EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62022TN0048

Zaak T-48/22: Beroep ingesteld op 27 januari 2022 — Tsjechische Republiek / Commissie

OJ C 128, 21.3.2022, p. 27–29 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
OJ C 128, 21.3.2022, p. 12–13 (GA)

21.3.2022   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 128/27


Beroep ingesteld op 27 januari 2022 — Tsjechische Republiek / Commissie

(Zaak T-48/22)

(2022/C 128/40)

Procestaal: Tsjechisch

Partijen

Verzoekende partij: Tsjechische Republiek (vertegenwoordigers: M. Smolek, J. Vláčil, J. Očková en O. Serdula, gemachtigden)

Verwerende partij: Europese Commissie

Conclusies

het bestreden besluit nietig verklaren voor zover daarbij uitgaven van de Tsjechische Republiek voor een totaalbedrag van 43 470 836,30 EUR aan financiering worden onttrokken, en

de Europese Commissie verwijzen in de kosten van de procedure.

Middelen en voornaamste argumenten

Met het onderhavige beroep vordert verzoekster nietigverklaring van uitvoeringsbesluit (EU) 2021/2020 van de Commissie van 17 november 2021 tot onttrekking aan financiering door de Europese Unie van bepaalde uitgaven die de lidstaten hebben verricht in het kader van het Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF) en het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling (Elfpo) [kennisgeving geschied onder nummer C(2021) 8168 final], voor zover daarbij uitgaven van de Tsjechische Republiek voor een totaalbedrag van 43 470 836,30 EUR aan financiering worden onttrokken.

Ter ondersteuning van haar beroep voert verzoekster zes middelen aan.

In de eerste plaats moet de financiële correctie die is gedaan in verband met de vaststelling betreffende de toepassing van de zogenoemde status van actieve landbouwer nietig worden verklaard. De Commissie heeft artikel 52, lid 1, van verordening nr. 1306/2013 (1) geschonden door de correctie op te leggen ondanks het feit dat de Tsjechische Republiek het Unierecht niet had geschonden bij haar controles van de status van actieve landbouwer. Het Unierecht verzet zich er niet tegen dat het criterium van het aandeel van de inkomsten uit landbouwactiviteiten wordt toegepast op twee voorwaarden van artikel 9, lid 2, derde alinea, van verordening nr. 1307/2013. Bovendien vereist het Unierecht niet dat bij de controle van de status van actieve landbouwer rekening wordt gehouden met “verbonden ondernemingen”. In elk geval heeft de Commissie artikel 52, lid 2, van verordening nr. 1306/2013 en het evenredigheidsbeginsel geschonden door een financiële correctie op te leggen voor een bedrag dat geen rekening houdt met de ernst van de gestelde niet-naleving.

In de tweede plaats moet de financiële correctie die is gedaan in verband met de vaststelling inzake het zogenoemde blijvend grasland nietig worden verklaard. De Commissie heeft artikel 52, lid 1, van verordening nr. 1306/2013, het beginsel van behoorlijk bestuur, het vertrouwensbeginsel en de motiveringplicht in de zin van artikel 296 VWEU geschonden door de correctie op te leggen, hoewel zij eerder had erkend dat de regeling voor de vaststelling van blijvend grasland in de Tsjechische Republiek in overeenstemming was met het Unierecht. Bovendien heeft de Commissie dit optreden niet gerechtvaardigd.

In de derde plaats moet de financiële correctie die is gedaan in verband met de vaststelling betreffende het minimumniveau van de controles nietig worden verklaard. De Commissie heeft artikel 52, lid 1, van verordening nr. 1306/2013 geschonden door de correctie op te leggen, hoewel de Tsjechische Republiek het door het Unierecht vereiste minimumniveau van de controles in acht heeft genomen. Bovendien heeft de Commissie verzuimd een van de vermeende tekortkomingen in de oorspronkelijke mededeling in het kader van de audit vast te stellen in strijd met artikel 34, lid 2, van verordening nr. 908/2014 (2). In elk geval heeft de Commissie artikel 52, lid 2, van verordening nr. 1306/2013 en het evenredigheidsbeginsel geschonden door een financiële correctie op te leggen voor een bedrag dat geen rekening houdt met de ernst van de gestelde niet-naleving.

In de vierde plaats moet de financiële correctie die is gedaan in verband met de vaststelling betreffende de terugvordering van onverschuldigde betalingen nietig worden verklaard. De Commissie heeft artikel 52, lid 1, van verordening nr. 1306/2013 geschonden door de correctie op te leggen, hoewel de relevante bepalingen van het Unierecht geen systematische verificatie van de niet-subsidiabiliteit van het gebied in de voorbije jaren vereisen. In elk geval heeft de Commissie artikel 52, lid 2, van verordening nr. 1306/2013 en het evenredigheidsbeginsel geschonden door een financiële correctie op te leggen voor een bedrag dat geen rekening houdt met de ernst van de gestelde niet-naleving.

In de vijfde plaats moet de financiële correctie die is gedaan in verband met de vaststelling betreffende de te late indiening van de aanvraag nietig worden verklaard. De Commissie heeft artikel 52, lid 1, van verordening nr. 1306/2013 geschonden door een correctie op te leggen, hoewel de mogelijkheid om de ondertekening van de aanvraag binnen vijf dagen te voltooien geen te late indiening van de aanvraag in de zin van artikel 13 van verordening nr. 640/2014 (3) vormt.

In de zesde plaats moet de financiële correctie die is gedaan in verband met alle controlebevindingen betreffende de begrotingslijn inzake de financiële discipline nietig worden verklaard. De Commissie heeft artikel 52, lid 2, van verordening nr. 1306/2013 en het evenredigheidsbeginsel geschonden door deze correctie onjuist te berekenen, mede in het licht van de gevolgen van de andere middelen.


(1)  Verordening (EU) nr. 1306/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 inzake de financiering, het beheer en de monitoring van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot intrekking van verordeningen (EEG) nr. 352/78, (EG) nr. 165/94, (EG) nr. 2799/98, (EG) nr. 814/2000, (EG) nr. 1290/2005 en (EG) nr. 485/2008 van de Raad (PB. 2013, L 347, blz. 549).

(2)  Uitvoeringsverordening (EU) nr. 908/2014 van de Commissie van 6 augustus 2014 houdende uitvoeringsbepalingen van verordening (EU) nr. 1306/2013 van het Europees Parlement en de Raad, wat betreft betaalorganen en andere instanties, financieel beheer, goedkeuring van de rekeningen, voorschriften inzake controles, zekerheden en transparantie (PB. 2014, L 255, blz. 59).

(3)  Gedelegeerde verordening (EU) nr. 640/2014 van de Commissie van 11 maart 2014 tot aanvulling van verordening (EU) nr. 1306/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft het geïntegreerd beheers- en controlesysteem en de voorwaarden voor weigering of intrekking van betalingen en voor administratieve sancties in het kader van rechtstreekse betalingen, plattelandsontwikkelingsbijstand en de randvoorwaarden (PB 2014, L 181, blz. 48).


Top