This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 52014JC0008
JOINT COMMUNICATION TO THE EUROPEAN PARLIAMENT AND THE COUNCIL Responsible sourcing of minerals originating in conflict-affected and high-risk areas Towards an integrated EU approach
GEZAMENLIJKE MEDEDELING AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD Het verantwoord betrekken van mineralen uit conflict- en hoogrisicogebieden Naar een geïntegreerde EU-strategie
GEZAMENLIJKE MEDEDELING AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD Het verantwoord betrekken van mineralen uit conflict- en hoogrisicogebieden Naar een geïntegreerde EU-strategie
/* JOIN/2014/08 final */
GEZAMENLIJKE MEDEDELING AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD Het verantwoord betrekken van mineralen uit conflict- en hoogrisicogebieden Naar een geïntegreerde EU-strategie /* JOIN/2014/08 final */
Inleiding
De
internationale handel in mineralen uit onstabiele regio’s in de wereld kan
gewelddadige conflicten aanwakkeren en doen voortduren. Deze handel vormt
zelden de kern van het conflict maar biedt gewapende groepen wel aanzienlijke
financiële armslag om hun strijd voort te zetten ten koste van miljoenen mensen
die bij het geweld betrokken raken. Het
probleem is bijzonder acuut in Afrika (vooral in het gebied van de Grote
Meren). Het Heidelberg Institute[1]
meldt dat natuurlijke rijkdommen bij ongeveer 20 % van de bijna 400
geregistreerde conflicten een rol spelen (vooral in Afrika (27 conflicten) en
Amerika (21 conflicten) maar in mindere mate ook in Azië en Oceanië (11
conflicten), het Midden-Oosten en de Maghreb (7 conflicten) en Europa (4 conflicten)).
De algemene situatie in de wereld is niet statisch en er kunnen zich steeds
nieuwe conflicten voordoen waarbij natuurlijke rijkdommen een rol spelen. Het is bijzonder
moeilijk het verband tussen de ontginning van mineralen en conflicten te
doorbreken. Eerst is het zaak de kern en de directe oorzaken van de problemen
op te sporen, de katalysatoren en de dynamiek van de conflicten en structurele
problemen te analyseren en inzicht in de rol van de verschillende spelers te
krijgen. Bij het zoeken naar oplossingen moet met factoren van instabiliteit
rekening worden gehouden (bijvoorbeeld een gebrek aan goed bestuur, de
onveiligheid, het onvermogen een rechtsstaat te waarborgen, armoede, het
ontbreken van diensten en infrastructuur, endemische corruptie en voortdurende
politieke geschillen en landdisputen) en is het belangrijk een brede waaier van
maatregelen te nemen (binnenlandse, internationale, politieke, commerciële en
onderwijsmaatregelen). Er zijn trouwens al heel wat maatregelen genomen. Nieuwe
handelsgerelateerde maatregelen van de EU moeten in deze ruimere context passen
en de initiatieven van de EU op het gebied van buitenlands beleid en
ontwikkelingssamenwerking aanvullen. Er moet ook rekening worden gehouden met
de situatie van EU-bedrijven en het beleid van de EU ten aanzien van bedrijven.
Deze gezamenlijke
mededeling van de Europese Commissie en de hoge vertegenwoordiger biedt een
overzicht van een reeks initiatieven waarbij met deze overwegingen rekening is
gehouden. Uitgangspunt is dat ondernemingen die zich in conflict- en hoogrisicogebieden
verantwoord gedragen, een diepgaande en positieve sociaaleconomische invloed in
de getroffen gebieden kunnen uitoefenen. De mededeling is gebaseerd op twee
mededelingen uit respectievelijk 2011 en 2012[2],
waarin de Commissie heeft aangekondigd te zullen nagaan hoe de transparantie –
inclusief de passende zorgvuldigheid ("due diligence") – doorheen de
toeleveringsketens kan worden verbeterd, wanneer de inkomsten uit
winningsindustrieën worden gebruikt om oorlogen of interne conflicten in
grondstofrijke ontwikkelingslanden te financieren. Deze mededeling hoort bij een
voorstel van de Commissie voor een verordening van het Europees Parlement en de
Raad tot instelling van een Uniesysteem voor zelfcertificering van passende zorgvuldigheid
in de toeleveringsketen voor verantwoordelijke importeurs van tin, tantaal,
wolfraam, de overeenkomstige ertsen, en goud[3]
uit conflict- en hoogrisicogebieden[4].
De mededeling schetst een aantal begeleidende maatregelen om het effect van de
verordening te vergroten, evenals een geïntegreerde Europese strategie, waarbij
rekening wordt gehouden met de resultaten van een openbare raadpleging,
vergaderingen met belanghebbenden en een effectbeoordeling uit 2013[5]. De in deze mededeling
geschetste geïntegreerde strategie stelt drie belangrijke kwesties aan de orde:
gewapende groepen moeten minder gemakkelijk kunnen handelen in tin, tantaal en
wolfraam in conflictgebieden; EU-operatoren – vooral downstream in de
toeleveringsketen – moeten de bestaande regelingen inzake passende
zorgvuldigheid ("due diligence") beter kunnen naleven; en de
verstoringen op de wereldmarkt als gevolg van de aanwezigheid van de
bovengenoemde vier mineralen uit conflict- en hoogrisicogebieden (bijvoorbeeld
het gebied van de Grote Meren) moeten worden tegengegaan.
