EUROPESE COMMISSIE
Straatsburg, 8.3.2022
COM(2022) 108 final
MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE EUROPESE RAAD, DE RAAD, HET EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITE EN HET COMITE VAN DE REGIO'S
REPowerEU: een gemeenschappelijk Europees optreden voor betaalbaardere, veiligere en duurzamere energie
INLEIDING
Na de Russische invasie in Oekraïne zijn de argumenten voor een snelle overgang naar schone energie nooit sterker en duidelijker geweest. De EU importeert 90 % van het gas dat zij verbruikt, waarbij meer dan 40 % van het totale gasverbruik van de EU uit Rusland komt. Rusland levert ook 27 % van de ingevoerde olie en 46 % van de ingevoerde steenkool.
Aandeel in de invoer van aardgas in de EU, 2021
Bron: Europese Commissie
De EU moet op alles voorbereid zijn. Zij kan ruim voor het einde van het decennium onafhankelijk worden van Russisch gas. Hoe sneller en kordater wij onze leveringsbronnen diversifiëren, de uitrol van groene energietechnologieën versnellen en onze vraag naar energie verminderen, des te eerder wij Russisch gas kunnen vervangen. In deze mededeling worden nieuwe maatregelen voorgesteld om de productie van groene energie op te voeren, de leveringsbronnen te diversifiëren en de vraag terug te dringen, waarbij de nadruk vooral ligt op gas, dat een aanzienlijke invloed heeft op de elektriciteitsmarkt en waarvan de wereldmarkt minder liquide is. De nadruk kan ook worden gelegd op het geleidelijk afbouwen van de afhankelijkheid van Russische olie en steenkool, waarvoor de EU meer potentiële leveranciers heeft.
Een snellere groene transitie zal de emissies verminderen, de afhankelijkheid van ingevoerde fossiele brandstoffen verkleinen en bescherming bieden tegen prijsstijgingen. De stijging van de prijzen van fossiele brandstoffen zijn vooral een zware klap voor energiearme of kwetsbare huishoudens, die een groot deel van hun totale inkomsten besteden aan energie, waardoor de verschillen en de ongelijkheid in de EU worden geaccentueerd. Bedrijven, met name energie-intensieve industrieën, en de agrovoedingssector worden geconfronteerd met hogere productiekosten.
Om bedrijven en huishoudens betaalbare, zekere en schone energie te kunnen verstrekken, is kordate actie vereist, waarbij onmiddellijk moet worden begonnen met het beperken van de prijzen en het opslaan van gas voor de volgende winter.
I.aanpak van de noodsituatie
De zeer hoge energieprijzen schaden de economie. Vóór de invasie heeft de Europese Centrale Bank geschat dat door schokken in de energieprijzen de groei van het bbp in 2022 ongeveer 0,5 procentpunt lager zal zijn. De aanhoudend hoge energieprijzen zullen naar verwachting de armoede doen toenemen en het concurrentievermogen van het bedrijfsleven aantasten. Met name de energie-intensieve bedrijfstakken werden geconfronteerd met hogere productiekosten. Hoge energieprijzen betekenen ook hogere prijzen voor andere grondstoffen, met name voedingsmiddelen. Een combinatie van hogere energie-, transport- en voedselprijzen zou de druk op huishoudens met een laag inkomen nog doen toenemen, waardoor het risico op armoede stijgt.
De toolbox van de Commissie van oktober 2021 heeft de gevolgen van de hoge energieprijzen helpen verzachten. De maatregelen moeten zo lang als nodig worden volgehouden.
Om de huidige noodsituatie aan te pakken, zal de Commissie alle mogelijke opties voor noodmaatregelen onderzoeken om het besmettingseffect van de gasprijzen in de elektriciteitsprijzen te beperken, zoals tijdelijke prijslimieten. Zij zal met spoed alle betrokken actoren raadplegen en in de komende weken opties voorstellen.
De Commissie zal ook nagaan hoe de opzet van de elektriciteitsmarkt kan worden geoptimaliseerd om de vruchten van goedkope energie te plukken. Daarbij zal rekening worden gehouden met het eindverslag van het Agentschap van de Europese Unie voor de samenwerking tussen energieregulators (ACER) en andere bijdragen over de werking van de elektriciteitsmarkt en over de voor- en nadelen van alternatieve prijsstellingsmechanismen voor elektriciteit. Zij zal waar nodig ingrijpen om elektriciteit betaalbaar te houden zonder de bevoorrading en verdere investeringen in de groene transitie te verstoren.
