EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32003D0590

2003/590/EG: Beschikking van de Commissie van 5 maart 2003 inzake de staatssteun die het Verenigd Koninkrijk voornemens is te verlenen aan CDC Group plc (Voor de EER relevante tekst) (kennisgeving geschied onder nummer C(2003) 651)

OJ L 199, 7.8.2003, p. 28–35 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

Legal status of the document In force

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2003/590/oj

32003D0590

2003/590/EG: Beschikking van de Commissie van 5 maart 2003 inzake de staatssteun die het Verenigd Koninkrijk voornemens is te verlenen aan CDC Group plc (Voor de EER relevante tekst) (kennisgeving geschied onder nummer C(2003) 651)

Publicatieblad Nr. L 199 van 07/08/2003 blz. 0028 - 0035


Beschikking van de Commissie

van 5 maart 2003

inzake de staatssteun die het Verenigd Koninkrijk voornemens is te verlenen aan CDC Group plc

(kennisgeving geschied onder nummer C(2003) 651)

(Slechts de tekst in de Engelse taal is authentiek)

(Voor de EER relevante tekst)

(2003/590/EG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 88, lid 2, eerste alinea,

Gelet op de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name op artikel 62, lid 1, onder a),

Na de belanghebbenden overeenkomstig de genoemde bepalingen te hebben aangemaand hun opmerkingen te maken(1),

Overwegende hetgeen volgt:

1. PROCEDURE

(1) Bij brief van 17 januari 2001 deed het Verenigd Koninkrijk bij de Commissie aanmelding van de steun ten gunste van CDC Group plc. Het Verenigd Koninkrijk zond de Commissie aanvullende inlichtingen bij schrijven van 5 juni 2001, geregistreerd op 8 juni 2001, bij schrijven van 18 september 2001, geregistreerd op 21 september 2001, en bij schrijven van 29 mei 2002, geregistreerd op 7 juni 2002.

(2) De Commissie stelde het Verenigd Koninkrijk bij schrijven van 2 juli 2002 in kennis van haar besluit om ten aanzien van deze steun de procedure van artikel 88, lid 2, van het EG-Verdrag in te leiden.

(3) Het besluit van de Commissie tot inleiding van de procedure werd in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen(2) bekendgemaakt. De Commissie nodigde de belanghebbenden uit hun opmerkingen te maken.

(4) De Commissie ontving geen opmerkingen van belanghebbenden.

2. GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING VAN DE STEUN

(5) De algemene doelstelling van de regeling is het internationale ontwikkelingsbeleid van de Britse regering te ondersteunen. Volgens het Verenigd Koninkrijk is het merendeel van de buitenlandse investeringen in ontwikkelingslanden toegespitst op slechts een paar van de rijkere ontwikkelingslanden. Algemeen wordt aangenomen dat de financiële sectoren in de armere landen onderontwikkeld zijn en dat de van officiële bronnen en van de markt afkomstige informatie over investeringsmogelijkheden en het potentiële rendement onvoldoende is.

(6) De rechtsgrond van deze regeling is de wet inzake CDC van 1999.

(7) CDC Group plc (CDC) is het belangrijkste instrument van de Britse regering om te investeren in de armere landen. De doelstelling van CDC is om de oprichting en de groei op lange termijn van levensvatbare bedrijven in ontwikkelingslanden, en in het bijzonder in de armere landen, zoveel mogelijk te stimuleren. CDC is geen instrument voor fiscale planning, noch een middel om passief inkomen te repatriëren. Door CDC om te vormen tot een openbaar-particulier partnerschap willen de Britse autoriteiten particuliere investeringsstromen naar de armere landen stimuleren. CDC zou een oplossing moeten brengen voor de markttekortkomingen door aan te tonen dat dergelijke investeringen kunnen leiden tot commerciële opbrengsten. Derhalve heeft de regering CDC een werkingskader opgelegd, volgens hetwelk het bedrijf verplicht is 70 % van zijn nieuwe investeringen (in totale waarde), over een hernieuwbare vijfjarige periode, in de armere ontwikkelingslanden te doen(3) en te proberen ten minste de helft van de nieuwe investeringen in de Afrikaanse landen ten zuiden van de Sahara en in Zuid-Azië te realiseren.

(8) Aanvankelijk waren de Britse autoriteiten van plan om het merendeel van de aandelen in CDC vrij spoedig te verkopen. Bij brief van 12 augustus 2002 brachten zij de Commissie er evenwel van op de hoogte dat een dergelijke verkoop onder de huidige marktvoorwaarden onmogelijk rendabel zou kunnen zijn. Verkoop blijft echter een doelstelling voor de toekomst, en daarbij zal iedereen kunnen meedingen en zal algemeen bekendheid worden gegeven aan de investeringsmogelijkheden in CDC.

(9) De steun bestaat erin aan CDC de status van beleggingsmaatschappij te verlenen, hoewel de onderneming niet voldoet aan alle technische vereisten van een beleggingsmaatschappij volgens de Britse wetgeving. Het belangrijkste gevolg daarvan is dat CDC een vrijstelling krijgt van inkomstenbelasting en van belastbare winsten uit hoofde van zijn investeringsactiviteiten, net zoals dat voor beleggingsmaatschappijen geldt. De investeerders in CDC zullen belastingen betalen volgens hun eigen situatie. De Britse autoriteiten argumenteren dat indien CDC niet interessant is uit het oogpunt van de belastingen, de particuliere investeerders het partnerschap niet zullen ondersteunen.

