VERZOEK OM INPUT VOOR EEN INITIATIEF (zonder effectbeoordeling) |
|
Titel van het initiatief |
Europese strategie voor interne veiligheid |
Leidend DG – verantwoordelijke eenheid |
DG HOME.D5 |
Verwacht soort initiatief |
Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad |
Indicatieve planning |
Eerste kwartaal 2025 |
Aanvullende informatie |
- |
Dit document dient slechts ter informatie. Het loopt niet vooruit op de eindbeslissing van de Commissie over de vraag of dit initiatief zal worden voortgezet en welke invulling dat uiteindelijk zal krijgen. Alle elementen van het initiatief dat in dit document is beschreven, waaronder de planning, kunnen veranderen. |
A. Politieke context, probleemomschrijving en subsidiariteitscontrole |
Politieke context |
Decennia van samenwerking en integratie hebben geleid tot een sterke EU, met een vrije, open en democratische samenleving gebaseerd op de rechtsstaat, en tot een bloeiende eengemaakte markt. Nu staat Europa echter voor nieuwe, dringende geopolitieke uitdagingen en wordt het geconfronteerd met een reeks veiligheidsdreigingen, van georganiseerde criminaliteit en terrorisme tot vijandige statelijke en niet-statelijke actoren. Aangezien de samenleving bovendien steeds sneller verandert en complexer wordt, neemt ook de complexiteit van veiligheidsdreigingen toe. Elke technologische vernieuwing kan immers ook worden misbruikt. De Europese strategie voor interne veiligheid, een initiatief dat voorzitter Von der Leyen in de politieke beleidslijnen 1 voor de nieuwe Commissie heeft aangekondigd, voorziet in een brede EU-respons om in te kunnen spelen op alle bedreigingen voor de interne veiligheid, zowel online als offline. Hiermee krijgt veiligheid een plek in alle wetgeving en al het beleid van de EU. De strategie bouwt voort op de EU-strategie voor de veiligheidsunie 2020-2025 en vormt een aanvulling op andere initiatieven van de Commissie, met name de strategie voor de paraatheidsunie, het witboek over de toekomst van defensie en het schild voor de democratie. |
Probleem dat met het initiatief wordt aangepakt |
Tijdens de vorige zittingsperiode van de Commissie (2019-2024) vormde de strategie voor de veiligheidsunie een stevig kader om de capaciteit van de EU om bedreigingen af te wenden, uit te breiden. Met deze strategie heeft de EU zich beter kunnen toerusten om veiligheidsuitdagingen het hoofd te bieden. Volgens het meest recente voortgangsverslag van mei 2024 2 hebben zich in en rond de EU echter ingrijpende en duurzame veranderingen voorgedaan op geopolitiek, economisch en veiligheidsgebied. De EU moet in staat zijn om in een instabiele geopolitieke context te anticiperen op nieuwe dreigingen en deze te bestrijden. Criminele netwerken, gewelddadige extremisten, terroristen en andere vijandige actoren zijn internationaal actief en schakelen gemakkelijk tussen de digitale en de fysieke wereld. Zij profiteren van sociaal ongenoegen en economische ongelijkheden. Daar komt bij dat criminele netwerken extreem geweld gebruiken om hun winsten te verhogen en door middel van corruptie overheidsinstellingen, lokale gemeenschappen en de legale economie infiltreren. Dit ondermijnt het vertrouwen in democratische instellingen en de rechtsstaat. Er is ook sprake van een toename van nieuwe en hybride ideologieën en van antisysteem-/antiregeringsextremisten die uitdrukkelijk proberen de democratische rechtsorde omver te werpen, evenals van een grotere terroristische dreiging als gevolg van internationale geopolitieke spanningen en conflicten. Ontwikkelingen overal ter wereld hebben een grote invloed op de interne veiligheid. De EU kampt met de overloopeffecten van de veranderende geopolitieke machtsdynamiek en externe instabiliteit — in Oekraïne door de Russische aanvalsoorlog, in het Midden-Oosten en in de regio ten zuiden van de Sahara. De veiligheid van de EU wordt ook beïnvloed door haar afhankelijkheid van landen buiten de EU, bijvoorbeeld op het gebied van energie, technologie en IT- en telecomapparatuur. In deze complexe context wordt de EU geconfronteerd met hybride dreigingen van zowel statelijke als niet-statelijke actoren (regeringen en anderen). Kritieke infrastructuur, waaronder energienetwerken en vervoerssystemen, is het doelwit van cyberaanvallen en