1.1.Verlaging van de detailhandelsprijzen en ondersteuning van sterk blootgestelde ondernemingen
De Commissie bevestigt dat prijsregulering en verrekeningsmechanismen mogelijk zijn om de consumenten en onze economie te beschermen. Het rechtskader van de elektriciteitsmarkt, en met name artikel 5 van de elektriciteitsrichtlijn, biedt de lidstaten de mogelijkheid om in de huidige uitzonderlijke omstandigheden detailhandelsprijzen voor huishoudens en micro-ondernemingen vast te stellen.
In bijlage 1 bij deze mededeling verstrekt de Commissie gedetailleerde richtsnoeren om de lidstaten te helpen regelingen voor gereguleerde prijzen op te stellen. Dit kan gepaard gaan met stimulansen voor energie-efficiëntie en -besparingen teneinde de energierekening te verlagen.
De staatssteunregels van de EU bieden de lidstaten de mogelijkheid om op korte termijn hulp te bieden aan bedrijven en landbouwers die te lijden hebben onder hoge energieprijzen, en om hun blootstelling aan de volatiliteit van de energieprijzen op middellange tot lange termijn te verminderen. Zo kunnen de lidstaten op basis van de richtsnoeren voor redding en herstructurering tijdelijke hulp bieden aan ondernemingen die te kampen hebben met liquiditeitsbehoeften als gevolg van de huidige hoge energieprijzen, ongeacht hoe groot zij zijn. De Commissie zal die gevallen met voorrang behandelen en daarbij bijzondere aandacht besteden aan gasnutsbedrijven en tussenpersonen die geconfronteerd worden met hogere leveringskosten als gevolg van verstoringen van contracten.
De richtsnoeren voor staatssteun in het kader van het EU-systeem voor de handel in emissierechten stellen de lidstaten in staat om specifiek steun te verlenen aan sectoren die wegens indirecte emissiekosten het grootste risico lopen op koolstoflekkage. In de landbouwsector staan de staatssteunregels investeringssteun voor duurzame energie toe. In het kader van de lopende herziening van die regels worden in het voorstel van de Commissie, waarover een openbare raadpleging aan de gang is, de mogelijkheden voor steunverlening aan landbouwers uitgebreid.
De Commissie is bereid gebruik te maken van de volledige flexibiliteit van haar staatssteuninstrumentarium om de lidstaten in staat te stellen steun te verlenen aan ondernemingen en sectoren die door de huidige geopolitieke ontwikkelingen zwaar worden getroffen. Om de lidstaten in staat te stellen de ernstige verstoringen van de economie als gevolg van de militaire agressie van Rusland tegen Oekraïne te verhelpen, zal de Commissie binnenkort met de lidstaten overleg plegen over de behoefte aan en de reikwijdte van een nieuw, op zichzelf staand tijdelijk crisiskader. Dat kader zou bijvoorbeeld liquiditeitssteun mogelijk kunnen maken voor alle ondernemingen die direct of indirect door de crisis zijn getroffen en steun aan ondernemingen, met name energie-intensieve verbruikers, ter compensatie van een deel van de stijging van hun energiekosten als gevolg van de prijsschok sinds de Russische invasie. De Commissie heeft de lidstaten ook geraadpleegd over gerichte wijzigingen van de richtsnoeren inzake staatssteun in het kader van het emissiehandelssysteem, met name om de lijst van in aanmerking komende sectoren uit te breiden, en er tegelijkertijd voor te zorgen dat deze sectoren sterker worden gestimuleerd om de energie-efficiëntie te verbeteren en/of hun productie koolstofvrij te maken en concurrentieverstoringen tussen de lidstaten te beperken.