(10) Bovendien voerden de Britse autoriteiten aan dat niemand kan weten hoelang het zal duren vooraleer het demonstratie-effect wordt bereikt, maar dat het naar verwachting meer dan tien jaar zou duren. Zij menen derhalve dat zij geen particuliere investeerders zouden kunnen aantrekken indien de oorspronkelijke goedkeuring van de Commissie beperkt zou zijn tot tien jaar. De maatregel werd derhalve voor een onbepaalde periode aangemeld.

(11) De Britse autoriteiten zijn van mening dat de steun slechts een beperkte invloed zal hebben aangezien de waarde van de belastingvrijstelling wordt geraamd op amper 50 miljoen GBP (ongeveer 80 miljoen EUR), wat een klein bedrag is in verhouding tot het totaal van buitenlandse directe investeringen in ontwikkelingslanden, dat in 1997 ongeveer 100 miljard GBP (ongeveer 160 miljard EUR) bedroeg. Het merendeel van die beleggingen wordt gedaan door multilaterale en Europese instellingen voor ontwikkelingsfinanciering zoals de Internationale Financieringsinstelling en de Europese Investeringsbank. Dit zijn supranationale instellingen die niet onderhevig zijn aan het belastingstelsel. De Britse autoriteiten argumenteren dat in 1997 de Afrikaanse landen ten zuiden van de Sahara en Zuid-Azië minder dan 4 % ontvingen van alle particuliere investeringsstromen naar ontwikkelingslanden. Op investeerdersniveau zal CDC waarschijnlijk de meeste directe openbare en particuliere concurrentie ondervinden van beleggings- en particuliere aandelenfondsen die actief zijn op opkomende markten. Minder directe concurrenten zouden de grote multinationals kunnen zijn, die in staat zijn kapitaal in te zamelen om acquisities te financieren in de landen waar CDC werkzaam is. Op investeringsniveau kunnen andere factoren een rol spelen, zoals de aanwezigheid van ondernemingen die reeds actief zijn in de bedrijfstak waarin CDC zich inkoopt (de zogenaamde "trade players"), andere durfkapitaalfondsen waaronder instellingen voor ontwikkelingsfinanciering, of ondernemers die een goede kans willen aangrijpen.

2.1. Het besluit tot inleiding van de procedure van artikel 88, lid 2, van het EG-Verdrag

(12) Op 2 juli 2002 besloot de Commissie dat de steun op zich verenigbaar is met de gemeenschappelijke markt omdat de maatregel ontwikkelingsgericht is en verschillende elementen omvat die in de mededeling van de Commissie inzake staatssteun en risicokapitaal(4) als positieve elementen worden aangemerkt. Toch betwijfelde de Commissie dat een steunregeling met een onbepaalde duur verenigbaar is met de gemeenschappelijke markt; zij besloot derhalve de procedure van artikel 88, lid 2, van het EG-Verdrag in te leiden. In dat besluit tot inleiding van de procedure uitte zij de volgende twijfels:

a) de Commissie hecht in beginsel geen goedkeuring aan fiscale, niet-kwantificeerbare staatssteun van onbepaalde duur;

b) het toekennen van staatssteun mag niet worden beschouwd als een blijvende oplossing, maar als een tijdelijke maatregel die gericht is op het oplossen van specifieke problemen. Het einddoel is een volledig functionerende markt zonder overheidsinmenging tot stand te brengen. Volgens de Commissie moeten staatssteunregelingen regelmatig worden herzien om vast te stellen of de steun nog noodzakelijk is in het licht van de marktontwikkelingen;

c) in punt IX van de mededeling inzake staatssteun en risicokapitaal wordt bepaald dat investeringen in risicokapitaal betrekking hebben op een gebied van de Gemeenschapseconomie dat aan snelle verandering onderhevig is. Dit is een van de redenen waarom de toepassingsperiode van de onderhavige mededeling beperkt is tot vijf jaar en waarom de Commissie zich het recht voorbehoudt haar benadering binnen die periode aan te passen. Hoewel CDC zich niet bezighoudt met het soort risicokapitaalinvesteringen waarvan sprake is in de mededeling, kan de Commissie toch niet uitsluiten dat de markt voor ethische beleggingsfondsen zich zo zal ontwikkelen dat de steun ten behoeve van CDC de concurrentie zal verstoren en het handelsverkeer tussen lidstaten in aanzienlijk grotere mate zal beïnvloeden dan thans het geval is;

d) de Commissie acht de door de Britse autoriteiten naar voren gebrachte argumenten niet overtuigend genoeg om van haar praktijk af te wijken om voor alle staatssteunzaken een beperkte looptijd op te leggen die eventueel opnieuw kan worden aangemeld of verlengd. De Commissie is er in het bijzonder niet van overtuigd dat een in een eerste fase tot tien jaar beperkte goedkeuring op zich de bereidheid van particuliere investeerders om in CDC te investeren, aanzienlijk zou verminderen;

