This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 52023IP0284
P9_TA(2023)0284 – 2022 Report on Bosnia and Herzegovina – European Parliament resolution of 12 July 2023 on the 2022 Commission Report on Bosnia and Herzegovina (2022/2200(INI))
P9_TA(2023)0284 — Commissieverslag 2022 over Bosnië en Herzegovina — Resolutie van het Europees Parlement van 12 juli 2023 over het Commissieverslag 2022 over Bosnië en Herzegovina (2022/2200(INI))
P9_TA(2023)0284 — Commissieverslag 2022 over Bosnië en Herzegovina — Resolutie van het Europees Parlement van 12 juli 2023 over het Commissieverslag 2022 over Bosnië en Herzegovina (2022/2200(INI))
PB C, C/2024/4004, 17.7.2024, ELI: http://data.europa.eu/eli/C/2024/4004/oj (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, GA, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
![]() |
Publicatieblad |
NL C-serie |
C/2024/4004 |
17.7.2024 |
P9_TA(2023)0284
Commissieverslag 2022 over Bosnië en Herzegovina
Resolutie van het Europees Parlement van 12 juli 2023 over het Commissieverslag 2022 over Bosnië en Herzegovina (2022/2200(INI))
(C/2024/4004)
Het Europees Parlement,
— |
gezien de stabilisatie- en associatieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en Bosnië en Herzegovina, anderzijds (1), |
— |
gezien Verordening (EU) 2021/1529 van het Europees Parlement en de Raad van 15 september 2021 tot vaststelling van het instrument voor pretoetredingssteun (IPA III) (2), |
— |
gezien de resultaten van de eerste en de tweede bijeenkomst van het Parlementair Stabilisatie- en Associatiecomité EU-Bosnië en Herzegovina, die respectievelijk op 5 en 6 november 2015 en 17 juni 2021 werden gehouden, |
— |
gezien het feit dat Bosnië en Herzegovina op 15 februari 2016 het EU-lidmaatschap heeft aangevraagd, |
— |
gezien de verklaringen van de topontmoetingen tussen de EU en de Westelijke Balkan op 17 mei 2018 in Sofia, op 6 mei 2020 in Zagreb, op 6 oktober 2021 in Brdo pri Kranju en op 6 december 2022 in Tirana, |
— |
gezien de top van Sofia van 10 november 2020, met inbegrip van de verklaring over de gemeenschappelijke regionale markt en de verklaring over de groene agenda voor de Westelijke Balkan, |
— |
gezien de resultaten van de negende top in het kader van het proces van Berlijn op 3 november 2022, |
— |
gezien Besluit (EU) 2021/1923 van de Raad van 4 november 2021 betreffende een steunmaatregel in het kader van de Europese Vredesfaciliteit ter ondersteuning van de capaciteitsopbouw voor de strijdkrachten van Bosnië en Herzegovina (3), |
— |
gezien Besluit (EU) 2022/2353 van de Raad van 1 december 2022 betreffende een steunmaatregel uit hoofde van de Europese Vredesfaciliteit ter versterking van de capaciteiten van de strijdkrachten van Bosnië en Herzegovina (4), |
— |
gezien de conclusies van de Europese Raad van 24 en 25 maart 2022, |
— |
gezien de conclusies van de Europese Raad van 23 en 24 juni 2022 over Oekraïne, de Westelijke Balkan, de lidmaatschapsverzoeken van Oekraïne, de Republiek Moldavië en Georgië, en externe betrekkingen, |
— |
gezien de conclusies van de Europese Raad van 15 december 2022 waarbij Bosnië en Herzegovina de status van kandidaat-lidstaat van de EU wordt verleend, |
— |
gezien de mededeling van de Commissie van 29 mei 2019 getiteld “Advies van de Commissie betreffende het verzoek van Bosnië en Herzegovina om toetreding tot de Europese Unie” (COM(2019)0261) en het begeleidende analytische verslag (SWD(2019)0222), |
— |
gezien de mededeling van de Commissie van 5 februari 2020 getiteld “Bevordering van het toetredingsproces – Een geloofwaardig EU-perspectief voor de Westelijke Balkan” (COM(2020)0057), |
— |
gezien de mededeling van de Commissie van 29 april 2020 getiteld “Steun aan de Westelijke Balkan voor de bestrijding van COVID-19 en het herstel na de pandemie – Bijdrage van de Commissie in de aanloop naar de top van de regeringsleiders van de EU en de Westelijke Balkan op 6 mei 2020 ” (COM(2020)0315), |
— |
gezien de mededeling van de Commissie van 6 oktober 2020 getiteld “Een economisch en investeringsplan voor de Westelijke Balkan” (COM(2020)0641), |
— |
gezien de mededeling van de Commissie van 12 oktober 2022 getiteld “Mededeling 2022 inzake het uitbreidingsbeleid van de EU” (COM(2022)0528), |
— |
gezien het werkdocument van de diensten van de Commissie van 12 oktober 2022 getiteld “Bosnia and Herzegovina 2022 Report” (Verslag 2022 over Bosnië en Herzegovina) (SWD(2022)0336), |
— |
gezien de mededeling van de Commissie van 14 april 2021 over de EU-strategie voor de aanpak van georganiseerde criminaliteit (2021-2025) (COM(2021)0170), |
— |
gezien de mededeling van de Commissie van 7 oktober 2020 getiteld “Een Unie van gelijkheid: strategisch EU-kader voor gelijkheid, integratie en participatie van de Roma” (COM(2020)0620), |
— |
gezien het VN-Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap, |
— |
gezien het VN-Verdrag inzake de rechten van het kind, |
— |
gezien het op 25 februari 1991 aangenomen Verdrag inzake milieueffectrapportage in grensoverschrijdend verband, |
— |
gezien het Unesco-Verdrag betreffende de bescherming en de bevordering van de diversiteit van cultuuruitingen van 20 oktober 2005, |
— |
gezien het Unesco-Verdrag inzake de bescherming van het immaterieel cultureel erfgoed van 17 oktober 2003, |
— |
gezien het strategisch kompas voor veiligheid en defensie dat op 21 maart 2022 door de Raad werd goedgekeurd, |
— |
gezien Speciaal verslag 01/2022 van de Europese Rekenkamer van 10 januari 2022 getiteld “EU-steun voor de rechtsstaat in de Westelijke Balkan: ondanks inspanningen nog steeds fundamentele problemen” en Speciaal verslag 09/2021 van de Europese Rekenkamer van 3 juni 2021 getiteld “Desinformatie met gevolgen voor de EU: aangepakt, maar niet beteugeld”, |
— |
gezien het deskundigenverslag over problemen met de rechtsstaat in Bosnië en Herzegovina van 5 december 2019, |
— |
gezien het advies van de Commissie van Venetië van 11 maart 2005 over de constitutionele situatie in Bosnië en Herzegovina en de bevoegdheden van de hoge vertegenwoordiger, en de daaropvolgende aanbevelingen over constitutionele aangelegenheden in Bosnië en Herzegovina, |
— |
gezien de verzamelde adviezen en verslagen van de Commissie van Venetië van 14 december 2020 over de stabiliteit van het kiesstelsel, |
— |
gezien de uitspraken van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens in het voordeel van de eisers, onder wie Azra Zornić (5), Dervo Sejdić, Jakob Finci (6) en anderen, |
— |
gezien de op 17 juni 2020 ondertekende overeenkomst van Mostar over het houden van verkiezingen in Mostar, |
— |
gezien de politieke verklaring van 12 juni 2022 over de beginselen voor een goed functionerend Bosnië en Herzegovina dat vorderingen maakt op zijn Europees traject, |
— |
gezien de corruptieperceptie-index van 2022 van Transparency International, waarin Bosnië en Herzegovina op plaats 110 van 180 landen staat, |
— |
gezien het 62e verslag van de hoge vertegenwoordiger voor de uitvoering van het vredesakkoord betreffende Bosnië en Herzegovina aan de secretaris-generaal van de Verenigde Naties van 2 november 2022, en de eerdere verslagen, |
— |
gezien resolutie nr. 2658 (2022) van de VN-Veiligheidsraad van 2 november 2022 waarin het mandaat van de door de Europese Unie geleide troepenmacht in Bosnië en Herzegovina (EUFOR) tot en met 2 november 2023 is verlengd, |
— |
gezien de bijeenkomst van de Noord-Atlantische Raad in Madrid op 29 juni 2022 en de verklaring van de NAVO-top in Madrid, |
— |
gezien de bijeenkomst van de NAVO-ministers van Defensie op 14 en 15 februari 2023, |
— |
gezien het vredesakkoord van Dayton, waarbij het mandaat van de missie van de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa (OVSE) in Bosnië en Herzegovina werd vastgesteld, |
— |
gezien de grondwet van Bosnië en Herzegovina, waarin wordt bepaald dat er in het land drie officiële talen zijn, en de grondwet van de entiteit Federatie van Bosnië en Herzegovina en de grondwet van de entiteit Republika Srpska, |
— |
gezien zijn resolutie van 9 juli 2015 over de herdenking van Srebrenica (7), |
— |
gezien zijn resolutie van 17 december 2015 over het vredesakkoord van Dayton, dat twintig jaar geleden werd gesloten (8), |
— |
gezien zijn aanbeveling van 19 juni 2020 aan de Raad, de Commissie en de vicevoorzitter van de Commissie/hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid betreffende de Westelijke Balkan, naar aanleiding van de top in 2020 (9), |
— |
gezien zijn resolutie van 15 december 2021 over samenwerking bij de bestrijding van georganiseerde misdaad in de Westelijke Balkan (10), |
— |
gezien zijn aanbeveling van 8 juni 2022 aan de Raad en de vicevoorzitter van de Commissie/hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid over het buitenlands, veiligheids- en defensiebeleid van de EU na de Russische aanvalsoorlog tegen Oekraïne (11), |
— |
gezien zijn aanbeveling van 23 november 2022 aan de Raad, de Commissie en de vicevoorzitter van de Commissie/hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid betreffende de nieuwe uitbreidingsstrategie van de EU (12), |
— |
gezien zijn eerdere resoluties over Bosnië en Herzegovina, |
— |
gezien artikel 54 van zijn Reglement, |
— |
gezien het verslag van de Commissie buitenlandse zaken (A9-0229/2023), |
A. |