Voor de financiering van dergelijke noodmaatregelen kunnen de lidstaten tijdelijke belastingmaatregelen ten aanzien van uitzonderlijke winsten overwegen. Volgens het Internationaal Energieagentschap zou door dergelijke fiscale maatregelen ten aanzien van hoge meeropbrengsten in 2022 tot 200 miljard EUR beschikbaar kunnen komen om de hogere energierekeningen gedeeltelijk te compenseren. Dergelijke maatregelen mogen geen terugwerkende kracht hebben, maar moeten technologisch neutraal zijn en de elektriciteitsproducenten in staat stellen hun kosten te dekken en de markt- en koolstofprijssignalen op lange termijn te beschermen. Bijlage 2 bevat de voorwaarden waaraan die instrumenten moeten voldoen. De lidstaten kunnen ook de hoger dan verwachte ETS-inkomsten gebruiken. Van 1 januari 2021 tot en met 28 februari 2022 bedroegen de inkomsten uit de veiling van EU-ETS-emissierechten ongeveer 30 miljard EUR.
De Commissie heeft er in haar mededeling over begrotingsrichtsnoeren voor 2023 aan herinnerd dat de zogenoemde “algemene ontsnappingsclausule” van het stabiliteits- en groeipact (SGP) ook in 2022 van toepassing blijft, waardoor de lidstaten in de huidige uitzonderlijke omstandigheden uitzonderlijke maatregelen kunnen nemen.
1.2.Voorbereiding op de volgende winter door te zorgen voor voldoende gasvoorraden
De gasvoorraden volstaan tot het einde van deze winter, zelfs in geval van volledige stopzetting van de leveringen uit Rusland.
Om goed voorbereid te zijn op de volgende winter, moet nu worden begonnen met het aanvullen van de gasvoorraden in de hele EU. Tijdens het verwarmingsseizoen verminderen voorraden de noodzaak om extra hoeveelheden in te voeren. Voorraden dragen bij tot het opvangen van schokken in de leveringen. De gasvoorraden dekken 25-30 % van het verbruik in de winter. De gasvoorraden zijn bijzonder laag gebleken op locaties die eigendom zijn van entiteiten uit derde landen (d.w.z. Gazprom). Tegelijkertijd moeten transmissiesysteembeheerders ook maatregelen coördineren om de beschikbare capaciteit in het netwerk te actualiseren en te optimaliseren voor het geval van verminderde of geen aanvoer en van druk uit het oosten.
De Commissie zal tegen april een wetgevingsvoorstel indienen om jaarlijks een passend niveau van voorraden te garanderen. Dat voorstel zal vereisen dat de bestaande opslagtanks op het grondgebied van de EU op 1 oktober van elk jaar voor ten minste 90 % zijn gevuld. Om opslag voor marktdeelnemers aantrekkelijker te maken, zal de Commissie voorstellen het kortingspercentage tot 100 % te verhogen als stimulans voor het bijvullen van de opslagtanks.
Een EU-beleid voor gasopslag zal zorgen voor billijkheid en maakt slim gebruik van bestaande infrastructuur mogelijk, waardoor de behoefte aan nieuwe infrastructuur wordt beperkt, aangezien niet alle lidstaten op hun grondgebied over ondergrondse opslagfaciliteiten beschikken. Het wetgevingsvoorstel zal voorzien in een mechanisme om een eerlijke verdeling van de kosten voor de leveringszekerheid te waarborgen. De voordelen van een gegarandeerd hoog opslagniveau, in termen van de waarde van een verzekering tegen de risico’s inzake leveringszekerheid en van prijsmatigende effecten in de winter, zijn immers niet beperkt tot het land waar de opslag plaatsvindt. Interconnectoren zijn essentieel voor een ononderbroken energiestroom in de hele EU. Als nieuwe infrastructuur nodig is, moet die geschikt zijn voor waterstof.
In de huidige geopolitieke context voorziet de Commissie in dat wetgevingsvoorstel dat gasopslagtanks als kritieke infrastructuur worden aangemerkt en bepalingen worden ingevoerd om eigendomsrisico’s met betrekking tot de gasinfrastructuur aan te pakken. De lidstaten zullen van de regulerende instantie of een andere door de lidstaat aangewezen bevoegde instantie moeten verlangen dat zij certificeren dat de eigendom van een persoon of personen uit een derde land de leveringszekerheid niet in gevaar brengt. Een dergelijke beoordeling zal moeten worden verricht voor alle bestaande en toekomstige opslagexploitanten. Op korte termijn en tijdens het wetgevingsproces zouden de lidstaten moeten handelen alsof de wetgeving reeds van kracht was en maatregelen nemen om ervoor te zorgen dat de opslagtanks op tijd voor de volgende winter worden bijgevuld. Bovendien moeten zij, zoals bepaald in de bestaande verordening betreffende de veiligstelling van de gasleveringszekerheid, solidariteitsregelingen overeenkomen. Gezien de huidige context moet dit onverwijld gebeuren.
