WTO: overeenkomst inzake de handel in goederen
SAMENVATTING VAN:
Besluit 94/800/EG van de Raad van 22 december 1994 betreffende de sluiting, namens de Europese Gemeenschap voor wat betreft de onder haar bevoegdheid vallende aangelegenheden, van de uit de multilaterale handelsbesprekingen in het kader van de Uruguayronde (1986-1994) voortvloeiende overeenkomsten — Aspecten met betrekking tot goederen
Multilaterale handelsbesprekingen in het kader van de Uruguayronde (1986-1994) — Overeenkomst tot oprichting van de Wereldhandelsorganisatie (WTO)
WAT IS HET DOEL VAN HET BESLUIT EN DEZE OVEREENKOMST?
Door middel van dit besluit wordt namens de Europese Gemeenschap (tegenwoordig de Europese Unie (EU)) de overeenkomst tot oprichting van de Wereldhandelsorganisatie (WTO) goedgekeurd.
KERNPUNTEN
De Multilaterale Overeenkomst inzake de handel in goederen omvat GATT 1994 (Algemene Overeenkomst inzake tarieven en handel) en dertien sectorovereenkomsten. Deze hebben betrekking op vier gebieden:
-
markttoegang;
-
regels die betrekking hebben op niet-tarifaire maatregelen;
-
douane- en handelsadministratie;
-
maatregelen ter bescherming van handel.
MARKTTOEGANG
AlgemeneOvereenkomst inzake tarieven en handel (GATT 1994)
-
Deze basistekst omvat de algemene regels voor de handel in goederen. De specifieke regels zijn opgenomen in de sectorovereenkomsten die in de Slotakte zijn vastgesteld. De GATT van 1994 omvatte de GATT van 1947 en alle juridische instrumenten die goedgekeurd waren voorafgaand aan de overeenkomst tot oprichting van de WTO.
-
In de algemene overeenkomst zijn een aantal basisbeginselen vastgelegd die voortkomen uit de GATT van 1947, die voornamelijk tot doel had eerlijke mededinging te waarborgen, zoals:
-
het beginsel van meestbegunstigde: ieder WTO-lid behandelt volgens dit beginsel producten van een ander lid niet ongunstiger dan producten uit enig ander land (non-discriminatie);
-
het beginsel van nationale behandeling op het gebied van nationale belastingheffing en regelgeving: ieder WTO-lid behandelt producten van een ander lid op het gebied van belasting en binnenlandse regelgeving niet ongunstiger dan zijn eigen producten.
-
De overeenkomst voorziet ook in:
-
de verlaging en verbintenis ten aanzien van maximale douanerechten;
-
de afschaffing van kwantitatieve in- en uitvoerbeperkingen;
-
de aanmeldingsplicht voor staatshandelsondernemingen;
-
antidumpingmaatregelen*;
-
antisubsidiëringsmaatregelen*;
-
vrijwaringsmaatregelen*;
-
overleg- en geschillenbeslechtingsprocedures;
-
een aantal criteria met betrekking tot vrijhandelszones en douane-unies, en
-
verplichtingen voor de leden van deze zones en unies.
-
In regels die in 1965 zijn toegevoegd, staan speciale regels en privileges voor ontwikkelingslanden.
HetProtocol van Marrakesh
Het aan de GATT van 1994 gehechte Protocol van Marrakesh is het juridische instrument waardoor in de GATT van 1994 lijsten van concessies en verbintenissen worden opgenomen inzake de goederen waarover tijdens de Uruguayronde onderhandeld werd. Ook worden de authenticiteit en de voorwaarden voor uitvoering vastgesteld.
Industrieproducten
-
Wat industriële producten betreft, was het doel van de Uruguayronde het verminderen van de tariefbeperkingen met ten minste een derde binnen vijf jaar en het vergroten van het aantal geconsolideerde douanerechten (waarbij de regeringen zich ertoe verplichten de rechten niet te verhogen).
-
Dankzij deze verbintenissen zijn de door de ontwikkelde landen op industriële producten geheven douanerechten, die uit alle delen van de wereld ingevoerd worden, met gemiddeld 40 % verminderd, van 6,3 % naar 3,8 %.
-
Wat de EU betreft, geschiedt bijna 40 % van de invoer van industriële producten tegen nultarief. De door de EU toegepaste douanerechten op industriële producten behoren daarmee tot de laagste ter wereld.
Landbouwproducten
-
De Overeenkomst inzake landbouw moest de handel in landbouwproducten hervormen en een eerlijk, marktgericht systeem opzetten.