1. Achtergrond
1.1 Natuurlijke rijkdommen als motor voor
ontwikkeling De minerale
winningsindustrieën kunnen in aanzienlijke mate bijdragen aan de economische
ontwikkeling wereldwijd. Volgens de UN Industrial Development Organisation[6] is de mijnbouw in
Afrika, Latijns-Amerika en Azië goed voor respectievelijk 24 %, 9,9 % en 20,4 %
van het bbp. Afrika[7]
alleen is goed voor 30 % van de wereldwijde reserves aan mineralen en voor een
nog groter percentage van de goud-, platina-, diamant- en mangaanvoorraden. De
Aziatische landen en de landen in de Stille Oceaan behoren tot de belangrijkste
producenten van wolfraam-, nikkel-, koper-, tin- en ijzererts en een flink
percentage van de metaalsmelterijen wereldwijd bevindt zich op hun grondgebied.
De uitvoer van mineralen levert ook in Zuid-Amerika[8] grote economische
voordelen op, vooral in Bolivia, Colombia, Peru en, meer recentelijk,
Guatemala. Veel landen met
enorme natuurlijke rijkdommen scoren echter slecht op de UN Human Development
Index. Een mogelijke verklaring is dat de winning van grondstoffen een aantal
risico’s en uitdagingen voor ontwikkeling meebrengt: de corruptie neemt toe, de
uitvoer van grondstoffen verdringt economische activiteiten met een grotere
meerwaarde en het milieu loopt meer schade op. Bovendien gaat de winning van
grondstoffen vaak gepaard met conflicten en instabiliteit (het onderwerp van
deze mededeling). Wereldwijd is het inzicht gegroeid dat een aantal van deze
risico's moet worden afgebouwd door de natuurlijke rijkdommen beter te beheren.
Drie opmerkelijke en door de EU gesteunde initiatieven houden verband met
respectievelijk de diamantsector, de financiële transparantie van
winningsindustrieën en de bescherming van bedreigde planten- en diersoorten,
waaronder hout:
In 2000 heeft de Algemene Vergadering van de
Verenigde Naties unaniem een resolutie goedgekeurd waarin de rol van
diamanten bij de financiering van conflicten wordt veroordeeld en de
ontwikkeling van een wereldwijde certificeringsregeling wordt ondersteund.
De resolutie heeft geleid tot het Kimberley Process Certification Scheme
(KPCS). De EU past deze regeling toe in het kader van Verordening (EG) nr. 2368/2002.
Op de wereldtop over duurzame ontwikkeling in 2002
is het Extractive Industries Transparency Initiative (EITI) gelanceerd om
corruptie bij de ontginning van natuurlijke rijkdommen te bestrijden door
betalingen van bedrijven aan overheden openbaar te maken. Richtlijn
2013/34/EU bevat bepalingen om de financiële transparantie in de winnings-
en houthakkersindustrie te bevorderen.
In overeenstemming met het VN-Verdrag van 1973
inzake de internationale handel in bedreigde in het wild levende dier- en
plantensoorten (CITES) heeft de EU Verordening (EU) nr. 995/2010
vastgesteld, waarin van alle marktdeelnemers die houtproducten in de EU op
de markt brengen, wordt geëist dat ze de nodige zorgvuldigheid aan den dag
leggen om de aanvoer van illegaal gekapt hout te stoppen.
Op basis van de
ervaring op deze gebieden kan een geïntegreerde Europese strategie worden
ontwikkeld ter bevordering van het verantwoord betrekken van mineralen uit
conflictgebieden. Dankzij passende zorgvuldigheid ("due diligence")
kunnen bedrijven ervoor zorgen dat zij de mensenrechten naleven, conflicten
niet aanwakkeren[9]
en bijdragen aan een beter beheer in de winningsindustrie. De bevordering van passende
zorgvuldigheid mag er echter niet toe leiden dat legitieme mijnbouwactiviteiten
– en de daarmee verbonden handelsactiviteiten – in conflict- en hoogrisicogebieden
worden afgeremd. 1.2 Bestaande internationale initiatieven
inzake "responsible sourcing" In de bijgewerkte
OECD Guidelines for Multinational Enterprises[10]
wordt verwezen naar het concept responsible sourcing, dat strookt met de
doelstellingen en beginselen van de United Nations Guiding Principles on
Business and Human Rights[11].
Beide documenten pleiten ervoor dat bedrijven proactief en reactief – via een
lopend proces dat bekend staat als passende zorgvuldigheid – verifiëren of hun
commerciële activiteiten niet bijdragen aan conflicten en geen schadelijke
effecten sorteren. Op het hoogste
internationale niveau pleit Resolutie 1952 (2010) van de VN-Veiligheidsraad,
die specifiek betrekking heeft op de Democratische Republiek Congo (DRC) en de
buurlanden van de DRC in het gebied van de Grote Meren, voor due diligence bij
het beheer van de toeleveringsketen. In juni 2013 hebben de G8-leiders[12] zich ertoe verbonden
de winningsindustrieën transparanter te maken en het verantwoord betrekken van
conflictvrije mineralen uit conflictgebieden te bevorderen. De G8 heeft ook
partnerschappen met Burkina Faso, Colombia, Ghana, Guinee, Mongolië,
Myanmar/Birma, Peru en Tanzania aangekondigd om de samenwerking rond het beheer
van natuurlijke rijkdommen te versterken ter ondersteuning van
beleidshervormingen in deze landen. De EU is actief
betrokken bij een OESO-initiatief inzake conflictmineralen – de Due Diligence