Om het navullen te stimuleren, kunnen de lidstaten de leveranciers steun verlenen op grond van artikel 107, lid 3, punt c), VWEU, bijvoorbeeld in de vorm van garanties (“tweerichtingscontract ter verrekening van verschillen”).
Van haar kant kan de Commissie navuloperaties coördineren, bijvoorbeeld door gezamenlijke aanbestedingen, het verzamelen van bestellingen en het op elkaar afstemmen van leveringen. Een gezamenlijk Europees platform voor het sluiten van contracten voor de levering van gas op basis van bilaterale onderhandelingen met grote gasproducenten zou bijdragen tot diversificatie en slim risicobeheer, waardoor de leveringszekerheid onder gunstige voorwaarden voor alle afnemers in de hele EU wordt gewaarborgd.
De Commissie zet ook haar onderzoek naar de gasmarkt voort dat is geopend naar aanleiding van bezorgdheid over mogelijke concurrentieverstoringen door ondernemingen die actief zijn op de Europese gasmarkten, met name door de Russische gasleverancier Gazprom. Het bedrijf vertoont een ongebruikelijk zakelijk gedrag, en de door Gazprom in de EU geëxploiteerde opslagtanks zijn gemiddeld voor ongeveer 16 % gevuld, terwijl dat voor anderen dan Gazprom 44 % is. De Commissie onderzoekt momenteel met voorrang alle aantijgingen van mogelijk concurrentieverstorend commercieel gedrag van Gazprom en verzamelt aanvullende informatie van marktdeelnemers.
De Commissie blijft samenwerken met buurlanden en partners in de Westelijke Balkan en in de Energiegemeenschap, die net als de EU afhankelijk zijn van fossiele brandstoffen en zijn blootgesteld aan prijsstijgingen, en zich ook hebben verbonden tot dezelfde klimaatdoelstellingen op lange termijn. Voor Oekraïne, Moldavië en Georgië is de EU bereid steun te verlenen om waar nodig te zorgen voor betrouwbare en duurzame energie. De voortdurende inspanningen om de Oekraïense en Moldavische elektriciteitsnetten dringend te synchroniseren met het continentale Europese net zijn een duidelijk teken van deze toezegging.
II.REPowerEU: een einde maken aan onze afhankelijkheid van Russische fossiele BRANDSTOFFEN
Onze afhankelijkheid van fossiele brandstoffen uit Rusland kan al ruim vóór 2030 worden afgebouwd. Daartoe stelt de Commissie een REPowerEU-plan voor dat de veerkracht van het EU-brede energiesysteem zal vergroten op basis van twee pijlers:
·diversifiëring van de gasvoorziening door meer invoer van LNG en de invoer van gas van niet-Russische leveranciers via pijpleidingen, en meer biomethaan en waterstof.
·een snellere vermindering van onze afhankelijkheid van fossiele brandstoffen op het niveau van woningen, gebouwen en de industrie en op het niveau van het elektriciteitssysteem, door het verbeteren van de energie-efficiëntie, het vergroten van het aandeel hernieuwbare energie en het aanpakken van knelpunten in de infrastructuur.
De volledige uitvoering van onze “Fit for 55”-voorstellen zou ons gasverbruik tegen 2030 met 30 % verlagen, wat overeenkomt met 100 miljard m³. In combinatie met aanvullende gasdiversificatie en meer hernieuwbare gassen hebben snellere energiebesparing en elektrificatie het potentieel om gezamenlijk ten minste het equivalent van de invoer van 155 miljard m³ Russisch gas op te leveren.
Het beginsel “energie-efficiëntie eerst” is relevanter dan ooit en moet worden toegepast in alle sectoren en beleidsmaatregelen, waarbij vraagresponsmaatregelen een aanvulling vormen op maatregelen aan de aanbodzijde.
Gezien de omstandigheden kunnen de medewetgevers ook overwegen om de “Fit for 55”-voorstellen te versterken met hogere of eerdere streefdoelen voor hernieuwbare energie en energie-efficiëntie.
