Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document EESC-2022-02042-AC

    Advies - Europees Economisch en Sociaal Comité - Aanvullende overwegingen betreffende het economisch beleid van de eurozone 2022

    EESC-2022-02042-AC

    ADVIES

    Europees Economisch en Sociaal Comité

    Aanvullende overwegingen betreffende het economisch beleid van de eurozone 2022

    _____________

    Aanvullende overwegingen betreffende het economisch beleid van de eurozone 2022

    [initiatiefadvies]

    Aanbeveling voor een aanbeveling van de Raad over het economisch beleid van de eurozone

    [COM(2021) 742 final]

    ECO/590

    Rapporteur: Juraj SIPKO

    NL

    Besluit van de voltallige vergadering

    22/03/2022

    Rechtsgrond

    Artikel 52, lid 2, van het reglement van orde

    Initiatiefadvies

    Bevoegde afdeling

    Economische en Monetaire Unie, Economische en Sociale Samenhang

    Goedkeuring door de afdeling

    06/10/2022

    Goedkeuring door de voltallige vergadering

    27/10/2022

    Zitting nr.

    573

    Stemuitslag
    (voor/tegen/onthoudingen)

    170/1/2//

    1.Conclusies en aanbevelingen

    1.1Het EESC merkt op dat de huidige economische ontwikkeling van de eurozone en de Europese Unie wordt gekenmerkt door een bijzonder hoge mate van economische, geo-economische en politieke onzekerheid. Deze onzekerheid is het gevolg van twee systeemschokken waarmee we thans worden geconfronteerd, namelijk de aanhoudende COVID-19-epidemie en de Russische invasie van Oekraïne. Bovendien zijn er ook nieuwe risico’s die samenhangen met de versnippering op gebieden als internationale handel, betalingen, kapitaal- en financiële markten, waaronder productie, onderzoek en vervoer. De systeemrisico’s hebben geleid tot een enorme toename van de overheidsschuld en tot inflatiegroei. De aanpak van de klimaatverandering blijft echter de grootste uitdaging voor de eurozone en de EU-lidstaten.

    1.2Het EESC herhaalt dat de strijd tegen de aanhoudende COVID-19-epidemie nog lang niet gestreden is. Daarom moeten alle substantiële en systemische maatregelen worden genomen om COVID-19 aan te pakken en moeten tegelijkertijd voorbereidingen worden getroffen met het oog op eventuele nieuwe epidemieën en pandemieën. De afgelopen twee jaar is gebleken dat investeringen in de gezondheidssector het grootste rendement opleveren.

    1.3Het EESC pleit voor beëindiging van de Russische agressie en de oorlog in Oekraïne en voor herstel van de territoriale integriteit van Oekraïne. Dit kan de voorwaarden scheppen voor veerkrachtige, inclusieve en duurzame economische groei in de landen van de eurozone en in de lidstaten van de Europese Unie.

    1.4Het EESC volgt de zeer ongunstige inflatietendensen, die voornamelijk het gevolg zijn van stijgende grondstoffen-, voedsel- en energieprijzen en van verstoringen in de toeleveringsketen, op de voet. In deze situatie is het verhogen van de rente geen bijzonder doeltreffend instrument. Een te strak monetair beleid kan ook de recessierisico’s vergroten en de dringend noodzakelijke particuliere investeringen in de energietransitie vertragen. Daarom beveelt het EESC de ECB aan een adequate evenredigheidsbeoordeling uit te voeren, waarbij de neveneffecten van een strakker monetair beleid en de gevolgen daarvan voor de prijsstabiliteitsdoelstellingen op lange termijn zorgvuldig worden geanalyseerd. Het EESC moedigt de Europese Centrale Bank echter aan de kerninflatie te verlagen zonder het economisch herstel van de EU in gevaar te brengen. Gezien de bovengenoemde risico’s dient de ECB voorzichtig te werk te gaan bij het normaliseren van het monetaire beleid.