e) indien de einddatum van de regelingen niet zou vastliggen, zouden de Commissie noch de andere lidstaten weten welke de geldende steunregelingen zijn in een bepaalde lidstaat. Derhalve zorgt het regelmatig opnieuw aanmelden van steunregelingen waarover de Commissie beschikkingen heeft gegeven, en de publicatie ervan, voor doorzichtigheid voor alle betrokken partijen;

f) de Europese Raad, bijeen in Barcelona op 15 en 16 maart 2002, riep de lidstaten nogmaals op om het algemene niveau van staatssteun te reduceren. De eis om een tijdslimiet vast te stellen is in overeenstemming met dit beleid;

g) een belastingvrijstelling voor onbepaalde duur lijkt moeilijk te rijmen met de beginselen van de EU- en de OESO-initiatieven om de schadelijke belastingconcurrentie in te tomen, zoals neergelegd in de gedragscode (goedgekeurd op 1 december 1997 in het kader van het belastingpakket) in de Europese Unie en in het rapport inzake schadelijke fiscale praktijken ("Harmful Tax Competition - an Emerging Global Issue" van 1998) in de OESO.

h) verschillende landen waarin CDC kan investeren zijn momenteel kandidaat-landen voor toetreding tot de Europese Unie. De Commissie betwijfelt dat CDC in deze landen zal kunnen blijven investeren als zij eenmaal lid zijn van de Europese Unie.

3. OPMERKINGEN VAN HET VERENIGD KONINKRIJK

(13) In hun brief van 29 mei 2002 wezen de Britse autoriteiten reeds op het feit dat de Commissie op elk moment unilateraal kan beslissen om de uitoefening van de dienstige maatregelen in te leiden krachtens artikel 88, lid 1, van het EG-Verdrag wanneer zij van mening is dat de doelstelling van de regeling is bereikt, of wanneer er sprake is van andere wijzigingen die van invloed zijn op de bijzondere fiscale behandeling van CDC.

(14) In hun brief van 12 augustus 2002, geregistreerd op 19 augustus 2002, herinneren de Britse autoriteiten aan de gemeenschappelijke verklaring van de Commissie en de Raad over het ontwikkelingsbeleid van de Gemeenschap van november 2000(5), waarin het belang van de ontwikkeling van de particuliere sector voor ontwikkelingslanden wordt benadrukt. CDC speelt een centrale rol in de benadering van deze kwestie door de Britse autoriteiten. De Britse autoriteiten herinneren ook aan artikel 178 van het EG-Verdrag, waarin wordt bepaald dat de Gemeenschap bij de uitvoering van beleid dat gevolgen kan hebben voor de ontwikkelingslanden, rekening moet houden met de doelstellingen van artikel 177 inzake ontwikkelingssamenwerking. Zij zijn van mening dat het onmogelijk is de doelstellingen van CDC te bereiken binnen de tijdslimiet van tien jaar die gewoonlijk wordt geëist door de Commissie.

(15) De Britse autoriteiten gaven de volgende opmerkingen omtrent de twijfels van de Commissie in overweging 12:

a) De Britse autoriteiten beweren dat zij de voorgenomen steun hebben gekwantificeerd en de Commissie er uitdrukkelijk op hebben gewezen dat zij voornemens zijn de voorgestelde belastingvrijstelling voor CDC op te heffen wanneer de tekortkomingen van de markt zijn weggewerkt en de steun niet langer noodzakelijk is.

b) De Britse autoriteiten delen de opvatting dat de steun een tijdelijke maatregel moet zijn met als einddoel een volledig functionerende markt voor de verstrekking van kapitaal aan armere ontwikkelingslanden zonder overheidsinmenging tot stand te brengen. Zij zullen CDC geen staatssteun verlenen wanneer uit de marktontwikkelingen blijkt dat die niet nodig is.

c) De Britse autoriteiten zijn het eens met de Commissie dat risicokapitaalinvesteringen betrekking hebben op een gebied van de Gemeenschapseconomie dat aan snelle verandering onderhevig is. Zij hopen dat deze snelle verandering ook zal leiden tot meer ethische investeringen in de armere ontwikkelingslanden. Zij zijn het er ook mee eens dat CDC zich niet bezighoudt met het soort risicokapitaalinvesteringen waarvan sprake is in de mededeling.

d) Volgens de Britse autoriteiten zou een in eerste instantie tot tien jaar beperkte goedkeuring niet werkbaar zijn. CDC concentreert zijn activiteiten meer en meer in een aantal fondsen zoals dat volgens de gewone bedrijfspraktijk gebruikelijk is. Elk van die fondsen heeft doorgaans een levensduur van tien jaar, waarna de winst wordt uitbetaald aan de investeerders. Een fonds dat wordt gelanceerd één jaar na de goedkeuring van de Commissie zal de investeerders dus geen winst uitbetalen binnen de periode waarin de steunregeling geldt. Derhalve zouden de Britse autoriteiten vóór de lancering van ieder fonds opnieuw aanmelding moeten doen. Meer in het algemeen schatten de Britse autoriteiten dat er een periode van 40 tot 50 jaar nodig zal zijn om de markttekortkoming voor de verstrekking van kapitaal aan opkomende markten weg te werken. Naar aanleiding van de ontwikkelingen op de kapitaalmarkten na de gebeurtenissen van 11 september 2001 zou deze tijdsspanne nog langer kunnen worden. In het licht van deze beoordeling zijn de Britse autoriteiten van mening dat een goedkeuring voor tien jaar niet zinvol zou zijn. De Commissie daarentegen is er niet van overtuigd dat een in een eerste fase tot tien jaar beperkte goedkeuring de bereidheid van particuliere investeerders om in CDC te investeren, aanzienlijk zou verminderen. Het antwoord van de Britse autoriteiten hierop is dat dit advies werd gegeven door de investeringsbank die door de Britse overheid in de arm is genomen als financieel raadgever inzake CDC. Het zal onmogelijk zijn particuliere investeerders zekerheid te geven omtrent de hernieuwing van de goedkeuring door de Commissie tijdens de eerste periode van tien jaar. Mocht de goedkeuring niet worden hernieuwd, dan zou dit aanzienlijke gevolgen voor de waarde van alle investeringen hebben.

