EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document E2022P0005

EVA-Hof Verzoek van het Fürstliches Obergericht van 28 april 2022 om een advies van het EVA-Hof in de zaak Christian Maitz/AHV-IV-FAK (Zaak E-5/22) 2022/C 333/08

PUB/2022/581

OJ C 333, 1.9.2022, p. 8–8 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, GA, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

1.9.2022   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 333/8


EVA-HOF

Verzoek van het Fürstliches Obergericht van 28 april 2022 om een advies van het EVA-Hof in de zaak Christian Maitz/AHV-IV-FAK

(Zaak E-5/22)

(2022/C 333/08)

Bij schrijven van 28 april 2022 van het Fürstliches Obergericht (Hof van beroep van het Vorstendom Liechtenstein) is bij het EVA-Hof een verzoek ingediend, dat op 3 mei 2022 bij de griffie van het Hof is binnengekomen, om een advies in de zaak van Christian Maitz tegen AHV-IV-FAK, betreffende onderstaande vragen:

1.

Is het noodzakelijk voor de personele werkingssfeer van Verordening (EG) nr. 883/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 (PB 2004, L 166, blz. 1), in de EER-Overeenkomst opgenomen bij besluit van het Gemengd Comité van de EER van 1 juli 2011 (LGBl. 2012 nr. 202), dat de onderdaan van een lidstaat op wie de wetgeving van een of meer lidstaten van toepassing is in de zin van artikel 2, lid 1, van die verordening, in een van de lidstaten woont?

Als het antwoord op de vraag ontkennend is:

Kan een door de EU of een EER-lidstaat met een derde land gesloten overeenkomst waarbij het toepassingsgebied van de genoemde verordening is uitgebreid tot het derde land, het antwoord op deze vraag wijzigen?

2.

Moet een verklaring in de zin van artikel 19, lid 2, van Verordening (EG) nr. 987/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 16 september 2009 tot vaststelling van de wijze van toepassing van Verordening (EG) nr. 883/2004 betreffende de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels (PB 2009, L 284, blz. 1), in de EER-Overeenkomst opgenomen bij besluit van het Gemengd Comité van 1 juli 2011 (LGBl. 2012 nr. 202), noodzakelijkerwijs worden afgegeven door middel van een formulier (PD A1) dat door de Administratieve Commissie voor de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels is vastgesteld om de in artikel 5, lid 1, van die verordening bedoelde rechtsgevolgen teweeg te brengen?


Top