overwegende dat uitbreiding het meest doeltreffende instrument is van het buitenlands beleid van de EU en tot de meest succesvolle beleidsmaatregelen van de Unie behoort, en een geostrategische investering is in blijvende vrede, democratie en welvaart, alsook in de stabiliteit en veiligheid van het hele continent; overwegende dat uitbreidingsbeleid de fundamentele waarden van de EU bevordert en aanmoedigt; |
B. |
overwegende dat de EU haar beloften moet waarmaken en dat politieke leiders in de kandidaat-lidstaten echte politieke wil moeten tonen met betrekkingen tot hervormingsprocessen; overwegende dat herhaalde vertragingen in het toetredingsproces en een gebrek aan echte politieke wil van politieke leiders in kandidaat-lidstaten de doeltreffendheid van het proces en de steun van de burgers voor toetreding tot de EU aanzienlijk hebben verminderd; |
C. |
overwegende dat de Russische aanvalsoorlog tegen Oekraïne de veiligheid en stabiliteit op het Europese continent heeft ondermijnd, de strategische noodzaak van EU-integratie heeft aangetoond en het belang van de afstemming op het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid (GBVB) in de kandidaat-lidstaten verder heeft onderstreept; overwegende dat die oorlog een nieuwe impuls heeft gegeven aan de uitbreiding en de EU ertoe heeft aangezet beloften aan de landen van de Westelijke Balkan die al lang hadden moeten worden nagekomen, sneller in te lossen; |
D. |
overwegende dat ieder uitbreidingsland op zijn eigen verdiensten moet worden beoordeeld, met bijzondere aandacht voor fundamentele hervormingen op basis van de criteria van Kopenhagen betreffende de eerbiediging van de rechtsstaat, de grondrechten, democratische normen, een onafhankelijke rechterlijke macht, de rechten van minderheden en mediavrijheid; |
E. |
overwegende dat de toekomst van de landen van de Westelijke Balkan in de Europese Unie ligt; overwegende dat een grote meerderheid van de bevolking van Bosnië en Herzegovina (BiH) streeft naar duurzame vrede, stabiliteit, democratie en welvaart door middel van Euro-Atlantische integratie; |
F. |
overwegende dat BiH de status van kandidaat-lidstaat van de EU heeft gekregen; overwegende dat verdere vooruitgang in de richting van toetreding tot de EU afhangt van de uitvoering van de 14 kernprioriteiten die zijn vastgesteld in het advies van de Commissie over het verzoek van BiH om toetreding tot de EU; overwegende dat de Raad het leiderschap van BiH ertoe heeft opgeroepen de hervormingen van de grondwet en de kieswet met spoed te voltooien; |
G. |
overwegende dat BiH alleen vooruitgang kan boeken in de richting van EU-toetreding als sprake is van echte verzoening op basis van het diverse, multiculturele karakter van het land en zijn entiteiten, en van eerbiediging van zijn eenheid, soevereiniteit en territoriale integriteit, gelijke rechten en non-discriminatie voor al zijn burgers in overeenstemming met de normen en waarden van de EU; |
H. |
overwegende dat het land meer dan 25 jaar na het einde van de oorlog nog steeds te maken heeft met diepe verdeeldheid die wordt bevorderd door politieke elites, afscheidingspogingen van het leiderschap van de entiteit Republika Srpska (RS) en uitdagingen op het gebied van de rechtsstaat, bestuur, verantwoordingsplicht, vrijheid van meningsuiting en mediavrijheid, alsook corruptie, factoren die bijdragen tot het vertrek van duizenden burgers per jaar; overwegende dat discriminatie in BiH op grond van etniciteit, gender en seksuele gerichtheid en de bescherming van de rechten van minderheden nog steeds een uitdaging vormen; |
I. |
overwegende dat de Raad op 18 maart 2022 Besluit (GBVB) 2022/450 (13) tot verlenging van het bestaande sanctiekader voor personen die de soevereiniteit, de territoriale integriteit en de constitutionele orde van BiH of het vredesakkoord van Dayton ondermijnen, heeft vastgesteld; |
J. |
overwegende dat de Nationale Vergadering van de Republika Srpska op 23 maart 2023 wijzigingen in het strafwetboek van de Republika Srpska heeft goedgekeurd waarmee opnieuw strafrechtelijke sancties worden ingevoerd voor laster, en dat president Milorad Dodik van de entiteit RS plannen heeft aangekondigd om een wet inzake “buitenlandse agenten” in te voeren; |
K. |
overwegende dat de Nationale Vergadering van de RS op 21 juni 2023 een wet heeft vastgesteld tot wijziging van de wet inzake de publicatie van wetten en andere verordeningen van de Republika Srpska en op 27 juni 2023 een wet heeft vastgesteld inzake de niet-toepassing van de besluiten van het Grondwettelijk Hof van Bosnië en Herzegovina, waardoor de integriteit van het Grondwettelijk Hof en de grondwet van BiH worden ondermijnd; |
L. |
overwegende dat de EU de belangrijkste politieke, handels- en investeringspartner van BiH is en zijn grootste verstrekker van financiële bijstand, met name via het instrument voor pretoetredingssteun (IPA III), alsook via het economisch en investeringsplan voor de Westelijke Balkan en macrofinanciële bijstand; |
M. |
overwegende dat actoren die verantwoordelijk zijn voor kwaadwillige buitenlandse directe en indirecte inmenging en desinformatie, tot doel hebben verdeeldheid, geweld en interetnische spanningen te creëren en BiH en de gehele Westelijke Balkan te destabiliseren, met name in de context van de Russische aanvalsoorlog tegen Oekraïne; overwegende dat deze acties tot doel hebben de EU weg te zetten als een onbetrouwbare, niet-betrokken partner voor de landen van de Westelijke Balkan; |
Inzet voor toetreding tot de EU
1. |
is ingenomen met het besluit van de Europese Raad om BiH de status van kandidaat-lidstaat van de EU toe te kennen in de context van een veranderde geopolitieke realiteit, mits er een aantal stappen wordt gezet om het land beter op de toetredingsonderhandelingen voor te bereiden; spreekt andermaal zijn duidelijke steun uit voor de integratie van BiH in de EU, op basis van eenheid, soevereiniteit en territoriale integriteit; |
2. |
erkent het belang van de Westelijke Balkan in het uitbreidingsbeleid van de EU en dringt er bij de EU op aan vaart te zetten achter het toetredingsproces van BiH, op basis van zijn eigen verdiensten; |
3. |
heeft waardering voor de snelle uitvoering van de resultaten van de algemene verkiezingen van oktober 2022, de benoeming van een nieuwe regering op staatsniveau, de ondertekening van een coalitieprogramma en de hervatting van de politieke besluitvorming; is ingenomen met de benoeming van de president en twee vicepresidenten van de Federatie van BiH en de vorming van regeringen op het niveau van de Federatie van BiH en haar kantons; betreurt de politieke obstakels die de voltooiing ervan belemmerden en die binnenlandse actoren hadden moeten wegnemen; neemt kennis van de interventie van de hoge vertegenwoordiger om de politieke impasse te doorbreken; benadrukt dat het belangrijk is dat er op alle niveaus autoriteiten aanwezig zijn om de hervormingsprocessen die nodig zijn om vooruitgang te boeken op het traject naar EU-toetreding met succes voort te zetten; |
4. |
moedigt alle politieke autoriteiten aan om van het huidige elan gebruik te maken om op zinvolle wijze vooruitgang te boeken bij de uitvoering van de 14 kernprioriteiten in overeenstemming met de aspiraties van alle burgers, met inachtneming van de verantwoordingsplicht van de instellingen en de kwaliteit en transparantie van het proces; betreurt het trage tempo van de uitvoering sinds 2019; dringt er bij alle politieke actoren op aan institutionele obstakels die belangrijke besluitvorming vertragen, te beëindigen, te vermijden en weg te nemen, om een terugval in obstructief beleid en nationalistische retoriek te voorkomen, alsook inzet te tonen voor, prioriteit te geven aan en aanzienlijke vooruitgang te boeken bij de noodzakelijke EU-gerelateerde hervormingen door vorderingen te maken met de stappen die zijn uiteengezet in de aanbeveling van de Commissie en het politieke akkoord van Brussel van 12 juni 2022 over beginselen voor een goed functionerend BiH; |
5. |
onderstreept dat de weg van BiH naar toetreding tot de EU gegrondvest moet zijn op functionerende democratische instellingen, de rechtsstaat, goed bestuur, de bestrijding van corruptie en georganiseerde misdaad, eerbiediging van de grondrechten en gelijkheid en non-discriminatie voor alle burgers; |
6. |
pleit voor consistente landelijke coördinatie, harmonisatie, afstemming en integratie ten aanzien van EU-normen op alle beleidsterreinen, alsmede voor een verbeterde planning en monitoring van hervormingen via politieke en technische coördinatie, onder meer door middel van de vaststelling van een nationaal programma voor de onverwijlde overname van het EU-acquis door de bevoegde BiH-autoriteiten; |
7. |
verzoekt de Commissie en de Europese Dienst voor extern optreden (EDEO) financiële en technische steun te blijven verlenen voor de integratie van BiH in de EU op basis van verdienste en strikte voorwaarden, de verantwoordingsplicht, transparantie en inclusiviteit van hervormingsprocessen te bevorderen en hiervoor te pleiten, en gedetailleerde toelichtingen op en criteria voor het meten van de 14 kernprioriteiten te publiceren om burgers bewuster te maken van de voordelen van EU-integratie en om de monitoringcapaciteit in BiH te versterken; dringt erop aan dat zij op gecoördineerde wijze samenwerken met de BiH-autoriteiten, teneinde voorwaarden te scheppen die bevorderlijk zijn voor het boeken van vooruitgang bij de integratie in de EU, alsook met relevante partners; is in dit verband ingenomen met de eerste bijeenkomst van het politieke forum op hoog niveau in BiH, die op 17 mei 2023 in Sarajevo plaatsvond; |
8. |
