EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32003R0561

Verordening (EG) nr. 561/2003 van de Raad van 27 maart 2003 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 881/2002 tot vaststelling van bepaalde specifieke beperkende maatregelen tegen sommige personen en entiteiten die banden hebben met Osama bin Laden, het Al Qa'ida-netwerk en de Taliban, met betrekking tot uitzonderingen op de bevriezing van tegoeden en economische middelen

OJ L 82, 29.3.2003, p. 1–2 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)
Special edition in Czech: Chapter 18 Volume 002 P. 91 - 92
Special edition in Estonian: Chapter 18 Volume 002 P. 91 - 92
Special edition in Latvian: Chapter 18 Volume 002 P. 91 - 92
Special edition in Lithuanian: Chapter 18 Volume 002 P. 91 - 92
Special edition in Hungarian Chapter 18 Volume 002 P. 91 - 92
Special edition in Maltese: Chapter 18 Volume 002 P. 91 - 92
Special edition in Polish: Chapter 18 Volume 002 P. 91 - 92
Special edition in Slovak: Chapter 18 Volume 002 P. 91 - 92
Special edition in Slovene: Chapter 18 Volume 002 P. 91 - 92
Special edition in Bulgarian: Chapter 18 Volume 002 P. 29 - 30
Special edition in Romanian: Chapter 18 Volume 002 P. 29 - 30
Special edition in Croatian: Chapter 18 Volume 001 P. 53 - 54

Legal status of the document In force

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2003/561/oj

32003R0561

Verordening (EG) nr. 561/2003 van de Raad van 27 maart 2003 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 881/2002 tot vaststelling van bepaalde specifieke beperkende maatregelen tegen sommige personen en entiteiten die banden hebben met Osama bin Laden, het Al Qa'ida-netwerk en de Taliban, met betrekking tot uitzonderingen op de bevriezing van tegoeden en economische middelen

Publicatieblad Nr. L 082 van 29/03/2003 blz. 0001 - 0002


Verordening (EG) nr. 561/2003 van de Raad

van 27 maart 2003

tot wijziging van Verordening (EG) nr. 881/2002 tot vaststelling van bepaalde specifieke beperkende maatregelen tegen sommige personen en entiteiten die banden hebben met Osama bin Laden, het Al Qa'ida-netwerk en de Taliban, met betrekking tot uitzonderingen op de bevriezing van tegoeden en economische middelen

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op de artikelen 60, 301 en 308,

Gelet op Gemeenschappelijk Standpunt 2002/402/GBVB van de Raad van 27 mei 2002 betreffende beperkende maatregelen tegen Osama bin Laden, de leden van de Al-Qa'ida-organisatie, de Taliban en andere daarmee verbonden personen, groepen, ondernemingen en entiteiten, en tot intrekking van de Gemeenschappelijke Standpunten 96/746/GBVB, 1999/727/GBVB, 2001/154/GBVB en 2001/771/GBVB(1),

Gelet op Gemeenschappelijk Standpunt 2003/140/GBVB van de Raad van 27 februari 2003 betreffende uitzonderingen op de beperkende maatregelen, opgelegd bij Gemeenschappelijk Standpunt 2002/402/GBVB(2),

Gezien het voorstel van de Commissie(3),

Gezien het advies van het Europees Parlement(4),

Overwegende hetgeen volgt:

(1) Gemeenschappelijk Standpunt 2002/402/GBVB bepaalt onder meer dat de Europese Gemeenschap bepaalde beperkende maatregelen moet nemen, waaronder bevriezing van tegoeden en andere economische middelen, overeenkomstig de Resoluties 1267(1999), 1333(2000) en 1390(2002) van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties.

(2) De bevriezing van tegoeden en andere financiële middelen is uitgevoerd bij Verordening (EG) nr. 881/2002 van de Raad(5).

(3) Bij Resolutie 1452(2002) van 20 december 2002 heeft de Veiligheidsraad bepaalde uitzonderingen toegestaan op de bevriezing van tegoeden en andere economische middelen op grond van de Resoluties 1267(1999), 1333(2000) en 1390(2002).