-
Zo valt de markttoegang voor landbouwproducten voortaan onder een regeling die uitsluitend gebaseerd is op douanerechten. De WTO-leden waren verplicht hun exportsubsidies en de omvang van de gesubsidieerde export van bepaalde producten te verminderen. Ook moesten binnenlandse steunmaatregelen voor landbouwers (prijsondersteuning) worden verminderd.
-
De overeenkomst had rekening gehouden met de mate van economische ontwikkeling van de WTO-leden. Ontwikkelingslanden hoefden hun subsidies niet zo veel te verminderen of hun tarieven zo ver te verlagen als ontwikkelde landen en kregen meer tijd om hun verplichtingen in te voeren. De minst ontwikkelde landen werden vrijgesteld van deze verminderingsverbintenissen.
Textiel en kleding
-
De Multivezelovereenkomst van 1973, die betrekking heeft op natuurlijke en synthetische vezels, alsmede hieraan verwante producten, plaatste de handel in textielproducten buiten de gemeenschappelijke regeling van de GATT. In deze overeenkomst werd namelijk een afwijkende regeling ingesteld voor textiel door de leden van de WTO toe te staan onderling bilaterale overeenkomsten te sluiten die wederzijdse textieluitvoer beperken. Dergelijke overeenkomsten zouden verboden zijn in het kader van algemene GATT-regels.
-
Het doel van de onderhandelingen van de Uruguayronde was een soepele integratie te bewerkstelligen van de textiel- en kledingsector in het kader van de GATT van 1994. De Overeenkomst inzake textiel en kleding voorzag dus in een geleidelijke ontbinding van de Multivezelovereenkomst voor 1 januari 2005. Dit betekende dat bilaterale beperkingen geleidelijk moesten worden weggenomen.
-
Voor landen waarvan de plaatselijke industrie moeilijkheden ondervindt bij de aanpassing kunnen vrijwaringsmaatregelen genomen worden. Deze maatregelen mogen maximaal drie jaar duren en zullen streng gecontroleerd worden door het orgaan voor toezicht op textielproducten.
Met de handel verband houdende investeringsmaatregelen
-
In de Overeenkomst inzake met de handel verband houdende investeringsmaatregelen (TRIM's) wordt erkend dat bepaalde investeringsmaatregelen een beperkend of verstorend effect op de handel kunnen hebben. WTO-leden komen overeen geen TRIM's toe te passen die niet in overeenstemming zijn met het beginsel van nationale behandeling dat door de GATT was vastgesteld of van de verwijdering van kwantitatieve beperkingen. De bijlage bij deze overeenkomst bevat voorbeelden van TRIM's die niet overeenkomen met deze regels, bijvoorbeeld de vereiste om een bepaalde hoeveelheid producten van nationale oorsprong te kopen.
-
Geïndustrialiseerde landen moesten alle TRIM's binnen twee jaar melden en wegnemen, ontwikkelingslanden binnen vijf jaar, en de minst ontwikkelde landen binnen zeven jaar. Een Comité inzake met de handel verband houdende investeringsmaatregelen is verantwoordelijk voor het toezicht op deze verbintenissen. De leden hebben ook besloten op een later tijdstip te bepalen of de overeenkomst aangevuld dient te worden met regels inzake investeringsbeleid en mededingingsbeleid.
REGELS IN VERBAND MET NON-TARIFAIRE MAATREGELEN
Technische handelsbelemmeringen
-
Het doel van de Overeenkomst inzake technische handelsbelemmeringen is te garanderen dat technische voorschriften en normen, alsmede evaluatie- en conformiteitsprocedures, geen onnodige belemmeringen vormen voor de internationale handel. Deze overeenkomst bevestigt het recht van landen om dergelijke maatregelen te nemen om een legitieme reden, bijvoorbeeld om de gezondheid en veiligheid van personen te beschermen of het milieu te beschermen. Technische voorschriften en normen mogen echter niet tot gevolg hebben dat er onderscheid gemaakt wordt tussen nationale producten en vergelijkbare geïmporteerde producten. De overeenkomst moedigt het gebruik van internationale normen aan, alsmede van harmonisatie en wederzijdse erkenning van technische voorschriften, evaluatie- en conformiteitsnormen en -procedures.
-
In de overeenkomst is ook de oprichting van nationale informatiepunten voorzien, zodat inlichtingen over technische voorschriften gemakkelijker beschikbaar zijn.