uit nogmaals zijn bezorgdheid over de aantijgingen ten aanzien van de rol van de commissaris voor Nabuurschap en Uitbreiding; herinnert aan de verplichtingen die commissarissen hebben op het gebied van integriteit, discretie en onafhankelijkheid, in overeenstemming met de gedragscode voor leden van de Commissie; dringt er nogmaals bij de Commissie op aan een onafhankelijk en onpartijdig onderzoek in te stellen naar de vraag of het gedrag en het beleid van de commissaris voor Nabuurschap en Uitbreiding een inbreuk vormen op de gedragscode voor leden van de Commissie en op de verplichtingen van de commissaris uit hoofde van de Verdragen; |
9. |
spreekt nogmaals zijn steun uit voor de mandaten van het Bureau van de hoge vertegenwoordiger (OHR) wat betreft de civiele aspecten, met name het verbeteren van de stabiliteit en democratische processen in BiH, en de EUFOR-operatie Althea wat betreft de militaire aspecten van het toezicht op de uitvoering van het vredesakkoord van Dayton totdat het land de “5+2”-agenda heeft uitgevoerd en het internationale toezicht komt te vervallen; |
10. |
verzoekt de Commissie en de EDEO een positieve dialoog te onderhouden met en te vertrouwen op het OHR en EUFOR Althea teneinde de stabiliteit in BiH te bewaren en zo het pad naar EU-toetreding te effenen; verzoekt de EU-lidstaten dit proces te ondersteunen en dringend te reageren op de uitdagingen voor de Europese veiligheid die door Rusland worden veroorzaakt, op de toegenomen spanningen in BiH en op de separatistische handelingen die het vredesakkoord van Dayton ondermijnen; |
11. |
is ingenomen met de verlenging van het mandaat van EUFOR Althea tot november 2023; herinnert eraan dat deze missie nog steeds een fundamentele rol speelt bij de veiligheid en stabiliteit van BiH, onder meer door het helpen opruimen van landmijnen in bepaalde gebieden; is in dit kader ingenomen met het toezicht van de missie op en de controle over de vernietiging van het overschot aan munitie en wapens; dringt er bij de EU en haar internationale partners op aan ervoor te zorgen dat EUFOR Althea aanwezig blijft en dat haar mandaat in de toekomst wordt verlengd, alsook dat haar capaciteit wordt versterkt, zodat zij beter toegerust is om te voorzien in operationele behoeften, ook in het geval van plotselinge dreigingen en indien er op korte termijn gereageerd moet worden, en vooral in het licht van de recente escalatie in de separatistische retoriek en beleidsmaatregelen van de leiders van de entiteit RS; pleit in dit verband voor een grondige beoordeling van de veiligheidssituatie en -capaciteit ter plaatse, en roept op de inzet van personeel en aanvullende capaciteiten voor EUFOR Althea met betrekking tot het district Brčko te overwegen; |
12. |
is ingenomen met de activiteiten van de OVSE in BiH, onder meer haar inzet voor wapenbeheersing, de hervorming van de veiligheidssector, onderzoeken naar oorlogsmisdaden en de bestrijding van mensenhandel; wijst op haar activiteiten op het gebied van gendergelijkheid en haar steun voor goed bestuur en hervorming van de media, het maatschappelijk middenveld, mensenrechteninitiatieven en conflictpreventie; erkent de dialoog van BiH met de OVSE ter bevordering van stabiliteit en verzoening; |
13. |
prijst de toegenomen afstemming van BiH op het GBVB van de EU; dringt in dit verband aan op voortdurende verbetering en volledige afstemming, en op het vermijden van inconsequente standpunten op het gebied van buitenlands beleid; verzoekt alle actoren met klem de grootschalige invasie van Oekraïne door Rusland ondubbelzinnig te veroordelen en de daadwerkelijke toepassing te waarborgen van alle gerichte sancties die voortvloeien uit die afstemming op het GBVB, met name tegen Rusland en Belarus; |
14. |
is ermee ingenomen dat BiH in de Algemene Vergadering van de VN voor de desbetreffende resoluties heeft gestemd en dat het lidmaatschap van de Mensenrechtenraad van Rusland is opgeschort; betreurt echter de pro-Russische houding van het leiderschap van de entiteit Republika Srpska en de toekenning van een onderscheiding aan Vladimir Poetin; veroordeelt met klem het bezoek aan Moskou op 23 en 24 mei 2023 van Milorad Dodik en Nenad Stevandić, voorzitter van de Nationale Vergadering van de RS, en hun ontmoetingen met Vladimir Poetin en andere Russische politieke actoren op hoog niveau; verwerpt resoluut de verklaringen en retoriek die in het kader van dit bezoek zijn geuit en blijft zeer bezorgd over de gevolgen die de banden met hoge Russische functionarissen hebben voor de veiligheid; veroordeelt de ontmoetingen met Iraanse politieke actoren op hoog niveau en de onthoudingen bij stemmingen over Iran in de VN tegen een achtergrond van ernstige mensenrechtenschendingen in dat land en de levering van drones door Iran aan Rusland in de context van de oorlog tegen Oekraïne; verzoekt BiH op overtuigende wijze afstand te nemen van antidemocratische regimes; |
15. |
spreekt zijn krachtige steun uit voor het feit dat BiH blijft streven naar Euro-Atlantische integratie en het NAVO-lidmaatschap en roept alle politieke actoren op om gevolg aan dit streven te geven met concrete politieke maatregelen; is ingenomen met de deelname van de minister van Defensie van BiH aan de NAVO-top in Madrid in 2022, met de toezegging van de NAVO om meer steun op maat te verlenen aan BiH bij het versterken van zijn integriteit en veerkracht, het opbouwen van capaciteit en het handhaven van zijn politieke onafhankelijkheid, en met het steunpakket van de NAVO voor BiH; is voorts verheugd met het besluit van de Raad over een steunmaatregel in het kader van de Europese Vredesfaciliteit ter ondersteuning van de strijdkrachten van BiH voor een bedrag van 10 miljoen EUR en met de overeenkomst inzake samenwerking en opleiding voor 2023 tussen de strijdkrachten van BiH en EUFOR; roept BiH op zich in te zetten voor de vorming van multi-etnische eenheden in zijn strijdkrachten; |
16. |
hekelt met klem de aanhoudende opruiende retoriek en de separatistische wetten en beleidsmaatregelen van de leiders van de entiteit RS, waaronder de viering van de ongrondwettelijke “Dag van de Republika Srpska” en andere evenementen die tot spanningen leiden, alsook de weigering om de uitspraken van het Grondwettelijk Hof van BiH ten uitvoer te leggen; hekelt de aanwezigheid van hooggeplaatste Servische regeringsfunctionarissen bij de viering van de ongrondwettelijke “Dag van de Republika Srpska”; onderstreept dat dergelijke acties BiH destabiliseren, het vredesakkoord van Dayton ondermijnen, in strijd zijn met het EU-perspectief voor BiH en de toegang tot EU-financiering in gevaar brengen; betreurt in dit verband het besluit van de regering van de entiteit RS om de diplomatieke banden met officiële vertegenwoordigers van het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten te verbreken; |
17. |
spoort de relevante internationale en EU-instellingen aan nauw toezicht te houden op de ontwikkeling van de politiemacht in de entiteit RS en hierbij met name de mogelijke ontwikkeling van paramilitaire of militaire functies in het oog te houden, die tot extra spanningen zou kunnen leiden, de veiligheid en stabiliteit in BiH zou kunnen bedreigen en in strijd zou kunnen zijn met het vredesakkoord van Dayton; |
18. |
veroordeelt ten stelligste de gezamenlijke verklaring van de regerende meerderheid in de entiteit RS over de bescherming van staatseigendommen en de constitutionele status van de entiteit RS, waarin wordt opgeroepen tot de oprichting van een speciale eenheid om toezicht te houden op de demarcatielijn tussen de entiteiten; veroordeelt voorts de vaststelling door de Nationale Vergadering van de RS op 27 juni 2023 van de wet inzake de niet-toepassing van de besluiten van het Grondwettelijk Hof van Bosnië en Herzegovina en op 21 juni 2023 van de wet tot wijziging van de wet inzake de publicatie van wetten en andere verordeningen van de Republika Srpska; benadrukt dat deze wetten de integriteit van het Grondwettelijk Hof en de grondwet van BiH rechtstreeks ondermijnen; is derhalve ingenomen met het besluit van de hoge vertegenwoordiger om de twee wetten nietig te verklaren en aldus het vredesakkoord van Dayton, de grondwet van BiH en de rechtsstaat in BiH te handhaven; |
19. |
pleit nogmaals voor gerichte sancties tegen destabiliserende politieke actoren in BiH, onder wie actoren die de soevereiniteit, de territoriale integriteit en het constitutioneel bestel van het land bedreigen, in het bijzonder Milorad Dodik, alsook andere hooggeplaatste functionarissen van de RS en functionarissen uit derde landen die separatistische beleidsmaatregelen politiek en materieel steunen; wijst erop dat er ook beperkende maatregelen kunnen worden genomen tegen personen die de veiligheidssituatie in het land ernstig bedreigen of het vredesakkoord van Dayton ondermijnen; verzoekt alle lidstaten ervoor te zorgen dat de Raad zulke sancties kan vaststellen, en deze bilateraal of in samenwerking met andere lidstaten op te leggen indien de vaststelling ervan niet mogelijk is; herinnert eraan dat het kader van de EU voor beperkende maatregelen met het oog op de situatie in BiH tot 31 maart 2024 van kracht is; |
20. |
herhaalt dat de uitspraken van het Grondwettelijk Hof van Bosnië en Herzegovina moeten worden geëerbiedigd om de stabiliteit en de grondwettelijke orde in het land volledig te waarborgen; verzoekt de autoriteiten alle uitspraken van het Grondwettelijk Hof snel ten uitvoer te leggen; |
21. |
