This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62018CN0054
Case C-54/18: Request for a preliminary ruling from the Tribunale Amministrativo Regionale per il Piemonte (Italy) lodged on 29 January 2018 — Cooperativa Animazione Valdocco S.C.S. Impresa Sociale Onlus v Consorzio Intercomunale Servizi Sociali di Pinerolo, Azienda Sanitaria Locale To3 di Collegno e Pinerolo
Zaak C-54/18: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Tribunale amministrativo regionale per il Piemonte (Italië) op 29 januari 2018 — Cooperativa Animazione Valdocco S.C.S. Impresa Sociale Onlus/Consorzio Intercomunale Servizi Sociali di Pinerolo, Azienda Sanitaria Locale To3 di Collegno e Pinerolo
Zaak C-54/18: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Tribunale amministrativo regionale per il Piemonte (Italië) op 29 januari 2018 — Cooperativa Animazione Valdocco S.C.S. Impresa Sociale Onlus/Consorzio Intercomunale Servizi Sociali di Pinerolo, Azienda Sanitaria Locale To3 di Collegno e Pinerolo
PB C 142 van 23.4.2018, p. 31–31
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
23.4.2018 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 142/31 |
Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Tribunale amministrativo regionale per il Piemonte (Italië) op 29 januari 2018 — Cooperativa Animazione Valdocco S.C.S. Impresa Sociale Onlus/Consorzio Intercomunale Servizi Sociali di Pinerolo, Azienda Sanitaria Locale To3 di Collegno e Pinerolo
(Zaak C-54/18)
(2018/C 142/41)
Procestaal: Italiaans
Verwijzende rechter
Tribunale amministrativo regionale per il Piemonte
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partij: Cooperativa Animazione Valdocco S.C.S. Impresa Sociale Onlus
Verwerende partijen: Consorzio Intercomunale Servizi Sociali di Pinerolo, Azienda Sanitaria Locale To3 di Collegno e Pinerolo
Prejudiciële vragen
1) |
Staat de Europese regeling inzake het recht van verdediging, het recht op een eerlijk proces en het recht op effectieve rechtsbescherming van inzonderheid de artikelen 6 en 13 EVRM, artikel 47 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, en artikel 1, [leden] 1 en 2, van richtlijn 89/665/EEG (1) in de weg aan een nationale regeling als die van artikel 120, lid 2 bis, van de codice del processo amministrativo, volgens welke een aan een aanbesteding deelnemende ondernemer tegen de toelating of niet-uitsluiting van een andere ondernemer dient op te komen binnen een termijn van 30 dagen na de kennisgeving van het besluit tot toelating/uitsluiting van de deelnemers? |
2) |
Staat de Europese regeling inzake het recht van verdediging, het recht op een eerlijk proces en het recht op effectieve rechtsbescherming van inzonderheid de artikelen 6 en 13 EVRM, artikel 47 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, en artikel 1, [leden] 1 en 2, van richtlijn 89/665/EEG in de weg aan een nationale regeling als die van artikel 120, lid 2 bis, van de codice del processo amministrativo, volgens welke de ondernemer na afloop van de procedure niet, ook niet bij wege van incidentele vordering, de onrechtmatigheid kan inroepen van besluiten waarbij andere ondernemers — en met name de ondernemer waaraan de opdracht is gegund of de verzoeker in het principale beroep — zijn toegelaten indien hij niet binnen de bovenvermelde termijn tegen het toelatingsbesluit is opgekomen? |
(1) Richtlijn 89/665/EEG van de Raad van 21 december 1989 houdende de coördinatie van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen betreffende de toepassing van de beroepsprocedures inzake het plaatsen van overheidsopdrachten voor leveringen en voor de uitvoering van werken (PB 1989, L 395, blz. 33).