This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 32020R1234
Commission Delegated Regulation (EU) 2020/1234 of 9 June 2020 amending Regulation (EU) No 139/2014 as regards the conditions and procedures for the declaration by organisations responsible for the provision of apron management services (Text with EEA relevance)
Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/1234 van de Commissie van 9 juni 2020 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 139/2014 wat betreft de voorwaarden en procedures voor de verklaring van de organisaties die verantwoordelijk zijn voor het verlenen van platformbeheersdiensten (Voor de EER relevante tekst)
Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/1234 van de Commissie van 9 juni 2020 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 139/2014 wat betreft de voorwaarden en procedures voor de verklaring van de organisaties die verantwoordelijk zijn voor het verlenen van platformbeheersdiensten (Voor de EER relevante tekst)
C/2020/3625
PB L 282 van 31.8.2020, p. 1–16
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
In force
31.8.2020 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 282/1 |
GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2020/1234 VAN DE COMMISSIE
van 9 juni 2020
tot wijziging van Verordening (EU) nr. 139/2014 wat betreft de voorwaarden en procedures voor de verklaring van de organisaties die verantwoordelijk zijn voor het verlenen van platformbeheersdiensten
(Voor de EER relevante tekst)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EU) 2018/1139 van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2018 inzake gemeenschappelijke regels op het gebied van burgerluchtvaart en tot oprichting van een Agentschap van de Europese Unie voor de veiligheid van de luchtvaart, en tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 2111/2005, (EG) nr. 1008/2008, (EU) nr. 996/2010, (EU) nr. 376/2014 en de Richtlijnen 2014/30/EU en 2014/53/EU van het Europees Parlement en de Raad, en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 552/2004 en (EG) nr. 216/2008 van het Europees Parlement en de Raad en Verordening (EEG) nr. 3922/91 van de Raad (1), en met name artikel 39, lid 1,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Bij Verordening (EU) nr. 139/2014 van de Commissie (2) zijn eisen en administratieve procedures met betrekking tot luchtvaartterreinen en het verlenen van platformbeheersdiensten (AMS) vastgesteld. Die verordening bevat echter een beperkt aantal bepalingen die betrekking hebben op de veilige levering van die diensten. Daarom moet, als onderdeel van de activiteiten van luchtvaartterreinen, een specifieke reeks aanvullende eisen worden vastgesteld. |
(2) |
In bijlage II (Deel-ADR.AR) van Verordening (EU) nr. 139/2014 zijn eisen vastgesteld inzake het beheer van en het toezicht op organisaties door de bevoegde autoriteiten. Deze bijlage moet worden gewijzigd om de bevoegde instantie van de lidstaat waar de AMS wordt verleend de bevoegdheid te verlenen om verklaringen van bekwaamheid die worden ingediend door voor het verlenen van platformbeheersdiensten verantwoordelijke organisaties te ontvangen en te registreren. |
(3) |
Om een hoog niveau van veiligheid op luchtvaartterreinen te waarborgen, moeten de eisen die van toepassing zijn op organisaties die verantwoordelijk zijn voor de levering van AMS, worden afgestemd op de eisen die van toepassing zijn op exploitanten van luchtvaartterreinen, met name op de eisen inzake veiligheidsbeheer, operationele procedures en personeel. |
(4) |
Er moeten ook eisen worden vastgesteld voor het beheer van de veiligheidsgerelateerde interfaces tussen exploitanten van het luchtvaartterreinen, organisaties die verantwoordelijk zijn voor de verlening van AMS en verleners van luchtverkeersdiensten met betrekking tot de activiteiten op het platform. |
(5) |
Om bij te dragen tot de veiligheid van de activiteiten op een platform, moeten specifieke operationele procedures worden vastgesteld die van toepassing zijn op exploitanten van luchtvaartterreinen. Exploitanten van luchtvaartterreinen moeten de mogelijkheid krijgen verantwoordelijkheden te delegeren aan andere organisaties. |
(6) |
Het Agentschap van de Europese Unie voor de veiligheid van de luchtvaart heeft overeenkomstig artikel 75, lid 2, onder b) en c), en artikel 76, lid 1, van Verordening (EU) 2018/1139 ontwerpuitvoeringsvoorschriften opgesteld en ingediend als Advies nr. 2/2014 (3), |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Verordening (EU) nr. 139/2014 wordt als volgt gewijzigd:
1) |
Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:
|
2) |
Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:
|
3) |
In artikel 11 wordt lid 5 geschrapt. |
4) |
Bijlage II wordt gewijzigd overeenkomstig bijlage I bij deze verordening. |
5) |
Bijlage III wordt gewijzigd overeenkomstig bijlage II bij deze verordening. |
6) |
Bijlage IV wordt gewijzigd overeenkomstig bijlage III bij deze verordening. |
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Zij is van toepassing met ingang van 20 maart 2022.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 9 juni 2020.