    1.5In het licht van de sterk stijgende energie- en voedselprijzen beveelt het EESC aan dat de nationale economische beleidsmakers een goed functionerend en doeltreffend sociaal vangnet creëren voor de meest kwetsbare bevolkingsgroepen, met inbegrip van de zwaarst getroffen segmenten van de middenklasse, waarbij ervoor wordt gezorgd dat niemand aan zijn lot wordt overgelaten.

    1.6Het EESC is bezorgd over de voortdurende toename van de overheidsschuld. Het beveelt daarom aan om stappen te zetten in de richting van begrotingsconsolidatie op middellange termijn. Met het oog op de aanvulling van de nationale begrotingen ziet het EESC ruimte voor een billijke belastingheffing en een doeltreffend gebruik van overheidsmiddelen.

    1.7Het EESC acht de activering van de algemene ontsnappingsclausule naar aanleiding van COVID-19 terecht. Hoewel deze clausule tot en met 2023 van kracht blijft, zal een verdere verlenging moeten worden overwogen indien de systeemrisico’s aanhouden. Het EESC verwacht dan ook dat de Europese Commissie onverwijld concrete stappen zet om het stabiliteits- en groeipact te hervormen.

    1.8Ondanks de vooruitgang die is geboekt bij de totstandbrenging van een financiële unie, moeten alle wezenlijke en systemische maatregelen ter voltooiing van de banken- en de kapitaalmarktenunie worden vastgesteld en uitgevoerd. In dit verband roept het EESC de verantwoordelijke organisaties en de bevoegde instellingen op de handen ineen te slaan om een financiële unie tot stand te brengen.

    1.9Het EESC wijst op de negatieve gevolgen van versnippering. Het wijst op de instabiliteit op de markten voor overheidsobligaties in de landen van de eurozone. Het EESC is dan ook ingenomen met de verklaring van de Europese Centrale Bank van 15 juni 2022 over de voorbereiding van maatregelen ter bestrijding van fragmentatie in de landen van de eurozone.

    1.10Het EESC steunt de transformatie van de economieën van de eurozone. Tegelijkertijd wijst het op het existentiële risico dat de klimaatverandering met zich meebrengt. In het licht hiervan, en ondanks de onvoorziene en complexe geo-economische ontwikkelingen, beveelt het EESC aan om over te schakelen op hernieuwbare energiebronnen en gebruik te maken van de beschikbare financiële middelen in het kader van het herstelplan, alsmede van andere financiële bronnen, waaronder financiering door de particuliere sector.

    1.11Momenteel hebben de landen van de eurozone, net als de rest van de Europese Unie, te maken met systeemschokken, -risico’s en -dreigingen. Gezien deze kritieke periode voor de mensheid roept het EESC alle landen en bevoegde internationale instellingen op om met elkaar samen te werken bij de aanpak van alle ongekende systeemschokken, -risico’s en -dreigingen waarmee de wereld momenteel wordt geconfronteerd. Uitstel van de goedkeuring en uitvoering van maatregelen kan verstrekkende gevolgen hebben, niet alleen in termen van materieel verlies, maar ook — en vooral — in termen van mensenlevens.

    2.Achtergrond en context

    2.1Er is momenteel sprake van twee echte systeemschokken — COVID-19 en de Russische invasie van Oekraïne — die, naast de daaruit voortvloeiende geo-economische fragmentatie, tot een hoge mate van onzekerheid hebben geleid. Bovendien hebben de stijgende grondstoffen- en voedselprijzen geleid tot aanzienlijke sociaal-economische risico’s in zowel de eurozone als de EU. In het licht van de existentiële bedreiging die de klimaatverandering is, bestaat een van de grootste uitdagingen voor de eurozone en de EU-lidstaten erin de transitie naar een groene economie te verwezenlijken.

    2.2De economische ontwikkelingen van vandaag gaan gepaard met ongekende reële externe schokken in de lidstaten van de eurozone. Vanuit het oogpunt van de onderliggende macro-economische indicatoren kunnen deze ontwikkelingen derhalve niet als stabiel worden beschouwd. Daarnaast worden sommige specifieke lidstaten van de eurozone geconfronteerd met aanhoudende structurele uitdagingen op hun weg naar de opbouw van duurzame, veerkrachtige en inclusieve economieën.