e) De kwestie betreffende de staatssteunregelingen die nog van toepassing zijn, kan afzonderlijk worden behandeld.

f) De Britse autoriteiten herinneren aan de Europese Raad van Barcelona van maart 2002 om duidelijk te maken dat het niveau van de Britse staatssteun in overeenstemming is met de conclusies van Barcelona. De Britse autoriteiten benadrukken ook dat in de conclusies van de Raad van Barcelona niet a priori een tijdslimiet voor steunmaatregelen van de staat wordt vereist (hoewel het Verenigd Koninkrijk erkent dat er, in bepaalde gevallen, goede redenen zijn om tijdslimieten voor steunmaatregelen vast te leggen), maar dat de lidstaten worden verzocht de staatssteun te richten op tekortkomingen van de markt, zoals dat het geval is bij CDC.

g) De Britse autoriteiten zijn niet van mening dat er in de voorgenomen maatregel sprake is van "schadelijke belastingconcurrentie" in de zin van de EU- en de OESO-initiatieven. In het initiatief inzake schadelijke belastingconcurrentie wordt deze term gebruikt om te verwijzen naar een oneerlijke maatregel die de locatie van economische activiteit in de Gemeenschap aanzienlijk beïnvloedt. Aangezien de voorgenomen maatregel niet bedoeld is om de economische activiteit te concentreren in een enkele lidstaat maar om de investeringsstroom naar armere ontwikkelingslanden te doen toenemen, is deze beschrijving hier niet van toepassing.

h) De Britse autoriteiten delen de opvatting dat CDC niet dient te investeren in landen die toegetreden zijn tot de Europese Unie. Zij zullen deze kwestie te zijner tijd nader bekijken.

3.1. Nieuwe informatie - Reorganisatie van CDC Group plc

(16) Bij schrijven van 27 september 2002, geregistreerd op 7 oktober 2002, en bij schrijven van 18 november 2002, geregistreerd op 22 november 2002, verstrekten de Britse autoriteiten nieuwe informatie en verzochten zij de Commissie om hiermee rekening te houden bij haar eindbeschikking.

(17) De nieuwe informatie gaat over een geplande reorganisatie van CDC die nodig wordt geacht om het gebrek aan concurrentie voor het beheer van CDC's kapitaal in het kader van de huidige beheersregelingen weg te werken. De voorgestelde reorganisatie zal op middellange termijn leiden tot een concurrerender markt voor het beheer van investeringen in armere ontwikkelingslanden.

(18) Door de reorganisatie wordt CDC onderverdeeld in twee bedrijfseenheden:

- "CDC-Investco"(6) (het huidige CDC, met enkele wijzigingen van de statuten) blijft eigenaar van de kasmiddelen en de beleggingsportefeuille van CDC en zijn dochterondernemingen op dezelfde manier als nu het geval is. CDC-Investco zou de begunstigde worden van de voorgenomen belastingvrijstelling waarop deze procedure betrekking heeft;

- "Manco"(7), een nieuwe beleggingsbeheermaatschappij, zal geografisch of sectoraal gerichte beleggingsfondsen vormen die aanvankelijk zullen zijn toegespitst op Afrika, Zuid-Azië, energie en KMO's. Ieder fonds zal opgericht worden in de vorm van een vennootschap, een quasi-vennootschap of een maatschap dat eigendom is van zijn investeerders in verhouding tot hun aandelen en beschikt over een structuur die is aangepast aan de doelstelling. Ieder fonds zal beheerd worden door fondsbeheerders ("Fundcos") van Manco met de nodige vaardigheden en ervaring.

(19) Manco zou aanvankelijk volledig in handen zijn van de overheid (het Britse departement voor internationale ontwikkeling, DFID). Desalniettemin is het de bedoeling om in een zo vroeg mogelijk stadium een deel van het aandelenvermogen van Manco op een open, concurrerende manier te koop aan te bieden aan particuliere investeerders. Aangezien de verkoop van aandelen in Manco een kleinere en duidelijker omlijnde transactie is dan een aandelenverkoop in CDC als geheel, is deze transactie onder de huidige marktvoorwaarden beter geschikt. Tijdens de herstructurering blijft CDC-Investco volledig in handen van de overheid, maar als de marktvoorwaarden eenmaal gunstig genoeg zijn, is het de bedoeling particuliere investeerders te introduceren bij CDC-Investco. De structuur van de operatie wordt duidelijk weergegeven in het volgende diagram(8):

