EUROPESE COMMISSIE
Brussel, 3.3.2016
COM(2016) 94 final
2016/0057(NLE)
Voorstel voor een
BESLUIT VAN DE RAAD
houdende machtiging tot ondertekening van en overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Unie en de Republiek ten oosten van de Uruguay uit hoofde van artikel XXIV, lid 6, en artikel XXVIII van de Algemene Overeenkomst inzake Tarieven en Handel (GATT) 1994 betreffende de wijziging van de concessies die vervat zijn in de lijst van verbintenissen van de Republiek Kroatië, in verband met hun toetreding tot de Europese Unie
TOELICHTING
1.ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL
•Motivering en doel van het voorstel
Met de toetreding van de Republiek Kroatië heeft de Europese Unie haar douane-unie uitgebreid. Uit hoofde van de regels van de Wereldhandelsorganisatie ("WTO") (artikel XXIV, lid 6, van de GATT 1994) moest de Europese Unie bijgevolg onderhandelingen openen met WTO-leden die onderhandelingsrechten hebben met betrekking tot de tarievenlijst van Kroatië om uiteindelijk tot overeenstemming te komen over een compenserende regeling. Een dergelijke aanpassing is nodig indien de toepassing van het buitentarief van de EU leidt tot een tarief dat hoger is dan het niveau waarop het toetredende land zijn tarief bij de WTO heeft geconsolideerd.
Op 15 juli 2013 heeft de Raad de Commissie gemachtigd om onderhandelingen te openen uit hoofde van artikel XXIV, lid 6, van de GATT 1994. De Commissie heeft onderhandeld met de WTO-leden die onderhandelingsrechten bezitten met betrekking tot de intrekking van specifieke concessies in het kader van de intrekking van de lijst van de Republiek Kroatië, zulks in het kader van haar toetreding tot de Europese Unie.
De onderhandelingen met de Republiek ten oosten van de Uruguay hebben geleid tot een ontwerpovereenkomst in de vorm van een briefwisseling, die op 18 december 2015 in Nairobi is geparafeerd (de overeenkomst). Bijgevolg stelt de Europese Commissie de Raad voor om machtiging te verlenen tot de ondertekening van de overeenkomst.
•Samenhang met de huidige bepalingen op dit beleidsgebied
Het voorstel is in overeenstemming met de EU-praktijk die bij eerdere uitbreidingen van de EU is toegepast.
•Samenhang met andere beleidsgebieden van de Unie
Het voorstel is in overeenstemming met de EU-praktijk die strookt met het beleid van de EU inzake extern optreden en landbouwbeleid.
2.RECHTSGRONDSLAG, SUBSIDIARITEIT EN EVENREDIGHEID
•Rechtsgrondslag
Artikel 207 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU), in samenhang met artikel 218, lid 5, van het VWEU voor de ondertekening van internationale overeenkomsten.
•Subsidiariteit (voor niet-exclusieve bevoegdheid)
Het voorstel valt onder de exclusieve bevoegdheid van de Unie, zoals bedoeld in artikel 3, lid 1, onder e), van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie. Het subsidiariteitsbeginsel is derhalve niet van toepassing.
•Evenredigheid
De Republiek ten oosten van de Uruguay werd geschaad door de intrekking van de concessies van Kroatië. De compenserende regeling overschrijdt de rechten van de Republiek ten oosten van de Uruguay in dit verband niet. Het voorstel is in overeenstemming met het evenredigheidsbeginsel.
•Keuze van het instrument
Een besluit van de Raad houdende machtiging tot ondertekening van de overeenkomst is vereist op grond van artikel 218, lid 5, VWEU.
3.RAADPLEGING VAN BELANGHEBBENDEN
•Raadpleging van belanghebbenden
De Raad (Comité handelspolitiek) is regelmatig geraadpleegd over de inhoud en de voortgang van de onderhandelingen. Het Europees Parlement (Commissie internationale handel — INTA) is in kennis gesteld.
4.GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING
5.OVERIGE ELEMENTEN
•Uitvoeringsplannen
De Commissie stelt de Raad voor dat de overeenkomst in de vorm van een briefwisseling met de Republiek ten oosten van de Uruguay wordt ondertekend namens de Unie. Tegelijkertijd wordt een afzonderlijk voorstel betreffende de sluiting van deze overeenkomst bij de Raad ingediend.
Naar aanleiding van de overeenkomst keurt de Commissie een uitvoeringsverordening goed om de volgende contingenten te openen en te beheren, overeenkomstig artikel 187, onder a), van de Integrale-GMO-verordening (Verordening (EU) nr. 1308/2013):
–toevoeging van 76 ton aan het aan Uruguay toegewezen EU-tariefcontingent voor "vlees van runderen, vers of gekoeld, zonder been; eetbaar slachtafval van runderen: longhaasjes en omlopen, vers of gekoeld", tariefposten ex 0201 30 00 en ex 0206 10 95, en behoud van het huidige recht van 20 % binnen het contingent. Het nieuwe tariefcontingent bedraagt 4 076 ton;
–toevoeging van 1 875 ton aan het EU-tariefcontingent voor "vlees van runderen, bevroren — eetbare slachtafvallen van runderen, zonder been, bevroren", tariefposten 0202 en 0206.29.91, en behoud van het huidige recht van 20 % binnen het contingent. Het nieuwe tariefcontingent bedraagt 54 875 ton.