veroordeelt alle kwaadwillige buitenlandse inmenging, desinformatiecampagnes en destabilisatiepogingen door internationale en regionale actoren in BiH, met name de aanhoudende destabilisatie van de Westelijke Balkan door Rusland; blijft zeer bezorgd over de prominente banden, bezoeken en bijeenkomsten tussen de leiders van de entiteit RS en hooggeplaatste politici en hoge functionarissen in Rusland, de mogelijke aanwezigheid en activiteiten van de Wagner Group in het land, alsook Russische propagandaverhalen die door buitenlandse en binnenlandse actoren worden verspreid, waaronder verhalen waarin de EU als onbetrouwbare, ongeïnteresseerde partner wordt voorgesteld; |
22. |
verzoekt alle landen in de regio zich in te zetten voor de stabiliteit en territoriale integriteit van BiH, het gebruik van opruiende retoriek te veroordelen en op constructieve wijze bij te dragen aan de vooruitgang van BiH met het oog op toetreding tot de EU; |
23. |
verzoekt de Commissie, de EDEO, de EU-delegatie in Bosnië en Herzegovina en de BiH-autoriteiten meer moeite te doen om de voordelen van nauwere integratie te promoten en te investeren in communicatiecampagnes om buitenlandse invloed en kwaadaardige verhalen te bestrijden, onder meer door empirisch onderbouwde reacties op dergelijke bedreigingen, en door de StratCom-monitoring uit te breiden en hierbij bijzondere aandacht te besteden aan grensoverschrijdende dreigingen op het gebied van desinformatie; beveelt aan dialogen te starten met het maatschappelijk middenveld en de particuliere sector in de Westelijke Balkan om de inspanningen ter bestrijding van desinformatie in de regio en met lokale expertise te coördineren; is ingenomen met de lancering van een campagne getiteld “Vooruitgang is binnen handbereik” door het EU-kantoor in BiH om vorderingen in de richting van integratie in de EU aan te moedigen; |
24. |
vraagt de EU haar samenwerking met de partners in de Westelijke Balkan op te voeren om de democratische veerkracht te versterken, hybride dreigingen te bestrijden, onder meer op het gebied van cyberveiligheid, en kritieke infrastructuur en de voedsel- en energiezekerheid te beschermen; herinnert eraan dat de Raad in het strategisch kompas heeft erkend dat veiligheid en stabiliteit in de Westelijke Balkan nog steeds niet vanzelfsprekend zijn en dat het risico bestaat dat de huidige verslechtering doorwerkt in de Europese veiligheid; |
25. |
benadrukt dat de rechtsstaat, goed bestuur, de bestrijding van corruptie en georganiseerde misdaad, pluralisme, steun voor vrije en onafhankelijke media, grondrechten en afstemming op het GBVB moeten worden geïntegreerd in de IPA III-financiering van de EU, die gebaseerd moet zijn op strikte voorwaarden en moet worden aangepast of zelfs opgeschort in het geval van aanzienlijke achteruitgang of een aanhoudend gebrek aan vooruitgang op deze gebieden, zoals vastgelegd in de IPA III-verordening, en dat zij gewaarborgd moeten worden door uitgebreid en grondig toezicht door de Commissie; verzoekt de Commissie nogmaals richtsnoeren voor de toepassing van voorwaarden te ontwikkelen en de aanbevelingen van Speciaal verslag 01/2022 van de Rekenkamer uit te voeren; |
26. |
wijst er nogmaals op dat de EU-financiering voor projecten in de entiteit RS bevroren moet blijven totdat die entiteit haar democratische achteruitgang ongedaan heeft gemaakt en zich volledig conformeert aan het GBVB, met name ten aanzien van de uitvoering van beperkende maatregelen; verzoekt de Commissie advies in te winnen bij de lidstaten en het Europees Parlement alvorens de verstrekking van middelen aan de entiteit RS te hervatten; |
27. |
dringt aan op verbetering van de absorptie van middelen in het hele land, ook door lokale en regionale overheden; spoort BiH aan voor EU-middelen efficiënte landelijke systemen voor financieel beheer, toezicht en audits op te zetten; dringt in dit verband aan op de nodige technische en financiële bijstand aan BiH; wijst erop dat het in het belang van de veiligheid van de EU is en onder haar verantwoordelijkheid valt om ervoor te zorgen dat de EU-middelen cliëntelistische netwerken of corruptie niet helpen versterken; |
28. |
roept de EU en de landen van de Westelijke Balkan op een kader in te stellen voor een doeltreffende samenwerking tussen het Europees Openbaar Ministerie (EOM) en de toetredingslanden, om ervoor te zorgen dat het EOM zijn bevoegdheden met betrekking tot het gebruik van EU-middelen in BiH op doeltreffende wijze kan uitoefenen; moedigt de landen van de Westelijke Balkan aan om snel bilaterale werkafspraken te maken met het EOM; |
29. |
is ingenomen met de oprichting van de werkorganen van het Huis van Volkeren van de Parlementaire Vergadering van BiH; pleit ervoor dat BiH blijk geeft van hernieuwde inzet voor de EU-beleidsdialoog door onverwijld deel te nemen aan regelmatige interparlementaire samenwerking via het Parlementair Stabilisatie- en Associatiecomité (SAPC), dat een bijdrage zou leveren aan de uitvoering van de 14 kernprioriteiten; is ingenomen met het feit dat er overeenstemming is bereikt over het reglement van orde voor het SAPC EU-BiH; |
30. |
is ingenomen met de deelname van BiH aan de openingstop en de tweede top van de Europese politieke gemeenschap, maar wijst erop dat dit positieve initiatief geen alternatief mag zijn voor integratie in de EU; |
Democratie en de rechtsstaat
31. |
wijst nogmaals op de centrale rol van de rechtsstaat en de institutionele integriteit; herinnert eraan dat er moet worden gezorgd voor geharmoniseerde, op verdiensten gebaseerde normen op alle bestuursniveaus van BiH, zodat er een professioneel, gestroomlijnd, gedepolitiseerd en verantwoordingsplichtig openbaar bestuur tot stand kan komen dat diensten kan leveren aan de burgers van BiH; verzoekt de politieke actoren in BiH een functionerende coördinatiestructuur te ondersteunen en op te zetten om de hervorming van het openbaar bestuur in goede banen te leiden; is ingenomen met de vooruitgang die is geboekt met de benoeming van de hoofden van belangrijk staatsagentschappen; |
32. |
is ingenomen met het feit dat de verkiezingen van oktober 2022 over het algemeen goed georganiseerd en concurrerend waren en dat de fundamentele vrijheden van vereniging, vergadering en meningsuiting bij de campagne werden geëerbiedigd; betreurt echter dat zij plaatsvonden tegen een achtergrond van stagnerende hervormingen, verdeeldheid zaaiende retoriek, gemelde politieke en financiële belemmeringen, beschuldigingen van de handel in posities in de stembureaucommissie tussen politieke partijen, en andere onregelmatigheden die aan waarnemers zijn gemeld, waaronder gevallen van projecten op het gebied van sociaal welzijn, ontwikkeling en openbare infrastructuur die in de verkiezingsperiode door zittende voorzitters of regeringen werden geïnitieerd; dringt er bij de autoriteiten op aan passende maatregelen te nemen om problemen met en misbruik van overheidsmiddelen in de toekomst te voorkomen en de ontoereikende transparantie en verantwoordingsplicht met betrekking tot campagnefinanciering aan te pakken; uit zijn bezorgdheid over de grote hoeveelheid overheidsmiddelen die worden gebruikt om te proberen het electoraat te beïnvloeden; |
33. |
neemt kennis van de wijzigingen die de hoge vertegenwoordiger heeft aangebracht in de kieswet en de grondwet van de Federatie van BiH, die bedoeld zijn om een aantal problemen met de werking daarvan aan te pakken; uit echter zijn bezorgdheid over de timing, transparantie en het gebrek aan raadpleging gedurende deze processen; verzoekt het OHR in overeenstemming met zijn mandaat te handelen en te voorkomen dat politieke of etnische verdeeldheid en spanningen in het land en in de bredere regio worden versterkt, en herinnert eraan dat de in Bonn verleende bevoegdheden pas in laatste instantie moeten worden gebruikt; |
34. |
betreurt het dat politieke actoren er niet in zijn geslaagd de grondwet en het verkiezingskader in overeenstemming te brengen met het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, omdat zij geen uitvoering hebben gegeven aan de uitspraken van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (in de zaken Sejdić-Finci, Zornić, Pilav en Šlaku); betreurt het ook dat er nog steeds geen uitvoering is gegeven aan de uitspraken van het Grondwettelijk Hof van BiH, wat gelijke politieke rechten voor alle burgers belemmert; roept alle besluitvormers op tot een akkoord te komen dat in overeenstemming is met de uitspraken van internationale en nationale rechtbanken en met het politieke akkoord van Brussel van 12 juni 2022; is voorstander van transparante en inclusieve hervormingen die gebaseerd zijn op uitgebreide raadplegingen en een openbare dialoog met het maatschappelijk middenveld, teneinde een duurzame transformatie van het vredesakkoord van Dayton mogelijk te maken in overeenstemming met Europese normen en beginselen, verdeeldheid weg te nemen en te zorgen voor gelijkheid en non-discriminatie van alle burgers en voor voldoende diverse politieke vertegenwoordiging op alle bestuursniveaus, in overeenstemming met de waarden en beginselen van de EU, en voor vooruitgang op weg naar de EU; |
35. |