Sanitaire en fytosanitaire maatregelen
-
De Overeenkomst inzake de toepassing van sanitaire en fytosanitaire maatregelen geldt voor alle sanitaire en fytosanitaire maatregelen die, direct of indirect, van invloed kunnen zijn op de internationale handel. Sanitaire en fytosanitaire maatregelen beschermen mensen, dieren of planten tegen risico's van additieven, contaminanten, toxines of pathogene organismen in levensmiddelen, of om een land te beschermen tegen schade als gevolg van het binnenbrengen, gevestigd raken of de verspreiding van plagen.
-
In de overeenkomst wordt erkend dat leden het recht hebben sanitaire en fytosanitaire maatregelen te nemen op basis van wetenschappelijke criteria, maar dat deze maatregelen andere landen niet mogen discrimineren of niet voor protectionistische doeleinden gebruikt mogen worden. De leden worden aangemoedigd dergelijke maatregelen zoveel mogelijk vast te stellen op basis van internationale normen, richtlijnen of aanbevelingen.
-
Indien leden ervoor kiezen de internationale normen niet te volgen, dienen ze de noodzaak daartoe wetenschappelijk aan te tonen. De toepassing van dergelijke normen kan worden betwist en er wordt een procedure voor geschillenbeslechting ingesteld.
DOUANE- EN HANDELSADMINISTRATIE
Vaststellen van de douanewaarde
-
Wanneer douanerechten op basis van de waarde van de goederen worden geheven, is het van belang een duidelijke procedure vast te stellen om de douanewaarde van de ingevoerde goederen te bepalen. Als de vaststelling van de douanewaarde oneerlijk geschiedt, kan zij het effect hebben van een non-tarifaire protectiemaatregel en restrictiever zijn dan het douanerecht zelf.
-
In de Overeenkomst inzake de douanewaarde is vastgelegd dat de douanewaarde gebaseerd moet zijn op de reële prijs van de goederen. In bijzondere gevallen waarin de prijs niet kan worden gebruikt voor de bepaling van de douanewaarde, voorziet de overeenkomst in andere methoden voor de vaststelling van de douanewaarde, die in de vastgelegde volgorde van belangrijkheid dienen te worden toegepast.
Inspectie vóór verzending
-
Om fraude te voorkomen en gebreken in de administraties te compenseren gebruiken bepaalde ontwikkelingslanden de diensten van particuliere ondernemingen om de kwaliteit, de kwantiteit, de prijs en/of de douaneclassificatie van ingevoerde goederen te controleren voordat zij geëxporteerd worden vanuit het leverende land.
-
In de Overeenkomst inzake inspectie voor verzending zijn de verplichtingen vermeld waaraan deze landen moeten voldoen; deze hebben voornamelijk betrekking op non-discriminatie, transparantie, de bescherming van vertrouwelijke bedrijfsinformatie en prijscontrole.
Oorsprongsregels
-
Oorsprongsregels zijn noodzakelijke regels om het land van herkomst van een product vast te stellen, maar ze mogen geen onnodige belemmeringen vormen voor de internationale handel. In de Overeenkomst inzake de oorsprongsregels is vastgelegd hoe deze regels toegepast moeten worden. Hierbij gaat het om de regels die gebruikt worden in het kader van niet-preferentiële handelsbeleidsinstrumenten. Het belangrijkste doel van deze overeenkomst is de harmonisering van niet-preferentiële oorsprongsregels zodat alle WTO-leden ongeacht het doel dezelfde criteria toepassen.
-
In afwachting van deze harmonisering moeten de WTO-leden erop toezien dat de voorwaarden voor de vaststelling van oorsprong duidelijk omschreven worden en dat de oorsprongsregels de internationale handel niet beperken, vervalsen of verstoren.
Procedures op het gebied van invoervergunningen
-
Invoervergunningen zijn administratieve procedures waarbij een verzoek of andere documenten moeten worden ingediend bij de bevoegde administratieautoriteit voordat goederen in een land kunnen worden ingevoerd.
-
De belangrijkste doelstellingen van de Overeenkomst inzake de procedures op het gebied van invoervergunningen zijn deze procedures te vereenvoudigen en de transparantie en voorspelbaarheid ervan te garanderen, zodat ze overal op de juiste en op billijke wijze toegepast en uitgevoerd worden.
Handelsfacilitatie
De Overeenkomst inzake handelsfacilitatie heeft tot doel het vervoer, de vrijmaking en vrijgave van goederen te vereenvoudigen, met inbegrip voor de doorvoer van goederen, door doeltreffende samenwerking tussen douane- en andere relevante autoriteiten op het gebied van handelsfacilitatie.