Guidance[13]
– en heeft zich er tijdens de OESO-Ministerraad van mei 2011 toe verbonden de naleving
ervan te bevorderen. Het initiatief wil bedrijven helpen de mensenrechten na te
leven en ervoor zorgen dat bedrijven bij het betrekken van tin, tantaal,
wolfraam en goud geen conflicten aanwakkeren. Het is een wereldwijd initiatief
dat bedrijven de mogelijkheid biedt hun toeleveringsketens van mineralen
vrijwillig op transparantie te controleren. Er wordt informatie verzameld en
aan rechtstreekse kopers bekendgemaakt over onder meer de mijn van herkomst, de
handelsroutes en de winningsomstandigheden. Doel is risico's in de
toeleveringsketens op te sporen, te evalueren en te verhelpen. Een
onafhankelijke audit door een derde is vereist op specifieke punten in de
toeleveringsketen. De bedrijven moeten jaarlijks een verslag over hun beleid en
hun praktijken publiceren om het publiek vertrouwen in de genomen maatregelen
in te boezemen. In 2010 hebben de Verenigde
Staten de Dodd-Frank Wall Street Reform and Consumer Protection Act (de
Dodd-Frank Act) goedgekeurd. Section 1502 van de wet gaat over de transparantie
van de toeleveringsketens en verplicht in de VS beursgenoteerde bedrijven die
"conflictmineralen"[14]
bij hun productieprocessen gebruiken, de oorsprong van die mineralen bekend te
maken en de nodige "due diligence" te betrachten. De bepalingen van Section
1502 zijn afdwingbaar met ingang van 31 mei 2014: tegen die tijd moeten de
betrokken bedrijven hun eerste jaarverslag over conflictmineralen bij de US
Securities and Exchange Commission indienen. Hoewel de werkingssfeer van de wet
formeel beperkt is tot in de VS genoteerde bedrijven, heeft de wet –
voornamelijk als gevolg van wereldwijde toeleveringsketens – aanzienlijke
gevolgen in het buitenland (onder meer in de EU): de leveranciers van in de VS
genoteerde bedrijven worden immers verzocht informatie over "due
diligence" te verstrekken. In
2010 hebben de staatshoofden en regeringsleiders van de landen in het gebied
van de Grote Meren – in het kader van de International Conference for the Great
Lakes Region (ICGLR) – toegezegd de illegale exploitatie van natuurlijke
rijkdommen te bestrijden en een Regional Initiative on Natural Resources
goedgekeurd dat zes specifieke instrumenten omvat: de goedkeuring van een
regionaal certificatiemechanisme; de harmonisatie van de nationale wetgevingen;
een regionale databank over minerale stromen; de formalisering van de
ambachtelijke mijnbouwsector; de bevordering van het EITI; en het opzetten van
een mechanisme voor klokkenluiders. Dit regionale initiatief heeft ertoe geleid
dat de DRC en Rwanda in 2012 wetten hebben goedgekeurd waarin op basis van de
OECD Due Diligence Guidance verplichtingen inzake "due diligence"
voor hun operatoren zijn vastgesteld. Andere landen in het gebied van de Grote
Meren zijn ook begonnen met de uitvoering van het ICGLR-kader. Deze
drie initiatieven hebben de verdere ontwikkeling van meer specifieke openbare
en particuliere initiatieven bevorderd. De volgende
lijst van initiatieven is niet-exhaustief: the International Tin Research
Institute Tin Supply Chain Initiative, Certified Trading Chains Initiative,
Conflict-Free Smelter Program, Analytical Fingerprint, Solutions for Hope,
Conflict-Free Tin Initiative, Public Private Alliance for Responsible Minerals
Trade, PROMINES, Trading Centres Initiative, Conflict-Free Gold Standard of the
World Gold Council, the London Bullion Market Association's Good Delivery List
en de praktijk en normen van de Responsible Jewellery Council.[15] 1.3 De omstandigheden
waarin EU-bedrijven opereren Figuur 1 toont een vereenvoudigd schema van een
toeleveringsketen voor mineralen en metalen. De upstream-activiteiten
(extractie, handel en smelten) worden in het producerende land verricht. In de
meeste conflictgebieden vindt het smeltproces plaats in een derde land. Bij de
downstream-activiteiten gaat het om handel, verdere verwerking en assemblage
tot eindproducten die aan de consumenten worden verkocht. Een groot aantal
industriële sectoren verhandelt of verwerkt tin, tantaal, wolfraam en goud
(onder meer voor de productie van voertuigen, elektronica, ruimtevaarttechnologie,
verpakkingen, bouwmaterialen, verlichtingstechnologie, machines voor
industrieel gebruik en juwelen). Hierbij zijn potentieel ongeveer 880 000
ondernemingen in de EU betrokken (voor het merendeel kleine en middelgrote
ondernemingen). Uit de effectbeoordeling in het kader van de verordening blijkt
dat ongeveer 300 handelaren in de EU en ongeveer 20 smelterijen/raffinaderijen
ertsen en metalen die van de vier mineralen zijn afgeleid, invoeren en meer dan
100 EU-producenten van componenten afgeleide metalen importeren. Wereldwijd
zijn er ongeveer 140 goudraffinaderijen en 280 smelterijen voor de drie overige
mineralen. Figuur 1 Er is nog steeds
vraag van smelterijen en raffinaderijen naar mineralen uit conflictgebieden.