>PIC FILE= "L_2003199NL.003201.TIF">

(20) Een dergelijk netwerk van een beheermaatschappij en een reeks fondsen is op het vlak van fondsbeheer een internationaal aanvaarde structuur en biedt voor CDC verschillende voordelen. Ten eerste beschikt ieder fonds over een eigen rentabiliteitsverwachting, risicoprofiel en andere typische kenmerken, waardoor potentiële particuliere investeerders makkelijker een fonds kunnen herkennen dat aan hun investeringsstrategie beantwoordt. Ten tweede kan het succes van gespecialiseerde fondsen op specifieke markten particuliere aandelenbeleggers ervan overtuigen dat het overdreven vooroordeel omtrent de hoge risicograad van beleggingen in armere landen ongegrond is. Ten derde verhoogt de fondsstructuur de transparantie voor de overheid, die daardoor de beheerskosten en de prestaties beter kan volgen en kan ingrijpen bij tegenvallende resultaten.

3.1.1. Het voorgenomen contract tussen CDC-Investco en Manco

(21) CDC-Investco zou zich er voor een periode van vijf jaar contractueel toe verbinden kapitaal ter beschikking te stellen van de fondsen die zijn gecreëerd en worden beheerd door Manco. Dit is nodig om de haalbaarheid van het oorspronkelijke ondernemingsplan van Manco en de financiële levensvatbaarheid van deze nieuwe onderneming te verzekeren. In het contract zullen ook bepalingen worden opgenomen voor het beheer van de huidige CDC-beleggingsportefeuille die borg moeten staan voor de ontwikkelingsgerichtheid van de bestaande projecten.

(22) Wanneer het basiscontract van vijf jaar ten einde loopt, heeft CDC-Investco de handen vrij om het resterende kapitaal zowel in fondsen van Manco als van andere ondernemingen te investeren en om op een concurrerende basis diensten voor beleggingsbeheer aan te bieden. Aangezien CDC-Investco afwisselend Manco en andere ondernemingen als zijn beleggingsbeheerder zal kiezen, zal het na een jaar of tien met een breed scala van beheerders, waaronder Manco, werken. Hetzelfde geldt voor Manco, dat volgens de Britse autoriteiten het kapitaal zal beheren van een hele reeks investeerders, waaronder CDC-Investco. Ook na de beëindiging van het contract tussen CDC-Investco en Manco zullen beide ondernemingen zich blijven richten op de ontwikkeling van armere landen.

(23) Overeenkomsten voor het beheer van beleggingsfondsen worden over het algemeen geregeld door standaardbepalingen die ook voor het grootste deel van het contract van CDC-Investco met Manco zullen gelden. Eventuele atypische bepalingen zullen enkel betrekking hebben op:

a) de verplichting van Manco om rekening te houden met het "CDC Universe" van landen (d.w.z. alle landen die in aanmerking komen voor CDC-investeringen) en zich aan de sociaal verantwoorde ondernemingsbeginselen en andere beleidsnormen te houden die momenteel van toepassing zijn op CDC;

b) de voorwaardelijke verbintenis van CDC-Investco om te beleggen in overeengekomen fondsen die worden beheerd door Manco en binnen de eerste vijf jaar van de operatie zijn gelanceerd;

c) het feit dat voor verschillende fondsen verschillende beheersvergoedingen kunnen gelden, afhankelijk van de vraag of CDC-Investco de enige investeerder is in een fonds dan wel één van een aantal investeerders. CDC-Investco zal de enige investeerder blijven in de minst aantrekkelijke fondsen, waarvoor de beheersvergoedingen enigszins hoger kunnen liggen, maar nooit hoger dan volgens de huidige structuur. Wanneer CDC-Investco samen met particuliere investeerders investeert in een fonds, zal iedereen dezelfde beheersvergoedingen betalen.

3.1.2. Opmerkingen van de Britse autoriteiten

(24) Zonder de reorganisatie zou het bestuur van CDC een onbegrensd recht hebben om het volledige kapitaal van CDC te beheren, terwijl het voorgenomen contract voor een aflopende periode zal worden afgesloten. Derhalve beschouwen de Britse autoriteiten hun voorgestelde werkwijze als concurrentiebevorderend.

(25) De verklaringen in de aanmelding van het Verenigd Koninkrijk over de belastingvrijstelling voor CDC blijven geldig. De reorganisatie zal met name uitgevoerd worden in overeenstemming met de mededeling van de Commissie inzake staatssteun en risicokapitaal, aangezien Manco zal worden opgezet als een nieuwe en innoverende onderneming die gericht is op de tekortkomingen van de risicokapitaalmarkt in armere ontwikkelingslanden en die investeringsbeslissingen neemt op grond van commerciële overwegingen, zonder bedrijfssteun te ontvangen en zonder een verstoring van de gemeenschappelijke markt teweeg te brengen. De verwachting is dat de reorganisatie CDC sneller in staat stelt de tekortkomingen van de markt voor de verstrekking van risicokapitaal in armere landen weg te werken.