herhaalt dat het de resultaten van het vredesakkoord van Dayton eerbiedigt en herinnert aan het doel van dit vredesakkoord, namelijk het beëindigen van de oorlog en het waarborgen van de vrede; neemt nota van het concept van constituerende volkeren, maar benadrukt dat dit concept op geen enkele wijze mag leiden tot discriminatie van andere burgers of extra rechten mag inhouden voor mensen die zich met een van deze groepen identificeren ten opzichte van andere burgers van BiH; hekelt verklaringen en voorstellen die erop gericht zijn het staatsbestel en de constitutionele waarden van BiH te ondermijnen, en herinnert eraan dat BiH de tekortkomingen in zijn grondwettelijke kader moet aanpakken en het in overeenstemming moet brengen met de normen en beginselen van de EU; |
36. |
verzoekt BiH de regels voor de registratie van politieke partijen te harmoniseren en de transparantie van de financiering van politieke partijen te waarborgen in overeenstemming met internationale normen en de aanbevelingen van relevante internationale organen; neemt kennis van de stappen die de centrale kiescommissie heeft gezet en dringt aan op versterking van haar capaciteit in overeenstemming met haar wettelijke procedures; veroordeelt met klem alle vormen van intimidatie en bedreigingen door sommige politieke actoren in BiH tegen de leden van de centrale kiescommissie en moedigt de autoriteiten van BiH en de EU-delegatie aan in geval van bedreigingen steun te verlenen aan leden van de centrale kiescommissie; is verheugd dat het OHR op 7 juni 2022 actie heeft ondernomen om de integriteit van het verkiezingsproces te verbeteren en de rol van de centrale kiescommissie te versterken na de mislukte pogingen van de overkoepelend werkgroep voor de hervorming van de kieswet en het parlement van BiH om dit te doen; |
37. |
moedigt initiatieven voor de verbetering van het democratische proces, democratische instellingen en de rechtsstaat in het land, zoals het EU-proefproject voor de invoering van een elektronisch systeem voor de identificatie van kiezers en een snellere bekendmaking van de verkiezingsuitslag, sterk aan; |
38. |
dringt aan op dringende maatregelen om de integriteit, onafhankelijkheid en professionaliteit van de rechterlijke macht te versterken op basis van de 14 kernprioriteiten en de aanbevelingen uit het Priebe-verslag, onder meer door middel van aanvullende waarborgen en een consequente toepassing van objectieve regels en criteria met betrekking tot de toewijzing van zaken, benoemingen, disciplinaire verantwoordelijkheid, loopbaanontwikkeling, belangenconflicten en controle van activa van rechters en aanklagers, teneinde het vertrouwen van het publiek te herstellen; dringt erop aan een einde te maken aan selectieve rechtspraak, de achterstand bij de behandeling van rechtszaken, corruptie, het gebrek aan transparantie en het slechte toezicht, factoren die afbreuk doen aan een volledige uitoefening van burgerrechten; uit zijn bezorgdheid over berichten over politieke druk en onregelmatigheden bij de selectie van hooggeplaatste rechters en aanklagers; |
39. |
verzoekt de autoriteiten van BiH nogmaals wijzigingen op het gebied van integriteit, een nieuwe wet inzake de Hoge Raad voor Justitie en Rechtsvervolging en een nieuwe wet inzake rechtbanken in overeenstemming met Europese normen vast te stellen; is daarom verheugd over de goedkeuring door de ministerraad van het wetsontwerp tot wijziging van de wet inzake de Hoge Raad voor Justitie en Rechtsvervolging en verzoekt de Parlementaire Vergadering van BiH deze goed te keuren; verzoekt de autoriteiten journalisten toegang te verlenen tot rechtszaken en roept de rechtbanken op hun beslissingen online te publiceren en tijdig te reageren op verzoeken met betrekking tot vrijheid van informatie; |
40. |
is sterk gekant tegen pogingen om parallelle instellingen op entiteitsniveau op te richten, aangezien dit in strijd is met het constitutioneel en wettelijk bestel; veroordeelt in dit verband de hernieuwde vaststelling van de wet van de entiteit RS inzake onroerend goed dat wordt gebruikt voor de werking van overheidsdiensten, die eerder door het Grondwettelijk Hof nietig is verklaard en tweemaal door de hoge vertegenwoordiger is opgeschort; neemt met tevredenheid kennis van het besluit van het OHR en verzoekt nogmaals de wetgeving inzake entiteiten in overeenstemming te brengen met de uitspraken van het Grondwettelijk Hof; verzoekt de entiteit RS de wetten inzake het opeisen van staatseigendommen onmiddellijk in te trekken en te herroepen en het opnieuw registreren van staatseigendommen als RS-vermogen onverwijld te staken; veroordeelt ten stelligste de stemming van de Nationale Vergadering van de RS met het oog op de oprichting van een afzonderlijke Hoge Raad voor Justitie en Rechtsvervolging, alsook haar conclusies waarin de werkzaamheden van het Grondwettelijk Hof van BiH worden betwist, en waarin wordt opgeroepen tot niet-eerbiediging van de definitieve en bindende besluiten van dat hof en tot blokkering van zijn werkzaamheden en waarin een rechter van het Grondwettelijk Hof wordt opgeroepen ontslag te nemen; |
41. |
uit zijn diepe bezorgdheid over het gebrek aan vooruitgang bij het voorkomen van wijdverbreide corruptie en over het feit dat er steeds meer signalen zijn van gijzeling van de staat, politieke inmenging en tegenwerking, druk en intimidatie; pleit voor een transparant gebruik van de financiële bijstand van de EU; herhaalt dat politieke en bestuurlijke banden met de georganiseerde misdaad moeten worden onderzocht; betreurt het dat er de afgelopen jaren geen definitieve veroordelingen zijn geweest in zaken van corruptie op hoog niveau, wat een cultuur van straffeloosheid in de hand werkt; spoort de autoriteiten aan tijdig strafrechtelijke procedures aan te spannen en zich meer in te spannen om gevallen van corruptie op hoog niveau doeltreffend te vervolgen en te komen tot definitieve uitspraken; |
42. |
dringt er bij BiH op aan wetgeving inzake belangenconflicten en een strategie voor corruptiebestrijding vast te stellen en de regels inzake belangenconflicten en lobbying op alle bestuursniveaus te handhaven, in combinatie met een betere bescherming van klokkenluiders in overeenstemming met EU-normen, en te waarborgen dat bestaande wetten door onafhankelijke instellingen worden toegepast; |
43. |
dringt aan op meer middelen en bevoegdheden voor corruptiebestrijdingsstructuren, met inbegrip van de actieve betrokkenheid ervan bij de uitvoering van de aanbevelingen van de Groep van Staten tegen Corruptie (Greco), alsook op de vaststelling van integriteitsplannen voor deze structuren; wijst op de toegevoegde waarde van doeltreffende samenwerking op nationaal en Europees niveau tussen rechtshandhavingsinstanties in de strijd tegen corruptie en georganiseerde misdaad; |
44. |
is ingenomen met de benoeming van een nationale coördinator voor het Europees multidisciplinair platform tegen strafbare feiten en gaat ervan uit dat BiH zijn volledige medewerking zal verlenen aan Europol en Eurojust; is in dit opzicht ingenomen met de ondertekening van het rulebook inzake de werkzaamheden van de nationale/gezamenlijke contactpunten voor samenwerking met Europol; pleit voor waarborgen tegen politieke inmenging in politiewerk; |
45. |
spoort BiH aan zijn wetgeving af te stemmen en maatregelen te treffen ter bestrijding van witwaspraktijken en de financiering van terrorisme; |
46. |
neemt met voldoening kennis van de maatregelen die zijn genomen om de wetgeving inzake overheidsopdrachten beter af te stemmen op het EU-acquis, alsmede van de vaststelling van een plan voor integriteit en de bestrijding van corruptie door het agentschap voor overheidsopdrachten; herhaalt dat transparantie, mededinging en gelijke behandeling moeten worden gewaarborgd bij openbare aanbestedingen en dat misbruik van overheidsmiddelen moet worden bestreden; blijft bezorgd over de kwetsbaarheid van de sector voor corruptie en onregelmatigheden en pleit voor een aanbestedingswet waarin deze kwetsbaarheid voldoende en adequaat aan de orde wordt gesteld; dringt daarom aan op verbetering, onder meer door het versterken van de capaciteit voor monitoring, beheer en ondersteuning; dringt aan op robuustere en efficiëntere wetgeving inzake het gebruik van natuurlijke hulpbronnen en op meer transparantie en integriteit, met name op het gebied van vergunningen, vooral met betrekking tot verschillende grote projecten met Chinese en Hongaarse bedrijven; |
Verzoening, regionale samenwerking en goede nabuurschapsbetrekkingen
47. |
wijst nogmaals op het belang van echte verzoening, samenwerking en vreedzame co-existentie in BiH en roept alle autoriteiten op om de toegang tot waarheid, gerechtigheid en niet-selectieve schadeloosstelling actief te bevorderen en te waarborgen; is ingenomen met initiatieven op lokaal niveau om slachtoffers van de burgeroorlog te herdenken, de voltooiing van het monument in het district Brčko en het besluit van het OHR om de wet inzake het herinneringscentrum en de begraafplaats van Srebrenica-Potočari voor de slachtoffers van de genocide van 1995 te wijzigen, teneinde de werkzaamheden van het herinneringscentrum te vergemakkelijken; |
48. |
roept de politieke en religieuze leiders in BiH op zich in te zetten voor eenheid, inclusiviteit, verzoening en vrede; veroordeelt alle opruiende en oorlogszuchtige retoriek die spanningen en verdeeldheid in de samenleving van BiH aanwakkert; |
49. |