Deze bedrijven zijn goed geplaatst om de herkomst van de gekochte mineralen op
te sporen. Zij vormen de laatste fase in de toeleveringsketen waar het nog
technisch haalbaar is de herkomst van de mineralen te traceren, en zij kunnen
de leveranciers in de producerende landen tot verantwoord gedrag aanzetten. De
bestaande initiatieven op het gebied van passende zorgvuldigheid erkennen dat
het belangrijk is met verantwoordelijke smelterijen samen te werken. Uit
onderzoek van de Europese Commissie blijkt dat slechts 16 % van de smelterijen
wereldwijd en 18 % van de smelterijen voor tin, tantaal en wolfraam in de EU passende
zorgvuldigheid aan de dag leggen. Ongeveer 40 % van de goudraffinaderijen
wereldwijd en 89 % van de goudraffinaderijen in de EU zijn betrokken bij
initiatieven op het gebied van due diligence. [16]
Hoewel de OECD Due Diligence
Guidance een kader voor maatregelen biedt, zijn de inspanningen om de
richtsnoeren na te leven versnipperd. Bovendien worden de betrokken
ondernemingen slechts in beperkte mate gestimuleerd om maatregelen te nemen. De
helft van de downstream-respondenten die aan de openbare raadpleging hebben
deelgenomen, gaf blijk van belangstelling – of is vooral door de Dodd-Frank Act
wettelijk verplicht – om mineralen verantwoord te betrekken en passende
zorgvuldigheid ten aanzien van de toeleveringsketen aan de dag te leggen. Los
van wettelijke voorschriften laten ondernemingen zich bij het streven naar due
diligence onder meer leiden door maatschappelijk verantwoord ondernemen, het
imago van de onderneming en de verlangens van de consument. Uit een studie uit 2013[17] blijkt dat slechts
weinig ondernemingen in de EU passende zorgvuldigheid in de toeleveringsketen
aan de dag te leggen. Slechts 12 % van de in de EU beursgenoteerde
ondernemingen die niet rechtstreeks onder de wetgeving van de VS vallen,
verwijzen op hun websites naar conflictmineralen. Dit komt deels omdat de OECD
Due Diligence Guidance, de Dodd-Frank Act en het ICGLR-kader van recente datum
zijn, maar ook omdat de ondernemingen uit de EU met problemen bij de uitvoering
worden geconfronteerd (door de lengte van de toeleveringsketens, de talrijke
operatoren en het gebrek aan voorlichting). 150 000 à 200 000 ondernemingen uit
de EU – meestal downstream-operatoren – zijn echter betrokken bij de toeleveringsketens
van de 6 000 betrokken ondernemingen die in de VS genoteerd zijn. Wat het gebied van de Grote
Meren betreft, is er behoefte aan verdere capaciteitsopbouw in de regio om de
succesvolle uitvoering van het ICGLR-kader te waarborgen. Vooral de naleving
van de Dodd-Frank Act vormt een extra uitdaging. Er zijn aanwijzingen dat deze
wet het betrekken van mineralen uit het gebied van de Grote Meren heeft
ontmoedigd, ongeacht of de mineralen rechtmatig worden gewonnen of niet[18]. Sommige bedrijven
willen geen enkel risico lopen en betrekken mineralen uit mijnen buiten de
regio of zelfs buiten Afrika. De resterende "conflictvrije" mineralen
komen nog moeilijk op de VS- of EU-markt en worden vaak verhandeld onder de
marktprijs. De teruggang van de handel leidt tot minder lokale werkgelegenheid
in een regio met weinig alternatieve arbeidskansen (vooral in het geval van
ambachtelijke en kleinschalige mijnbouw). Een geïntegreerde
EU-strategie ter bevordering van het verantwoord betrekken van mineralen moet
op bestaande initiatieven voortbouwen en de naleving van de OECD Due Diligence
Guidance bevorderen. Het is zaak de smelterijen – niet alleen in de EU maar
wereldwijd – te stimuleren de richtsnoeren beter na te leven en de informatie
over passende zorgvuldigheid vlotter en tegen relatief lage kosten doorheen de
toeleveringsketens te verspreiden[19].
1.4 Bestaande maatregelen van de EU op het gebied van buitenlands
beleid, ontwikkeling en andere beleidsterreinen Er is een
allesomvattende strategie nodig om het verband tussen grondstofwinning en
conflicten te doorbreken en de grondoorzaken van het probleem (conflicten, een
zwak bestuur en een gebrek aan ontwikkeling) aan te pakken. De bestrijding van
deze problemen maakt deel uit van het buitenlands beleid van de EU en vormt de
specifieke doelstelling van de EU-strategie ter ondersteuning van
ontwikkelingslanden in hun strijd tegen armoede (zie de mededeling uit 2011
"Een agenda voor verandering"[20]).
De agenda hecht veel belang aan zowel goed bestuur en mensenrechten als inclusieve
economische groei. De agenda pleit voor gezamenlijke werkzaamheden niet alleen
met de ontwikkelingspartners van de EU (d.w.z. de regeringen van de
ontwikkelingslanden) maar ook met de particuliere sector en internationale
organisaties zoals de VN. Bij de uitvoering van de agenda schenkt de EU
bijzondere aandacht aan de rol van de civiele samenleving, een grotere inbreng
van de plaatselijke gemeenschappen en een transparante en geloofwaardige
besluitvorming. Een ander relevant
initiatief is het EU-UN Partnership on Land, Natural Resources and Conflict
Prevention uit 2008[21],
dat door de EU via het stabiliteitsinstrument wordt gesteund en gezamenlijke
bijstand aan derde landen verleent om conflicten rond natuurlijke rijkdommen te
voorkomen en aan te pakken. Via dit partnerschap bevordert de EU een
gemeenschappelijk optreden van de verschillende VN-organisaties overeenkomstig
het verslag "Peacebuilding in the Aftermath of Conflict"
(2012) van de secretaris-generaal van de VN. De EU beschikt over
een coherente en geïntegreerde strategie inzake de toegang tot grondstoffen