4. BEOORDELING

4.1. Bestaan van staatssteun in de zin van artikel 87, lid 1, van het EG-Verdrag

4.1.1. De belastingvrijstelling

(26) Tijdens de procedure ontving de Commissie geen nieuwe informatie die van invloed was op haar eerste oordeel dat de belastingvrijstelling moet worden aangemerkt als staatssteun ten gunste van CDC Group plc. Aangezien de belastingvrijstelling zal leiden tot een verlies van inkomsten voor de staat is het duidelijk dat met deze maatregel staatsmiddelen zijn gemoeid(9). Aangezien de maatregel uitsluitend betrekking heeft op CDC, gaat het om een bijzondere maatregel. Het belastingvoordeel dat voortvloeit uit de status van beleggingsmaatschappij is positief voor CDC, omdat de onderneming zonder die status geen privé-kapitaal voor investeringen zou kunnen aantrekken. Wat betreft de gevolgen voor het handelsverkeer tussen de lidstaten, gaat de Commissie er steeds van uit dat wanneer de staat op de internationale financiële markten een nieuwe marktdeelnemer creëert, dit gevolgen heeft voor de investeringsstromen tussen lidstaten. In dit geval bleken de gevolgen voor het handelsverkeer en de mededinging echter beperkt dankzij de specifieke investeringen waarop CDC Group plc zich richt.

Hierna wordt naar de begunstigde van de steun verwezen als "CDC-Investco".

4.1.2. De reorganisatie

(27) Volgens de Britse autoriteiten bevat het contract tussen CDC-Investco en Manco atypische bepalingen op drie gebieden.

a) Manco zal blijvend rekening moeten houden met het "CDC-Universe" van landen, de sociaal verantwoorde ondernemingsbeginselen en andere beleidsnormen die momenteel van toepassing zijn op CDC Group plc. Aangezien met deze maatregel geen staatsmiddelen zijn gemoeid, wordt hij niet aangemerkt als staatssteun.

b) CDC-Investco zal zich ertoe verbinden om te beleggen in overeengekomen fondsen die worden beheerd door Manco en binnen de eerste vijf jaar van de bedrijfsvoering in het leven worden geroepen. Om de geïnvesteerde bedragen te kunnen aanmerken als staatsmiddelen in de zin van artikel 87, lid 1, van het EG-Verdrag, moet volgens de jurisprudentie van het Hof van Justitie aan drie voorwaarden worden voldaan: i) er moet sprake zijn van overheidsmiddelen, ii) de maatregel moet kunnen worden aangerekend aan de staat, en iii) het geld moet worden belegd op een manier die niet beantwoordt aan het gedrag van een voorzichtige investeerder in een markteconomie(10).

In deze zaak beoordeelt de Commissie de vervulling van de drie voorwaarden als volgt:

i) in een eerste fase zal CDC-Investco volledig in handen blijven van de staat en wordt de privatisering voor onbepaalde duur uitgesteld. Op het moment waarop wordt beslist middelen ter beschikking te stellen, oefent de overheid duidelijk een overheersende invloed uit over CDC-Investco en worden de middelen van de onderneming dan ook aangemerkt als overheidsmiddelen;

ii) de maatregel wordt voorgenomen en aangemeld door de staat;

iii) volgens de Britse autoriteiten zijn contracten die betrekking hebben op uitbesteding van een kerntaak door de moedermaatschappij uitzonderlijk en stemt het voorgestelde contract daarom niet overeen met de gebruikelijke marktpraktijk.

Derhalve heeft de maatregel betrekking op staatsmiddelen in de zin van artikel 87, lid 1, van het EG-Verdrag.

Aangezien CDC-Investco enkel een verbintenis zal aangaan tegenover Manco is hier sprake van een bijzondere maatregel. Een deel van het aandelenvermogen van Manco zal zo vlug mogelijk worden geprivatiseerd en dankzij de terbeschikkingstelling van middelen gedurende vijf jaar kan het rekenen op gegarandeerde inkomsten en winsten uit hoofde van zijn beheersvergoedingen, wat voor iedere particuliere beheermaatschappij voordelig zou zijn. De activiteiten van Manco op het vlak van fondsbeheer situeren zich op een internationaal niveau en de steun is bedoeld om de levensvatbaarheid van de onderneming op deze markt veilig te stellen. Aangezien de maatregel hierdoor de mededinging vervalst of dreigt te vervalsen en het handelsverkeer tussen de lidstaten ongunstig beïnvloedt, is de Commissie van mening dat de verbintenis van CDC-Investco tegenover Manco kan worden aangemerkt als staatssteun in de zin van artikel 87, lid 1, van het EG-Verdrag. Dergelijke steun kan niet worden gekwantificeerd.

Manco zal worden geprivatiseerd op een open en concurrerende wijze. Derhalve is de Commissie van mening dat er op dit niveau geen sprake is van selectiviteit en dat de steun niet wordt doorgegeven aan de particuliere investeerders in Manco.

c) Hoewel de beheersvergoedingen variëren van fonds tot fonds, zullen zij kostengeoriënteerd zijn. Wanneer CDC-Investco investeert in dezelfde fondsen als particuliere investeerders, zal ieder van hen dezelfde beheersvergoeding betalen. Derhalve is de Commissie van mening dat er noch aan Manco noch aan de particuliere investeerders voordeel wordt verschaft en dat het verschil in beheersvergoedingen geen staatssteun is in de zin van artikel 87, lid 1, van het EG-Verdrag.