sabotage. Deze brengen kwetsbaarheden bij essentiële diensten aan het licht en hebben ernstige gevolgen voor de economische veiligheid van de EU. Verder is digitale technologie van fundamenteel belang geworden voor alle aspecten van veiligheid; de meeste bedreigingen omvatten immers ook een cyberdreiging, in combinatie met desinformatie die tot doel heeft de verdeeldheid, de polarisatie en het wantrouwen ten opzichte van Europese regeringen en instellingen te vergroten. Tot slot beschikken rechtshandhavingsinstanties vaak niet over passende instrumenten en de toegang tot de nodige gegevens om illegale geldstromen en voorbereidingen voor aanslagen te kunnen onderzoeken of om nationale en transnationale criminele netwerken te kunnen ontwrichten. Daarom moeten de mechanismen voor grensoverschrijdende en internationale samenwerking worden versterkt, zodat de lidstaten georganiseerde criminaliteit en terrorisme doeltreffend kunnen aanpakken. |
Grondslag van het EU-optreden (rechtsgrondslag en subsidiariteitscontrole) |
Rechtsgrondslag |
De materiële rechtsgrondslag voor het initiatief zijn de bepalingen over een breder optreden van de EU in titel V van het derde deel van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU), inzake de ruimte van vrijheid, veiligheid en recht. De samenwerking met landen buiten de EU in het kader van het initiatief is gebaseerd op de volgende rechtsgrondslag: ·gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid / gemeenschappelijk veiligheids- en defensiebeleid: VWEU, artikelen 42-43; ·betrekkingen met internationale organisaties en landen die geen lid zijn van de EU: VWEU, en met name artikel 220; ·veiligheidsdialogen: Verdrag betreffende de Europese Unie, artikel 27, lid 2. Deze niet-wetgevende mededeling houdt geen voorstel tot uitbreiding van de regelgevende bevoegdheden van de EU of dwingende verbintenissen voor de lidstaten in, maar beoogt de activiteiten van de lidstaten op dit beleidsterrein aan te vullen en te ondersteunen. |
Praktische noodzaak van EU-optreden |
Gezien de mondiale context en wisselende verbanden waarin criminele netwerken, terroristen, extremistische groeperingen en vijandige statelijke en niet-statelijke actoren actief zijn, zowel binnen als buiten de EU, en gezien de steeds ernstigere bedreigingen voor de veiligheid, de samenleving en de rechtsstaat van de EU, zijn de bestaande maatregelen van de lidstaten en de EU op het gebied van vrijheid, veiligheid en recht niet toereikend. Er zijn verdere ambitieuze maatregelen nodig om de interne veiligheid van de EU nu en in de toekomst te beschermen en een gemeenschappelijke ruimte van vrijheid, veiligheid en recht in stand te houden, overeenkomstig de gedeelde bevoegdheden van de EU en de lidstaten. Gezien het sterke verband tussen de interne en de externe aspecten van het veiligheidsbeleid en gezien het feit dat veiligheidsdreigingen zich uitstrekken tot voorbij Europese binnen- en buitengrenzen, zal optreden op EU-niveau naar verwachting een tastbare meerwaarde opleveren ten opzichte van maatregelen die lidstaten afzonderlijk nemen. |
B. Wat is het beoogde resultaat van het initiatief en hoe wordt dit bereikt? |
Het initiatief zal naar verwachting leiden tot een breed en overkoepelend plan om de interne veiligheid van de EU te versterken, alsmede tot specifieke maatregelen die tijdens de zittingsperiode van deze Commissie zullen worden uitgevoerd. In de strategie zullen ook de vele succesvolle acties van de EU om haar veiligheid te beschermen, centraal komen te staan, en de manier waarop de EU hierop zal voortbouwen met operationele acties en wetgevingsmaatregelen. De strategie is erop gericht veiligheid een vaste plaats te geven binnen het beleid, de wetgeving en de programma’s van de EU, met bijzondere aandacht voor: ·anticipatie op en snelle actie bij dreigingen; ·het voorkomen van schade en het beschermen van mensen; ·een breed optreden op alle niveaus (van mondiaal tot lokaal); en ·het feit dat internationale samenwerking de interne veiligheid van de EU ten goede moet komen. Bij de uitvoering van de strategie zal een maatschappijbrede aanpak worden gevolgd: er zal een beroep worden gedaan op alle belanghebbenden die kunnen bijdragen tot de interne veiligheid, met inbegrip van particuliere partners