TAK VAN REPOWER EU
|
FOCUS
|
FF55-AMBITIE TEGEN 2030
|
REPOWEREU-MAATREGEL
|
VERVANGEN TEGEN EIND 2022
(Equivalent in miljard m3)
raming
|
BOVENOP FF55 TEGEN 2030 (equivalent in miljard m3)
raming
|
GASDIVERSIFICATIE
|
AARDGAS NIET UIT RU
|
-
|
LNG-diversificatie
|
50 *
|
50
|
|
|
-
|
Diversificatie van de invoer via pijpleidingen
|
10
|
10
|
|
MEER HERNIEUWBAAR GAS
|
productie van 17 miljard m3 biomethaan, besparing van 17 miljard m3
|
Biomethaanproductie tegen 2030 opdrijven tot 35 miljard m3
|
3,5
|
18
|
|
|
5,6 miljoen ton hernieuwbare waterstof, besparing van 9‑18,5 miljard m3
|
Waterstofproductie en -invoer tegen 2030 opdrijven tot 20 mt
|
-
|
25-50
|
EUROPA ELEKTRIFICEREN
|
WONINGEN
|
Energie-efficiëntiemaatregelen, besparing van 38 miljard m3
|
Energiebesparing in de hele EU, bv. door de thermostaat voor de verwarming van gebouwen met 1 °C te verlagen, besparing van 10 miljard m3
|
14
|
10
|
|
|
Meegerekend bij de totale HEB-cijfers hieronder
|
Snellere installatie van zonnepanelen op daken — tot 15 TWh binnen een jaar
|
2,5
|
Versneld geïnstalleerd
|
|
|
30 miljoen nieuw geïnstalleerde warmtepompen in 2030; besparing van 35 miljard m3 in 2030
|
Versnelde uitrol van warmtepompen door verdubbeling van aantal installaties, resulterend in in totaal 10 miljoen eenheden in de komende 5 jaar
|
1,5
|
Versneld geïnstalleerd
|
|
ELEKTRICITEITS-SECTOR
|
480 GW windcapaciteit uitrollen en
420 GW zonnecapaciteit, besparing van 170 miljard m3 (en productie van 5,6 Mt groene waterstof)
|
Versnelde installatie van wind- en zonne-energie, toename van de gemiddelde uitrol met 20 %, besparing van 3 miljard m³ gas, en 80 GW extra capaciteit tegen 2030 om een hogere productie van hernieuwbare waterstof mogelijk te maken
|
20
|
Gasbesparingen door hogere ambitie bij groene waterstof, de rest is
versneld geïnstalleerd
|
DE INDUSTRIE TRANSFORMEREN
|
ENERGIE-INTENSIEVE INDUSTRIEËN
|
Versnelde elektrificatie en toepassing van hernieuwbare waterstof
|
Versnelde toepassing van Innovatiefonds en uitbreiding van toepassingsgebied ervan tot koolstofcontracten ter verrekening van verschillen
|
Gasbesparingen meegeteld in de streefcijfers voor hernieuwbare waterstof en hernieuwbare energie
|
* alle cijfers zijn ramingen
De Commissie is bereid een REPowerEU-plan voor te stellen op basis van een inventarisatie, in overleg met de lidstaten, van de meest geschikte projecten en hervormingen op nationaal, regionaal en EU-niveau. Daarbij zal worden voortgebouwd op nationale energie- en klimaatplannen en de actualiseringen daarvan, de bestaande plannen voor herstel en veerkracht, operationele programma’s in het kader van het cohesiebeleid en alle andere relevante plannen en behoeften op het gebied van klimaatveerkracht. Projecten ter voltooiing van de interne energiemarkt en die met een sterke grensoverschrijdende dimensie moeten voorrang krijgen, bijvoorbeeld de kritieke verbinding tussen Portugal, Spanje en Frankrijk en die tussen Bulgarije en Griekenland. Dergelijke projecten zullen de interconnectie van de Europese gas- en elektriciteitsnetwerken en andere infrastructuur verbeteren en onze elektriciteitsnetten, zoals die tussen de Baltische staten en het continentaal Europees netwerk, volledig synchroniseren. De plannen van de lidstaten moeten worden geschraagd door een regionale analyse. De Commissie zou steun verlenen zoals voor de herstel- en veerkrachtplannen en technische bijstand via het instrument voor technische ondersteuning. De financieringsbehoeften zullen worden beoordeeld op basis van een uitgebreide inventarisatie van de behoeften van de lidstaten en van de grensoverschrijdende investeringsbehoeften. Daartoe moeten alle middelen en instrumenten die op nationaal en EU-niveau beschikbaar zijn, worden ingezet, waarbij overheidsfinanciering aldus wordt opgezet dat particuliere investeringen worden aangetrokken.