    2.3Vóór deze twee systeemschokken was de inflatie in bijna alle lidstaten van de eurozone relatief laag. Ook vóór de klimaatcrisis werden relatief lagere inflatiecijfers opgetekend, en in sommige lidstaten van de eurozone was er zelfs sprake van deflatie. De huidige inflatiedynamiek vereist dat uitgebreid gebruik wordt gemaakt van het instrumentarium van de ECB. Momenteel is inflatie een van de grootste bedreigingen voor duurzame, veerkrachtige en inclusieve economische groei in de eurozone. Het terugdringen en stabiliseren van de inflatie en het binnen de inflatiedoelstelling houden ervan (onder de 2%) kan niet worden bereikt zonder de nodige wijzigingen in het monetaire beleid van de Europese Centrale Bank. In dit verband heeft de Raad van Bestuur de nodige maatregelen genomen om het mandaat van de ECB inzake het nastreven van prijsstabiliteit en het waarborgen van de financiële stabiliteit te vervullen. Het is belangrijk dat de ECB in de nabije toekomst voorzichtig te werk gaat bij het normaliseren van het monetaire beleid.

    2.4De inflatie was sinds de oprichting van de Europese monetaire unie nooit eerder zo hoog. Dit is het gevolg van een hele reeks factoren die zelfs tijdens de verergerende mondiale COVID-19 crisis tot geleidelijk stijgende inflatiecijfers hebben geleid. Het economisch herstel in de eurozone heeft deze negatieve tendens nog versterkt als gevolg van het verminderde aanbod. De Russische invasie van Oekraïne heeft ook bijgedragen tot hogere prijzen. De legitieme vraag rijst in hoeverre het monetaire beleid van de Europese Centrale Bank, met gebruikmaking van alle haar ter beschikking staande instrumenten, de inflatiegroei kan afremmen en geleidelijk weer binnen de beoogde inflatiedoelstelling kan brengen en houden zonder de stabiliteit van de eenheidsmunt en het economisch herstel na de COVID-19-crisis in gevaar te brengen.

    2.5De huidige inflatietrends zijn noch tijdelijk noch een kortstondig fenomeen (zoals in het najaar van 2021 werd opgemerkt), maar wijzen op een hoge mate van onzekerheid. In de tweede helft van vorig jaar werden de prijsstijgingen voornamelijk aangejaagd door energieprijzen, verstoring van de toeleveringsketens, een ongewoon scherpe stijging van de grondstoffenprijzen en hogere vervoerskosten. Aangezien de redenen voor de huidige prijsdynamiek complex zijn, zal monetair beleid niet volstaan om de inflatie te beteugelen. Wat nodig is, is een diversificatie van de energie-invoer en dus een verminderde afhankelijkheid van leveringen uit Rusland. Diversificatie biedt de lidstaten van de eurozone ook een historische kans om dringende structurele hervormingen door te voeren (bijv. administratieve hervormingen, justitiële hervormingen, hervormingen ter versterking van de rechtsstaat) en de afhankelijkheid van de invoer van traditionele energie-inputs te verminderen. Daarnaast is marktinterventie nodig om de huidige volatiele prijsdynamiek op de energiemarkt te beheersen. In dit verband is het EESC ingenomen met het voorstel van de Commissie betreffende een noodmaatregel om de hoge energieprijzen aan te pakken.

    2.6Tegelijkertijd zijn er aanwijzingen dat veel ondernemingen erin zijn geslaagd hun winst per eenheid te verhogen ondanks de stijgende energieprijzen. Uit de analyse van de ECB blijkt dat winsten een belangrijke bijdrage hebben geleverd aan de totale binnenlandse inflatie doordat bedrijven hogere kosten hebben doorberekend en winstmarges hebben afgeschermd en uitgebreid. Ook marktinterventies in de energiesector kunnen de prijsdynamiek afremmen.

