Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32022D0521

    Besluit (EU, Euratom) 2022/521 van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie van 28 maart 2022 betreffende de benoeming van de leden van het Comité van toezicht van het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF)

    PUB/2022/114

    PB L 104 van 1.4.2022, p. 71–73 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, GA, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    Legal status of the document In force

    ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2022/521/oj

    1.4.2022   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 104/71


    BESLUIT (EU, Euratom) 2022/521 VAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD EN DE COMMISSIE

    van 28 maart 2022

    betreffende de benoeming van de leden van het Comité van toezicht van het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF)

    HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD EN DE EUROPESE COMMISSIE,

    Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

    Gezien het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie,

    Gezien Verordening (EU, Euratom) nr. 883/2013 van het Europees Parlement en de Raad, zoals gewijzigd (1), betreffende onderzoeken door het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF) en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1073/1999 van het Europees Parlement en de Raad en Verordening (Euratom) nr. 1074/1999 van de Raad (2), en met name artikel 15, lid 2, van deze verordening,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)

    Artikel 15, lid 2, van Verordening (EU, Euratom) nr. 883/2013 bepaalt dat het Comité van toezicht van het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF) is samengesteld uit vijf onafhankelijke leden, die ervaring hebben in een hoge gerechtelijke of onderzoeksfunctie of in een vergelijkbare functie op de werkterreinen van het Bureau. Zij worden door het Europees Parlement, de Raad en de Commissie in onderlinge overeenstemming benoemd. Het besluit tot benoeming van de leden van het Comité van toezicht voorziet tevens in een reservelijst met potentiële leden die zijn aangewezen om de leden van het Comité van toezicht voor de verdere duur van hun ambtstermijn te vervangen in het geval dat een of meer van die leden zich terugtrekken, overlijden of permanent arbeidsongeschikt worden.

    (2)

    Overeenkomstig artikel 15, lid 3, van Verordening (EU, Euratom) nr. 883/2013 bedraagt de ambtstermijn van de leden van het Comité van toezicht vijf jaar en kan deze niet worden verlengd. Er worden beurtelings drie en twee leden vervangen om ervoor te zorgen dat de deskundigheid van het Comité van toezicht behouden blijft.

    (3)

    Overeenkomstig artikel 15, lid 6, van Verordening (EU, Euratom) nr. 883/2013 worden de kosten die de leden van het Comité van toezicht bij de uitoefening van hun taken maken, vergoed, en ontvangen de leden een dagvergoeding voor elke dag die zij aan de uitoefening van deze taken besteden, overeenkomstig de toepasselijke regels van de Commissie.

    (4)

    Overeenkomstig artikel 15, lid 7, van Verordening (EU, Euratom) nr. 883/2013 vragen noch aanvaarden de leden van het Comité van toezicht, bij de uitoefening van hun taken, instructies van welk(e) regering, instelling, orgaan of instantie dan ook.

    (5)

    Overeenkomstig artikel 10, lid 5, derde alinea, van Verordening (EU, Euratom) nr. 883/2013, zijn de leden van het Comité van toezicht gebonden aan het beroepsgeheim in het kader van de uitoefening van hun taken, en blijven zij na afloop van hun mandaat aan die plicht gebonden.

    (6)

    Op grond van artikel 1 van Besluit (EU, Euratom) 2016/1201 van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie van 13 juli 2016 betreffende de benoeming van de leden van het Comité van toezicht van het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF) is de ambtstermijn van twee leden van het Comité van toezicht, mevrouw Grażyna Maria Stronikowska en de heer Rafael Muñoz López-Carmona, op 12 juli 2021 geëindigd, en die van drie leden, de heer Jan Mulder, mevrouw Maria Helena Pereira Loureiro Correia Fazenda en mevrouw Dobrinka Mihaylova, op 22 januari 2022. Overeenkomstig artikel 15, lid 4, van Verordening (EU, Euratom) nr. 883/2013, zijn deze leden na afloop van hun ambtstermijn in functie gebleven totdat de procedure voor de aanstelling van nieuwe leden voor het Comité van toezicht is afgerond. Daarom moeten, met inachtneming van het principe van beurtelingse vervanging zoals bedoeld in artikel 15, lid 3, van Verordening (EU, Euratom) nr. 883/2013, nieuwe leden worden benoemd ter vervanging van deze vijf leden. De twee personen van wie de ambtstermijn onmiddellijk aanvangt en de drie personen van wie de ambtstermijn ingaat op 23 september 2022 zijn bij loting aangewezen.