2.1 Diversifiëring van de gasvoorziening
2.1.1. Invoer van LNG en via pijpleidingen
Een nooit eerder geziene LNG-levering aan de EU in januari 2022 heeft de continuïteit van de gasvoorziening voor deze winter gewaarborgd. De EU zou elk jaar 50 miljard m3 LNG meer kunnen invoeren (bv. uit Qatar, de VS, Egypte, West-Afrika). Diversificatie van bronnen voor leveringen via pijpleidingen (bv. Azerbeidzjan, Algerije, Noorwegen) zou nog eens 10 miljard m3 aan besparingen op de invoer van Russisch gas kunnen opleveren.
De Commissie zal bij voorrang nagaan of maatregelen en investeringen nodig zijn in gasinfrastructuur en interconnecties die klaar zijn voor waterstof, teneinde knelpunten voor de volledige benutting van de LNG-capaciteit van de EU weg te werken.
Door de leveringsbronnen te diversifiëren, bevordert de EU haar internationale partnerschappen. De Commissie zal de besprekingen binnen de G7 en met belangrijke mondiale afnemers van gas (Japan, Zuid-Korea, China, India) met betrekking tot de ontwikkeling van de markt op middellange termijn voortzetten.
2.1.2. Verhoging van de productie van biomethaan in de EU
Een verdubbeling van de “Fit for 55”-doelstelling voor biomethaan zou leiden tot een productie van 35 miljard m3 per jaar tegen 2030. Daarvoor moeten de strategische GLB-plannen van de lidstaten financiering verstrekken voor biomethaan dat is geproduceerd uit duurzame biomassabronnen, met inbegrip van met name landbouwafval en -residuen.
2.1.3. Waterstofversneller
Een extra 15 miljoen ton hernieuwbare waterstof bovenop de 5,6 miljoen ton die in het kader van Fit voor 55 is voorzien, kan tegen 2030 in de plaats komen van 25-50 miljard m3 ingevoerd Russisch gas per jaar. Dit zou bestaan uit 10 miljoen ton meer ingevoerde waterstof uit verschillende bronnen en 5 miljoen ton waterstof extra die in Europa wordt geproduceerd, wat verder gaat dan de doelstellingen van de waterstofstrategie van de EU en de productie van waterstof in de Unie maximaliseert. Ook andere vormen van waterstof uit niet-fossiele bronnen, met name op basis van kernenergie, spelen een rol bij de vervanging van aardgas.
De Commissie zal het regelgevingskader verder ontwikkelen om een Europese markt voor waterstof te bevorderen en de ontwikkeling van een geïntegreerde gas- en waterstofinfrastructuur, waterstofopslagfaciliteiten en haveninfrastructuur te ondersteunen. Nieuwe grensoverschrijdende infrastructuur moet geschikt zijn voor waterstof. De Commissie zal aanmeldingen van staatssteun voor waterstofprojecten prioritair behandelen. Zij verbindt zich ertoe de beoordeling van de eerste belangrijke projecten van gemeenschappelijk Europees belang inzake waterstof binnen 6 weken na de indiening van een volledige aanmelding door de deelnemende lidstaten af te ronden. Het gezamenlijke doel moet zijn dat de beoordeling tegen de zomer kan worden afgerond.
Verder zal de Commissie proefprojecten inzake de productie en het vervoer van hernieuwbare waterstof in de buurlanden van de EU ondersteunen, te beginnen met een mediterraan partnerschap voor groene waterstof. Zij zal ook samenwerken met partners om partnerschappen voor groene waterstof tot stand te brengen en met de industrie om een wereldwijde Europese waterstoffaciliteit op te zetten, waardoor de toegang van de lidstaten tot betaalbare hernieuwbare waterstof wordt verbeterd.