voor de Europese Unie. Het grondstoffeninitiatief[22] en het Europese
innovatiepartnerschap inzake grondstoffen[23]
zijn grootschalige EU-beleidsinitiatieven die een duurzame toegang tot grondstoffen
beogen en ook de thema's goed bestuur, infrastructuur en vaardigheden in derde
landen aan de orde stellen. Via de EU-strategie ter
bevordering van maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO)[24] bevordert de Commissie
verantwoord ondernemen en vooral de naleving van internationaal overeengekomen
beginselen en richtsnoeren, zoals de OECD Guidelines for Multinational
Enterprises en de UN Guiding Principles on Business and Human Rights. In
2013 publiceerde de EU Guides on implementing the UN Guiding Principles on
Business and Human Rights in 3 bedrijfssectoren, waaronder de ICT-sector en de
olie- en gassector[25]. In
het kader van het buitenlands beleid van de EU wordt gewerkt aan nieuwe
relevante regionale maatregelen. Het
grondstoffendilemma van Afrika werd erkend in de Joint Africa-EU Strategy uit
2007, die het goede beheer van de natuurlijke rijkdommen als een belangrijke
doelstelling voor samenwerking aanmerkt. De EU ondersteunt
de African Mining Vision, die door de Afrikaanse Unie in 2009 is goedgekeurd om
een transparante, billijke en optimale exploitatie van de minerale rijkdommen
te waarborgen, en het uitvoerend orgaan ervan (het African Mineral Developing
Centre). De EU verhoogt de steun voor andere gezamenlijke acties, zoals de
African Legal Support Facility, die Afrikaanse regeringen bijstaat bij de
onderhandelingen over complexe contracten met de particuliere sector om zo de
duurzaamheid en de inclusiviteit van deze transacties te bevorderen. De
geologische samenwerking zal worden ondersteund in het kader van het nieuwe
pan-Afrikaanse programma van de EU. De EU steunt ook initiatieven in de regio
met betrekking tot conflictdiamanten, transparantie en bosbouwproducten (KPCS,
EITI, CITES). De EU heeft ook
meer specifieke maatregelen genomen ten aanzien van het gebied van de Grote
Meren. In juni 2013 hebben de Europese Commissie en de hoge vertegenwoordiger
een gezamenlijke mededeling over een strategisch kader voor het gebied van de
Grote Meren[26]
goedgekeurd waarin een coherente en allesomvattende EU-strategie op regionaal,
nationaal en lokaal niveau wordt geschetst om de verschillende oorzaken van de
crisis aan te pakken. De EU heeft in dit
verband beleidsvoorstellen gedaan om het verband tussen de exploitatie van en
de handel in natuurlijke minerale rijkdommen enerzijds en de conflicten en de
instabiliteit in het gebied van de Grote Meren anderzijds te doorbreken. De EU
steunt ook het Regional Initiative on Natural Resources van de ICGLR en de
uitvoering van de OECD Due Diligence Guidance via fondsen van het
stabiliteitsinstrument. In de toekomst zouden grensoverschrijdende projecten
kunnen worden overwogen (onder meer projecten op het gebied van grens- en
douanebeheer). Ook in Azië en de
Stille Oceaan is de EU rond het thema natuurlijke rijkdommen actief en worden
landen gestimuleerd zich bij het EITI aan te sluiten. Het resultaat is
bemoedigend (deelnemende landen: Mongolië en Oost-Timor; kandidaat-landen:
Afghanistan, Indonesië en de Salomonseilanden; Myanmar/Birma en
Papoea-Nieuw-Guinea zijn voornemens het EITI toe te passen; en de Filipijnen
hebben de status van EITI-kandidaat-land aangevraagd). In Azië bevindt zich
ongeveer 65 % van de 280 wereldwijd bekende smelterijen van tin, tantaal en
wolfraam (onder meer 73 smelterijen in China, 5 in Maleisië en 34 in
Indonesië). Ook in het licht van hun economische ontwikkeling en de daarmee
samenhangende behoefte aan mineralen zijn deze landen prioritaire partners voor
de EU. In Latijns-Amerika
zijn de EU en de landen van de Andesgemeenschap een dialoog begonnen over
winningsindustrieën en het verantwoord betrekken van mineralen, waarbij naar
mogelijke gebieden voor samenwerking wordt gezocht en ook de bredere
sociaaleconomische en ecologische effecten van mijnbouwactiviteiten aan bod
komen. Deze kwesties maken deel uit van het buitenlands beleid van de EU. In de
regio heeft alleen Peru zich bij het EITI aangesloten maar de belangstelling
voor het initiatief neemt toe (vooral in Honduras, Guatemala en Colombia).
2. Een geïntegreerde EU-strategie ter bevordering
van het verantwoord betrekken van mineralen
Tegen deze achtergrond is er
behoefte aan een geïntegreerde EU-strategie ter bevordering van het verantwoord
betrekken van mineralen uit conflict- en hoogrisicogebieden. Het voorstel van
de Commissie voor een verordening en een reeks begeleidende maatregelen beoogt
de speelruimte voor gewapende groepen om tin, tantaal, wolfraam en goud in
conflictgebieden te verhandelen te beperken; EU-operatoren beter in staat te
stellen aan de bestaande regelingen op het gebied van passende zorgvuldigheid
te voldoen (met name in het downstream-gedeelte van de toeleveringsketen); en
de verstoringen op de wereldmarkt voor de bovengenoemde vier mineralen uit
conflict- en hoogrisicogebieden te verhelpen. Meer algemeen zijn de
geïntegreerde strategie en de beleidsmaatregelen en initiatieven van de EU op
het gebied van het verantwoord betrekken van mineralen geïntegreerd in een
ruimere allesomvattende benadering van conflict- en hoogrisicogebieden. Doel is
bij te dragen aan onder meer de oplossing van conflicten, vrede en veiligheid,
respect voor de mensenrechten (onder meer door mensenhandel te bestrijden),
goed bestuur, het functioneren van de rechtsstaat en duurzame ontwikkeling.