Voor de Commissie
De voorzitter
Ursula VON DER LEYEN
(1) PB L 212 van 22.8.2018, blz. 1.
(2) Verordening (EU) nr. 139/2014 van de Commissie van 12 februari 2014 tot vaststelling van eisen en administratieve procedures met betrekking tot luchtvaartterreinen, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 216/2008 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 44 van 14.2.2014, blz. 1).
(3) https://www.easa.europa.eu/document-library/opinions
BIJLAGE I
Bijlage II (Deel-ADR.AR) bij Verordening (EU) nr. 139/2014 wordt als volgt gewijzigd:
1) |
Punt ADR.AR.A.001 wordt vervangen door: “ADR.AR.A.001 Toepassingsgebied In deze bijlage worden de vereisten vastgesteld voor de bevoegde autoriteiten die verantwoordelijk zijn voor:
|
2) |
In ADR.AR.A.005 wordt punt b) vervangen door:
|
3) |
In ADR.AR.A.010 wordt punt b) vervangen door:
|
4) |
Punt ADR.AR.A.015, onder d), wordt als volgt gewijzigd:
|
5) |
ADR.AR.A.030 wordt als volgt gewijzigd:
|
6) |
Aan ADR.AR.A.040 wordt het volgende punt e) toegevoegd:
|
7) |
In ADR.AR.B.005 wordt punt c) vervangen door:
|
8) |
In ADR.AR.B.020, onder a), wordt punt 11 vervangen door:
|
9) |
In ADR.AR.C.005, onder a), wordt punt 2 vervangen door:
|
10) |
ADR.AR.C.010 wordt als volgt gewijzigd:
|
11) |
De titel van ADR.AR.C.040 wordt vervangen door: “ADR.AR.C.040 Wijzigingen — exploitant van het luchtvaartterrein”. |
12) |
Punt ADR.AR.C.050 wordt vervangen door: “ADR.AR.C.050 Verklaringen van voor het verlenen van AMS verantwoordelijke organisaties en kennisgeving van wijzigingen
|
13) |
Aan ADR.AR.C.055 wordt het volgende punt f) toegevoegd:
|
(*1) Verordening (EU) nr. 376/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 3 april 2014 inzake het melden, onderzoeken en opvolgen van voorvallen in de burgerluchtvaart en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 996/2010 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Richtlijn 2003/42/EG van het Europees Parlement en de Raad en de Verordeningen (EG) nr. 1321/2007 en (EG) nr. 1330/2007 van de Commissie (PB L 122 van 24.4.2014, blz. 18).”;”
BIJLAGE II
Bijlage III bij Verordening (EU) nr. 139/2014 wordt als volgt gewijzigd:
1) |
De titel van bijlage III wordt vervangen door: “Deel Organisatievereisten (Deel-ADR.OR)”. |
2) |
De titel van subdeel B wordt vervangen door: “SUBDEEL B — CERTIFICERING — LUCHTVAARTTERREINEN EN EXPLOITANTEN VAN LUCHTVAARTTERREINEN (ADR.OR.B)”. |
3) |
Punt ADR.OR.B.037 wordt geschrapt. |
4) |
Punt ADR.OR.B.060 wordt geschrapt. |
5) |
Het volgende punt ADR.OR.B.070 wordt toegevoegd: “ADR.OR.B.070 Beëindiging van de verlening van de platformbeheersdienst De exploitant van het luchtvaartterrein:
|
6) |
In ADR.OR.C.015 wordt de inleidende zin vervangen door: “Om te kunnen vaststellen of de relevante vereisten van Verordening (EU) 2018/1139 en de op grond daarvan vastgestelde gedelegeerde en uitvoeringshandelingen worden nageleefd, verleent een exploitant van een luchtvaartterrein aan alle door de bevoegde autoriteit gemachtigde personen toestemming om:”. |
7) |
In ADR.OR.C.020 wordt de inleidende zin vervangen door: “Na ontvangst van de kennisgeving van bevindingen dient de exploitant van het luchtvaartterrein:”. |
8) |
Punt ADR.OR.C.025 wordt vervangen door: “ADR.OR.C.025 Onmiddellijke reactie op een veiligheidsprobleem — naleving van veiligheidsrichtsnoeren De exploitant van het luchtvaartterrein voert alle veiligheidsmaatregelen uit, inclusief door de bevoegde autoriteit overeenkomstig ADR.AR.A.030, onder c), en ADR.AR.A.040 van bijlage II vastgestelde veiligheidsrichtsnoeren.”. |