MAATREGELEN TER BESCHERMING VAN DE HANDEL
Antidumpingmaatregelen
Subsidies en compenserende maatregelen
-
In de nieuwe Overeenkomst inzake subsidies en compenserende maatregelen wordt de term „subsidie” gedefinieerd en wordt bepaald dat de regels alleen gelden voor specifieke subsidies. In de overeenkomst zijn de criteria vermeld op basis waarvan kan worden vastgesteld of een subsidie specifiek is voor een onderneming of een productiesector of een groep ondernemingen of productiesectoren. Volgens de overeenkomst bestaan er drie categorieën subsidies:
-
verboden subsidies;
-
subsidies die in het kader van WTO-regels kunnen worden betwist;
-
toegestane subsidies.
-
Voor iedere subsidiecategorie voorziet de overeenkomst in verschillende corrigerende maatregelen.
-
De overeenkomst bevat ook regels met betrekking tot het gebruik van compenserende maatregelen, dat wil zeggen door het invoerende land geheven rechten om het effect van de subsidie te compenseren.
Vrijwaringsmaatregelen
-
De Overeenkomst inzake vrijwaringsmaatregelen stelt regels vast voor de toepassing van vrijwaringsmaatregelen zoals bedoeld in artikel XIX van de GATT van 1994.
-
In de overeenkomst worden maatregelen uit het „grijze gebied” verboden, zoals maatregelen voor vrijwillige beperking van de uitvoer of andere marktafspraken. De overeenkomst voorziet eveneens in de geleidelijke verdwijning van alle bestaande vrijwaringsmaatregelen. Daarnaast wordt nader bepaald welke procedures en regels gevolgd moeten worden bij het nemen van vrijwaringsmaatregelen.
PLURILATERALE OVEREENKOMSTEN
-
Bijlage 4 bij de Overeenkomst van Marrakesh omvat vier plurilaterale overeenkomsten (d.w.z. dat overeenkomsten alleen van toepassing zijn voor WTO-leden die deze nadrukkelijk hebben aanvaard):
-
De overeenkomst heeft betrekking op vijf activiteitensectoren: havens, luchthavens, water, elektriciteit en stedelijk vervoer. De overeenkomst is gebaseerd op het beginsel van wederkerigheid: landen hoeven hun overheidsopdrachten in de aangegeven sectoren alleen open te stellen voor landen die de overeenkomst hebben ondertekend voor dezelfde sectoren.
VANAF WANNEER ZIJN HET BESLUIT EN DEZE OVEREENKOMSTEN VAN TOEPASSING?
-
Het besluit is sinds 22 december 1994 van toepassing.
-
De overeenkomst is sinds 1 januari 1995 van toepassing.
ACHTERGROND
Kijk voor meer informatie op: „EU en WTO” (Europese Commissie).
* KERNBEGRIPPEN
Antidumpingmaatregelen: maatregelen, bijv. specifieke rechten die toegepast worden op invoer in de EU van „gedumpte producten”, bijv. producten die naar de EU worden uitgevoerd tegen een lagere prijs dan hun binnenlandse prijs.
Antisubsidiëringsmaatregelen: maatregelen, bijv. compenserende rechten (die de negatieve gevolgen van subsidies neutraliseren), die door de EU worden opgelegd op invoer die gesubsidieerd is en zo de EU-industrie schaadt die hetzelfde product vervaardigt.
Vrijwaringsmaatregelen: deze maatregelen worden ingevoerd wanneer uit onderzoek van de Europese Commissie blijkt dat invoer dusdanig is toegenomen dat het ernstige schade toebrengt (of dreigt toe te brengen) aan EU-producenten. Dit zijn tijdelijke maatregelen, zoals quota's die toegepast worden op invoer om de EU-industrie de tijd te geven de noodzakelijke veranderingen door te voeren.
BELANGRIJKSTE DOCUMENTEN
Besluit 94/800/EU van de Raad van 22 december 1994 betreffende de sluiting, namens de Europese Gemeenschap voor wat betreft de onder haar bevoegdheid vallende aangelegenheden, van de uit de multilaterale handelsbesprekingen in het kader van de Uruguayronde (1986-1994) voortvloeiende overeenkomsten (PB L 336 van 23.12.1994, blz. 1-2)
Multilaterale handelsbesprekingen in het kader van de Uruguayronde (1986-1994) — Overeenkomst tot oprichting van de Wereldhandelsorganisatie (WTO) (PB L 336 van 23.12.1994, blz. 3-10)
Laatste bijwerking 18.04.2017