4.2. Verenigbaarheid van de steun met artikel 87, lid 3, onder c), van het EG-Verdrag

(28) De Commissie kan uit hoofde van artikel 87, lid 3, onder c), van het EG-Verdrag een afwijking toestaan voor "steunmaatregelen om de ontwikkeling van bepaalde vormen van economische bedrijvigheid of van bepaalde regionale economieën te vergemakkelijken, mits de voorwaarden waaronder het handelsverkeer plaatsvindt daardoor niet zodanig worden veranderd dat het gemeenschappelijk belang wordt geschaad". In dit geval dient de steun om de ontwikkeling van risicokapitaalinvesteringen door particuliere EU-investeerders in bedrijven in armere ontwikkelingslanden te vergemakkelijken. Beide steunmaatregelen worden hierna afzonderlijk beoordeeld.

4.2.1. De belastingvrijstelling

(29) In haar besluit tot inleiding van de procedure van artikel 88, lid 2, van het EG-Verdrag had de Commissie geen twijfels omtrent de verenigbaarheid van de steun op zich. De steun ten gunste van CDC-Investco wordt toegekend overeenkomstig het beleid van de Gemeenschap op het gebied van ontwikkelingssamenwerking van artikel 177 van het EG-Verdrag. De regeling behelst ook een aantal positieve elementen in de zin van de mededeling van de Commissie inzake staatssteun en risicokapitaal. Een aantal van deze criteria is bedoeld om te garanderen dat de middelen worden geïnvesteerd en beheerd onder normale marktvoorwaarden. Derhalve zal de oprichting en de privatisering van een afzonderlijke beheermaatschappij er alleen maar toe leiden dat de steun eerder aan alle relevante criteria beantwoordt.

(30) De aangevoerde twijfels hadden vooral te maken met het feit dat de maatregel was aangemeld voor onbepaalde duur. De Commissie hecht in beginsel geen goedkeuring aan fiscale, niet-kwantificeerbare staatssteun van onbepaalde duur. Kort gezegd is de Commissie van mening dat dergelijke steunmaatregelen van de staat slechts een tijdelijke tussenstap zijn in de richting van een volledig functionerende markt zonder overheidsinmenging. In het algemeen ontwikkelt de risicokapitaalmarkt zich snel, zodat niet kan worden uitgesloten dat de aangemelde steun de concurrentie zal verstoren en het handelsverkeer tussen lidstaten in aanzienlijk grotere mate zal beïnvloeden dan thans het geval is.

(31) Indien echter de snelle ontwikkeling van de risicokapitaalmarkten ook tot een stijging van het aantal ethische investeringen in de armere ontwikkelingslanden leidt, zal de steunperiode worden verkort. Als de Britse autoriteiten eenmaal vinden dat de relevante markten zijn ontwikkeld, zal de staat immers afstand doen van zijn bijzondere aandeel in CDC, waaraan de belastingvrijstelling is gekoppeld. Indien de relevante markt zich echter niet ontwikkelt, wordt de concurrentie ook slechts in beperkte mate verstoord en zal de duur van minder groot belang zijn.

(32) De Commissie verwees ook naar de Europese Raad van Barcelona 15 en 16 maart 2002, die opriep om het algemene niveau van staatssteun te reduceren, en naar de EU- en de OESO-initiatieven om schadelijke belastingconcurrentie in te tomen. De Europese Raad van Barcelona verzocht de lidstaten om staatssteun te richten op vastgestelde tekortkomingen van de markt. Bovendien is de aangemelde maatregel niet bedoeld om de economische activiteit te concentreren in een enkele lidstaat en kan evenmin worden verwacht dat hij een dergelijk effect zou hebben. Aangezien investeerders in CDC belastingen betalen volgens hun eigen situatie, vormt de belastingvrijstelling van CDC-Investco geen reden om zich elders te vestigen.

(33) In haar besluit tot inleiding van de procedure betwijfelt de Commissie of er in het "CDC Universe" plaats is voor de kandidaat-landen voor toetreding tot de Europese Unie in 2004. De Britse autoriteiten zullen erop toezien dat CDC-Investco niet investeert in landen die lid zijn geworden van de Europese Unie. De twijfel hieromtrent is derhalve weggenomen. Daarbij komt nog dat er geen EER-landen zullen worden opgenomen in het "CDC Universe".

(34) Tenslotte blijft de Commissie bij haar standpunt dat fiscale staatssteun niet mag worden goedgekeurd voor onbepaalde duur. Zij is niettemin bereid bij wijze van uitzondering haar goedkeuring te hechten aan de steun voor een eerste periode van 20 jaar, gezien het specifieke karakter en het doel van de steun, het voornemen van de Britse autoriteiten om de maatregel te beëindigen vanaf het moment dat hij niet langer noodzakelijk is, de beperkte verstoring van de concurrentie en het ontbreken van opmerkingen van derden. De vraag of het verzoek van de Britse autoriteiten om de steun voor een langere periode toe te kennen al dan niet kan worden ingewilligd, kan beter worden beantwoord in een later stadium, wanneer de eventuele ontwikkelingen van de markt duidelijker kunnen worden meegewogen. Derhalve kunnen de Britse autoriteiten, indien zij dit wensen, een verlenging van de steun bij de Commissie aanmelden vanaf het einde van de eerste tien jaar van zijn toepassing.

