934 51 van de Raad.

(21)Dit noopt tot wijziging van Verordeningen (EU) 2018/1240, (EG) nr. 767/2008, (EU) 2017/2226 en (EU) 2018/1861 (SIS-verordening grenscontroles) van het Europees Parlement en de Raad.

(22)De Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming is geraadpleegd overeenkomstig artikel 41, lid 2, van Verordening (EU) nr. 2018/1725 van het Europees Parlement en de Raad 52 ,

HEBBEN DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

HOOFDSTUK I: WIJZIGINGEN VAN VERORDENING (EU) 2018/1240

Artikel 1

Wijzigingen in Verordening (EU) 2018/1240 [Etias]

(1)Aan artikel 3, lid 1, wordt het volgende punt toegevoegd:

“23) “andere EU-informatiesystemen”: het inreis-uitreissysteem (EES), het Visuminformatiesysteem (VIS), het Schengeninformatiesysteem (SIS) en het Europees Strafregister Informatiesysteem – Onderdanen van derde landen (ECRIS-TCN).”;

(2)Aan artikel 4 wordt het volgende punt toegevoegd:

53 “h) de doelstellingen van het EES ondersteunen.”;

_____________

*        De nummering houdt rekening met de wijziging van deze verordening die gevolg is van het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een kader voor interoperabiliteit tussen de EU-informatiesystemen (grenzen en visa), COM (2018) 478 final”;

(3)aan artikel 6, lid 3, worden de volgende alinea's toegevoegd:

“Met name bouwt het centrale Etias-systeem voort op de hardware- en softwarecomponenten van het centrale EES-systeem teneinde een gedeeld identiteitsregister in te stellen voor de opslag van de alfanumerieke identiteitsgegevens van zowel Etias-aanvragers als in het EES geregistreerde onderdanen van derde landen. De in de het gedeelde identiteitsregister opgeslagen alfanumerieke identiteitsgegevens van Etias-aanvragers maken deel uit van het centrale Etias-systeem. [Dit gedeelde identiteitsregister vormt de basis voor de tenuitvoerlegging van het gemeenschappelijk identiteitsregister als vastgesteld bij de interoperabiliteitsverordening.]

Dit doet geen afbreuk aan de verplichting de gegevens van het EES en Etias logisch gescheiden te houden en is afhankelijk van de toegang overeenkomstig de verordeningen tot instelling van de respectieve informatiesystemen.”;

(4)Artikel 11 wordt vervangen door:

“Artikel 11

Interoperabiliteit met andere EU-informatiesystemen en Europol-gegevens”;

1. Er wordt gezorgd voor interoperabiliteit tussen het Etias-informatiesysteem, andere EU-informatiesystemen en Europol-gegevens teneinde de in artikel 20, artikel 23, artikel 24, lid 6, onder c), punt ii), artikel 41 en artikel 54, lid 1, onder b), bedoelde geautomatiseerde verwerking te kunnen uitvoeren.

[Voor de interoperabiliteit wordt gebruikgemaakt van het Europees zoekportaal, ingesteld bij artikel 6 van Verordening (EU) 2018/XXX (interoperabiliteitsverordening). Gedurende een overgangsperiode, totdat het Europees zoekportaal beschikbaar is, wordt voor de geautomatiseerde verwerking gebruikgemaakt van een instrument dat door eu-LISA is ontwikkeld met het oog op dit lid. Dit instrument wordt gebruikt als de basis voor de ontwikkeling en de tenuitvoerlegging van het Europees zoekportaal, overeenkomstig artikel 52 van die verordening].

54 2. Voor het verrichten van de in artikel 20, lid 2, onder i), bedoelde verificaties stelt de in artikel 11, lid 1, bedoelde geautomatiseerde verwerking het centrale Etias-systeem in staat om het bij Verordening (EG) nr. 767/2008 van het Europees Parlement en de Raad* ingestelde VIS te raadplegen aan de hand van de volgende gegevens bedoeld in artikel 17, lid 2, onder a), a) bis, c) en d), van deze verordening:

(a)achternaam (familienaam);

(a)achternaam bij geboorte;

(b)voornaam/-namen;

(c)geboortedatum;

(d)geboorteplaats;

(e)geboorteland:

(f)geslacht;

(g)huidige nationaliteit;

(h)overige nationaliteiten (indien van toepassing);

(i)soort, nummer en land van afgifte van het reisdocument.

3. Voor het verrichten van de in artikel 20, lid 2, onder g) en h), bedoelde verificaties stelt de in artikel 11, lid 1, bedoelde geautomatiseerde verwerking het centrale Etias-systeem in staat om het bij Verordening (EU) 2017/2226 ingestelde EES te raadplegen aan de hand van de volgende gegevens bedoeld in artikel 17, lid 2, onder a) tot en met d):

(a)achternaam (familienaam);

(b)achternaam bij geboorte;

(c)voornaam(-namen);

(d)geboortedatum;

(e)geslacht;

(f)huidige nationaliteit;

(g)andere namen (alias(sen);

(h)artiestennaam(-namen);

(i)roepnaam(-namen);

(j)overige nationaliteiten (indien van toepassing);

(k)soort, nummer en land van afgifte van het reisdocument.

4. Voor het verrichten van de in artikel 20, lid 2, onder c), m), punt ii), en o), en artikel 23, lid 1, bedoelde verificaties stelt de in artikel 11, lid 1, bedoelde geautomatiseerde verwerking het centrale Etias-systeem in staat om het bij Verordening (EU) 2018/1860 (grenscontroles) ingestelde SIS te raadplegen aan de hand van de volgende gegevens bedoeld in artikel 17, lid 2, onder a) tot en met d), en artikel 17, lid 2, onder k):

(a)achternaam (familienaam);

(b)achternaam bij geboorte;

(c)voornaam(-namen);

(d)geboortedatum;

(e)geboorteplaats;

(f)geslacht;

(g)huidige nationaliteit;

(h)andere namen (alias(sen);

(i)artiestennaam(-namen);

(j)roepnaam(-namen);

(k)overige nationaliteiten (indien van toepassing);

(l)soort, nummer en land van afgifte van het reisdocument;

(m)voor minderjarigen: achternaam en voornaam(-namen) van de persoon die het ouderlijk gezag of de wettelijke voogdij over de aanvrager uitoefent.