verklaart zich volledig solidair met alle overlevenden van oorlogsmisdaden, misdaden tegen de menselijkheid, genocide, etnische zuivering, ontheemding, verdwijningen, moordaanslagen, foltering en seksueel geweld, en met hun familie; spreekt zich krachtig uit tegen alle vormen van historisch revisionisme, waaronder ontkenning van genocide, de verheerlijking van oorlogsmisdaden en oorlogsmisdadigers, en de betwisting van harde feiten en erkende tribunalen, in het bijzonder door politieke leiders, alsmede de vernieling van gedenkplaatsen; benadrukt dat dergelijke daden en retoriek volledig onaanvaardbaar zijn en indruisen tegen de waarden van de EU; dringt erop aan dat hiertegen doeltreffende vervolging wordt ingesteld; betreurt dat er geen strafprocedures zijn ingesteld en dat er geen enkele dader voor de rechter is gebracht na de wijzigingen die in 2021 in het wetboek van strafrecht zijn doorgevoerd door voormalig hoge vertegenwoordiger Valentin Inzko, waardoor deze feiten strafbaar zijn gesteld; |
50. |
veroordeelt met name het verbod op een mars ter herdenking van de slachtoffers van het bloedbad in Prijedor door veiligheidstroepen van de entiteit RS; spreekt zich in de krachtigste bewoordingen uit tegen de gewelddadige aanvallen op 25 maart 2023 op twee personen die waren teruggekeerd naar Višegrad en spoort de autoriteiten van de RS aan deze zaken te onderzoeken en de daders ter verantwoording te roepen; |
51. |
is ontzet over de opmerkingen van de veroordeelde oorlogsmisdadiger Dario Kordić, die geen blijk van wroeging heeft gegeven en heeft verklaarde dat hij “alles opnieuw zou doen” met betrekking tot de misdaden waarvoor hij is veroordeeld, waaronder de etnische zuivering in de Lašva-vallei; verzoekt alle politieke krachten, met name leden van de regering in BiH, deze verklaring te veroordelen en zich daar duidelijk van te distantiëren; verzoekt de gerechtelijke autoriteiten van BiH passende juridische stappen te nemen; |
52. |
neemt met voldoening kennis van het feit dat de achterstand bij de behandeling van oorlogsmisdrijven steeds verder wordt ingehaald, maar betreurt dat het tempo nog altijd laag is, wat een belemmering vormt voor het strategische doel om alle zaken op te lossen; dringt daarom aan op een versnelling van de strafrechtelijke procedures in zaken die oorlogsmisdaden betreffen; wijst in dit opzicht op aanhoudende beperkingen in de regionale justitiële samenwerking; is tevens bezorgd dat sommige oorlogsmisdadigers die in rechtbanken van BiH zijn veroordeeld, hun straf ontlopen vanwege dubbele nationaliteit en verblijf in andere landen; |
53. |
verzoekt de autoriteiten de uitvoering te waarborgen van de herziene nationale strategie voor de berechting van oorlogsmisdaden, in het bijzonder door een adequate verdeling van zaken over de parketten, waarbij de meest complexe zaken op het niveau van de staat worden behandeld; verzoekt de autoriteiten een nieuwe strategie voor de periode na 2023 vast te stellen; |
54. |
pleit voor harmonisatie van de wetgeving teneinde een breed scala aan rechten te garanderen voor civiele oorlogsslachtoffers; neemt met voldoening kennis van de vaststelling van wetgeving inzake de bescherming van civiele oorlogsslachtoffers in het district Brčko en in de Federatie van BiH, waarin kinderrechten wordt erkend en toegekend; dringt er bij de entiteit RS op aan om in dit verband wetgeving vast te stellen; |
55. |
verzoekt de overheidsinstanties een wet vast te stellen inzake slachtoffers van foltering tijdens de oorlog; pleit ervoor de uitwisseling door BiH van ervaringen en praktijken op het gebied van de ondersteuning van slachtoffers van seksueel geweld tijdens de oorlog met actoren die nu werken met de slachtoffers van seksueel geweld in de context van de illegale, niet-uitgelokte en ongerechtvaardigde Russische aanvalsoorlog in Oekraïne; |
56. |
dringt aan op verder inspanningen met betrekking tot de kwestie van vermiste personen, met inbegrip van de toepassing van de relevante wetgeving en de oprichting van een fonds om hun familie te ondersteunen; moedigt de autoriteiten in de hele regio aan samenwerking en informatie-uitwisseling te intensiveren; |
57. |
benadrukt dat er onvoldoende vooruitgang is geboekt bij de uitvoering van bijlage VII bij het vredesakkoord van Dayton over vluchtelingen en intern ontheemden en terugkeerders; verzoekt nogmaals om aanvullende maatregelen en concrete programma’s inzake duurzame terugkeer, toegang tot gezondheidszorg en werkgelegenheid, sociale bescherming en onderwijs, en volledige eerbiediging van hun rechten; |
58. |
juicht de aanhoudende actieve deelname van BiH aan regionale samenwerking toe; onderstreept het belang van regionale samenwerking voor de bevordering van stabiliteit, welvaart en integratie; onderstreept het belang van inclusieve regionale initiatieven zoals de gemeenschappelijke regionale markt en reeds bestaande initiatieven zoals het Adriatisch-Ionische initiatief, het Midden-Europees Initiatief (MEI), de Eusair en het proces van Berlijn, en pleit voor synergieën tussen deze initiatieven; |
59. |
is ingenomen met de recente akkoorden die in het kader van het proces van Berlijn zijn gesloten met betrekking tot vrij verkeer met identiteitskaarten, de erkenning van kwalificaties van hoger onderwijs en de erkenning van beroepskwalificaties voor artsen, tandartsen en architecten, en pleit voor een snelle ratificatie daarvan; dringt er bij BiH op aan zijn contacten met buurlanden te versterken en visumvrij reizen tussen BiH en Kosovo onverwijld mogelijk te maken; |
60. |
is ingenomen met de gezamenlijke verklaring van de EU en de Westelijke Balkan over roamingkosten; roept de autoriteiten, privéactoren en alle belanghebbenden in dit verband op de verwezenlijking van de overeengekomen streefdoelen te vergemakkelijken en op 1 oktober 2023 tot een aanmerkelijke verlaging van de roamingtarieven voor data en verdere verlagingen te komen, zodat de prijzen uiterlijk in 2027 dicht bij de binnenlandse prijzen zullen liggen; |
61. |
is ingenomen met de voorbereidingen van de ministerraad voor de digitale top van de Westelijke Balkan, die op 2 oktober 2023 in Sarajevo zal worden gehouden; |
Fundamentele vrijheden en mensenrechten
62. |
wijst op de cruciale rol die onafhankelijke media spelen bij het verstrekken van juiste, tijdige en transparante informatie; veroordeelt met klem de aanvallen op, de bedreiging, belediging en intimidatie van, en de lastercampagnes en strategische rechtszaken tegen publieke participatie (SLAPP’s) tegen journalisten en mediaprofessionals, onder meer door politici en publieke figuren, waaronder de recente aanvallen op de journalisten Aleksandar Trifunović en Nikola Morača, en door particuliere ondernemingen; dringt aan op passende, systematische en doeltreffende gerechtelijke follow-up en de bescherming van journalisten, onder meer door een speciale beschermingslaag in het wetboek van strafrecht en een versterking van de capaciteit van aanklagers en rechters; benadrukt hoe belangrijk het is de transparantie van media-eigendom en de financiële duurzaamheid van het publieke-omroepstelsel te waarborgen; verzoekt de EU haar financiële en technische steun uit te breiden voor hoogwaardige opleidingen op het gebied van journalistiek en media, met name onafhankelijke en onderzoeksmedia; |
63. |
uit zijn diepe bezorgdheid over de invoering en parlementaire behandeling van wijzigingen in het wetboek van strafrecht van de entiteit SR waarmee laster weer strafbaar wordt gesteld; spoort de entiteit RS aan deze wijzigingen in te trekken en volledige bescherming van de vrijheid van meningsuiting en mediavrijheid te waarborgen; |
64. |
benadrukt dat het belangrijk is te zorgen voor een adequate vertegenwoordiging van minderheden en kwetsbare groepen in de publieke media, alsook voor mediapluriformiteit, de vertegenwoordiging van alle gemeenschappen en culturen, en de beschikbaarheid van inhoud in alle officiële talen; |
65. |
is verheugd dat de film “Quo Vadis, Aida?” in 2022 de LUX-publieksprijs van het Europees Parlement en de Europese Filmacademie heeft ontvangen; uit echter zijn bezorgdheid over het feit dat de publieke omroep van de RS heeft geweigerd de film over de genocide in Srebrenica uit te zenden; veroordeelt de overheidsfinanciering door bepaalde gemeenten in de RS van de revisionistische propagandafilm “Republika Srpska: de strijd voor de vrijheid”; |
66. |
veroordeelt alle vormen van discriminatie, segregatie, geweld en haatzaaiende uitlatingen tegen vrouwen, minderheden, waaronder etnische minderheden, lhbtiq+-personen, personen met een handicap, vluchtelingen, ontheemden en mensen die op de vlucht zijn, en roept BiH op hun bescherming en fundamentele vrijheden te waarborgen; dringt aan op de onmiddellijke invoering van effectieve toegang tot rechtsmiddelen en de vervolging van dergelijke zaken; verzoekt BiH de rechten van alle minderheden in het hele land te beschermen en te bevorderen, met inbegrip van hun recht op deelname aan democratische verkiezingen; herinnert eraan dat de onafhankelijkheid en doeltreffendheid van de ombudsman voor de mensenrechten moeten worden versterkt; pleit voor een doeltreffende toepassing van beleid inzake de bestrijding van discriminatie en inzake mensenrechten; verzoekt de autoriteiten van BiH gegevens te verzamelen over haatmisdrijven en deze uit te splitsen naar drijfveer; |
67. |