9) |
ADR.OR.C.030 wordt als volgt gewijzigd:
|
10) |
De titel van subdeel D wordt vervangen door: “SUBDEEL D — BEHEER — EXPLOITANTEN VAN LUCHTVAARTTERREINEN (ADR.OR.D)”. |
11) |
Het volgende subdeel F wordt toegevoegd: “SUBDEEL F — PLATFORMBEHEERSDIENSTEN (ADR.OR.F) ADR.OR.F.001 Verantwoordelijkheden van de voor het verlenen van AMS verantwoordelijke organisatie De voor het verlenen van AMS verantwoordelijke organisatie verleent de platformbeheersdienst overeenkomstig:
ADR.OR.F.005 Verklaring van de voor het verlenen van AMS verantwoordelijke organisaties
ADR.OR.F.010 Blijvende geldigheid van de verklaring Een overeenkomstig punt ADR.OR.F.005 ingediende verklaring van een voor de verlening van AMS verantwoordelijke organisatie blijft geldig onder de volgende voorwaarden:
ADR.OR.F.015 Aanvang van de verlening van de platformbeheersdienst De voor de verlening van AMS verantwoordelijke organisatie begint met de verlening van platformbeheersdiensten op het luchtvaartterrein als:
ADR.OR.F.020 Beëindiging van de verlening van de platformbeheersdienst Een voor de verlening van AMS verantwoordelijke organisatie die voornemens is de levering van de dienst op een luchtvaartterrein definitief stop te zetten:
ADR.OR.F.025 Wijzigingen
ADR.OR.F.030 Toegang Om te kunnen beoordelen of een voor de verlening van AMS verantwoordelijke organisatie overeenkomstig haar verklaring handelt, zorgt die organisatie ervoor dat elke door de bevoegde autoriteit naar behoren gemachtigde persoon, te allen tijde:
ADR.OR.F.035 Bevindingen en corrigerende maatregelen
ADR.OR.F.040 Onmiddellijke reactie op een veiligheidsprobleem — naleving van veiligheidsrichtsnoeren Een organisatie die verantwoordelijk is voor de verlening van AMS:
ADR.OR.F.045 Beheersysteem
ADR.OR.F.050 Rapportage van alle storingen van voor de verlening van platformbeheersdiensten gebruikte systemen Onverminderd Verordening (EU) nr. 376/2014 stelt de voor de verlening van AMS verantwoordelijke organisatie de bevoegde autoriteit van het land waar het luchtvaartterrein zich bevindt, de exploitant van het luchtvaartterrein en de organisatie die verantwoordelijk is voor het ontwerp van apparatuur van het luchtvaartterrein die voor de verlening van AMS wordt gebruikt in kennis van alle storingen, technische defecten, overschrijdingen van de technische toleranties, voorvallen of andere onregelmatigheden die de veiligheid in gevaar hebben gebracht of hadden kunnen brengen maar die niet tot een ongeval of ernstig incident hebben geleid. ADR.OR.F.055 Veiligheidsrapporteringssysteem
ADR.OR.F.060 Veiligheidsprogramma’s De voor de verlening van AMS verantwoordelijke organisatie neemt deel aan de door de exploitant van het luchtvaartterrein opgezette veiligheidsprogramma’s. ADR.OR.F.065 Personeelsvoorschriften
ADR.OR.F.075 Gebruik van alcohol, psychoactieve stoffen en geneesmiddelen De voor de verlening van AMS verantwoordelijke organisatie past de procedures toe die zijn vastgesteld door de exploitant van het luchtvaartterrein overeenkomstig ADR.OR.C.045 met betrekking tot het gebruik van alcohol, psychoactieve stoffen en geneesmiddelen door het personeel dat betrokken is bij de verlening van platformbeheersdiensten. ADR.OR.F.080 Bijhouden van gegevens
ADR.OR.F.085 Formele overeenkomst tussen de voor de verlening van AMS verantwoordelijke organisatie en de exploitant van het luchtvaartterrein