Voorbeelden zijn het Strategic Framework for the Great Lakes Region met
betrekking tot de illegale exploitatie van natuurlijke rijkdommen, maar ook het
Horn of Africa Strategic Framework en de EU Strategy for Security and
Development in the Sahel. 2.1 Voorstel voor een verordening tot instelling
van een Uniesysteem voor vrijwillige zelfcertificering door verantwoordelijke
importeurs Doel van het voorstel van de
Commissie voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot
instelling van een Uniesysteem voor zelfcertificering van passende
zorgvuldigheid in de toeleveringsketen voor verantwoordelijke importeurs van
tin, tantaal en wolfraam, de overeenkomstige ertsen, en goud uit conflict- en
hoogrisicogebieden, is Europese bedrijven die passende zorgvuldigheid aan de
dag leggen, te helpen het risico van financiering van gewapende groepen tot een
minimum te beperken. Het voorstel beoogt ook het verantwoord betrekken van deze
mineralen uit conflict- en hoogrisicogebieden te bevorderen om het volume van
de legale handel te vergroten. De EU-strategie zou vooral operatoren in het
upstream-gedeelte van de toeleveringsketen tot passende zorgvuldigheid willen
aanzetten en de overdracht van betrouwbare informatie en beste praktijken in
het downstream-gedeelte willen vergemakkelijken. De strategie respecteert ‑ overeenkomstig
de belangrijkste boodschap van de respondenten in het kader van de openbare
raadpleging – het mondiale karakter van complexe toeleveringsketens en berust
op en ondersteunt de verdere naleving van de OECD Due Diligence Guidance. De
geografische werkingssfeer van de verordening en de begeleidende maatregelen
bestrijkt daarom de hele wereld en de activiteiten zijn hoofdzakelijk
procesgericht. Operationeel creëert de
ontwerpverordening een vrijwillig zelfcertificeringssysteem voor importeurs die
een van de vier mineralen of metalen op een verantwoorde manier in de EU willen
invoeren. Importeurs die aan het systeem willen deelnemen, moeten de OECD Due
Diligence Guidance uitvoeren, auditgaranties geven en de bevoegde autoriteiten
in de lidstaten informatie verstrekken. Op basis van de verstrekte informatie
zal de EU – na overleg met de OESO – jaarlijks een lijst publiceren van
smelterijen en raffinaderijen die als verantwoordelijke leveranciers worden
beschouwd. Deze lijst zorgt voor meer zichtbaarheid en een grotere publieke
verantwoordingsplicht. Om de legale handel te stimuleren zal de lijst ook
specifiek aangeven welke smelterijen/raffinaderijen mineralen verantwoord
betrekken uit conflictgebieden. De regeling zal na drie jaar worden geëvalueerd
– of eerder als er voldoende informatie beschikbaar is – en de resultaten
zullen worden gebruikt bij de besluitvorming over de toekomst van de
EU-strategie en voor wijzigingen van het regelgevingskader, dat – in voorkomend
geval en op basis van een verdere effectbeoordeling – verplicht zal worden
gemaakt. 2.2 Begeleidende maatregelen van de EU ter bevordering van het
verantwoord betrekken van mineralen De
volgende begeleidende maatregelen worden gepland om het verantwoord betrekken
van mineralen verder te stimuleren. Stimulerende maatregelen voor bedrijven ter bevordering van het
verantwoord betrekken van mineralen De Commissie
verzoekt bedrijven uit de EU hun marktpositie te gebruiken ter bevordering van
het verantwoord betrekken van mineralen. De volgende maatregelen bieden de
bedrijven daartoe stimulansen.
Verantwoorde
praktijken van smelterijen en raffinaderijen promoten
De
EU verleent sinds januari 2014 financiële steun voor de toepassing van de OECD
Due Diligence Guidance en zal steun blijven verlenen via het
stabiliteitsinstrument. De steun is vooral bestemd voor capaciteitsopbouw en
bijstand voor overheidsinstanties, de particuliere sector en maatschappelijke
organisaties die betrokken zijn bij de toeleveringsketen van mineralen uit
conflict- en hoogrisicogebieden. De Commissie gaat voorts beoordelen of het
haalbaar is financiële bijstand aan de OESO of andere organisaties te verlenen
voor programma’s ter bevordering van transparantie en passende zorgvuldigheid
bij smelterijen en raffinaderijen in de EU en elders.
Kmo's
financieel steunen om zich bij de vrijwillige certificeringsregeling aan
te sluiten
De
Commissie zal nagaan of EU-importeurs financieel kunnen worden gesteund om zich
bij de toekomstige vrijwillige certificeringsregeling aan te sluiten. De
financiering zal worden onderzocht in het kader van het op 5 december 2013
goedgekeurde programma voor het concurrentievermogen van ondernemingen en
kleine en middelgrote ondernemingen (Cosme)[27].
Incentives in het kader van overheidsopdrachten
De
Commissie zal – door de opname van prestatieclausules in haar eigen
overheidsopdrachten – het gebruik van zowel het certificaat van verantwoordelijke
importeur als de lijst van verantwoordelijke smelterijen/raffinaderijen
bevorderen. Producten die in het kader van overheidsopdrachten worden
aangekocht en tin, tantaal, wolfraam en/of goud bevatten, zullen daarom aan de
OECD Due Diligence Guidance of gelijkwaardige regelingen op het gebied van passende
zorgvuldigheid moeten voldoen om de contractuele verplichtingen na te leven.
Netwerken
tussen overheid en bedrijfsleven benutten om het gebruik van het
EU-certificaat van verantwoordelijke importeur te vergemakkelijken
Ter bevordering van de in
de ontwerpverordening vastgestelde certificeringsprocedure zal de Commissie de
uit hoofde van de OECD Guidelines for Multinational Enterprises opgerichte
nationale contactpunten maar ook andere relevante netwerken verzoeken voor
voorlichting over het certificaat te zorgen. Het Enterprise Europe Network (EEN)
– een netwerk dat diensten verleent ter ondersteuning van Europese
ondernemingen – kan EU-operatoren voorlichten over de geïntegreerde strategie
van de EU, het belang van passende zorgvuldigheid en de gevolgen van het
onverantwoord betrekken van mineralen uit conflictgebieden.