(4) Gelet op Resolutie 1452(2002) moeten de door de Gemeenschap opgelegde maatregelen worden bijgesteld,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

In Verordening (EG) nr. 881/2002 wordt het volgende artikel 2 bis ingevoegd:

"Artikel 2 bis

1. Artikel 2, lid 2, is niet van toepassing op tegoeden of andere economische middelen waarvoor geldt dat:

a) een bevoegde autoriteit van de lidstaten, zoals vermeld in bijlage II, op verzoek van een belanghebbende natuurlijke persoon of rechtspersoon heeft vastgesteld dat die tegoeden of andere economische middelen:

i) noodzakelijk zijn ter dekking van basisuitgaven, zoals betalingen voor voedsel, huur of hypotheeklasten, geneesmiddelen of geneeskundige behandelingen, belastingen, verzekeringspremies of openbare voorzieningen;

ii) uitsluitend bestemd zijn voor de betaling van redelijke honoraria en vergoeding van gemaakte kosten in verband met de verlening van juridische diensten;

iii) uitsluitend bestemd zijn voor de betaling van kosten voor alleen het houden of beheren van bevroren tegoeden of andere economische middelen; of

iv) noodzakelijk zijn voor het dekken van buitengewone uitgaven; en

b) dit voornemen ter kennis is gebracht van het Sanctiecomité; en

c) i) in geval van een voornemen als bedoeld onder a), punten (i), (ii) of (iii), het Sanctiecomité binnen 48 uur na de kennisgeving geen bezwaar heeft gemaakt tegen het voornemen; of

ii) in geval van een voornemen als bedoeld onder a), punt iv), het Sanctiecomité het voornemen heeft goedgekeurd.

2. Eenieder die in aanmerking wil komen voor de toepassing van lid 1, richt zijn verzoek tot de bevoegde autoriteit van de lidstaat als vermeld in bijlage II.

De bevoegde autoriteit als vermeld in bijlage II deelt de persoon die het verzoek heeft ingediend en alle andere personen, groepen en entiteiten waarvan de rechtstreekse betrokkenheid bekend is, onmiddellijk schriftelijk mee of het verzoek is ingewilligd.

De bevoegde autoriteit deelt ook de andere lidstaten mee of het verzoek om een dergelijke uitzondering is ingewilligd.

3. Tegen tegoeden die binnen de Gemeenschap zijn vrijgemaakt en overgedragen om uitgaven te dekken, of die op grond van dit artikel zijn erkend, worden geen verdere beperkende maatregelen uit hoofde van artikel 2 genomen.

4. Artikel 2, lid 2, is niet van toepassing op de bijboeking op bevroren rekeningen van:

a) rente of andere inkomsten op deze rekeningen; of

b) betalingen die verschuldigd zijn krachtens contracten, overeenkomsten of verplichtingen die zijn ontstaan vóór de datum waarop de bepalingen van de resoluties van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties, uitgevoerd bij Verordening (EG) nr. 337/2000(6), Verordening (EG) nr. 467/2001(7) of onderhavige verordening, op deze rekeningen van toepassing werden.

De bedoelde rente, andere inkomsten of betalingen worden net als de rekening waarop zij worden geboekt, bevroren.".

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 27 maart 2003.

Voor de Raad

De voorzitter

M. Stratakis

(1) PB L 139 van 29.5.2002, blz. 4.

(2) PB L 53 van 28.2.2003, blz. 62.

(3) Voorstel van 3 februari 2003 (nog niet verschenen in het Publicatieblad).

(4) Advies van 13 maart 2003 (nog niet verschenen in het Publicatieblad).

(5) PB L 139 van 29.5.2002, blz. 9. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 414/2003 (PB L 62 van 6.3.2003, blz. 24).

(6) PB L 43 van 16.2.2000, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 467/2001.

(7) PB L 67 van 9.3.2001, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij onderhavige verordening.

Top