2.2 Onze afhankelijkheid van fossiele brandstoffen sneller verminderen
2.2.1. Uitrollen van zonne- en windenergie en warmtepompen
Fit voor 55 voorziet in een verdubbeling van de fotovoltaïsche en windcapaciteit van de EU tegen 2025 en een verdrievoudiging tegen 2030, met een besparing van 170 miljard m³ aan jaarlijks gasverbruik tegen 2030.
Door de uitrol van zonnepanelen op daken dit jaar met tot 15 TWh te versnellen, zou de EU nog eens 2,5 miljard m³ gas kunnen besparen. De Commissie zal in juni een mededeling over zonne-energie presenteren om het potentieel van zonne-energie als belangrijke hernieuwbare energiebron in de EU te helpen ontsluiten. Op basis van een analyse van de stand van zaken op het gebied van zonne-energie in de EU zal in de strategie voor zonne-energie een Europees initiatief voor zonnepanelen op daken worden voorgesteld, waarin belemmeringen in kaart worden gebracht, maatregelen worden voorgesteld om de uitrol te versnellen en ervoor te zorgen dat het publiek ten volle de vruchten kan plukken van zonne-energie op daken.
De Commissie zal de waardeketen voor zonne- en windenergie en voor warmtepompen verder helpen ontwikkelen, het concurrentievermogen van de EU vergroten en strategische afhankelijkheden aanpakken. Indien dat nodig is om voldoende particuliere investeringen aan te trekken, zullen de maatregelen onder meer bestaan uit het kanaliseren van EU-financiering voor technologieën van de volgende generatie, waarbij InvestEU of steun van de lidstaten worden ingezet. Bijzondere aandacht zou worden besteed aan de versnelling van investeringen in omscholing en bijscholing van de beroepsbevolking, die essentieel zijn om de transformatie te ondersteunen.
De Commissie, de lidstaten en de industrie moeten de aanvoer van kritieke en andere grondstoffen nauwlettend blijven volgen, strategische partnerschappen voor het veiligstellen van leveringen bevorderen en indien nodig andere maatregelen overwegen, zoals het aanleggen van strategische voorraden.
Door het geplande jaarlijkse tempo van de uitrol van warmtepompen in de eerste helft van deze periode te verdubbelen, zou de EU in de volgende vijf jaar 10 miljoen warmtepompen kunnen installeren. Dit zou een besparing van 12 miljard m3 opleveren voor elke 10 miljoen warmtepompen die door huishoudens worden geïnstalleerd. De versnelde marktintroductie van warmtepompen vereist een snelle opschaling van de hele toeleveringsketen en zal gepaard moeten gaan met maatregelen om de renovatie van gebouwen en de modernisering van stadsverwarmingssystemen te stimuleren.
Naast projecten voor woningen en gebouwen zouden ook energie op basis van wind, zonnepanelen en andere vormen van energieopwekking met lage emissies onze afhankelijkheid van gas verminderen.
2.2.2. De industrie koolstofvrij maken
Het REPowerEU-plan zou de uitrol van innovatieve op waterstof gebaseerde oplossingen en kostenconcurrerende hernieuwbare elektriciteit in industriële sectoren kunnen versnellen. De Commissie zou vaart zetten achter de uitvoering van het Innovatiefonds om de omschakeling naar elektrificatie en waterstof te ondersteunen, onder meer door middel van een EU-brede regeling voor koolstofcontracten ter verrekening van verschillen, en om de productiecapaciteit van de EU voor innovatieve koolstofvrije en koolstofarme apparatuur, zoals elektrolyse-installaties, zonne-/windenergie van de volgende generatie en andere technologieën, te vergroten.
2.2.3. Snellere vergunningverlening mogelijk maken
Een voorwaarde voor de versnelde uitvoering van projecten voor hernieuwbare energie is de vereenvoudiging en verkorting van de vergunningsprocedures. Lange administratieve procedures zijn een van de belangrijkste obstakels voor investeringen in hernieuwbare energie en de daarvoor vereiste infrastructuur. Deze moeten worden aangepakt door de thans geldende richtlijn hernieuwbare energie volledig en snel om te zetten, de desbetreffende hervormingen en maatregelen in de plannen voor herstel en veerkracht van de lidstaten uit te voeren en de bepalingen inzake het verlenen van vergunningen voor infrastructuur in het herziene TEN-E-kader uit te voeren.