Intentieverklaringen – toezeggingen van het bedrijfsleven
Bedrijfsoperatoren uit de
EU hebben tijdens de openbare raadpleging en in standpuntnota's en studies te
kennen gegeven dat ze bereid zijn meer inspanningen te leveren om een
verantwoord betrekken van mineralen uit conflict- en hoogrisicogebieden te
waarborgen. De EU zal maatregelen nemen om zichtbaarheid te geven aan de
inspanningen van ondernemingen die relevante toezeggingen in
intentieverklaringen aankondigen. Beleidsdialogen met derde landen en andere belanghebbenden ·
Op bestaande beleidsdialogen voortbouwen De EU zal van politieke, ontwikkelings-, handels- en
veiligheidsdialogen en van contacten met de regeringen in de mineralen
ontginnende, producerende, verwerkende en consumerende landen gebruikmaken om –
op nationaal en regionaal vlak – tot een gemeenschappelijk begrip te komen van
de behoeften, uitdagingen en mogelijkheden van een conflictvrije en
verantwoorde winning van mineralen. Bij wijze van voorbeeld zal de EU het
verantwoord betrekken van mineralen en de bijdrage ervan aan duurzame
ontwikkeling aan de orde stellen in de dialogen met de Latijns-Amerikaanse en
Caribische landen. Daarbij zal de nodige aandacht worden besteed aan de
uitdagingen op het punt van duurzaamheid waarmee de ambachtelijke en informele
mijnbouw wordt geconfronteerd. Tegelijkertijd en ter aanvulling zullen de
particuliere sector en de civiele samenleving – vooral in de producerende
landen – worden verzocht zich met de problematiek bezig te houden.
Landen met smelterijen bij de problematiek betrekken
De
EU zal met de landen waar het grootste deel van de smelterijen/raffinaderijen
zijn gevestigd (met name China, Maleisië, Indonesië, Thailand en Rusland),
samenwerken om de geïntegreerde strategie voor het verantwoord betrekken van
mineralen te bevorderen en voor een grotere betrokkenheid van ondernemingen in
landen buiten de EU te zorgen. De EU zal in 2015 een internationale conferentie
organiseren over het verantwoord betrekken van mineralen uit conflict- en hoogrisicogebieden.
·
Aandacht voor het verantwoord betrekken van
mineralen in het kader van de grondstoffendialogen De EU zal van de
grondstoffendialogen met onder meer China, Japan en Mongolië gebruikmaken om de
geïntegreerde EU-strategie te promoten. De Commissie is onlangs een
grondstoffendialoog aangegaan met Myanmar/Birma. Meer in het algemeen zullen de
Commissie en de hoge vertegenwoordiger blijven ijveren voor een sterke en
coherente EU-grondstoffendiplomatie, waarbij de verwevenheid van veiligheid en
ontwikkeling gecoördineerd en strategisch zal worden aangepakt. Ontwikkelingssamenwerking met derde landen De EU zal het thema conflictvrije en verantwoorde winning en
commercialisering van mineralen ook aan de orde stellen in het kader van de
samenwerking met regeringen in Afrika, Azië, Latijns-Amerika en het Caribisch
gebied. De EU kan partnerlanden vooral bijstaan door:
de OECD Due Diligence Guidance om te zetten in
nationale kaders en wetten inzake passende zorgvuldigheid;
de capaciteit om nationale kaders inzake passende
zorgvuldigheid uit te voeren verder uit te bouwen;
de politieke dialoog in de betrokken landen tussen
plaatselijke en centrale overheden, maatschappelijke organisaties en
bedrijfsoperatoren te ondersteunen;
de activiteiten van de producerende landen en de
resultaten ervan zichtbaar te maken.
De EU zal ook de
samenwerking tussen producerende en consumerende landen bevorderen (onder meer
via gezamenlijke projecten rond thema's als duurzame mijnbouw en goed bestuur,
waarbij ook rekening wordt gehouden met het specifieke karakter van
ambachtelijke mijnbouw). Een objectieve bemiddelaar – grondstoffendiplomatie De EU is bereid als
objectieve bemiddelaar op te treden bij initiatieven waarbij diverse partijen
betrokken zijn, en wil het verantwoord betrekken van mineralen en de faire
handel tussen de verschillende partijen bevorderen. De diensten van de
Commissie en de EDEO zullen gegevens over initiatieven waarbij diverse partijen
betrokken zijn, verzamelen en analyseren. Publiek-private partnerschappen
zullen terdege in overweging worden genomen. EU-lidstaten De Commissie en de
hoge vertegenwoordiger roepen de EU-lidstaten op de inspanningen op het gebied
van passende zorgvuldigheid van bedrijven onder hun jurisdictie te steunen via
passende nationale maatregelen. Er zouden aanvullende initiatieven op het
gebied van consumentenvoorlichting en etikettering kunnen worden genomen en er
zou voor nieuwe incentives kunnen worden gezorgd om verantwoord ondernemen te
stimuleren. Bovendien zal de Commissie er bij de EU-lidstaten op aandringen het
gebruik van de OECD Due Diligence Guidance of soortgelijke regelingen te
bevorderen door – overeenkomstig de EU-richtlijn overheidsopdrachten –
prestatieclausules in overheidsopdrachten op te nemen. Daartoe zal de Commissie
aanbevelingen en richtsnoeren voor de nationale autoriteiten formuleren.