    2.7De huidige prijsstijgingen houden voornamelijk verband met het aanbod. Deze trend heeft een negatieve invloed op het concurrentievermogen van de eurozone, leidt tot hogere kosten en zorgt voor opwaartse druk op de lonen in een tijd van economische neergang. Mocht deze ongunstige trend aanhouden, dan zou dit kunnen leiden tot stagflatie (hoewel hiervan momenteel in de landen van het eurozone geen sprake is). Historisch gezien kwam stagflatie bijna 40 jaar geleden voor het laatst voor. Het valt niet uit te sluiten dat indien de externe systeemschokken aanhouden, dit tot ongewenste stagflatie kan leiden. Anderzijds wijst het EESC op mogelijke negatieve gevolgen voor de vraag als mensen met een laag of gemiddeld inkomen worden getroffen door reële loonverliezen.

    2.8Het jaar 2021 werd gekenmerkt door een relatief gunstige ontwikkeling van de economische groei in de lidstaten van de eurozone, aangezien er geen sterke vertraging van de investerings- en handelsstromen als gevolg van de grote economische onzekerheid werd verwacht. De wereldwijde COVID-19-crisis kan leiden tot een vergroting van de verschillen in economische groei binnen de eurozone indien geen structurele hervormingen worden goedgekeurd en doorgevoerd. Deze uitdieping van verschillen kan zeer nadelig zijn voor de convergentie en deze ongunstige ontwikkeling in de lidstaten van de eurozone verergeren.

    2.9Op korte termijn zijn de vooruitzichten op het gebied van potentiële investeringsgroei niet bemoedigend. Het effect van de post-COVID-19-herstelmaatregelen (faciliteit voor herstel en veerkracht) wordt nu enigszins afgezwakt door de investeringsonzekerheid als gevolg van de oorlog in Oekraïne. Daarom is het belangrijk dat individuele economieën in staat zijn om het hoofd te bieden aan de aanhoudende verstoring van de handels- en investeringsstromen en de aanhoudende onzekerheid in verband met de wereldeconomie, maar vooral aan de hoge mate van onzekerheid in de lidstaten van de eurozone.

    2.10De economische vertraging is ook het gevolg van de aanzienlijke stijgingen van de energieprijzen waarmee huishoudens worden geconfronteerd. Sommige lidstaten hebben maatregelen genomen om de stijgende prijzen aan te pakken, in de vorm van subsidies, wijzigingen van de btw-tarieven, met inbegrip van aanvullende sociale premies, en sociale energietarieven voor de huishoudens met de laagste inkomens. Daarom moet opnieuw worden nagedacht over een efficiënt energiegebruik door huishoudens en moeten de gewoonten op het gebied van energieverbruik veranderen. De stijgende energieprijzen hebben geleid tot een geleidelijke verdringing van andere producten uit het consumptiepakket, waarvoor de vraag nu is gedaald. Bovendien leiden de hogere energieprijzen voor huishoudens tot een verandering in het consumptiepatroon van huishoudens en tot een aanzienlijke daling van het verbruik van bepaalde consumptiegoederen. Energie is echter een basisgoed en kan slechts in beperkte mate worden verminderd, wat betekent dat vooral armere huishoudens onder deze prijsstijgingen zullen lijden.

    2.11COVID-19 heeft een zeer negatieve impact gehad op de overheidsfinanciën in de lidstaten van de eurozone. De algemene ontsnappingsclausule van het stabiliteits- en groeipact werd in maart 2020 geactiveerd om de COVID-19-crisis aan te pakken. Ook werd de tijdelijke kaderregeling inzake staatssteun opgezet, waardoor op grote schaal budgettaire stimuleringsmaatregelen kunnen worden genomen om het bedrijfsleven te ondersteunen, maar ook om de sociale stabiliteit te handhaven.