merkt op dat vrouwen ondervertegenwoordigd zijn in de politiek, het openbare leven en de hogere rangen van veiligheidsdiensten en dat gendereffectbeoordelingen niet worden uitgevoerd zoals wettelijk vereist; verzoekt BiH gendergelijkheid op alle gebieden van het openbare en privéleven te garanderen; dringt aan op de afstemming van de wetgeving inzake gendergelijkheid op het Verdrag van Istanbul en de invoering van relevante strategieën; veroordeelt de incidenten in Banja Luka tijdens Internationale Vrouwendag; veroordeelt de toename van het feminicidepercentage ten stelligste en dringt er bij BiH op aan zijn inspanningen om geweld tegen vrouwen te voorkomen op te voeren en de institutionele respons op seksueel en gendergerelateerd geweld te verbeteren, gegevens over feminicide te verzamelen, de toegang tot slachtofferhulp, rechtsbijstand en veilige huisvesting te vergroten en te verbeteren, en crisiscentra voor slachtoffers van seksueel geweld op te zetten; herhaalt dat BiH meer vaart moet zetten achter de vervolging van seksuele geweldsmisdrijven, een schadevergoeding moet verstrekken aan vrouwelijke slachtoffers van oorlogsmisdaden en de bescherming van getuigen moet waarborgen; |
68. |
is verheugd over het succes van de derde Pride van BiH in 2022, maar betreurt dat bij dit evenement nog steeds sprake is van administratieve belemmeringen en discriminatie; is ingenomen met de goedkeuring van het lhbti-actieplan voor Bosnië en Herzegovina 2021-2024 en de oprichting van een contactpunt dat belast is met het toezicht op haatmisdrijven tegen lhbtiq+-personen in kantonnale parketten; verzoekt BiH praktische stappen te ondernemen om de inclusie van de lhbtiq+-gemeenschap en de preventie van geweld tegen deze gemeenschap te bevorderen, onder meer door seksuele gerichtheid en genderidentiteit toe te voegen aan bepalingen inzake haatmisdrijven in het strafrecht; |
69. |
uit zijn bezorgdheid over politieke belemmeringen van de vrijheid van vergadering voor lhbtiq+-activisten en over het aanzetten tot geweld door bepaalde politici; veroordeelt het verbod van een publieke bijeenkomst in Banja Luka die als uiting van solidariteit met activisten, journalisten en lhbtiq+-personen was georganiseerd; veroordeelt met klem de daaropvolgende gewelddadige aanvallen en de druk die werd uitgeoefend op journalisten en activisten in Banja Luka, alsook de ontoereikende actie van de politie om dit te voorkomen; veroordeelt voorts de plannen van het leiderschap van de RS om een nieuwe wet in te voeren om lhbtiq+-personen uit onderwijsinstellingen te weren; |
70. |
dringt aan op een betere bescherming van de rechten van de Roma-minderheid, met inbegrip van hun toegang tot openbare diensten, onderwijs en gezondheidszorg; veroordeelt de aanhoudende segregatie en discriminatie van hen, met name van Romakinderen in het onderwijs; benadrukt de onevenredige armoede van de Roma; is in dit verband ingenomen met de goedkeuring van een actieplan voor de integratie van de Roma; |
71. |
merkt op dat personen met een handicap, met name kinderen, een van de meest gemarginaliseerde groepen in BiH zijn; verzoekt BiH nogmaals om hun bescherming te waarborgen en een strategie voor deïnstitutionalisering te ontwikkelen en goed te keuren, zodat mensen met een handicap een waardig leven krijgen, in overeenstemming met het Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap, waarbij BiH partij is; onderstreept de noodzaak van gelijke toegang tot steun; betreurt het dat veel kinderen met een handicap nog steeds in instellingen worden geplaatst; |
72. |
verzoekt de Federatie van BiH, de entiteit RS en het district Brčko een wet op te stellen om de wettelijke gendererkenning op basis van zelfbeschikking te waarborgen, in overeenstemming met de praktijk van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens en de herziening van ICD-11 door de Wereldgezondheidsorganisatie die in januari 2022 in werking trad en ervoor zorgt dat transidentiteiten in geen enkele levenssfeer als ziekte wordt beschouwd; |
73. |
is ingenomen met de vorderingen die zijn gemaakt met het opstellen van een wet op federaal niveau om stellen van hetzelfde geslacht toegang te geven tot partnerschapsrechten; moedigt de regering aan deze wet onverwijld op te stellen; verzoekt de entiteit RS en het district Brčko ook procedures te starten om wetgevende oplossingen op te stellen voor de erkenning van partnerschappen tussen personen van hetzelfde geslacht, zodat stellen van hetzelfde geslacht in het hele land een gelijke behandeling genieten; |
74. |
onderstreept het belang van niet-discriminerend, inclusief en hoogwaardig onderwijs, onder meer door curricula inclusiever te maken, rekening te houden met culturele en taalkundige diversiteit, feitelijk onjuiste inhoud die verdeeldheid bevordert te verbannen en kritisch denken te bevorderen; roept er nogmaals toe op om dringend een einde te maken aan de aanhoudende discriminerende praktijk van “twee scholen onder één dak”, in overeenstemming met de rechterlijke beslissingen; beveelt ten zeerste aan verzoening te integreren in het onderwijsproces; verzoekt BiH de administratieve belemmeringen te verminderen voor studenten die in een ander kanton of in een andere entiteit verder willen studeren; |
75. |
erkent dat het maatschappelijk middenveld een sleutelrol vervult bij het vergroten van de veerkracht van democratische samenlevingen en hervormingsprocessen; steunt de intensievere deelname van burgers aan beleidsvormingsfora, zoals de landelijke burgervergadering in BiH, en neemt terdege nota van de beleidsaanbevelingen daarvan; roept de autoriteiten op een klimaat te bevorderen waarin zulke organisaties hun werkzaamheden kunnen uitvoeren en alle bedreigingen, aanvallen en intimidatie van en SLAPP’s tegen mensenrechtenverdedigers en activisten uit het maatschappelijk middenveld door politici en publieke figuren, systematisch te veroordelen en te vervolgen; dringt aan op een actieve en open dialoog met het maatschappelijk middenveld en de betrokkenheid daarvan bij het EU-integratieproces; |
76. |
dringt aan op een betere bescherming en bevordering van de vrijheid van vergadering, vereniging en meningsuiting, onder meer door de wetgeving in overeenstemming te brengen met Europese en internationale normen; veroordeelt het besluit van de regering van de entiteit RS om een ontwerpwet inzake ngo’s goed te keuren, die tot doel heeft de ruimte en de activiteiten van het maatschappelijk middenveld in te perken en het werk van veel van haar organisaties strafbaar te stellen door degenen die internationale financiering ontvangen als buitenlandse agenten aan te merken; dringt er bij de Nationale Vergadering van de RS op aan deze wetgeving niet aan te nemen; |
77. |
wijst nogmaals op de noodzaak van een solidair migratie- en asielbeheer dat de mensenrechten en het internationaal recht eerbiedigt, ook in detentiecentra, alsook een passende, waardige en eerlijke verdeling van de opvangcapaciteit over het land, waarbij actoren uit het maatschappelijk middenveld daadwerkelijk worden betrokken bij de opvangrespons ter waarborging van de monitoring; wijst op de noodzaak van samenwerking en coördinatie met naburige EU-lidstaten; onderstreept het beginsel van non-refoulement en het verbod op onmenselijke behandeling bij terugkeer; erkent de aanhoudende inspanningen op lokaal en internationaal niveau om de coördinatie te verbeteren; is ingenomen met de start van de onderhandelingen met het Europees Grens- en kustwachtagentschap (Frontex) over de bijgewerkte statusovereenkomst van BiH en pleit voor een tijdige afronding ervan zodat het land zijn grenzen beter kan bewaken en beheren in overeenstemming met de grondrechten en internationale normen; betreurt de aanhoudende tekortkomingen op het gebied van migratie- en grensbeheer, ondanks de aanzienlijke financiële steun die de EU aan BiH verleent, en pleit voor een groter reactievermogen in crisissituaties; uit zijn ernstige bezorgdheid over meldingen van gewelddadige pushbacks naar BiH; wijst erop dat er meer transparantie nodig is en meer democratische controle op de toewijzing en besteding van EU-middelen op dit gebied, met name de middelen die worden besteed door de Internationale Organisatie voor Migratie; is bezorgd over de berichten over ontoereikende opvangvoorzieningen in het door de EU gefinancierde centrum in Lipa; |
78. |
is ingenomen met de vaststelling van de migratie- en asielstrategie voor de periode 2021-2025 en verzoekt BiH het bijbehorende actieplan spoedig vast te stellen; verzoekt BiH de snelheid, duur en kwaliteit van de asielprocedures en de levensomstandigheden en veiligheid in tijdelijke opvangcentra te verbeteren; |
79. |
dringt er bij BiH op aan grensoverschrijdende criminaliteit, in het bijzonder mensenhandel en illegale handel in wapens intensiever te bestrijden; benadrukt dat de opleiding en capaciteiten van de grenspolitie moeten worden verbeterd en wijst erop dat de Commissie hiervoor in 2022 een bedrag van 5 miljoen EUR aan IPA III-middelen heeft toegewezen; |
80. |
verzoekt BiH zich volledig aan te passen aan het visumbeleid van de EU teneinde te garanderen dat de migratie- en veiligheidsomgeving zo goed mogelijk wordt beheerd; |
Sociaal-economische hervormingen
81. |
is ingenomen met de goedkeuring van een strategie voor de hervorming van het beheer van de overheidsfinanciën op alle bestuursniveaus, het programma voor economische hervormingen 2023-2025, de ontwerpbegrotingswet en het kaderbegrotingsdocument voor de periode 2023-2025, en dringt aan op een grondige uitvoering daarvan; dringt er bij de autoriteiten op aan doeltreffende interne controlesystemen op te zetten en maatregelen te treffen om de transparantie en duurzaamheid van de begroting van staatsinstellingen te verbeteren; is verheugd over de positieve hervatting van de besluitvorming op staatsniveau en de verbetering van de overheidsrating van BiH na de vlotte formatie van een nieuwe regering op staatsniveau en de toekenning van de status van kandidaat-lidstaat; |