en het maatschappelijk middenveld. Concreet zal de strategie leiden tot een versterking van de EU-architectuur voor interne veiligheid: de operationele capaciteit van zowel Europol als Frontex zal worden uitgebreid en de rol van Eurojust en het Europees Openbaar Ministerie zal worden besproken. Ook zal digitale technologie een belangrijke plaats krijgen in de strategie. Zo zullen mogelijke maatregelen betreffende gegevensbewaring en toegang tot gegevens voor rechtshandhaving worden onderzocht, cybercriminaliteit en terroristische online-inhoud worden bestreden en samenwerking met technologieplatforms via het EU-internetforum worden bevorderd. Bovendien kunnen digitale technologieën en kunstmatige intelligentie aanzienlijk bijdragen tot de capaciteit van de rechtshandhavingsinstanties en de doeltreffende aanpak van nieuwe dreigingen. Als onderdeel van de strategie zal de Commissie ook een nieuwe EU-agenda aankondigen voor het voorkomen en bestrijden van terrorisme en gewelddadig extremisme, met inbegrip van terrorismefinanciering en een versterkt beleid ter voorkoming van radicalisering. Zij zal komen met een EU-actieplan tegen drugshandel, en met maatregelen om de regels inzake georganiseerde criminaliteit te herzien en de greep op criminele netwerken te versterken. Om de paraatheid van de EU te verhogen, zal een systeem voor kritieke communicatie worden aangekondigd dat de dagelijkse operationele samenwerking tussen eerstehulpverleners, zoals politie en brandweer, moet verbeteren, in de strijd tegen terrorisme en criminaliteit en bij het redden van levens in noodsituaties. Tot slot zal in de strategie centraal komen te staan dat het rechtskader van de EU moet worden versterkt om brede veiligheidsuitdagingen en hybride dreigingen aan te kunnen pakken. Hierbij kan worden gedacht aan grensbeheer, sabotage en spionage. |
Waarschijnlijke effecten |
De maatregelen die in de strategie worden aangekondigd, zijn bedoeld om overheidsinstellingen, rechtshandhavingsinstanties, de rechterlijke macht en andere publieke en private actoren uit te rusten met de nodige instrumenten om veiligheidsdreigingen die uitgaan van georganiseerde misdaad, terrorisme en vijandige statelijke en niet-statelijke actoren te voorkomen, zich ertegen te beschermen en erop te reageren. De maatregelen zullen dienen ter verdere ondersteuning van rechtshandhavings- en justitiële autoriteiten bij het onderzoeken, vervolgen en berechten van zware en georganiseerde criminaliteit en terrorisme, om verantwoording en gerechtigheid voor de slachtoffers te waarborgen. Het initiatief zal bijdragen tot de verwezenlijking van duurzameontwikkelingsdoelstelling 16 van de VN over vrede, gerechtigheid en sterke instellingen, aangezien het tot doel heeft de openbare veiligheid te bevorderen en de rechtsstaat te handhaven, met volledige inachtneming van de grondrechten. |
Toekomstige monitoring |
De initiatieven in het kader van de strategie voor interne veiligheid zullen afzonderlijk worden beoordeeld en gemonitord. |
C. Betere regelgeving |
Effectbeoordeling |
Dit initiatief is een mededeling. Er wordt een algemene beleidsaanpak uitgestippeld, zonder specifieke wetgevende maatregelen. |
Raadplegingsstrategie |
Ter voorbereiding van dit initiatief verzoekt de Commissie met deze oproep publieke en private belanghebbenden, zowel in de EU als daarbuiten, om input. Bij de ontwikkeling van het initiatief zal rekening worden gehouden met de resultaten van studies en verslagen en met de vooruitgang die is geboekt in het kader van eerdere strategische documenten van de EU over het veiligheidsbeleid. De voornaamste belanghebbenden die moeten worden geraadpleegd, zijn: ·rechtshandhavingsinstanties op nationaal en EU-niveau, met inbegrip van douane-, belasting- en grensautoriteiten, justitiële autoriteiten, overheidsdiensten en instellingen en organen die verantwoordelijk zijn voor de bestrijding van zware en georganiseerde criminaliteit, terrorisme en radicalisering en voor grens- en cyberbeveiliging; ·maatschappelijke organisaties; ·de academische wereld; ·particuliere ondernemingen, waaronder onlineplatforms. Van belangrijke internationale partners als de Verenigde Naties, Interpol, de Financiële-actiegroep en de Raad van Europa zal ook input worden verwacht. |