24.10.2022   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 274/64


VERORDENING (EU) 2022/2002 VAN DE COMMISSIE

van 21 oktober 2022

tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1881/2006 wat de maximumgehalten aan dioxinen en dioxineachtige pcb’s in bepaalde levensmiddelen betreft

(Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EEG) nr. 315/93 van de Raad van 8 februari 1993 tot vaststelling van communautaire procedures inzake verontreinigingen in levensmiddelen (1), en met name artikel 2, lid 3,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Verordening (EG) nr. 1881/2006 van de Commissie (2) stelt maximumgehalten aan bepaalde verontreinigingen, waaronder dioxinen en dioxineachtige polychloorbifenylen (pcb’s), in levensmiddelen vast.

(2)

De Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) heeft in 2018 een wetenschappelijk advies uitgebracht over de risico’s voor de gezondheid van mens en dier die voortvloeien uit de aanwezigheid van dioxinen en dioxineachtige pcb’s in diervoeders en levensmiddelen (3). De EFSA heeft voor de som van dioxinen en dioxineachtige pcb’s een toelaatbare wekelijkse inname van 2 pg TEQ (toxische equivalentie)/kg lichaamsgewicht/week vastgesteld. Schattingen van de chronische blootstelling van de mens aan dioxinen en dioxineachtige pcb’s via de voeding op basis van de beschikbare gegevens over het voorkomen van die stoffen wijzen op een aanzienlijke overschrijding van de toelaatbare wekelijkse inname voor populaties van alle leeftijdsgroepen.

(3)

In haar wetenschappelijk advies raadde EFSA aan de huidige WHO2005-TEF’s (toxische-equivalentiefactoren) opnieuw te beoordelen teneinde rekening te houden met nieuwe in-vivo- en in-vitrogegevens, met name voor pcb-126.

(4)

De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) herziet momenteel de WHO2005-TEF-waarden, en zal daarmee naar verwachting in 2023 klaar zijn.

(5)

In afwachting van de voltooiing van die herziening en met het oog op een hoog niveau van bescherming van de menselijke gezondheid in de tussentijd, is het passend maximumgehalten vast te stellen voor dioxinen en voor de som van dioxinen en dioxineachtige pcb’s voor levensmiddelen die nog niet onder de wetgeving van de Unie vallen en waarvoor in de databank van de EFSA onlangs gegevens over het voorkomen daarvan beschikbaar zijn gesteld, zoals vlees en vleesproducten van geiten, paarden, konijnen, wilde zwijnen en evers, vederwild en herten, en lever van geiten, paarden en vederwild, en het bestaande maximumgehalte voor kippeneieren uit te breiden tot alle eieren van pluimvee, met uitzondering van ganzeneieren.

(6)

Aangezien niet alleen vlees van aanhangsels van krabben en krabachtige schaaldieren wordt geconsumeerd, maar ook vlees van de buik van dergelijke schaaldieren, met name wolhandkrabben, moeten de maximumgehalten ook gelden voor het vlees van de buik van die schaaldieren.

(7)

Rekening houdend met de beschikbare gegevens over het voorkomen en het belang van een hoog niveau van bescherming van de menselijke gezondheid, met name voor kwetsbare bevolkingsgroepen, is het bovendien passend de maximumgehalten voor dioxinen en de som van dioxinen en dioxineachtige pcb’s in melk en zuivelproducten reeds te verlagen.

(8)

Verordening (EG) nr. 1881/2006 moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(9)

Er moet worden voorzien in een redelijke termijn om exploitanten van levensmiddelenbedrijven in staat te stellen zich aan de maximumgehalten van deze verordening aan te passen.

(10)

Aangezien sommige onder deze verordening vallende levensmiddelen een lange houdbaarheidstermijn hebben, moet worden toegestaan dat levensmiddelen die vóór de datum van toepassing van deze verordening rechtmatig in de handel zijn gebracht, in de handel blijven.

(11)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De bijlage bij Verordening (EG) nr. 1881/2006 wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij deze verordening.

Artikel 2

In de bijlage genoemde levensmiddelen die vóór 1 januari 2023 rechtmatig in de handel zijn gebracht, mogen in de handel blijven tot en met de datum van minimale houdbaarheid of de uiterste consumptiedatum van die levensmiddelen.

Artikel 3

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 1 januari 2023.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 21 oktober 2022.

Voor de Commissie

De voorzitter

Ursula VON DER LEYEN


(1)   PB L 37 van 13.2.1993, blz. 1.

(2)  Verordening (EG) nr. 1881/2006 van de Commissie van 19 december 2006 tot vaststelling van de maximumgehalten aan bepaalde verontreinigingen in levensmiddelen (PB L 364 van 20.12.2006, blz. 5).

(3)  Scientific Opinion on the risk for animal and human health related to the presence of dioxins and dioxin-like PCBs in feed and food. EFSA Journal 2018;16(11):5333, 331 blz. (https://doi.org/10.2903/j.efsa.2018.5333).


BIJLAGE

Afdeling 5: “Dioxinen en pcb’s” van de bijlage bij Verordening (EG) nr. 1881/2006 wordt als volgt gewijzigd:

1)

Punt 5.1 wordt vervangen door:

“5.1

Vlees en vleesproducten (met uitzondering van eetbare slachtafvallen) van de volgende dieren6:

 

 

 

runderen, schapen en geiten

pluimvee

varkens

paarden

konijnen

wilde zwijnen of evers (Sus scrofa)

vrij vederwild

herten

2,5 pg/g vet33

1,75 pg/g vet33

1,0 pg/g vet33

5,0 pg/g vet33

1,0 pg/g vet33

5,0 pg/g vet33

2,0 pg/g vet33

3,0 pg/g vet33

4,0 pg/g vet33

3,0 pg/g vet33

1,25 pg/g vet33

10,0 pg/g vet33

1,5 pg/g vet33

10,0 pg/g vet33

4,0 pg/g vet33

7,5 pg/g vet33

40 ng/g vet33

40 ng/g vet33

40 ng/g vet33

2)

Punt 5.2 wordt vervangen door:

“5.2

Lever van runderen en geiten, pluimvee, varkens en paarden en daarvan afgeleide producten

0,30 pg/g vers gewicht

0,50 pg/g vers gewicht

3,0 ng/g vers gewicht

Lever van schapen en daarvan afgeleide producten

1,25 pg/g vers gewicht

2,00 pg/g vers gewicht

3,0 ng/g vers gewicht”

Lever van vrij vederwild

2,5 pg/g vers gewicht

5,0 pg/g vers gewicht

 

3)

In punt 5.3 worden voetnoot 44 en de zin “In geval van krabben en krabachtige schaaldieren (Brachyura en Anomura) geldt het voor vlees van aanhangsels.” Geschrapt.

4)

Punt 5.8 wordt vervangen door:

“5.8

Rauwe melk6 en melkproducten6, inclusief botervet

2,0 pg/g vet33

4,0 pg/g vet33

40 ng/g vet33

5)

Punt 5.9 wordt vervangen door:

“5.9

Eieren van pluimvee en eiproducten, met uitzondering van ganzeneieren6

2,5 pg/g vet33

5,0 pg/g vet33

40 ng/g vet33