De Commissie roept de lidstaten op ervoor te zorgen dat de planning, bouw en exploitatie van installaties voor de productie van energie uit hernieuwbare bronnen, de aansluiting ervan op het net en het bijbehorende net zelf worden geacht in het hoger openbaar belang en in het belang van de openbare veiligheid te zijn en in aanmerking komen voor de gunstigste van hun plannings- en vergunningsprocedures.
De lidstaten moeten gebieden te land en ter zee die beschikbaar zijn voor projecten voor hernieuwbare energie snel in kaart brengen, beoordelen en waarborgen, in overeenstemming met hun nationale energie- en klimaatplannen, de bijdragen aan het herziene streefcijfer inzake energie uit hernieuwbare bronnen voor 2030 en andere factoren, zoals de beschikbaarheid van hulpbronnen, netwerkinfrastructuur en de doelstellingen van de EU-biodiversiteitsstrategie. De Commissie zal in het komende voorstel voor wetgeving inzake natuurherstel voorstellen dat de lidstaten bij het opstellen van hun nationale plannen om de hersteldoelstellingen te halen, rekening moeten houden met beperkte en duidelijk afgebakende gebieden die bijzonder geschikt zijn (“go-to”-gebieden), en tegelijkertijd gebieden die voor het milieu waardevol zijn, zoveel mogelijk moeten vermijden. De lidstaten kunnen de herziening van hun plannen in het kader van de richtlijn maritieme ruimtelijke planning gebruiken om de uitrol van projecten voor hernieuwbare energie te bevorderen.
In mei zal de Commissie een aanbeveling over snelle vergunningverlening voor projecten voor hernieuwbare energie publiceren en zij zal zich inzetten voor het gebruik van alle flexibiliteit die de EU-wetgeving al biedt en voor het wegnemen van resterende belemmeringen, ongeacht hun oorsprong.
De Commissie zal ook richtsnoeren verstrekken over wanneer en hoe testomgevingen voor regelgeving nodig zijn voor het testen van innovatieve technologieën, producten of diensten die gericht zijn op het bevorderen van de co-existentie van de uitrol van hernieuwbare energie en milieubescherming. In de richtsnoeren zal het vaststellen van de grenzen van testomgevingen voor regelgeving centraal staan, zoals de vaststelling van het tijdschema, het grondgebied en het permanent regelgevend toezicht, teneinde eventuele risico’s tot een minimum te beperken.
De Commissie en de EIB-groep zullen in 2022 besluiten welke financieringsmechanismen het meest geschikt zijn om de ontwikkeling van stroomafnameovereenkomsten in Europa te bevorderen, hetgeen reeds mogelijk is in het kader van InvestEU. Dit zal onder meer inhouden dat nieuwe afnemers zoals kmo’s gemakkelijker toegang krijgen tot stroomafnameovereenkomsten.
Conclusie
De ontwikkelingen op de energiemarkten van de afgelopen maanden, en met name de dramatische verandering van onze veiligheidssituatie in de afgelopen weken, vereisen een drastische versnelling van de overgang naar schone energie en daarmee een grotere energieonafhankelijkheid van Europa.
Onmiddellijke maatregelen zijn nodig om de gevolgen van de hoge prijzen voor huishoudens, landbouwers, bedrijven en het bedrijfsleven te verzachten.
Het doorbreken van de afhankelijkheid van Russische fossiele brandstoffen zal de verandering van de energiemix in de lidstaten versnellen, wat tot uiting moet komen in de werking van de elektriciteitsmarkt.
Een Europees beleid inzake gasopslag zal de paraatheid voor het volgende winterseizoen en daarna verbeteren. Een gezamenlijk en gecoördineerd optreden is het beste antwoord op de uitdagingen waarmee we worden geconfronteerd.
De Commissie is bereid om in samenwerking met de lidstaten tegen de zomer een REPowerEU-plan te ontwikkelen, om de diversificatie van de energiebevoorrading te ondersteunen, de overgang naar hernieuwbare energie te versnellen en de energie-efficiëntie te verbeteren. Dit zou de uitfasering van de invoer van gas uit Rusland en de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen versnellen en de beste verzekering bieden tegen prijsschokken op middellange termijn door de groene transitie van de EU versneld te realiseren, met bijzondere aandacht voor grensoverschrijdende en regionale behoeften. De behoefte aan meer leveringszekerheid geeft een nieuwe impuls aan de doelstellingen van de Europese Green Deal.