5. Voor het verrichten van de in artikel 20, lid 2, onder a), d) en m), punt i), en artikel 23, lid 1, bedoelde verificaties stelt de in artikel 11, lid 1, bedoelde geautomatiseerde verwerking het centrale Etias-systeem in staat om het bij Verordening (EU) 2018/1862 (politie) ingestelde SIS te raadplegen aan de hand van de volgende gegevens bedoeld in artikel 17, lid 2, onder a) tot en met d), en artikel 17, lid 2, onder k):

(a)achternaam (familienaam);

(b)achternaam bij geboorte;

(c)voornaam(-namen);

(d)geboortedatum;

(e)geboorteplaats;

(f)geslacht;

(g)huidige nationaliteit;

(h)andere namen (alias(sen);

(i)artiestennaam(-namen);

(j)roepnaam(-namen);

(k)overige nationaliteiten (indien van toepassing);

(l)soort, nummer en land van afgifte van het reisdocument;

(m)voor minderjarigen: achternaam en voornaam(-namen) van de persoon die het ouderlijk gezag of de wettelijke voogdij over de aanvrager uitoefent.

6. Voor het verrichten van de in artikel 20, lid 2, onder n), bedoelde verificaties stelt de in artikel 11, lid 1, bedoelde geautomatiseerde verwerking het centrale Etias-systeem in staat om de gegevens in het bij [Verordening (EU) 2018/XXX] ingestelde ECRIS-TCN te raadplegen [in het gemeenschappelijke identiteitsregister] aan de hand van de volgende gegevens van artikel 17, lid 2, onder a) tot en met d):

(a)achternaam (familienaam);

(b)achternaam bij geboorte;

(c)voornaam(-namen);

(d)geboortedatum;

(e)geboorteplaats;

(f)geslacht;

(g)huidige nationaliteit;

(h)andere namen (alias(sen);

(i)artiestennaam(-namen);

(j)roepnaam(-namen);

(k)overige nationaliteiten (indien van toepassing);

(l)soort, nummer en land van afgifte van het reisdocument;

7.Voor het verrichten van de in artikel 20, lid 2, onder j), bedoelde verificaties stelt de in artikel 11, lid 1, bedoelde geautomatiseerde verwerking het centrale Etias-systeem in staat om de Europol-gegevens te raadplegen aan de hand van de informatie van artikel 17, lid 2, zoals vermeld in artikel 20, lid 2, van deze verordening.

8. Wanneer hits worden vastgesteld, stelt het in artikel 11 bedoelde instrument de resultaten in het aanvraagdossier tijdelijk beschikbaar aan de centrale Etias-eenheid, tot het eind van de handmatige procedure uit hoofde van artikel 22, lid 2, en artikel 23, lid 2. Indien de beschikbaar gestelde gegevens overeenkomen met die van de aanvrager, of indien er twijfel blijft bestaan, wordt de unieke identificatiecode van de gegevens die een hit hebben gegenereerd, in het aanvraagdossier bewaard.

Wanneer hits ingevolge dit lid worden vastgesteld, wordt de passende kennisgeving overeenkomstig artikel 21, lid 1 bis, van Verordening (EU) 2016/794 automatisch verwerkt.

9. Een hit wordt gegenereerd wanneer alle of sommige voor de zoekopdracht gebruikte gegevens uit het Etias-aanvraagdossier volledig of gedeeltelijk overeenstemmen met de gegevens in notities, dossiers of signaleringen in de andere geraadpleegde EU-informatiesystemen. De Commissie legt door middel van een uitvoeringshandeling vast wanneer er sprake is van gedeeltelijke overeenstemming, met inbegrip van een mate van waarschijnlijkheid.

10. Voor de toepassing van lid 1 definieert de Commissie door middel van een uitvoeringshandeling de technische modaliteiten voor de tenuitvoerlegging van artikel 24, lid 6, onder c), punt ii), en artikel 54, lid 1, onder b), met betrekking tot de bewaring van gegevens.

11. Voor de toepassing van artikel 25, lid 2, artikel 28, lid 8, en artikel 29, lid 9, wordt bij de registratie van de gegevens in verband met hits in het Etias-aanvraagdossier, de herkomst van de gegevens vermeld. Daarbij gaat het onder meer om het soort signalering, behalve in geval van signaleringen bedoeld in artikel 23, lid 1, de bron van de gegevens (anders dan andere EU-informatiesystemen of Europol-gegevens), het unieke identificatienummer gebruikt in de bron van de gegevens die tot de hit hebben geleid en de lidstaat die de gegevens die tot de hit hebben geleid, heeft ingevoerd of aangeleverd, en, indien beschikbaar, de datum en het tijdstip waarop de gegevens in de andere EU-informatiesystemen of de Europol-gegevensbestanden werden opgenomen.

____________

* Verordening (EG) nr. 767/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 9 juli 2008 betreffende het Visuminformatiesysteem (VIS) en de uitwisseling tussen de lidstaten van gegevens op het gebied van visa voor kort verblijf (VIS-verordening) (PB L 218 van 13.8.2008, blz. 60).”;

(5)het volgende artikel wordt toegevoegd:

„Artikel 11 bis
Ondersteuning van de EES-doelstellingen

Voor de toepassing van de artikelen 6, 14 en 17 van Verordening (EU) 2017/2226 wordt door middel van een geautomatiseerd proces waarbij gebruik wordt gemaakt van de beveiligde communicatie-infrastructuur vermeld in artikel 6, lid 2, onder d), van deze verordening, de informatie bedoeld in artikel 47, lid 2, van deze verordening geraadpleegd en geïmporteerd uit het centrale Etias-systeem, evenals het aanvraagnummer en het eind van de geldigheidsduur van een Etias-reisautorisatie, en wordt de inreis-uitreisnotitie in het EES dienovereenkomstig bijgewerkt.”;

(6)in artikel 12 krijgt het enige lid het nummer 1, en wordt het volgende lid toegevoegd:

“2. Voor de toepassing van lid 1 wordt een samenwerkingsovereenkomst gesloten tussen de Europese Unie en Interpol. Deze samenwerkingsovereenkomst voorziet in de modaliteiten voor de uitwisseling van informatie en waarborgen met betrekking tot de bescherming van persoonsgegevens.”;

(7)in artikel 20, lid 2, wordt het volgende punt toegevoegd:

“n) of de aanvrager een persoon is wiens gegevens zijn geregistreerd in ECRIS-TCN in verband met terroristische misdrijven en andere ernstige strafbare feiten;

(8)Aan artikel 22 wordt het volgende lid toegevoegd:

“7. Het Etias-informatiesysteem registreert alle gegevensverwerkingsverrichtingen die door de centrale Etias-eenheid zijn uitgevoerd voor de onder de leden 1 tot en met 6 bedoelde beoordelingen. Die registratie wordt automatisch in het aanvraagdossier gecreëerd en ingevoerd. Vermeld worden de datum en het tijdstip van iedere verrichting, de gegevens die zijn verbonden aan de ontvangen hit, het personeelslid dat de handmatige verwerking krachtens de leden 1 tot en met 6 heeft uitgevoerd, het resultaat van de verificatie en de bijbehorende motivatie.”;