ADR.OR.F.090 Formele overeenkomst tussen de voor de verlening van AMS verantwoordelijke organisatie en de verlener van luchtverkeersdiensten
ADR.OR.F.095 Handboek voor het beheersysteem
ADR.OR.F.100 Eisen inzake documentatie De voor de verlening van AMS verantwoordelijke organisatie:
|
(*1) Verordening (EU) nr. 996/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 20 oktober 2010 inzake onderzoek en preventie van ongevallen en incidenten in de burgerluchtvaart en tot intrekking van richtlijn 94/56/EG (PB L 295 van 12.11.2010, blz. 35).”;”
BIJLAGE III
Aan bijlage IV bij Verordening (EU) nr. 139/2014 wordt het volgende subdeel D toegevoegd:
“SUBDEEL D — PLATFORMBEHEERSACTIVITEITEN
ADR.OPS.D.001 Veiligheidsgerelateerde activiteiten in verband met platformbeheer
a) |
De exploitant van het luchtvaartterrein ziet erop toe dat er op het platform middelen en procedures beschikbaar zijn om:
|
b) |
Voor de uitvoering van punt a) kan de exploitant van het luchtvaartterrein verantwoordelijkheden delegeren aan andere organisaties. Indien de exploitant van het luchtvaartterrein dergelijke verantwoordelijkheden delegeert, neemt hij de delegatie daarvan op in het handboek voor het luchtvaartterrein. |
ADR.OPS.D.005 Platformgrenzen
a) |
De exploitant van het luchtvaartterrein bakent, in overleg met de verlener van luchtverkeersdiensten, de grenzen van het platform af en deelt deze mee aan de verlener van luchtvaartinformatiediensten met het oog op publicatie in de luchtvaartgids (AIP). |
b) |
Bij de afbakening van de grenzen van het platform wordt ten minste rekening gehouden met het volgende:
|
ADR.OPS.D.010 Coördinatie van de toegang van luchtvaartuigen tot en het vertrek van luchtvaartuigen vanaf het platform
a) |
Als de vliegtuigbewegingen op het platform niet door de verlener van luchtverkeersdiensten worden beheerd, zorgt de exploitant van het luchtvaartterrein ervoor dat de toegang van luchtvaartuigen tot het platform en het vertrek vanaf dat platform worden gecoördineerd met de verlener van luchtverkeersdiensten. Die coördinatie omvat:
|
b) |
De exploitant van het luchtvaartterrein verstrekt de luchtvaartinlichtingendiensten de volgende informatie met het oog op publicatie in de luchtvaartgids (AIP):
|
ADR.OPS.D.015 Beheer van bewegingen van luchtvaartuigen op het platform
De exploitant van het luchtvaartterrein zorgt ervoor dat:
a) |
luchtvaartuigen instructies krijgen over de route die zij op het platform moeten volgen; |
b) |
passende visuele hulpmiddelen worden verstrekt om ervoor te zorgen dat het cockpitpersoneel de toegewezen route kan identificeren; |
c) |
de geplande route vrij is van alle obstakels die een botsing met het bewegende luchtvaartuig kunnen veroorzaken. |
ADR.OPS.D.025 Toewijzing van standplaatsen aan luchtvaartuigen
a) |
Door de exploitant van het luchtvaartterrein worden procedures vastgesteld en toegepast om ervoor te zorgen dat de toegewezen standplaats van luchtvaartuigen:
|
b) |
De exploitant van het luchtvaartterrein zorgt ervoor dat bij de toewijzing van luchtvaartuigen aan standplaatsen ten minste rekening wordt gehouden met de volgende parameters:
|
ADR.OPS.D.030 Marshalling van luchtvaartuigen
De exploitant van het luchtvaartterrein zorgt ervoor dat de bij de marshalling van luchtvaartuigen gebruik wordt gemaakt van seinen overeenkomstig aanhangsel 1 van de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 923/2012 van de Commissie (*1).
