EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62015TN0478

Zaak T-478/15: Beroep ingesteld op 21 augustus 2015 — Roemenië/Commissie

OJ C 346, 19.10.2015, p. 33–35 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

19.10.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 346/33


Beroep ingesteld op 21 augustus 2015 — Roemenië/Commissie

(Zaak T-478/15)

(2015/C 346/39)

Procestaal: Roemeens

Partijen

Verzoekende partij: Roemenië (vertegenwoordigers: R. Radu, A. Buzoianu, E. Gane, gemachtigden)

Verwerende partij: Europese Commissie

Conclusies

nietigverklaring van het besluit van de Commissie, aangenomen bij brief nr. BUDG/B/3/MV D(2015) 2453089 van 11 juni 2015, waarbij zij Roemenië aanmaant om het bedrag van 1 079 513,09 EUR bruto ter beschikking te stellen als eigen middelen;

verwijzing van verweerster in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Ter ondersteuning van zijn beroep voert verzoeker 4 middelen aan.

1.

Eerste middel: de Commissie is niet bevoegd om het bestreden besluit aan te nemen

Het Unierecht bevat geen enkele bepaling die aan de Commissie de bevoegdheid geeft om een lidstaat ertoe te verplichten een bedrag te betalen dat overeenstemt met het verlies aan eigen middelen van de Europese Unie, vastgesteld ten gevolge van de kwijtschelding van douaneschuld die is beslist door een andere lidstaat, die verantwoordelijk was voor de berekening, de inning en de boeking op de EU-begroting van de douanerechten als traditionele eigen middelen.

2.

Tweede middel: ontoereikende en niet-afdoende motivering van het bestreden besluit

Het bestreden besluit van de Commissie is niet toereikend en afdoend gemotiveerd, zoals vereist door artikel 296 VWEU, voor zover het bestreden besluit enerzijds de rechtsgrondslag op basis waarvan het is aangenomen niet vermeldt, en die grondslag niet kan worden afgeleid uit de andere elementen van de brief en, anderzijds, de Commissie de juridische redenering, die ertoe heeft geleid dat aan Roemenië een betalingsbevel wordt opgelegd, in het besluit niet heeft vermeld.

3.

Derde middel: misbruik van bevoegdheid door de Commissie

Voor het geval dat het Gerecht zou beslissen dat de instelling van de Europese Unie binnen de grenzen van de door de Verdragen toegekende bevoegdheden heeft gehandeld, voert Roemenië aan dat deze instelling misbruik heeft gemaakt van haar eigen bevoegdheid, in strijd met het beginsel van goed bestuur en het recht van verdediging van Roemenië.

De Commissie is de op haar rustende zorgvuldigheidsplicht en plicht tot behoorlijk bestuur niet nagekomen voor zover zij niet alle relevante gegevens waarover ze beschikte zorgvuldig heeft onderzocht of geen andere noodzakelijke gegevens heeft opgevraagd alvorens het bestreden besluit aan te nemen. De Commissie heeft geen direct oorzakelijk verband aangetoond tussen de feiten die aan Roemenië worden verweten en het verlies aan eigen middelen van de Europese Unie. De Commissie heeft evenmin de van Roemenië gevorderde som gerechtvaardigd met een verwijzing naar het bedrag aan douanerechten dat overeenkomt met de waarde van de transitoperatie in kwestie, maar heeft zich gebaseerd op de waarde die de Bondsrepubliek Duitsland heeft meegedeeld.

De handelwijze van de Commissie was niet te voorzien en stelde Roemenië niet in staat om zijn recht van verdediging uit te oefenen.

4.

Vierde middel: miskenning van de vereisten van rechtszekerheid en wettig vertrouwen

De rechtsregels op basis waarvan de Commissie de betalingsplicht heeft opgelegd, werden door haar niet vermeld en gepreciseerd, en de toepassing ervan kon door Roemenië niet worden voorzien. Voordat het de brief van de Commissie ontving, kon Roemenië noch weten noch voorzien dat het verplicht was het gevorderde bedrag ter beschikking te stellen van de begroting van de Unie. Verder is Roemenië van mening dat, door het aannemen van het bestreden besluit en het opleggen van een betalingsplicht ten laste van Roemenië, 5 jaar na de feiten en ondanks de conclusies die de Commissie heeft geformuleerd tijdens de dialoog die tijdens deze periode is gevoerd met de Roemeense autoriteiten, de instelling van de Europese Unie het gewettigd vertrouwen heeft geschonden van Roemenië dat erop mocht vertrouwen dat het niet gebonden was tot betaling van de douanerechten betreffende de transitoperatie in kwestie.


Top