(9)Artikel 23 wordt als volgt gewijzigd:

(a)lid 1, onder c), wordt vervangen door:

“c) een signalering van personen met het oog op discrete controles, onderzoekscontroles of gerichte controles.”;

(b)lid 2 wordt vervangen door:

“2. Als de in lid 1 bedoelde vergelijking één of meer hits oplevert, zendt het centrale Etias-systeem een geautomatiseerde kennisgeving naar de centrale Etias-eenheid. Als de centrale Etias-eenheid in kennis is gesteld, heeft zij toegang tot het aanvraagdossier en de eventueel daaraan verbonden aanvraagdossiers om te verifiëren of de persoonsgegevens van de aanvrager overeenkomen met de persoonsgegevens in de signalering die de hit heeft gegenereerd en indien dat het geval is, stuurt het centrale Etias-systeem een geautomatiseerde kennisgeving naar het Sirene-bureau van de lidstaat die de signalering heeft ingevoerd. Het betrokken Sirene-bureau verifieert of de persoonsgegevens van de aanvrager overeenstemmen met de persoonsgegevens in de signalering die de hit heeft gegenereerd en treft alle passende follow-upmaatregelen.”;

(c)het volgende lid wordt toegevoegd:

“5. Het Etias-informatiesysteem registreert alle gegevensverwerkingsverrichtingen die door de centrale Etias-eenheid zijn uitgevoerd voor de onder de leden 1 tot en met 4 bedoelde beoordelingen. Die registratie wordt automatisch in het aanvraagdossier gecreëerd en ingevoerd. Vermeld worden de datum en het tijdstip van iedere verrichting, de gegevens die zijn verbonden aan de ontvangen hit, het personeelslid van de centrale eenheid dat de handmatige verwerking krachtens de leden 1 tot en met 4 heeft uitgevoerd, het resultaat van de verificatie en de bijbehorende motivatie.”;

(10)het volgende artikel wordt toegevoegd:

“Artikel 25 bis
Gebruik van andere EU-informatiesystemen voor de handmatige verwerking van aanvragen door de nationale Etias-eenheden

1. Onverminderd artikel 13, lid 1, van deze verordening hebben nationale Etias-eenheden rechtstreeks toegang tot de andere EU-informatiesystemen en mogen zij deze in een read-onlyformaat raadplegen voor het onderzoeken van reisautorisatieaanvragen en het vaststellen van besluiten inzake die aanvragen overeenkomstig artikel 26 van deze verordening. De nationale Etias-eenheden kunnen de in de volgende bepalingen bedoelde gegevens raadplegen:

(a)de artikelen 16 tot en met 18 van Verordening (EU) 2017/2226;

(b)de artikelen 9 tot en met 14 van Verordening (EG) nr. 767/2008;

(c)de artikelen 24 en 25 van Verordening (EG) nr. 2018/1861 (SIS-verordening grenscontroles);

(d)de artikelen 26, 32, 34, 36 en artikel 38, lid 2, onder k) en l), van Verordening (EU) 2018/1862 (SIS-verordening politie);

2.De nationale Etias-eenheden hebben ook toegang tot de nationale strafregisters om voor de in lid 1 bedoelde doeleinden de informatie te verkrijgen over onderdanen van derde landen en staatlozen die zijn veroordeeld wegens een terroristisch misdrijf of een ander ernstig strafbaar feit.

(11)In artikel 26, lid 3, wordt punt b) vervangen door:

“b) beoordeling van het veiligheidsrisico of het risico op het gebied van illegale immigratie en een beslissing tot afgifte dan wel weigering van een reisautorisatie indien de hit overeenstemt met eventuele verificaties als bedoeld in artikel 20, lid 2, onder b), en onder d) tot en met n).”;

(12)in artikel 41 wordt lid 3 vervangen door:

“3. Onverminderd lid 2 informeert SIS het centrale Etias-systeem wanneer een nieuwe signalering met betrekking tot een weigering van toegang en verblijf of met betrekking tot een als verloren, gestolen, verduisterd of ongeldig verklaard reisdocument in SIS wordt geregistreerd. Het centrale Etias-systeem verifieert of deze nieuwe signalering betrekking heeft op een geldige reisautorisatie. Als dit het geval is, zendt het centrale Etias-systeem het aanvraagdossier door naar de nationale Etias-eenheid van de lidstaat die de signalering heeft opgenomen. Is een nieuwe signalering met het oog op weigering van toegang en verblijf geregistreerd, dan trekt de nationale Etias-eenheid de reisautorisatie in. Is een reisautorisatie gekoppeld aan een reisdocument dat als verloren, gestolen, verduisterd of ongeldig verklaard in SIS of SLTD staat geregistreerd, dan wordt het aanvraagdossier door de nationale Etias-eenheid handmatig verwerkt.”;

(13)Artikel 88 wordt als volgt gewijzigd:

(a)in lid 1 wordt punt a) vervangen door:

“a) de nodige wijzigingen van de rechtshandelingen tot instelling van de in artikel 11 bedoelde EU-informatiesystemen waarmee wordt gezorgd voor interoperabiliteit, in de zin van artikel 11 van deze verordening, met het Etias-informatiesysteem, zijn in werking getreden, met uitzondering van de herschikking van de Eurodac-verordening;”

(b)punt d) wordt vervangen door:

“d) de maatregelen bedoeld in artikel 11, leden 8 en 9, artikel 15, lid 5, artikel 17, leden 3, 5 en 6, artikel 18, lid 4, artikel 27, leden 3 en 5, artikel 33, leden 2 en 3, artikel 36, lid 3, artikel 38, lid 3, artikel 39, lid 2, artikel 45, lid 3, artikel 46, lid 4, artikel 48, lid 4, artikel 59, lid 4, artikel 73, lid 3, onder b), artikel 83, leden 1, 3 en 4, en artikel 85, lid 3, zijn vastgesteld;”;

(c)de volgende leden worden toegevoegd:

“6. De in artikel 11 bedoelde interoperabiliteit met ECRIS-TCN begint met de ingebruikneming van [het gemeenschappelijk identiteitsregister], die voor 2022 gepland staat. De operaties van Etias gaan van start, ongeacht of die interoperabiliteit met ECRIS-TCN tot stand is gebracht.

7. Etias start zijn operaties ongeacht of er een samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese Unie en Interpol als bedoeld in artikel 12, lid 2, is gesloten en ongeacht of het mogelijk is om de databanken van Interpol te raadplegen.”.