    2.12De budgettaire respons en de inkrimping van de productie hebben geleid tot een aanzienlijke stijging van de overheidsschuldquote, met name in sommige lidstaten met een hoge schuldenlast. Het is van het grootste belang de houdbaarheid van de overheidsschuld te blijven waarborgen door middel van een geleidelijke vermindering van de overheidsschuld. Aangezien de energieprijzen op middellange termijn op een hoog niveau zullen blijven, zal een herziening van de markt- en prijsvormingsmechanismen, in combinatie met verdere budgettaire steunmaatregelen, noodzakelijk zijn om huishoudens en bedrijven die in het bijzonder door de energieprijsstijgingen worden getroffen, te ondersteunen.

    2.13Hogere uitgaven voor veiligheid en andere kritieke prioriteiten kunnen leiden tot een tijdelijke achteruitgang van de economische positie van de eurozone in de wereldeconomie. Tegen deze achtergrond staan de lidstaten van de eurozone voor de grote uitdaging om te evolueren naar duurzame economische groei en het aandeel van de economie van de eurozone ten opzichte van andere mondiale concurrenten te handhaven, door gebruik te maken van alle beschikbare instrumenten in combinatie met doeltreffend individueel beleid, waaronder diplomatieke instrumenten.

    2.14Meer recentelijk is de wisselkoers van de euro ten opzichte van de Amerikaanse dollar gedaald als gevolg van ongunstige geopolitieke ontwikkelingen, een daling die in mei 2021 is ingezet. De depreciatie van de euro, de op een na grootste reservemunt, is vooral het gevolg van de verschillen in monetair beleid tussen de Europese Centrale Bank en het Federal Reserve System (FED).

    2.15Op basis van bovenstaande analyses heeft de Europese Commissie in juli 2022 haar economische vooruitzichten gepresenteerd, die voornamelijk worden bepaald door de ontwikkelingen in Oekraïne. Daarin gaat zij ervan uit dat de economische groei dit jaar 2,7 % zal bedragen in de EU-lidstaten en 2,6 % in de eurozone. Volgens de prognoses van de Commissie zal dit volgend jaar respectievelijk 1,5 % en 1,4 % zijn. De gemiddelde inflatie zal dit jaar naar verwachting uitkomen op 7,6 % in zowel de EU als de eurozone, terwijl de inflatie volgend jaar naar verwachting zal dalen tot respectievelijk 4,6 % en 4 %.

    3.Algemene opmerkingen

    3.1Het EESC benadrukt dat de economische ontwikkeling van de landen van de eurozone op korte maar ook op middellange termijn sterk wordt beïnvloed en/of kan worden beïnvloed door de gevolgen van de Russische inval in Oekraïne. Deze negatieve ontwikkeling is van systemische aard; er is geen parallel mee te trekken in de naoorlogse geschiedenis. Vergelijkingen met andere schokken die historisch gezien een negatieve invloed hebben gehad op de economische ontwikkelingen in het eurogebied zijn dan ook heel lastig. In ieder geval is er een zeer grote mate van onzekerheid, wat prognoses over toekomstige ontwikkelingen bemoeilijkt.

    3.2Het EESC wijst erop dat de ontwikkeling van de onderliggende macro-economische en micro-economische grote onzekerheid, die voornamelijk van geopolitieke en economische aard indicatoren in de landen van de eurozone niet bemoedigend is. De mate van onzekerheid is bijzonder hoog. Met name zijn er een aantal onbekende variabelen die van invloed kunnen zijn op de reeds zeer is.

    3.3Het EESC is van mening dat de ontwikkeling van de inflatie een groot risico vormt voor de sociaal-economische vooruitgang in de landen van de eurozone. Het huidige inflatierisico houdt vooral verband met het aanbod en verstoringen in de waardeketens. De ontwikkelingen in Oekraïne, met name op het gebied van de energie-input, met inbegrip van de grondstoffenprijzen, hebben — samen met de maatregelen om de verspreiding van COVID-19 in te dammen — geleid tot veranderingen aan de aanbodzijde.

