29.3.2022   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 101/45


UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2022/500 VAN DE COMMISSIE

van 25 maart 2022

tot aanmerking van de militaire agressie van Rusland tegen Oekraïne als buitengewone gebeurtenis die een aanzienlijke verstoring van de markten veroorzaakt

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) 2021/1139 van het Europees Parlement en de Raad van 7 juli 2021 tot oprichting van het Europees Fonds voor maritieme zaken, visserij en aquacultuur en tot wijziging van Verordening (EU) 2017/1004 (1), en met name artikel 26, lid 2, tweede alinea,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De militaire agressie van Rusland tegen Oekraïne sinds 24 februari 2022 heeft gevolgen voor de marktdeelnemers in de visserij- en aquacultuursector in de Unie. De verstoring van de handelsstromen van belangrijke grondstoffen voor de visserij- en aquacultuursector uit Rusland en Oekraïne heeft de prijsstijgingen van belangrijke productiemiddelen zoals energie en grondstoffen plotseling verergerd. De handel tussen Oekraïne en de Unie is ook zwaar getroffen door de onbeschikbaarheid van vervoer, aangezien Oekraïense luchthavens onder de Russische aanval te lijden hebben gehad en alle commerciële scheepvaartactiviteiten in Oekraïense havens zijn opgeschort. Deze crisis zal waarschijnlijk ernstige gevolgen hebben voor de levering van graan, plantaardige oliën en magere vis uit Oekraïne en Rusland aan de Unie, wat zal leiden tot sterk stijgende prijzen voor visvoeder bovenop de huidige exploderende energieprijzen, of tot tekorten aan belangrijke grondstoffen. Een deel van de vloot van de Unie is gestopt met vissen als gevolg van de dalende winstgevendheid van die activiteit en de onmogelijkheid om de stijging van de productiekosten te compenseren. Bovendien zijn de activiteiten van vissersvaartuigen in de Zwarte Zee uit voorzorg opgeschort wegens de dreiging van mogelijke militaire activiteiten. Het gecombineerde effect van die kostenstijgingen en tekorten wordt ook gevoeld in de sectoren teelt en verwerking van vis en schaal- en schelpdieren. Door de grote kostenstijgingen en handelsverstoringen is er bijgevolg sprake van een aanzienlijke marktverstoring en is doeltreffende en doelmatige actie nodig.

(2)

Op grond van artikel 26, lid 2, van Verordening (EU) 2021/1139 kan in dergelijke gevallen uit het Europees Fonds voor maritieme zaken, visserij en aquacultuur (EFMZVA) steun worden verstrekt ter compensatie van bepaalde kosten die anders niet voor een dergelijke compensatie in aanmerking komen, en wel voor marktdeelnemers in de visserij- en aquacultuursector voor gederfde inkomsten of extra kosten, en voor erkende producentenorganisaties en verenigingen van producentenorganisaties die visserijproducten opslaan overeenkomstig de artikelen 30 en 31 van Verordening (EU) nr. 1379/2013 van het Europees Parlement en de Raad (2).

(3)

Overeenkomstig artikel 26, lid 2, eerste alinea, van Verordening (EU) 2021/1139 is de specifieke steunregeling in het geval van een dergelijke verstoring van de markten beperkt tot de specifieke doelstelling om de afzet, de kwaliteit en de toegevoegde waarde van visserij- en aquacultuurproducten en de verwerking van die producten te bevorderen. Overeenkomstig artikel 26, lid 2, tweede alinea, van die verordening is de steunregeling slechts van toepassing indien de Commissie een buitengewone gebeurtenis heeft vastgesteld die een dergelijke verstoring veroorzaakt.

(4)

Het is derhalve passend vast te stellen dat de militaire agressie van Rusland tegen Oekraïne een uitzonderlijke gebeurtenis is die een aanzienlijke verstoring van de markten veroorzaakt.

(5)

Op grond van artikel 39 van Verordening (EU) 2021/1139 moeten compensatie voor extra kosten of gederfde inkomsten en ook andere vormen van op grond van die verordening verstrekte compensatie worden verstrekt in een van de in artikel 53, lid 1, punten b) tot en met e), van Verordening (EU) 2021/1060 van het Europees Parlement en de Raad (3) bedoelde vormen. De daartoe door de lidstaten vastgestelde methoden moeten in overeenstemming zijn met artikel 53, lid 3, van die verordening.

(6)

Krachtens artikel 63, lid 2, van Verordening (EU) 2021/1060 komen uitgaven in aanmerking voor een bijdrage uit het EFMZVA als ze zijn gedaan door een begunstigde en zijn betaald voor de uitvoering van concrete acties tussen de datum van indiening van het EFMZVA-programma door de lidstaat bij de Commissie of, als dat eerder is, 1 januari 2021, en 31 december 2029. Uitgaven die worden gedaan wegens de verstoring van de markten als gevolg van de buitengewone gebeurtenis die bij dit besluit wordt vastgesteld, moeten echter in aanmerking komen voor steun uit hoofde van artikel 26, lid 2, van Verordening (EU) 2021/1139 met ingang van 24 februari 2022, d.i. de datum waarop de militaire agressie van Rusland tegen Oekraïne van start is gegaan. Wat het verrichten van de uitgaven betreft, zullen de gevolgen van de verstoring van de markten de marktdeelnemers in de visserij- en aquacultuursector waarschijnlijk gedurende meerdere maanden treffen, en moeten de uitgaven derhalve subsidiabel zijn indien zij zijn gedaan tot en met 31 december 2022.

(7)

Gezien de noodzaak van een snelle uitvoering van de in artikel 26, lid 2, van Verordening (EU) 2021/1139 bedoelde steun, moet dit besluit in werking treden op de dag na die van de bekendmaking ervan,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Voor de toepassing van artikel 26, lid 2, van Verordening (EU) 2021/1139 wordt de militaire agressie van Rusland tegen Oekraïne sinds 24 februari 2022 beschouwd als een buitengewone gebeurtenis die een aanzienlijke verstoring van de markten veroorzaakt.

Artikel 2

Uitgaven waarvoor op grond van dit besluit steun mag worden verleend, zijn subsidiabel indien zij zijn gedaan tussen 24 februari en 31 december 2022 en indien zij uiterlijk op 31 december 2029 zijn betaald.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 25 maart 2022.

Voor de Commissie

De voorzitter

Ursula VON DER LEYEN


(1)   PB L 247 van 13.7.2021, blz. 1.

(2)  Verordening (EU) nr. 1379/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2013 houdende een gemeenschappelijke marktordening voor visserijproducten en aquacultuurproducten, tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 1184/2006 en (EG) nr. 1224/2009 en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 104/2000 van de Raad (PB L 354 van 28.12.2013, blz. 1).

(3)  Verordening (EU) 2021/1060 van het Europees Parlement en de Raad van 24 juni 2021 houdende gemeenschappelijke bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds Plus, het Cohesiefonds, het Fonds voor een rechtvaardige transitie en het Europees Fonds voor maritieme zaken, visserij en aquacultuur en de financiële regels voor die fondsen en voor het Fonds voor asiel, migratie en integratie, het Fonds voor interne veiligheid en het Instrument voor financiële steun voor grensbeheer en visumbeleid (PB L 231 van 30.6.2021, blz. 159).