(14)Artikel 96, tweede alinea, wordt als volgt gewijzigd:

Deze verordening is van toepassing vanaf de door de Commissie overeenkomstig artikel 88 vastgestelde datum, met uitzondering van de artikelen 6, 11, 11 bis, 12, 33, 34, 35, 59, 71, 72, 73, de artikelen 75 tot en met 79, de artikelen 82, 85, 87, 89, 90, 91, artikel 92, leden 1 en 2, en de artikelen 93 en 95, en van de bepalingen in verband met de in artikel 88, lid 1, onder d), bedoelde maatregelen, die van toepassing zijn vanaf 9 oktober 2018.”

HOOFDSTUK II: WIJZIGINGEN VAN ANDERE UNIE-INSTRUMENTEN

Artikel 2

Wijzigingen van Verordening (EG) nr. 767/2008 [VIS]

Verordening (EG) nr. 767/2008 wordt als volgt gewijzigd:

(1)in artikel 6 wordt lid 2 vervangen door:

“2. De toegang tot het VIS voor raadpleging van de gegevens is uitsluitend voorbehouden aan de naar behoren gemachtigde personeelsleden van de autoriteiten van elke lidstaat, met in begrip van de naar behoren gemachtigde personeelsleden van de krachtens artikel 8 van Verordening (EU) 2018/1240 van het Europees Parlement en de Raad* aangewezen nationale Etias-eenheden, die bevoegd zijn voor de in de artikelen 15 tot en met 22 genoemde doelen, en aan de naar behoren gemachtigde personeelsleden van de nationale autoriteiten van elke lidstaat en van de EU-organen die bevoegd zijn voor de in [artikel 20 en artikel 21 van Verordening 2018/xx betreffende interoperabiliteit] genoemde doelen, is beperkt tot de gegevens die vereist zijn voor de uitvoering van hun taken overeenkomstig deze doelen en staat in verhouding tot de doelstellingen.”;

_____________

* Verordening (EU) 2018/1240 van het Europees Parlement en de Raad van 12 september 2018 tot oprichting van een Europees reisinformatie en -autorisatiesysteem (Etias) en tot wijziging van de Verordeningen (EU) nr. 1077/2011, (EU) nr. 515/2014, (EU) 2016/399, (EU) 2016/1624 en (EU) 2017/2226 (PB L 236 van 19.9.2018, blz. 1).”;

(2)De volgende artikelen worden ingevoegd:

“Artikel 18 ter
Interoperabiliteit met Etias in de zin van artikel 11 van Verordening (EU) 2018/1240

1.Vanaf de ingebruikneming van Etias overeenkomstig artikel 88, lid 1, van Verordening (EU) 2018/1240 wordt het centraal visuminformatiesysteem (CS-VIS) met het in artikel 11 van Verordening (EU) 2018/1240 bedoelde instrument verbonden om de in dat artikel bedoelde geautomatiseerde verwerking mogelijk te maken.

2.De geautomatiseerde verwerking bedoeld in artikel 11 van Verordening (EU) 2018/1240 maakt de in artikel 20 van die verordening bedoelde verificaties en de daaropvolgende verificaties bedoeld in de artikelen 22 en 26 van die verordening mogelijk.

Voor het verrichten van de verificaties bedoeld in artikel 20, lid 2, onder i), van Verordening (EU) 2018/1240 maakt het centrale Etias-systeem gebruik van het in artikel 11 van die verordening bedoelde instrument om de gegevens in Etias te vergelijken met de gegevens in het VIS, overeenkomstig artikel 11, lid 8, van die verordening, met gebruikmaking van de concordantietabel in bijlage II.

Artikel 18 quater
Toegang tot gegevens uit het VIS door de centrale Etias-eenheid

1.De centrale Etias-eenheid, die overeenkomstig artikel 7 van Verordening (EU) 2018/1240 binnen het Europees Grens- en kustwachtagentschap is opgericht, heeft voor het vervullen van de taken die haar bij Verordening (EU) 2018/1240 zijn opgedragen, het recht op toegang tot en het doorzoeken van relevante gegevens in het VIS overeenkomstig artikel 11, lid 8, van die verordening.

2.Indien een verificatie door de centrale Etias-eenheid uitwijst dat in het Etias-aanvraagdossier geregistreerde gegevens en gegevens in het EES overeenstemmen of indien er twijfel blijft bestaan, is de procedure van artikel 26 van Verordening (EU) 2018/1240 van toepassing, onverminderd artikel 24 van Verordening (EU) 2018/1240.

Artikel 18 quinquies
Gebruik van het VIS voor de handmatige verwerking door de nationale Etias-eenheden

1.De raadpleging van het VIS door de nationale Etias-eenheden geschiedt op basis van dezelfde alfanumerieke gegevens als die welke worden gebruikt voor de geautomatiseerde verwerking bedoeld in artikel 18 ter, lid 2.

2.De nationale Etias-eenheden, die zijn aangewezen overeenkomstig artikel 8, lid 1, van Verordening (EU) 2018/1240, hebben toegang tot het VIS en mogen dit in een read-onlyformaat raadplegen, voor het onderzoeken van reisautorisatieaanvragen overeenkomstig artikel 8, lid 2, van die verordening. De nationale Etias-eenheden kunnen de in de artikelen 9 tot en met 14 van deze verordening bedoelde gegevens raadplegen.

3.Na toegang krachtens lid 1 registreren de naar behoren gemachtigde personeelsleden van de nationale Etias-eenheden uitsluitend het resultaat van de beoordeling en registreren zij dit resultaat in de Etias-aanvraagdossiers.”;

(3)het volgende artikel wordt toegevoegd:

“Artikel 34 bis
Bijhouden van logbestanden

Voor de raadplegingen bedoeld in artikel 18 ter van deze verordening wordt per gegevensverwerkingsverrichting in het VIS en Etias een logbestand bijgehouden overeenkomstig artikel 34 van deze verordening en artikel 69 van Verordening (EU) 2018/1240.”;

(4)de bijlage wordt genummerd (“bijlage I”) en de volgende bijlage wordt toegevoegd:

“Bijlage II

Concordantietabel bedoeld in artikel 18 ter

De door het centrale Etias-systeem verzonden gegevens bedoeld in artikel 17, lid 2, van Verordening 2018/1240

De met de in artikel 9, lid 4, van deze verordening bedoelde gegevens corresponderende VIS-gegevens waaraan de Etias-gegevens dienen te worden getoetst

achternaam (familienaam)

achternamen

achternaam bij geboorte

achternamen bij de geboorte (vroegere familienaam/-namen)

voornaam(-namen)

voornaam/-voornamen

geboortedatum

geboortedatum

geboorteplaats

geboorteplaats

geboorteland

geboorteland

geslacht

geslacht

huidige nationaliteit

huidige nationaliteit en nationaliteit bij de geboorte

overige nationaliteiten indien van toepassing

huidige nationaliteit en nationaliteit bij de geboorte

soort reisdocument

soort reisdocument

nummer van het reisdocument

nummer van het reisdocument

land van afgifte van het reisdocument

de autoriteit die het reisdocument heeft afgegeven

Artikel 3

Wijziging van Verordening (EU) 2017/2226 [EES]

Verordening (EU) 2017/2226 wordt als volgt gewijzigd:

(1)aan artikel 6, lid 1, wordt het volgende punt toegevoegd:

55 “k) de doelstellingen van Etias vastgesteld bij Verordening (EU) 2018/1240 van het Europees Parlement en de Raad* ondersteunen.