    3.4De huidige inflatiedynamiek vereist een uitgebreid gebruik van het instrumentarium van de ECB om prijsstabiliteit te bereiken met behulp van een accommoderend monetair beleid. De ECB dient voorzichtig te werk te gaan bij het normaliseren van het monetaire beleid. Bovendien zal het monetaire beleid naar verwachting het economisch beleid in de lidstaten van de eurozone blijven ondersteunen.

    3.5Het EESC benadrukt dat het inflatierisico in de lidstaten niet is ingedamd en dat er slechts gedeeltelijke pogingen zijn ondernomen om dit risico weg te nemen. Gezien de aanhoudende ongunstige ontwikkeling van de inflatie en de gevolgen daarvan voor huishoudens, in combinatie met de ontwikkeling van het concurrentievermogen, roept het EESC alle bevoegde instellingen op alle dringende maatregelen vast te stellen en uit te voeren om de negatieve prijsschokken te compenseren. Tegelijkertijd moet onrust op de markt voor overheidsobligaties in de eurozone worden voorkomen 1 .

    3.6Het EESC is ingenomen met de publicatie van het REPowerEU-programma, waarvan het verwacht dat het zal bijdragen tot een geleidelijke vermindering van de afhankelijkheid van energie-inputs uit de Russische Federatie, en dat de mogelijkheid biedt om de grootste kostenrisico’s die een grote bedreiging vormen voor de prijsstabiliteit in de landen van de eurozone geleidelijk weg te nemen.

    3.7Het EESC verwacht dat REPowerEU nog twee andere belangrijke bijdragen zal leveren: (i) REPowerEU kan een grote toename van investeringen in specifieke sectoren en gebieden stimuleren, waarmee een idee wordt verwezenlijkt dat van vóór de Russische invasie van Oekraïne dateert. Het achterliggende idee is dat dit jaar een aanzienlijke investeringsgroei zal plaatsvinden, met name op specifieke gebieden van openbaar belang; (ii) REPowerEU zal vermoedelijk ook een substantiële bijdrage leveren aan de belangrijkste structurele veranderingen waarmee de huidige generatie wordt geconfronteerd, en daarmee tegemoetkomen aan de cruciale doelstellingen om de economieën van de eurozone concurrerender, duurzamer en veerkrachtiger te maken, in overeenstemming met de kerndoelen van de Green Deal.

    3.8Het EESC houdt nauwlettend in de gaten hoe investeringen fundamenteel worden herschikt in vergelijking met de oorspronkelijke investeringsplannen. De investeringsgroei kan lager uitvallen in sectoren die verband houden met de herstructurering van de energievoorziening en de uitvoering van de Green Deal-prioriteiten voor de EU-landen. Het is onduidelijk wat de vooruitzichten zullen zijn in sectoren en gebieden die er niet rechtstreeks verband mee houden. Tegen deze achtergrond is het belangrijk om oog te hebben voor de ontwikkeling van kleine en middelgrote ondernemingen in traditionele economische sectoren (die niet per se strategisch zijn of streven naar mondiale excellentie), en dat potentiële kansen in de afzonderlijke regio’s te baat worden genomen.

    3.9Het EESC is er sterk voorstander van om niet alleen voldoende aandacht te schenken aan de verwezenlijking van de huidige kritieke prioriteiten, maar ook aan het waarborgen van uniforme innovatieprestaties in alle regio’s, de eurozone en de EU als geheel. Onderschatting van deze doelstelling kan leiden tot een uitdieping van de verschillen tussen de regio’s in de eurozone en de EU-lidstaten.

    3.10Het EESC is ingenomen met de mogelijkheid van sterkere convergentie dankzij groei in de voorheen minder ontwikkelde eurozonelanden, die over een lange periode bekeken in een hoger tempo dan het gemiddelde van de eurozone zijn gegroeid. In dit verband zij erop gewezen dat COVID-19 en de huidige oorlog in Oekraïne kunnen leiden tot verslechterende en divergente ontwikkelingen in de lidstaten van de eurozone, hetgeen niet bevorderlijk is voor de verwezenlijking van de basisideeën die in het Verdrag van Maastricht zijn vervat.

