This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 32012R0056
Council Regulation (EU) No 56/2012 of 23 January 2012 amending Regulation (EU) No 961/2010 on restrictive measures against Iran
Verordening (EU) nr. 56/2012 van de Raad van 23 januari 2012 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 961/2010 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Iran
Verordening (EU) nr. 56/2012 van de Raad van 23 januari 2012 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 961/2010 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Iran
PB L 19 van 24.1.2012, p. 10–11
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
No longer in force, Date of end of validity: 23/03/2012; opgeheven door 32012R0267
24.1.2012 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 19/10 |
VERORDENING (EU) Nr. 56/2012 VAN DE RAAD
van 23 januari 2012
tot wijziging van Verordening (EU) nr. 961/2010 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Iran
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 215,
Gezien Besluit 2012/35/GBVB van de Raad van 23 januari 2012 tot wijziging van Besluit 2010/413/GBVB betreffende beperkende maatregelen tegen Iran (1),
Gezien het gezamenlijke voorstel van de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid en de Commissie,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Op 25 oktober 2010 heeft de Raad Verordening (EU) nr. 961/2010 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Iran (2) vastgesteld ter bevestiging van de beperkende maatregelen die sinds 2007 waren genomen en tot instelling van aanvullende beperkende maatregelen tegen Iran overeenkomstig Resolutie 1929 (2010) van de VN-Veiligheidsraad en van begeleidende maatregelen als gevraagd door de Europese Raad in zijn verklaring van 17 juni 2010. |
(2) |
De maatregelen omvatten de bevriezing van tegoeden van bepaalde personen en entiteiten. |
(3) |
Op 23 januari 2012 heeft de Raad Besluit 2012/35/GBVB aangenomen, waarbij hij aan de lijst van beoogde personen of entiteiten een financiële instelling heeft toegevoegd in verband waarmee specifieke afwijkingen werden vastgesteld betreffende de financiering van de handel. |
(4) |
Sommige van deze maatregelen vallen onder het toepassingsgebied van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en derhalve is regelgeving op het niveau van de Unie noodzakelijk voor de tenuitvoerlegging ervan, met name om te garanderen dat zij in alle lidstaten op uniforme wijze door de marktdeelnemers worden toegepast. |
(5) |
Om de bovengenoemde afwijkingen te kunnen opnemen, moet derhalve Verordening (EU) nr. 961/2010 worden gewijzigd. |
(6) |
Teneinde de effectiviteit van de maatregelen waarin deze verordening voorziet te waarborgen, dient deze verordening op de dag van haar bekendmaking in werking te treden, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Verordening (EU) nr. 961/2010 wordt als volgt gewijzigd:
Het volgende artikel wordt ingevoegd:
"Artikel 19 bis
1. De verbodsbepalingen in artikel 16 zijn niet van toepassing op:
a) |
mits de bevoegde autoriteit van de betrokken lidstaat per geval heeft vastgesteld dat de betaling niet direct of indirect ten goede komt van een andere in bijlage VII of VIII vermelde persoon of entiteit; of |
b) |
een overdracht door of via de Centrale Bank van Iran van bevroren tegoeden of economische middelen teneinde financiële instellingen die onder het rechtsgebied van de lidstaten vallen te voorzien van liquiditeit voor de financiering van de handel, mits de bevoegde autoriteit van de betrokken lidstaat met de overdracht heeft ingestemd. |
2. De verboden in artikel 16 beletten niet dat de Bank Tejarat gedurende een periode van 2 maanden vanaf de datum waarop zij op een lijst werd geplaatst, een betaling verricht uit bevroren tegoeden of economische middelen die zij heeft ontvangen na de datum waarop zij op een lijst is geplaatst, dan wel een betaling te ontvangen na de datum waarop zij op een lijst is geplaatst, indien:
a) |
de betaling verschuldigd is in verband met een specifiek handelscontract; en |
b) |
de bevoegde autoriteit van de betrokken lidstaat heeft vastgesteld dat in dit geval de betaling niet rechtstreeks of onrechtstreeks is ontvangen door een persoon of entiteit die is opgenomen in bijlage VII of VIII.". |
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 23 januari 2012.
Voor de Raad
De voorzitster
C. ASHTON
(1) Zie bladzijde 22 van dit Publicatieblad.
(2) PB L 281 van 27.10.2010, blz. 1.