3. Samen werken aan een
geïntegreerde Europese strategie
Verwacht wordt dat
een duidelijker EU-kader op basis van de OECD Due Diligence Guidance het EU-bedrijfsoperatoren
gemakkelijker zal maken voor adequate passende zorgvuldigheid te zorgen. Meer
samenhang binnen de EU – de grootste markt voor mineralen en metalen ter wereld
– zal het verantwoord betrekken van mineralen bevorderen en, bij uitbreiding, de
handel in overeenkomstig de nationale of OESO-voorschriften gewonnen mineralen
vergemakkelijken. Het succes van dit
initiatief zal in grote mate afhangen van de betrokkenheid van de particuliere
sector in de EU, en met name van de bedrijven die tin-, tantaal- en
wolfraamerts of afgeleide metalen en goud invoeren. De Commissie en de hoge
vertegenwoordiger verzoeken de EU-bedrijfsoperatoren om zich bij de
voorgestelde geïntegreerde strategie aan te sluiten, de resultaten ervan te
helpen consolideren en de strategie verder te ontwikkelen. De Commissie en de
hoge vertegenwoordiger verzoeken de Raad en het Europees Parlement de
geïntegreerde strategie van de EU ter bevordering van het verantwoord betrekken
van mineralen goed te keuren. [1] Conflict Barometer, Heidelberg Institute for
International Conflict Research, 2012. [2] COM(2011) 25 final en COM(2012) 22 final. [3] Twee toonaangevende internationale instrumenten inzake due
diligence hebben betrekking op deze vier mineralen. Zie ook punt 1.2. [4] Voorstel van de Commissie voor een verordening van het Europees
Parlement en de Raad tot instelling van een Uniesysteem voor zelfcertificering
van passende zorgvuldigheid in de toeleveringsketen voor verantwoordelijke
importeurs van tin, tantaal en wolfraam, de overeenkomstige ertsen, en goud uit
conflict- en hoogrisicogebieden. [5] Werkdocument van de diensten van de Commissie, effectbeoordeling bij
het voorstel van de Commissie voor een verordening van het Europees Parlement
en de Raad tot instelling van een Uniesysteem voor zelfcertificering van
passende zorgvuldigheid in de toeleveringsketen voor verantwoordelijke
importeurs van tin, tantaal en wolfraam, de overeenkomstige ertsen, en goud uit
conflict- en hoogrisicogebieden. [6] World Statistics on Mining and Utilities 2010 – mining
output data 2007. [7] Africa Progress Report 2013. [8] In 2012 was de mijnbouw in Bolivia, Colombia en Peru goed voor
respectievelijk 7,3 %, 2,4 % en 14,5 % van het bbp en 27,8 %, 17,1 % en 59 %
van de totale uitvoer. [9] OECD (2013), OECD Due Diligence Guidance for Responsible
Supply Chains of Minerals from Conflict-Affected and High-Risk Areas: Second
Edition, OECD Publishing, http://dx.doi.org/10.1787/9789264185050-en, blz.
8. [10] OECD Guidelines
for Multinational Enterprises, OECD 2011 edition. [11] Guiding Principles on Business and Human Rights, UN Human Rights
Office of the High Commissioner, New York and Geneva 2011. [12] G8 Leaders' Lough Erne Summit, Communique, Paragraph 40, 18 juni
2013. [13] OECD (2013), OECD Due Diligence Guidance for Responsible
Supply Chains of Minerals from Conflict-affected and High-risk Areas: Second
Edition, OECD Publishing, http://dx.doi.org/10.1787/9789264185050-en [14] Gedefinieerd als tin, tantaal, wolfraam of goud uit de DRC of een
buurland. [15] Conflict minerals - an evaluation of the Dodd-Frank Act and
other resource-related measures. Öko-Institut e.V.
Freiburg, August 2013, Chapter 6. [16] De gegevens over goud zijn ontleend aan de London Bullion Market
Association, waarvan de meeste leden passende zorgvuldigheid in acht nemen.
Wereldwijd zijn naar schatting 50 raffinaderijen geen lid van de Association. [17] Conflict due diligence by European Companies, Stichting
Onderzoek Multinationale Ondernemingen, October 2013. [18] Conflict minerals - an evaluation of the Dodd Frank Act and
other resource-related measures. Öko-Institut e.V.
Freiburg, August 2013, page 27. [19] Zie voetnoot 5. In het werkdocument van de diensten van de
Commissie in bijlage III is een externe studie opgenomen waarin de kosten, de
voordelen en de effecten op bepaalde operatoren worden ingeschat van de
toepassing van due diligence bij het verantwoord betrekken van bepaalde
mineralen (tin, tantaal, wolfraam en goud). Het belangrijkste resultaat van de
enquête bij de betrokken bedrijfstakken in het kader van deze studie is dat een
meerderheid van de respondenten vindt dat de kosten voor due diligence en
rapportage relatief laag zijn. De uitgaven worden meestal geraamd op 13 500
euro voor initiële maatregelen (74 %) en 2 700 euro voor latere lopende
maatregelen (63,8 %). [20] COM (2011) 637 definitief. [21] http://www.un.org/en/land-natural-resources-conflict/index.shtml [22] COM (2008) 699 definitief. [23] COM (2012) 82 final. [24] COM (2011) 681 definitief. [25] http://ec.europa.eu/enterprise/policies/sustainable-business/corporate-social-responsibility/humanrights/index_en.htm [26] COM (2013) 23 final. [27] Verordening (EU) nr. 1287/2013 van het Europees Parlement en de
Raad van 11 december 2013 tot vaststelling van een programma voor het
concurrentievermogen van ondernemingen en kleine en middelgrote ondernemingen
(COSME) (2014-2020) en tot intrekking van Besluit nr. 1639/2006/EG – C (2014)
247 definitief - Het Cosme-programma voorziet in maatregelen om de toegang van
kmo's tot markten binnen en buiten de Unie te vergemakkelijken: er wordt onder
meer informatie over handelsbelemmeringen, kansen voor het bedrijfsleven,
overheidsopdrachten en douaneprocedures verstrekt en de dienstverlening op het
gebied van normen en intellectuele-eigendomsrechten wordt verbeterd.