    3.11Het EESC is ingenomen met en steunt het lopende debat over de opzet van het nieuwe institutionele kader voor overheidsfinanciën in de EU-lidstaten. In dit verband wijst het erop dat de actualisering van de begrotingsregels van het stabiliteits- en groeipact vooral samenhangt met de uitdaging om houdbare overheidsfinanciën te verzoenen met de duidelijke behoefte aan overheidsinvesteringen.

    3.12Het EESC ziet ruimte voor onderlinge coördinatie en koppelingen tussen verschillende soorten beleid die gericht zijn op het waarborgen van houdbare overheidsschulden. Daarnaast moeten, waar dat gerechtvaardigd is, begrotingsstrategieën worden ondersteund die stroken met een op herstel en veerkracht gerichte middellangetermijnaanpak van begrotingscorrectie. Het EESC verwacht dat er realistische en werkbare oplossingen worden bereikt, die resulteren in een platform voor overheidsfinanciën dat onverwijld moet worden geïmplementeerd.

    3.13Nu de overheidsbegrotingen als gevolg van de COVID-19-crisis onder druk staan, moeten verdere compenserende maatregelen om huishoudens en bedrijven te helpen de energiecrisis het hoofd te bieden, doelgericht en doeltreffend zijn. Het EESC heeft begrip en respect voor de huidige redenen om tegemoet te komen aan de veiligheids-, humanitaire en sociale behoeften en de gevolgen daarvan voor de nationale begrotingen in de eurozone. In dit verband is het EESC ingenomen met het besluit van de Commissie om de activering van de ontsnappingsclausule van het stabiliteits- en groeipact te verlengen en roept het de Commissie op om zo snel mogelijk met concrete hervormingsvoorstellen voor dat pact te komen.

    3.14Het EESC heeft er herhaaldelijk op gewezen dat er, net als in het verleden, en vandaag des te meer, extra inspanningen moeten worden geleverd om de positie van de eurozone op het internationale toneel te versterken. Momenteel staan de economieën van de eurozone voor nieuwe uitdagingen die verband houden met het algemene veiligheidsrisico en structurele veranderingen. Daarnaast kunnen economische en politieke ontwikkelingen van invloed zijn op de positie van de euro in het internationale monetaire en betalingssysteem. Het beëindigen van de Russische agressie en de oorlog in Oekraïne en het herstellen van de territoriale integriteit van Oekraïne kunnen leiden tot een heropleving van de wereldeconomie en tot een sterkere eurozone-economie in die wereldeconomie.

    4.Specifieke opmerkingen

    4.1Het EESC is ervan overtuigd dat het, om de relatieve sociaal-economische stabiliteit in de lidstaten van de eurozone te waarborgen tegen de huidige achtergrond van grote geopolitieke en economische onzekerheid, die verband houdt met de risico’s van stijgende inflatie en toenemende overheidsschuld, van belang zal zijn om de juiste prioriteiten te stellen bij het gebruik van de middelen uit de herstel- en veerkrachtfaciliteit. Dit instrument stelt de EU-lidstaten in staat om gezamenlijk obligaties op de kapitaalmarkten uit te geven, en is tot dusver zeer doeltreffend gebleken. Het EESC zou daarom graag zien dat dit instrument ook in de toekomst wordt toegepast. In dit verband ziet het EESC ruimte voor het gebruik van de herstel- en veerkrachtfaciliteit na 2026.

    4.2Het EESC benadrukt dat de aanhoudende invasie van Oekraïne door Rusland kan leiden tot een ongewenste recessie en zelfs tot stagnatie in bepaalde landen van de eurozone. Daarom is het nu meer dan ooit nodig deze ongunstige ontwikkelingen nauwlettend in het oog te houden en er preventief tegen op te treden.