_____________

* Verordening (EU) 2018/1240 van het Europees Parlement en de Raad van 12 september 2018 tot oprichting van een Europees reisinformatie en -autorisatiesysteem (Etias) en tot wijziging van de Verordeningen (EU) nr. 1077/2011, (EU) nr. 515/2014, (EU) 2016/399, (EU) 2016/1624 en (EU) 2017/2226 (PB L 236 van 19.9.2018, blz. 1).”;

(2)de volgende artikelen worden ingevoegd:

“Artikel 8 bis
Geautomatiseerde procedure met Etias

Een geautomatiseerde procedure waarbij gebruik wordt gemaakt van de beveiligde communicatie-infrastructuur van artikel 6, lid 2, onder d), van Verordening (EU) 2018/1240, stelt het EES in staat om de inreis-uitreisnotitie of de weigering van inreisnotitie van een niet-visumplichtige onderdaan van een derde land in het EES te maken of bij te werken, overeenkomstig de artikelen 14 en 17 van deze verordening.

Wanneer een inreis-uitreisnotitie van een niet-visumplichtige onderdaan van een derde land wordt gemaakt, stelt de geautomatiseerde procedure het centrale EES-systeem in staat het volgende te doen:

(a)in het centrale Etias-systeem te zoeken naar de in artikel 47, lid 2, van Verordening (EU) 2018/1240 bedoelde informatie, het aanvraagnummer en het eind van de geldigheidsduur van een Etias-reisautorisatie, en deze informatie te importeren;

(b)de inreis-uitreisnotitie in het EES bij te werken overeenkomstig artikel 17, lid 2, van deze verordening.

Artikel 8 ter
Interoperabiliteit met Etias in de zin van artikel 11 van Verordening (EU) 2018/1240

1.Vanaf de ingebruikneming van Etias overeenkomstig artikel 88, lid 1, van Verordening (EU) 2018/1240 wordt het centrale EES-systeem met het in artikel 11 van Verordening (EU) 2018/1240 bedoelde instrument verbonden om de in dat artikel bedoelde geautomatiseerde verwerking mogelijk te maken.

2.Onverminderd artikel 24 van Verordening (EU) 2018/1240, maakt de geautomatiseerde verwerking bedoeld in artikel 11 van Verordening (EU) 2018/1240 de in artikel 20 van die verordening bedoelde verificaties en de daaropvolgende verificaties bedoeld in de artikelen 22 en 26 van die verordening mogelijk.

Voor het verrichten van de verificaties bedoeld in artikel 20, lid 2, onder g) en h), van Verordening (EU) 2018/1240 maakt het centrale Etias-systeem gebruik van het in artikel 11 van die verordening bedoelde instrument om de gegevens in Etias te vergelijken met de gegevens in het EES, overeenkomstig artikel 11, lid 8, van die verordening, met gebruikmaking van de concordantietabel in bijlage III.

De verificaties doen geen afbreuk aan de specifieke regels van artikel 24, lid 3, van Verordening (EU) 2018/1240.”;

(3)in artikel 9 wordt het volgende lid 2 bis ingevoegd:

“2 bis. De naar behoren gemachtigde personeelsleden van de krachtens artikel 8 van Verordening (EU) 2018/1240 aangewezen nationale Etias-eenheden hebben toegang tot het EES om gegevens in een read-onlyformaat te raadplegen.”;

(4)aan artikel 17, lid 2, wordt de volgende tweede alinea toegevoegd:

“De volgende gegevens worden ook ingevoerd in de inreis-uitreisnotitie:

(a)het aanvraagnummer;

(b)het eind van de geldigheidsduur van een Etias-reisautorisatie;

(c)in het geval van een reisautorisatie met beperkte territoriale geldigheid, de lidstaat of lidstaten waarvoor deze autorisatie geldig is.”;

(5)de volgende artikelen worden ingevoegd:

“Artikel 25 bis
Toegang tot gegevens uit het EES door de centrale Etias-eenheid

1.De centrale Etias-eenheid, die overeenkomstig artikel 7 van Verordening (EU) 2018/1240 binnen het Europees Grens- en kustwachtagentschap is opgericht, heeft voor het vervullen van de taken die haar bij Verordening (EU) 2018/1240 zijn opgedragen, het recht op toegang tot en het doorzoeken van gegevens in het EES overeenkomstig artikel 11, lid 8, van die verordening.

2.Indien een verificatie door de centrale Etias-eenheid uitwijst dat in het Etias-aanvraagdossier geregistreerde gegevens en gegevens in het EES overeenstemmen of indien er twijfel blijft bestaan, is de procedure van artikel 26 van Verordening (EU) 2018/1240 van toepassing.

Artikel 25 ter
Gebruik van het EES voor de handmatige verwerking door de nationale Etias-eenheden

1.De raadpleging van het EES door de nationale Etias-eenheden bedoeld in artikel 8, lid 1, van Verordening (EU) 2018/1240 geschiedt op basis van dezelfde alfanumerieke gegevens als die welke worden gebruikt voor de geautomatiseerde verwerking bedoeld in artikel 8 ter, lid 2, van deze verordening.

2.De nationale Etias-eenheden hebben toegang tot het EES en mogen het in een read-onlyformaat raadplegen, voor het onderzoeken van reisautorisatieaanvragen overeenkomstig artikel 8, lid 2, van die verordening. De nationale Etias-eenheden kunnen de in de artikelen 16 tot en met 18 van deze verordening bedoelde gegevens raadplegen, onverminderd artikel 24 van Verordening (EU) 2018/1240.