82. |
dringt er bij BiH op aan prioriteit te geven aan maatregelen die gericht zijn op het aanpakken van armoede, ongelijkheid en sociale bescherming, het verbeteren van het concurrentievermogen en het ondernemingsklimaat, alsook op economische en sociale cohesie, het stimuleren van economische diversificatie en het in overeenstemming brengen van de wetgeving op het gebied van btw en accijnzen met die van de EU; dringt er voorts bij BiH op aan de digitale en groene transitie te bevorderen, de informele economie, alsook werkloosheid en armoede aan te pakken, met name onder jongeren, vrouwen en mensen in kwetsbare situaties, zoals bewoners van plattelandsgebieden, Roma, kinderen en ouderen; pleit voor de invoering van een toereikend institutioneel en regelgevingskader, met inbegrip van toezichtsinstanties, en voor een beter, gedepolitiseerd openbaar bestuur; |
83. |
dringt met klem aan op maatregelen om de nog altijd hoge mate van braindrain aan te pakken; verzoekt BiH het probleem van jeugdwerkloosheid aan te pakken, onder meer door beleid en programma’s in te voeren om werkgelegenheid en ondernemerschap te bevorderen; benadrukt het belang van de ontwikkeling van de jongerengarantie in de Westelijke Balkan, alsook het belang van onderwijs voor de bevordering van sociale inclusie en economische ontwikkeling, en dringt er bij BiH op aan te investeren in onderwijs en opleiding; |
84. |
is verheugd over de deelname van BiH aan Horizon Europa en de vaststelling van het programma Creatief Europa 2021-2027; is ingenomen met de EU-steun ter waarde van 10 miljoen EUR voor de hervorming van de gezondheidszorg in BiH en de steun van de EU voor de versterking van de gezondheidszorg in BiH via het “EU4Health”-project; is ingenomen met de toetreding van BiH als volwaardig lid tot het EU-mechanisme voor civiele bescherming en prijst de snelle hulp die de autoriteiten en burgers van BiH hebben verleend aan de bevolking van Turkije en Syrië na de aardbeving op 6 februari 2023; |
Energie, milieu, duurzame ontwikkeling en connectiviteit
85. |
is ingenomen met het energiepakket van de Commissie ter waarde van 1 miljard EUR aan EU-subsidies voor de landen van de Westelijke Balkan om hen te helpen de energiecrisis te boven te komen, waaronder 70 miljoen EUR in de vorm van directe begrotingssteun aan BiH voor bijstand aan de meest kwetsbare huishoudens ter beperking van de effecten van de prijsstijgingen en ter ondersteuning van energie-efficiëntie in de woning- en de bedrijfssector; onderstreept dat de noodfondsen moeten worden aangewend om BiH te ondersteunen bij de totstandbrenging van een energie-efficiënt en op hernieuwbare energie gebaseerd systeem in overeenstemming met REpowerEU; beveelt aan de integratie van BiH in de Europese energiemarkt te versterken, met name gezien de noodzaak om de energieafhankelijkheid van Rusland te verminderen naar aanleiding van de grootschalige Russische invasie in en aanvalsoorlog tegen Oekraïne; is ingenomen met het Global Gateway-initiatief voor een Trans-Balkanelektriciteitscorridor en pleit voor een spoedige uitvoering ervan; |
86. |
dringt er bij BiH op aan een ambitieus, geloofwaardig en samenhangend energie- en klimaatplan voor de periode 2021-2030 af te ronden en goed te keuren; herhaalt dat het noodzakelijk is dat het land, met het oog op een goed werkende energiemarkt, de noodzakelijke wetgeving inzake gas, elektriciteit, hernieuwbare energie en energie-efficiëntie aanneemt, in overeenstemming met het Energiegemeenschapsverdrag, de groene agenda voor de Westelijke Balkan, het pakket schone energie en andere EU-normen en beleidsdoelstellingen op het gebied van milieubescherming en energie, en zorgt voor volledige harmonisatie van de wetgeving op staatsniveau; |
87. |
benadrukt hoe belangrijk het is om energiebronnen snel beter te diversifiëren in overeenstemming met de toezeggingen die het land heeft gedaan op het gebied van decarbonisatie; dringt er bij BiH op aan projecten in strategische sectoren die de afhankelijkheid van het land van Rusland en China vergroten, waaronder energie-infrastructuurprojecten, te voorkomen en stop te zetten; is ingenomen met de aankondiging van de federale regering van BiH om een voorstel voor een alternatieve Chinese onderaannemer voor de voorgestelde kolencentrale Tuzla 7 te verwerpen; |
88. |
is ingenomen met het besluit van Sarajevo om deel te nemen aan de EU-missie “100 klimaatneutrale en slimme steden tegen 2030”, waarvoor het 360 miljoen EUR aan Horizon Europa-financiering zal ontvangen voor de periode 2022-2023; |
89. |
dringt er bij de autoriteiten van BiH op aan vaart te zetten achter de uitvoering van projecten in het kader van het economisch en investeringsplan voor de Westelijke Balkan, die het land in staat stellen zijn afhankelijkheid van fossiele brandstoffen te verminderen door het bevorderen van het traject naar decarbonisatie en het helpen verwezenlijken van de doelstellingen van de groene agenda; benadrukt dat de groene en de digitale transitie en duurzame connectiviteit een drijvende kracht zijn achter regionale economische integratie en integratie met de EU; |
90. |
moedigt de regeringen van de entiteiten van BiH aan bij de planning van projecten de transparantie te vergroten door middel van publieke participatie en raadpleging van lokale gemeenschappen, academische deskundigen en het maatschappelijk middenveld; onderstreept de noodzaak om voorafgaande uitgebreide strategische milieubeoordelingen te verbeteren en af te stemmen op de bepalingen van milieueffectbeoordelingen; benadrukt dat het belangrijk is investeringen transparant en efficiënt te gebruiken; |
91. |
wijst op de positieve ontwikkelingen met betrekking tot milieubescherming en prijst het werk van lokale milieuorganisaties en activisten uit het maatschappelijk middenveld; verzoekt BiH de integratie van het milieu in verschillende sectorale beleidsterreinen te intensiveren en de vervolging van milieudelicten op te voeren; spoort BiH aan de wetten en maatregelen voor milieubescherming strikt toe te passen, teneinde te voorkomen dat mijnbouwonderzoek en mijnbouwactiviteiten gevolgen hebben voor het milieu of die gevolgen te beperken; verzoekt BiH het aantal en de omvang van beschermde natuurgebieden te vergroten en de integriteit van bestaande nationale parken en andere beschermde gebieden in stand te houden; |
92. |
is diep verontrust over de vervuiling van rivieren; dringt er bij de autoriteiten van BiH op aan bodem- en waterverontreiniging aan te pakken, zijn rivieren te beschermen, onder meer tegen de schadelijke gevolgen van kleine waterkrachtcentrales, zich verder aan te passen aan het EU-acquis inzake waterkwaliteit en natuurbescherming, en het afvalbeheer aanzienlijk te verbeteren, onder meer door een landelijke strategie vast te stellen met bijzondere aandacht voor maatregelen op het gebied van hulpbronnenefficiëntie en de circulaire economie; |
93. |
dringt er bij BiH op aan doeltreffende programma’s ter bescherming en verbetering van de luchtkwaliteit te starten in zijn ernstig vervuilde steden, in het bijzonder Sarajevo; is in dit opzicht ingenomen met de vaststelling door de ministerraad van een initiatief om de uitstoot van luchtverontreinigende stoffen en broeikasgassen bij de verwarming van woongebouwen en in het verkeer te verminderen; verzoekt BiH ook grensoverschrijdende luchtverontreiniging te verminderen; |
94. |
merkt op dat BiH zich extra moet inspannen voor een verdere afstemming op en een doeltreffende uitvoering van het EU-acquis op alle vervoersgebieden; benadrukt dat de economische harmonisatie en connectiviteit op nationaal en regionaal niveau moeten worden versterkt; herinnert aan de noodzaak van hervormingsmaatregelen op het gebied van connectiviteit en afstemming op het trans-Europees vervoersnetwerk en het trans-Europees energienetwerk; is ingenomen met de Europese investeringen in de weg- en spoorweginfrastructuur in BiH, met name de aanleg van Corridor Vc, die zal leiden tot een verbetering van de economische uitwisseling en connectiviteit in de Westelijke Balkan;
° ° ° |
95. |
verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de vicevoorzitter van de Commissie/hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid, de Raad, de Commissie, de lidstaten, het presidentschap van Bosnië en Herzegovina, de ministerraad en de Parlementaire Vergadering van Bosnië en Herzegovina, de regeringen en parlementen van de Federatie van Bosnië en Herzegovina, de Republika Srpska en het district Brčko, de regeringen van de tien kantons van de Federatie van Bosnië en Herzegovina, alsmede het Bureau van de hoge vertegenwoordiger. |
(1) PB L 164 van 30.6.2015, blz. 2.
(2) PB L 330 van 20.9.2021, blz. 1.
(3) PB L 391 van 5.11.2021, blz. 45.
(4) PB L 311 van 2.12.2022, blz. 149.
(5) Arrest van 15 juli 2014.
(6) Arrest van 22 december 2009.
(7) PB C 265 van 11.8.2017, blz. 142.
(8) PB C 399 van 24.11.2017, blz. 176.
(9) PB C 362 van 8.9.2021, blz. 129.
(10) PB C 251 van 30.6.2022, blz. 87.
(11) PB C 493 van 27.12.2022, blz. 136.
(12) PB C 167 van 11.5.2023, blz. 105.
(13) Besluit (GBVB) 2022/450 van de Raad van 18 maart 2022 tot wijziging van Besluit 2011/173/GBVB betreffende beperkende maatregelen vanwege de situatie in Bosnië en Herzegovina, PB L 91 van 18.3.2022, blz. 22.
ELI: http://data.europa.eu/eli/C/2024/4004/oj
ISSN 1977-0995 (electronic edition)