    4.3Het EESC merkt op dat de trends op het gebied van werkloosheid en arbeidsmarkt wijzen op een relatieve stabiliteit. Tegelijkertijd wijst het Comité op de relatief grote verschillen tussen de nationale werkloosheidscijfers in vergelijking met de periode vóór 2008. In sommige lidstaten van de eurozone is er sprake van structurele werkloosheid, in combinatie met een tekort aan geschoolde arbeidskrachten. Dit relatieve tekort aan hooggekwalificeerde arbeidskrachten staat een versterking van het concurrentievermogen in bepaalde sectoren en gebieden in de weg. In dit verband merkt het EESC op dat er in de lidstaten van de eurozone en van de EU nog voldoende tot dusver onbenutte mogelijkheden voor bij- en omscholing zijn.

    4.4Het EESC is zeer bezorgd over de negatieve trends op het gebied van ongelijkheid en de toenemende armoede in de lidstaten van de eurozone en in de hele EU. Ongelijkheid in de breedste zin van het woord is voor een groot deel de erfenis van de wereldwijde financiële crisis. COVID-19 heeft deze negatieve trend nog geaccentueerd. De stijgende energie- en voedselprijzen treffen momenteel de meest kwetsbare bevolkingsgroepen, alsook huishoudens met lage en middeninkomens. Daarom roept het EESC alle bevoegde instellingen dringend op een doeltreffend sociaal vangnet te creëren dat niemand aan zijn lot overlaat.

    4.5Het EESC wijst nogmaals op de mogelijke en onvoorziene ontwikkeling van nieuwe mutaties, pandemieën en epidemieën. De opkomst en snelle verspreiding van COVID-19 bracht aan het licht dat de gezondheidssector zeer slecht voorbereid was op de pandemie. Een grotere paraatheid, maar vooral een verantwoordelijker beleid van alle bevoegde organen en instellingen op dit gebied, is dan ook absoluut noodzakelijk. Het EESC wijst erop dat, zoals de ontwikkelingen van de afgelopen twee jaar hebben aangetoond, investeringen in gezondheid en preventie het meeste rendement opleveren.

    4.6Het EESC benadrukt dat steun voor de verstrekking van extra liquide middelen na het uitbreken van de COVID-19-pandemie een juiste beslissing is geweest. Aangezien bepaalde maatregelen thans zijn opgeschort, is het nu echter noodzakelijk zich te concentreren op het garanderen van de solvabiliteit van bepaalde bedrijven. Er zal ook extra liquiditeit nodig zijn om de groei na de pandemie te ondersteunen. Het EESC acht het daarom van cruciaal belang om vooruitgang te blijven boeken met de totstandbrenging van de kapitaalmarkten- en de bankenunie.

    4.7Het EESC wijst op het proces van versnippering van de wereldeconomie. De Russische invasie van Oekraïne heeft geleid tot een versnippering in de internationale handel, het internationale betalingsverkeer, de internationale monetaire/financiële betrekkingen, het internationale vervoer, internationale wetenschap en internationaal onderzoek, de mondiale waardeketens enz. Dit proces heeft zeer negatieve gevolgen gehad voor de sociaal-economische ontwikkelingen in de landen van de eurozone.

    4.8Het EESC merkt op dat de huidige hoge mate van economische en geo-economische onzekerheid, die gepaard gaat met grote risico’s, de meest complexe situatie vormt in de hele geschiedenis van het Europese integratieproject. Gezien de onvoorspelbaarheid van toekomstige sociaal-economische ontwikkelingen is het van groot belang dat de bevoegde instellingen een breed scala aan maatregelen vaststellen en uitvoeren om externe schokken in de economieën van de lidstaten van de eurozone te verminderen en weg te nemen.

    Brussel, 27 oktober 2022.

    Christa Schweng

    Voorzitter van het Europees Economisch en Sociaal Comité

    _____________

    (1)    Het EESC is daarom ingenomen met de aankondiging van de ECB van 15 juni 2022 dat zij wil werken aan een instrument om fragmentatie in de eurozone tegen te gaan.
    Top