3.Na toegang krachtens lid 1 registreren de naar behoren gemachtigde personeelsleden van de nationale Etias-eenheden uitsluitend het resultaat van de beoordeling en registreren zij dit resultaat in de Etias-aanvraagdossiers.”;

(6)Artikel 28 wordt vervangen door:

“Artikel 28
Bewaring van uit het EES opgehaalde gegevens

Krachtens de artikelen 24, 25, 26 en 27 uit het EES opgehaalde gegevens mogen alleen in nationale bestanden worden bewaard en krachtens artikel 25 bis uit het EES opgehaalde gegevens mogen alleen in de Etias-aanvraagdossiers worden bewaard, indien dit in een individueel geval noodzakelijk is, overeenkomstig het doel waarvoor zij werden opgehaald en het toepasselijke Unierecht, in het bijzonder dat inzake gegevensbescherming, en niet langer dan in dat individuele geval noodzakelijk is.”;

(7) aan artikel 46, lid 2, wordt de volgende tweede alinea toegevoegd:

“Voor de raadplegingen bedoeld in de artikelen 8 bis, 8 ter en 25 bis van deze verordening wordt per gegevensverwerkingsverrichting in het EES en Etias een logbestand bijgehouden overeenkomstig dit artikel en artikel 69 van Verordening (EU) 2018/1240.”;

(8)De volgende bijlage wordt toegevoegd:

“Bijlage III

Concordantietabel bedoeld in artikel 8 ter

De door het centrale Etias-systeem verzonden gegevens bedoeld in artikel 17, lid 2, van Verordening 2018/1240

De met de in artikel 17, lid 1, onder a), van deze verordening bedoelde gegevens corresponderende EES-gegevens waaraan de Etias-gegevens dienen te worden getoetst

achternaam (familienaam)

achternaam (familienaam)

achternaam bij geboorte

achternaam (familienaam)

voornaam(-namen)

voornaam/-namen

andere namen (alias(sen), artiestennaam(-namen), roepnaam(-namen))

voornaam/-namen

geboortedatum

geboortedatum

geslacht

geslacht

huidige nationaliteit

nationaliteit(en)

overige nationaliteiten indien van toepassing

nationaliteit(en)

soort reisdocument

soort reisdocument

nummer van het reisdocument

nummer van het reisdocument

land van afgifte van het reisdocument

drieletterige code van het land van afgifte van het reisdocument/de reisdocumenten

Artikel 4

Wijzigingen in Verordening (EU) 2018/1861 [SIS-verordening grenscontroles]

Verordening (EU) nr. 2018/1861 wordt als volgt gewijzigd:

(1)aan hoofdstuk III wordt het volgende artikel toegevoegd:

„Artikel 18 bis
Bijhouden van logbestanden met het oog op de interoperabiliteit met Etias in de zin van artikel 11 van Verordening (EU) 2018/1240

Van elke gegevensverwerking binnen het SIS en Etias overeenkomstig artikel 36 bis en 36 ter worden logbestanden bewaard overeenkomstig artikel 18 van deze verordening en artikel 69 van Verordening (EU) 2018/1240 van het Europees Parlement en de Raad.*

_____________

* Verordening (EU) 2018/1240 van het Europees Parlement en de Raad van 12 september 2018 tot oprichting van een Europees reisinformatie en -autorisatiesysteem (Etias) en tot wijziging van de Verordeningen (EU) nr. 1077/2011, (EU) nr. 515/2014, (EU) 2016/399, (EU) 2016/1624 en (EU) 2017/2226 (PB L 236 van 19.9.2018, blz. 1).”;

(2)aan artikel 34, lid 1, wordt het volgende punt toegevoegd:

“g) handmatige verwerking van Etias-aanvragen door de nationale Etias-eenheid, overeenkomstig artikel 8 van Verordening (EU) 2018/1240.”;

(3)de volgende artikelen worden ingevoegd:

“Artikel 36 bis
Toegang tot SIS-gegevens door de centrale Etias-eenheid

1.De centrale Etias-eenheid, die overeenkomstig artikel 7 van Verordening (EU) 2018/1240 binnen het Europees Grens- en kustwachtagentschap is opgericht, heeft voor het vervullen van de taken die haar bij Verordening (EU) 2018/1240 zijn opgedragen, het recht op toegang tot en het doorzoeken van relevante gegevens in het SIS. De bepalingen van artikel 36, leden 4 tot en met 8, zijn van toepassing op toegang en doorzoeken als hiervoor bedoeld.

2.Wanneer een verificatie door de centrale Etias-eenheid uitwijst dat in het Etias-aanvraagdossier geregistreerde gegevens en een signalering in het SIS overeenstemmen, is de procedure van artikel 26 van Verordening (EU) 2018/1240 van toepassing, onverminderd artikel 24 van Verordening (EU) 2018/1240.

Artikel 36 ter.
Interoperabiliteit met Etias in de zin van artikel 11 van Verordening (EU) 2018/1240

1.Vanaf de ingebruikneming van Etias overeenkomstig artikel 88, lid 1, van Verordening (EU) 2018/1240 wordt het centrale SIS-systeem met het in artikel 11 van Verordening (EU) 2018/1240 bedoelde instrument verbonden om de in dat artikel bedoelde geautomatiseerde verwerking mogelijk te maken.

2.Voor het verrichten van de in artikel 20, lid 2, onder c), m), punt ii), en o), van Verordening (EU) 2018/1240 bedoelde verificaties maakt het centrale Etias-systeem gebruik van het in artikel 11 van die verordening bedoelde instrument om de gegevens bedoeld in artikel 11, lid 4, van Verordening (EU) 2018/1240 te vergelijken met gegevens in het SIS, overeenkomstig artikel 11, lid 8, van die verordening.

3.Wanneer een nieuwe signalering als bedoeld in artikel 41, lid 3, van Verordening (EU) 2018/1240 wordt opgenomen in het SIS, zendt het centrale systeem, met gebruikmaking van geautomatiseerde verwerking en het instrument bedoeld in artikel 11 van die verordening, de informatie over deze signalering toe aan het centrale Etias-systeem om te verifiëren of deze nieuwe signalering betrekking heeft op een bestaande reisautorisatie.”;

HOOFDSTUK III: SLOTBEPALINGEN

Artikel 5

Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing vanaf de overeenkomstig artikel 96, tweede alinea, van Verordening (EU) 2018/1240 vastgestelde datum.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in de lidstaten overeenkomstig de Verdragen.