De toepasselijke uitvoeringsmaatregelen worden uitgewerkt tegelijkertijd met dit voorstel.
2016/0057 (NLE)
Voorstel voor een
BESLUIT VAN DE RAAD
houdende machtiging tot ondertekening van en overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Unie en de Republiek ten oosten van de Uruguay uit hoofde van artikel XXIV, lid 6, en artikel XXVIII van de Algemene Overeenkomst inzake Tarieven en Handel (GATT) 1994 betreffende de wijziging van de concessies die vervat zijn in de lijst van verbintenissen van de Republiek Kroatië, in verband met hun toetreding tot de Europese Unie
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 207, lid 4, eerste alinea, juncto artikel 218, lid 5,
Gezien het voorstel van de Europese Commissie,
Overwegende hetgeen volgt:
(1)Op 15 juli 2013 heeft de Raad de Commissie gemachtigd uit hoofde van artikel XXIV, lid 6, van de Algemene Overeenkomst inzake tarieven en handel (GATT) 1994 met bepaalde andere leden van de Wereldhandelsorganisatie onderhandelingen te openen in verband met de toetreding tot de Europese Unie van de Republiek Kroatië.
(2)De Commissie heeft onderhandelingen gevoerd volgens de door de Raad vastgestelde onderhandelingsrichtsnoeren.
(3)Deze onderhandelingen zijn afgesloten, en op 18 december 2015 vond de parafering plaats van een overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Unie en de Republiek ten oosten van de Uruguay uit hoofde van artikel XXIV, lid 6, en artikel XXVIII van de Algemene Overeenkomst inzake Tarieven en Handel (GATT) 1994 betreffende de wijziging van de concessies die vervat zijn in de lijst van verbintenissen van de Republiek Kroatië, in verband met haar toetreding tot de Europese Unie ("de overeenkomst").
(4)Deze overeenkomst moet namens de Europese Unie worden ondertekend, onder voorbehoud van sluiting op een later tijdstip,
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
De ondertekening van de overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Unie en de Republiek ten oosten van de Uruguay uit hoofde van artikel XXIV, lid 6, en artikel XXVIII van de Algemene Overeenkomst inzake Tarieven en Handel (GATT) 1994 betreffende de wijziging van de concessies die vervat zijn in de lijst van verbintenissen van de Republiek Kroatië, in verband met haar toetreding tot de Europese Unie, wordt namens de Europese Unie goedgekeurd onder voorbehoud van de sluiting van die overeenkomst.
De tekst van de overeenkomsten is als bijlage bij dit besluit gevoegd.
Artikel 2
De voorzitter van de Raad is gemachtigd de persoon (personen) aan te wijzen die bevoegd is (zijn) de overeenkomst namens de Unie te ondertekenen.
Artikel 3
Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld.
Dit besluit wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Gedaan te Brussel,
Voor de Raad
De voorzitter
FINANCIEEL MEMORANDUM VOOR VOORSTELLEN DIE UITSLUITEND GEVOLGEN HEBBEN VOOR DE ONTVANGSTENZIJDE VAN DE BEGROTING
1.BENAMING VAN HET VOORSTEL
Voorstel voor een besluit van de Raad houdende machtiging tot ondertekening van van een overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Unie en de Republiek ten oosten van de Uruguay uit hoofde van artikel XXIV, lid 6, en artikel XXVIII van de Algemene Overeenkomst inzake Tarieven en Handel (GATT) 1994 betreffende de wijziging van de concessies die vervat zijn in de lijst van verbintenissen van de Republiek Kroatië in verband met haar toetreding tot de Europese Unie
2.BEGROTINGSONDERDELEN
Onderdeel ontvangsten:
Hoofdstuk 12 — Douanerechten en overige rechten
3.FINANCIËLE GEVOLGEN
◻
Het voorstel heeft geen financiële gevolgen
X
Het voorstel heeft geen financiële gevolgen voor de uitgaven maar wel voor de ontvangsten
◻
Het voorstel heeft financiële gevolgen voor de bestemmingsontvangsten, namelijk:
(in miljoen euro, tot op 1 decimaal)
Onderdeel ontvangsten
|
Jaar N
|
Jaar N+1
|
|
1,3
|
1,3
|
Situatie na de actie
|
Onderdeel ontvangsten
|
[n+1]
|
[n+2]
|
[n+3]
|
[n+4]
|
[n+5]
|
|
1,3
|
1,3
|
1,3
|
1,3
|
1,3
|
4.FRAUDEBESTRIJDINGSMAATREGELEN
Algemene fraudebestrijdingsmaatregelen in verband met douanezaken en het beheer van kwantitatieve contingenten van de EU zijn van toepassing.
5.ANDERE OPMERKINGEN
(methode/formule voor de berekening van de inkomsten)Waarde per eenheid van de gemiddelde soortgelijke invoer voor de jaren 2012-2014, vermenigvuldigd met de nieuwe hoeveelheden van de tariefcontingenten, vermenigvuldigd met het recht van 20 % voor hoeveelheden binnen het contingent, minus 25 % aftrek van de inningskosten. Voor de daaropvolgende jaren wordt de waarde per eenheid als constant aangemerkt.