    (7)

    Na een selectieprocedure hebben het Europees Parlement, de Raad en de Commissie zich ervan vergewist dat de personen die als leden van het Comité van toezicht zullen worden benoemd, alsook de personen die voorkomen op de reservelijst met potentiële leden, voldoen aan de vereisten van onafhankelijkheid en ervaring in een hoge gerechtelijke of onderzoeksfunctie of in een vergelijkbare functie op de werkterreinen van het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF), zoals vastgelegd in artikel 15, lid 2, van Verordening (EU, Euratom) nr. 883/2013. De reservelijst wordt opgesteld in volgorde van verdienste op basis van de resultaten van de selectieprocedure,

    BESLUITEN:

    Artikel 1

    1.   Met ingang van de datum van inwerkingtreding van onderhavig besluit worden, ter vervanging van de leden wier ambtstermijn in juli 2021 is geëindigd, de volgende personen tot lid van het Comité van toezicht van het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF) benoemd:

    de heer Dusan STERLE,

    de heer Carsten ZATSCHLER.

    2.   Met ingang van 23 september 2022 worden, ter vervanging van de leden wier ambtstermijn in januari 2022 is geëindigd, de volgende personen tot lid van het Comité van toezicht van het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF) benoemd:

    mevrouw Teresa ANJINHO,

    mevrouw Marita SALGRAVE,

    de heer Angelo Maria QUAGLINI.

    3.   Indien een van de bovengenoemde personen zich uit het Comité van toezicht terugtrekt, overlijdt of permanent arbeidsongeschikt wordt, wordt hij of zij voor de rest van de ambtstermijn onverwijld vervangen door de eerstgenoemde persoon op de volgende lijst die nog geen lid van het Comité van toezicht heeft vervangen:

    de heer Thierry CRETIN,

    de heer Ilias KONSTANTAKOPOULOS,

    mevrouw Maria STYLIANIDI,

    de heer Andrei Atila Luca CHENDI,

    mevrouw Sophie DE WAEL,

    de heer Igors LUDBORŽS,

    mevrouw Gabriella NAGY,

    de heer Joaquin SILGUERO ESTAGNAN.

    Artikel 2

    De leden van het Comité van toezicht behandelen geen aangelegenheden waarbij zij, direct of indirect, enig persoonlijk belang, met name van familiale of financiële aard, hebben dat hun onafhankelijkheid in het gedrang zou kunnen brengen.

    Artikel 3

    De hoogte van de vergoeding van de kosten die de leden van het Comité van toezicht bij de uitoefening van hun taken maken, het bedrag van de betaling voor elke dag die zij aan de uitoefening van deze taken besteden, alsmede de wijze van vergoeding en de uitkeringsprocedure worden vastgesteld door de Commissie overeenkomstig haar toepasselijke regels.

    Artikel 4

    De Commissie stelt de bovengenoemde personen van dit besluit in kennis en stelt elke persoon die overeenkomstig artikel 1, lid 3, een lid van het Comité van toezicht vervangt, onverwijld in kennis.

    Artikel 5

    Dit besluit treedt in werking op 28 maart 2022.

    Gedaan te Brussel, 28 maart 2022.

    Voor het Europees Parlement

    De voorzitter

    Roberta METSOLA

    Voor de Raad

    De voorzitter

    Bruno LE MAIRE

    Voor de Commissie

    Commissaris

    Johannes HAHN


    (1)  Verordening (EU, Euratom) 2020/2223 van het Europees Parlement en de Raad van 23 december 2020 tot wijziging van Verordening (EU, Euratom) nr. 883/2013 wat betreft samenwerking met het Europees Openbaar Ministerie en de doeltreffendheid van de door het Europees Bureau voor fraudebestrijding uitgevoerde onderzoeken (PB L 437 van 28.12.2020, blz. 49).

    (2)  PB L 248 van 18.9.2013, blz. 1.


    Top