Gedaan te Brussel,

Voor het Europees Parlement    Voor de Raad

De voorzitter    De voorzitter

(1)    Verordening (EU) 2018/1240 van het Europees Parlement en de Raad van 12 september 2018 tot oprichting van een Europees reisinformatie en -autorisatiesysteem (Etias) en tot wijziging van de Verordeningen (EU) nr. 1077/2011, (EU) nr. 515/2014, (EU) 2016/399, (EU) 2016/1624 en (EU) 2017/2226 (PB L 236 van 19.9.2018, blz. 1).
(2)    Verordening (EU) 2018/1241 van het Europees Parlement en de Raad van 12 september 2018 tot wijziging van Verordening (EU) 2016/794 met het oog op de oprichting van een Europees reisinformatie- en -autorisatiesysteem (Etias) (PB L 236 van 19.9.2018, blz. 72).
(3)    COM(2016) 602 final.
(4)    COM(2016) 205 final.
(5)    Artikel 20, lid 2, en artikel 23, lid 1, van Verordening (EU) 2018/1240, vermeld in voetnoot(1).
(6)    COM(2016) 731 final.
(7)    Verordening (EU) 2017/2226 tot instelling van een inreis-uitreissysteem (EES), PB L 327 van 9 december 2017, blz. 20.
(8)    COM(2017) 344 final.
(9)    COM(2016) 883 final, COM(2016) 882 final en COM(2016) 881 final.
(10)    Verordening (EU) nr. 603/2013 van het Europees Parlement en van de Raad van 26 juni 2013 betreffende de instelling van “Eurodac” voor de vergelijking van vingerafdrukken ten behoeve van een doeltreffende toepassing van Verordening (EU) nr. 604/2013 tot vaststelling van de criteria en instrumenten om te bepalen welke lidstaat verantwoordelijk is voor de behandeling van een verzoek om internationale bescherming dat door een onderdaan van een derde land of een staatloze bij een van de lidstaten wordt ingediend en betreffende verzoeken van rechtshandhavingsinstanties van de lidstaten en Europol om vergelijkingen van Eurodac-gegevens ten behoeve van rechtshandhaving, en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1077/2011 tot oprichting van een Europees Agentschap voor het operationeel beheer van grootschalige IT-systemen op het gebied van vrijheid, veiligheid en recht (PB L 180 van 29.6.2013, blz. 1).
(11)    In Verordening (EU) 2018/1240 (Etias-verordening) zijn de verwijzingen naar Eurodac die deel uitmaakten van het Commissievoorstel inzake Etias, gehandhaafd, waarbij in artikel 96 van de Etias-verordening wordt bepaald dat de bepalingen in verband met het raadplegen van Eurodac pas van toepassing zijn vanaf de datum waarop de herschikking van de Eurodac-verordening van toepassing wordt.
(12)    Overweging 58 van Verordening (EU) 2018/1240, vermeld in voetnoot (1).
(13)    Verordening (EU) 2018/1862 van het Europees Parlement en de Raad van 28 november 2018 betreffende de instelling, de werking en het gebruik van het Schengeninformatiesysteem (SIS) op het gebied van politiële en justitiële samenwerking in strafzaken en tot wijziging en intrekking van Verordening 2007/533/JBZ, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1986/2006 van het Europees Parlement en de Raad, en Besluit 2010/261/EU van de Commissie.
(14)    COM(2016) 272 final.
(15)    COM(2018) 478 final en COM(2018) 480 final.
(16)    Verordening (EU) 2226/2017 tot instelling van een inreis-uitreissysteem (EES), PB L 327 van 9 december 2017, blz. 20.
(17)    COM(2018) 478 final en COM(2018) 480 final.
(18)    Zie voetnoot (1).
(19)    Richtlijn 2004/38/EG van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 betreffende het recht van vrij verkeer en verblijf op het grondgebied van de lidstaten voor de burgers van de Unie en hun familieleden, tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 1612/68 en tot intrekking van Richtlijnen 64/221/EEG, 68/360/EEG, 72/194/EEG, 73/148/EEG, 75/34/EEG, 75/35/EEG, 90/364/EEG, 90/365/EEG en 93/96/EEG (PB L 158 van 30.4.2004, blz. 77).
(20)    COM(2015) 185 final.
(21)    COM(2018) 470 final.
(22)    PB L 176 van 10.7.1999, blz. 36.
(23)    PB L 53 van 27.2.2008, blz. 52.
(24)    PB L 160 van 18.6.2011, blz. 19.
(25)    Besluit 2010/365/EU van de Raad van 29 juni 2010 betreffende de toepassing van de bepalingen van het Schengenacquis die betrekking hebben op het Schengeninformatiesysteem in de Republiek Bulgarije en Roemenië (PB L 166 van 1.7.2010, blz. 17).
(26)    Besluit (EU) 2017/733 van de Raad van 25 april 2017 betreffende de toepassing van de bepalingen van het Schengenacquis met betrekking tot het Schengeninformatiesysteem in de Republiek Kroatië (PB L 108 van 26.4.2017, blz. 31).
(27)    Besluit (EU) 2017/1908 van de Raad van 12 oktober 2017 betreffende de inwerkingstelling van bepaalde bepalingen van het Schengenacquis inzake het Visuminformatiesysteem in de Republiek Bulgarije en in Roemenië (PB L 269 van 19.10.2017, blz. 39).
(28)    Besluit (EU) 2018/934 van de Raad van 25 juni 2018 betreffende de inwerkingstelling van de resterende bepalingen van het Schengenacquis die betrekking hebben op het Schengeninformatiesysteem in de Republiek Bulgarije en in Roemenië (PB L 165 van 2.7.2018, blz. 37).
(29)    PB C van , blz. .
(30)    PB C van , blz. .
(31)    Verordening (EU) 2018/1240 van het Europees Parlement en de Raad van 12 september 2018 tot oprichting van een Europees reisinformatie en -autorisatiesysteem (Etias) en tot wijziging van de Verordeningen (EU) nr. 1077/2011, (EU) nr. 515/2014, (EU) 2016/399, (EU) 2016/1624 en (EU) 2017/2226 (PB L 236 van 19.9.2018, blz. 1).
(32)    Verordening (EG) nr. 767/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 9 juli 2008 betreffende het Visuminformatiesysteem (VIS) en de uitwisseling tussen de lidstaten van gegevens op het gebied van visa voor kort verblijf (VIS-verordening) (PB L 218 van 13.8.2008, blz. 60).
(33)    Verordening (EU) 2017/2226 van het Europees Parlement en de Raad van 30 november 2017 tot instelling van een inreis-uitreissysteem (EES) voor de registratie van inreis- en uitreisgegevens en van gegevens over weigering van toegang ten aanzien van onderdanen van derde landen die de buitengrenzen overschrijden en tot vaststelling van de voorwaarden voor toegang tot het EES voor rechtshandhavingsdoeleinden en tot wijziging van de overeenkomst ter uitvoering van het te Schengen gesloten akkoord en Verordeningen (EG) nr. 767/2008 en (EU) nr. 1077/2011 (PB L 327 van 9.12.2017, blz. 20).
