This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document E2022J0002
Judgment of the Court of 29 July 2022 in Case E-2/22 A v the Labour and Welfare Directorate (Arbeids- og velferdsdirektoratet) (Regulation (EC) No 883/2004 – Social security – Family benefits – Transitional benefits – Requirement of occupational activity) 2023/C 29/07
Arrest van het Hof van 29 juli 2022 in zaak E-2/22 A tegen het Directoraat Arbeid en Welzijn (Arbeids- og velferdsdirektoratet) (Verordening (EG) nr. 883/2004 – Sociale zekerheid – Gezinsbijslagen – Overgangsuitkeringen – Vereiste van beroepsactiviteit) 2023/C 29/07
Arrest van het Hof van 29 juli 2022 in zaak E-2/22 A tegen het Directoraat Arbeid en Welzijn (Arbeids- og velferdsdirektoratet) (Verordening (EG) nr. 883/2004 – Sociale zekerheid – Gezinsbijslagen – Overgangsuitkeringen – Vereiste van beroepsactiviteit) 2023/C 29/07
PB C 29 van 26.1.2023, p. 42–42
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, GA, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
|
26.1.2023 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 29/42 |
ARREST VAN HET HOF
van 29 juli 2022
in zaak E-2/22
A tegen het Directoraat Arbeid en Welzijn (Arbeids- og velferdsdirektoratet)
(Verordening (EG) nr. 883/2004 – Sociale zekerheid – Gezinsbijslagen – Overgangsuitkeringen – Vereiste van beroepsactiviteit)
(2023/C 29/07)
In zaak E-2/22, A tegen het Directoraat Arbeid en Welzijn (Arbeids- og velferdsdirektoratet) – VERZOEK aan het Hof krachtens artikel 34 van de Overeenkomst tussen de EVA-staten betreffende de oprichting van een toezichthoudende autoriteit en een Hof van Justitie door de Noorse nationale verzekeringsrechtbank (Trygderetten), inzake de uitlegging van Verordening (EG) nr. 883/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 betreffende de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels (1), heeft het Hof, samengesteld uit Páll Hreinsson, president (rechter-rapporteur), Per Christiansen en Bernd Hammermann, rechters, op 29 juli 2022 een arrest gewezen, waarvan het dictum als volgt luidt:
|
1. |
Een uitkering zoals de betrokken overgangsuitkering in het hoofdgeding is een gezinsbijslag in de zin van artikel 3, lid 1, punt j), van Verordening (EG) nr. 883/2004 betreffende de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels, en niet een niet op premie- of bijdragebetaling berustende prestatie in de zin van artikel 3, lid 3, van die verordening, gelezen in samenhang met artikel 70. |
|
2. |
Voor het antwoord op de eerste vraag is het, wat een uitkering zoals de overgangsuitkering betreft, niet relevant of een beroepsactiviteit vereist is om het recht op de uitkering te behouden wanneer het jongste kind een jaar oud wordt. |