ADR.OPS.D.035 Parkeren van luchtvaartuigen
De exploitant van het luchtvaartterrein zorgt voor de vaststelling en toepassing van procedures om te garanderen dat:
a) |
een voor het parkeren van een luchtvaartuig aangewezen zone op een platform wordt gemonitord om ervoor te zorgen dat de veiligheidsafstand tijdens het parkeermanoeuvre wordt aangehouden; |
b) |
er richtsnoeren worden gegeven om het luchtvaartuig in staat te stellen veilig te parkeren; |
c) |
de automatische parkeergeleiding, indien geïnstalleerd, naar behoren functioneert; |
d) |
de personen die verantwoordelijk zijn voor het taxiën van het luchtvaartuig, worden gewaarschuwd om het luchtvaartuig te doen stoppen als de veiligheidsafstand niet wordt nageleefd; |
e) |
alleen personen die bij de parkeerprocedure moeten assisteren in de buurt van het luchtvaartuig worden toegelaten wanneer de antibotsingslichten branden; |
f) |
er zich geen vreemde voorwerpen (FOD) op de standplaats van het luchtvaartuig bevinden. |
ADR.OPS.D.040 Vertrek van het luchtvaartuig vanaf de standplaats
Door de exploitant van het luchtvaartterrein worden procedures vastgesteld en toegepast om ervoor te zorgen dat tijdens het vertrek van het luchtvaartuig vanaf de standplaats:
a) |
alle afhandelingsmaterieel en voertuigen, met uitzondering van eventuele voor de verplaatsingen van het luchtvaartuig vereiste push-backtrucks, van de standplaats van het luchtvaartuig zijn verwijderd of op de aangewezen plaats zijn geparkeerd; |
b) |
indien de standplaats over passagiersbruggen beschikt, die bruggen zijn ingetrokken; |
c) |
er zich geen vreemde voorwerpen (FOD) op de aangewezen vertrekroute vanuit de standplaats voor vliegtuigen bevinden; |
d) |
er geen voertuigbewegingen op de standplaats plaatsvinden en er geen verkeer op de aangrenzende weg(en) is, met uitzondering van de voor de beweging van het luchtvaartuig vereiste push-backtrucks; |
e) |
alleen personen die bij het vertrek van het luchtvaartuig moeten assisteren worden toegelaten in de buurt van het luchtvaartuig als de antibotsingslichten branden en de motoren in werking zijn. |
ADR.OPS.D.045 Verstrekken van informatie aan organisaties die actief zijn op het platform
a) |
De exploitant van het luchtvaartterrein stelt organisaties die op het platform actief zijn, tijdig in kennis van informatie inzake operationele beperkingen op het platform. |
b) |
De te verstrekken informatie omvat, naargelang het geval:
|
ADR.OPS.D.050 Alarmeren van noodhulpdiensten
a) |
De exploitant van het luchtvaartterrein zorgt ervoor dat:
|
b) |
De door de exploitant van het luchtvaartterrein vastgestelde procedure omvat ten minste het volgende:
|
ADR.OPS.D.055 Voorzorgsmaatregelen tegen jetblast
a) |
De exploitant van het luchtvaartterrein maakt de platformgebruikers bewust van de gevaren van jetblast en de slipstream van propellers. |
b) |
De exploitant van het luchtvaartterrein verlangt van de platformgebruikers dat zij voertuigen en apparatuur goed beveiligen en wijzen parkeerzones aan waar het effect van jetblast of propellerslipstream minimaal is. |
c) |
Bij het ontwerpen of wijzigen van de inrichting van platforms houdt de exploitant van het luchtvaartterrein rekening met het effect van jetblast of de slipstream van propellers. |
d) |
De exploitant van het luchtvaartterrein identificeert plaatsen die gevoelig zijn voor jetblast en publiceert een verzoek aan piloten om de stuwkracht zo veel mogelijk te beperken of neemt passende risicobeperkende maatregelen om het effect van jetblast maximaal te reduceren. |
ADR.OPS.D.060 Tanken van luchtvaartuigen
a) |
De exploitant van het luchtvaartterrein stelt procedures vast voor het tanken van luchtvaartuigen. |
b) |
De procedure vereist het volgende:
|
ADR.OPS.D.065 Testen van motoren
a) |
De exploitant van het luchtvaartterrein zorgt voor de vaststelling en toepassing van een procedure voor het testen van de motoren. |
b) |
De procedure omvat het volgende:
|
ADR.OPS.D.070 Reflecterende kleding
De exploitant van het luchtvaartterrein eist dat alle personeelsleden die buiten, te voet, op het bewegingsgebied werken reflecterende kleding dragen.