(34)    Verordening (EU) 2018/1861 van het Europees Parlement en de Raad van 28 november 2018 betreffende de instelling, de werking en het gebruik van het Schengeninformatiesysteem (SIS) op het gebied van grenscontroles, tot wijziging van de Overeenkomst ter uitvoering van het Akkoord van Schengen en tot wijziging en intrekking van Verordening (EG) nr. 1987/2006 (PB L 312 van 7.12.2018, blz. 14).
(35)    Besluit 2010/365/EU van de Raad van 29 juni 2010 betreffende de toepassing van de bepalingen van het Schengenacquis die betrekking hebben op het Schengeninformatiesysteem in de Republiek Bulgarije en Roemenië (PB L 166 van 1.7.2010, blz. 17). Besluit (EU) 2017/733 van de Raad van 25 april 2017 betreffende de toepassing van de bepalingen van het Schengenacquis met betrekking tot het Schengeninformatiesysteem in de Republiek Kroatië (PB L 108 van 26.4.2017, blz. 31). (PB L 108 van 26.4.2017, blz. 31). [31] Besluit (EU) 2017/1908 van de Raad van 12 oktober 2017 betreffende de inwerkingstelling van bepaalde bepalingen van het Schengenacquis inzake het Visuminformatiesysteem in de Republiek Bulgarije en in Roemenië (PB L 269 van 19.10.2017, blz. 39). Besluit (EU) 2018/934 van de Raad van 25 juni 2018 betreffende de inwerkingstelling van de resterende bepalingen van het Schengenacquis die betrekking hebben op het Schengeninformatiesysteem in de Republiek Bulgarije en in Roemenië (PB L 165 van 2.7.2018, blz. 37).
(36)    Verordening (EU) 2018/1726 van het Europees Parlement en de Raad van 14 november 2018 betreffende het Agentschap van de Europese Unie voor het operationeel beheer van grootschalige IT-systemen op het gebied van vrijheid, veiligheid en recht (eu-LISA), tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1987/2006 en Besluit 2007/533/JBZ van de Raad en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 1077/2011 (PB L 295 van 21.11.2018, blz. 99).
(37)    PB L 158 van 30.4.2004, blz. 77.
(38)    Besluit 2000/365/EG van de Raad van 29 mei 2000 betreffende het verzoek van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland deel te mogen nemen aan enkele van de bepalingen van het Schengenacquis (PB L 131 van 1.6.2000, blz. 43).
(39)    Besluit 2002/192/EG van de Raad van 28 februari 2002 betreffende het verzoek van Ierland deel te mogen nemen aan bepalingen van het Schengenacquis (PB L 64 van 7.3.2002, blz. 20).
(40)    PB L 176 van 10.7.1999, blz. 36.
(41)    Besluit 1999/437/EG van de Raad van 17 mei 1999 inzake bepaalde toepassingsbepalingen van de door de Raad van de Europese Unie, de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen gesloten overeenkomst inzake de wijze waarop deze twee staten worden betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (PB L 176 van 10.7.1999, blz. 31).
(42)    PB L 53 van 27.2.2008, blz. 52.
(43)    Besluit 2008/146/EG van de Raad van 28 januari 2008 betreffende de sluiting namens de Europese Gemeenschap van de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (PB L 53 van 27.2.2008, blz. 1).
(44)    Besluit 2008/149/JBZ van de Raad van 28 januari 2008 betreffende de sluiting namens de Europese Unie van de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (PB L 53 van 27.2.2008, blz. 50).
(45)    PB L 160 van 18.6.2011, blz. 21.
(46)    Besluit 2011/350/EU van de Raad van 7 maart 2011 betreffende de sluiting namens de Europese Unie van het Protocol tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap, de Zwitserse Bondsstaat en het Vorstendom Liechtenstein betreffende de toetreding van het Vorstendom Liechtenstein tot de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis betreffende de afschaffing van controles aan de binnengrenzen en het verkeer van personen (PB L 160 van 18.6.2011, blz. 19).
(47)    Besluit 2011/349/EU van de Raad van 7 maart 2011 betreffende de sluiting namens de Europese Unie van het Protocol tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap, de Zwitserse Bondsstaat en het Vorstendom Liechtenstein betreffende de toetreding van het Vorstendom Liechtenstein tot de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis, met name betreffende de justitiële samenwerking in strafzaken en de politiële samenwerking (PB L 160 van 18.6.2011, blz. 1).
(48)    Besluit 2010/365/EU van de Raad van 29 juni 2010 betreffende de toepassing van de bepalingen van het Schengenacquis die betrekking hebben op het Schengeninformatiesysteem in de Republiek Bulgarije en Roemenië (PB L 166 van 1.7.2010, blz. 17).
(49)    Besluit (EU) 2017/733 van de Raad van 25 april 2017 betreffende de toepassing van de bepalingen van het Schengenacquis met betrekking tot het Schengeninformatiesysteem in de Republiek Kroatië (PB L 108 van 26.4.2017, blz. 31).
(50)    Besluit (EU) 2017/1908 van de Raad van 12 oktober 2017 betreffende de inwerkingstelling van bepaalde bepalingen van het Schengenacquis inzake het Visuminformatiesysteem in de Republiek Bulgarije en in Roemenië (PB L 269 van 19.10.2017, blz. 39).
(51)    Besluit (EU) 2018/934 van de Raad van 25 juni 2018 betreffende de inwerkingstelling van de resterende bepalingen van het Schengenacquis die betrekking hebben op het Schengeninformatiesysteem in de Republiek Bulgarije en in Roemenië (PB L 165 van 2.7.2018, blz. 37).
(52)    Verordening (EU) 2018/1725 van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2018 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de instellingen, organen en instanties van de Unie en betreffende het vrije verkeer van die gegevens, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 45/2001 en Besluit nr. 1247/2002/EG (PB L 295 van 21.11.2018, blz. 39).
(53)    De nummering houdt rekening met de wijziging van deze verordening die het gevolg is van het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een kader voor interoperabiliteit tussen de EU-informatiesystemen (grenzen en visa), COM (2018) 478 final.
(54)    De nummering houdt rekening met de wijziging van deze verordening die volgt uit het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een kader voor interoperabiliteit tussen de EU-informatiesystemen (grenzen en visa), COM (2018) 478 final.
(55)    De nummering houdt rekening met de wijziging van deze verordening die volgt uit het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een kader voor interoperabiliteit tussen de EU-informatiesystemen (grenzen en visa), COM (2018) 478 final.