ADR.OPS.D.075 Startklaringen en instructies voor het taxiën
a) |
Als de vliegtuigbewegingen op het platform niet door de verlener van luchtverkeersdiensten worden beheerd, zorgt de exploitant van het luchtvaartterrein ervoor dat de startklaringen, push-backklaringen, indien nodig, en taxi-instructies worden gecoördineerd met de verlener van luchtverkeersdiensten. |
b) |
De exploitant van het luchtvaartterrein zorgt in samenwerking met de verlener van luchtverkeersdiensten voor de vaststelling en toepassing van een procedure die het volgende omvat:
|
ADR.OPS.D.080 Opleiding en bekwaamheidsprogramma’s voor marshallers en “FOLLOW-ME”-chauffeurs
a) |
De exploitant van het luchtvaartterrein zorgt voor de vaststelling en toepassing van een opleidingsprogramma voor personen die een van de volgende verlenen:
|
b) |
Het opleidingsprogramma wordt uitgevoerd overeenkomstig ADR.OR.D.017 van bijlage III. |
c) |
Bij de ontwikkeling van de opleiding wordt gezorgd voor de verwerving van de basiskennis en praktische vaardigheden voor de uitvoering van de taken. |
d) |
De exploitant van het luchtvaartterrein past een programma voor het testen van vaardigheden van het onder a) bedoelde personeel toe om te zorgen voor:
|
ADR.OPS.D.085 Opleiding en programma voor het testen van de vaardigheden van personeel dat via radiotelefonie taxi-instructies aan luchtvaartuigen geeft
a) |
De exploitant van het luchtvaartterrein zorgt ervoor dat:
|
b) |
De onder a), punt 1, bedoelde personen moeten de taalvaardigheid aantonen, ten minste op operationeel niveau, zowel bij het gebruik van standaardzinnen als gewone taal, overeenkomstig punt c), in de talen die op het luchtvaartterrein voor lucht-grondcommunicatie worden gebruikt. |
c) |
De kandidaat dient blijk te geven van de vaardigheid om:
|
d) |
De taalvaardigheid wordt aangetoond aan de hand van een certificaat van de organisatie die de beoordeling heeft uitgevoerd, waarin de talen, de taalvaardigheidsniveaus en de datum van de beoordeling worden vermeld. |
e) |
Behalve voor personen die blijk hebben gegeven van taalvaardigheid op het niveau van deskundige, wordt de talenkennis opnieuw beoordeeld om de:
|
f) |
De taalvaardigheid wordt aangetoond aan de hand van een beoordelingsmethode, die het volgende omvat:
|
g) |
De exploitant van het luchtvaartterrein biedt een taalopleiding aan om het vereiste niveau van taalvaardigheid van zijn personeel in stand te houden. |
h) |
De exploitant van het luchtvaartterrein past een programma voor het testen van vaardigheden van het onder a), punt 1, bedoelde personeel toe om te zorgen voor:
|
(*1) Uitvoeringsverordening (EU) nr. 923/2012 van de Commissie van 26 september 2012 tot vaststelling van gemeenschappelijke luchtverkeersregels en operationele bepalingen betreffende luchtvaartnavigatiediensten en ‐procedures en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1035/2011 en Verordeningen (EG) nr. 1265/2007, (EG) nr. 1794/2006, (EG) nr. 730/2006, (EG) nr. 1033/2006 en (EU) nr. 255/2010 (PB L 281 van 13.10.2012, blz. 1).”.”