4.2.2. De terbeschikkingstelling van middelen voor Manco gedurende vijf jaar

(35) De Commissie merkt op dat de reorganisatie van CDC Group plc onder de huidige marktvoorwaarden een geschikte maatregel is die het makkelijker zal maken om de doelstelling van de regeling te bereiken, namelijk het aantrekken van privé-kapitaal voor investeringen in ondernemingen in de armere ontwikkelingslanden. Het netwerk van een beheermaatschappij en een reeks fondsen is op het vlak van fondsbeheer een internationaal aanvaarde structuur.

(36) De Commissie merkt ook op dat de Britse autoriteiten het noodzakelijk vinden dat CDC-Investco zich ertoe verbindt om gedurende de eerste vijf jaar van de nieuwe structuur te beleggen in overeengekomen fondsen die door Manco worden beheerd. Op die manier kan Manco rekenen op gegarandeerde inkomsten uit beheersvergoedingen. De Commissie erkent dat het van belang is de levensvatbaarheid van Manco te waarborgen, aangezien deze nieuwe onderneming een instrument van het Britse ontwikkelingsbeleid blijft.

(37) De Commissie is van mening dat de terbeschikkingstelling van middelen gedurende een periode van vijf jaar in verhouding staat tot de beoogde ontwikkelingsdoelstelling. De steun ten gunste van Manco wordt derhalve krachtens artikel 87, lid 3, onder c), van het EG-Verdrag als verenigbaar met de gemeenschappelijke markt beschouwd. Dit besluit is eveneens in overeenstemming met artikel 178 van het EG-Verdrag, waarin wordt bepaald dat de Gemeenschap bij de uitvoering van beleid dat gevolgen kan hebben voor de ontwikkelingslanden, rekening moet houden met de doelstellingen van artikel 177 inzake ontwikkelingssamenwerking.

5. CONCLUSIE

(38) De Commissie is van oordeel dat de steun die wordt toegekend in de vorm van een belastingvrijstelling ten gunste van CDC-Investco uit hoofde van artikel 87, lid 3, onder c), van het EG-Verdrag verenigbaar is met de gemeenschappelijke markt. In dit stadium kan de steun niettemin slechts worden goedgekeurd voor een eerste periode van 20 jaar vanaf de inwerkingtreding. Vanaf het einde van de eerste tien jaar van de steunverlening kunnen de Britse autoriteiten een verlenging aanmelden die de aanvankelijke 20 jaar overstijgt.

(39) De steun die wordt toegekend aan Manco in de vorm van een verbintenis die CDC-Investco aangaat om te beleggen in overeengekomen fondsen die in het leven werden geroepen door Manco, is ook verenigbaar met de gemeenschappelijke markt op grond van artikel 87, lid 3, onder c), van het EG-Verdrag, en kan goedgekeurd worden voor de vijfjarige periode waarvoor de steun werd aangemeld.

(40) De Commissie hecht veel belang aan de inspanningen die worden geleverd om schadelijke fiscale praktijken te elimineren, zowel op EU-niveau (de groep "Gedragscode") als op OESO-niveau (OESO-forum betreffende schadelijke fiscale praktijken). Aangezien CDC echter uitsluitend reële, actieve investeringen in derde landen zal doen, lijkt de regeling in overeenstemming te zijn met de benadering van de Gemeenschap terzake. De Britse autoriteiten zullen een jaarlijks rapport indienen om de Commissie in staat te stellen dit alles op de voet te volgen,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

Artikel 1

De staatssteun die op 17 januari 2001 werd aangemeld in de vorm van een belastingvrijstelling en die het Verenigd Koninkrijk voornemens is te verlenen op grond van de wet inzake CDC van 1999 voor de oprichting van de beheermaatschappij via de reorganisatie van CDC Group plc, voorlopig gekend als "CDC-Investco", is verenigbaar met de gemeenschappelijke markt in de zin van artikel 87, lid 3, onder c), van het EG-Verdrag.

De belastingvrijstelling wordt goedgekeurd voor een eerste periode van 20 jaar vanaf haar inwerkingtreding.

De staatssteun in de vorm van een verbintenis van de beleggingsmaatschappij, voorlopig gekend als "CDC-Investco", om te investeren in bepaalde overeengekomen fondsen, die het Verenigd Koninkrijk voornemens is te verlenen aan de beheermaatschappij die zal worden opgericht via de reorganisatie van CDC Group plc, voorlopig gekend als "Manco", is verenigbaar met de gemeenschappelijke markt in de zin van artikel 87, lid 3, onder c), van het EG-Verdrag. De steun wordt goedgekeurd voor een periode van vijf jaar vanaf de inwerkingtreding van het relevante contract tussen beide ondernemingen.

Tenuitvoerlegging van de steun wordt derhalve toegestaan voor de vastgestelde perioden.

Artikel 2

Deze beschikking is gericht tot het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland.

Gedaan te Brussel, 5 maart 2003.

Voor de Commissie

Mario Monti

Lid van de Commissie

(1) PB C 223 van 19.9.2002, blz. 6.

(2) Zie voetnoot 1.

(3) De "armere ontwikkelingslanden" zijn de landen die door de Wereldbank in 1998 als "lage-inkomenslanden" werden geclassificeerd en de landen die door de Wereldbank in 1998 als "lagere middeninkomenslanden" werden geclassificeerd en waarvan het BBP per capita lager is dan het gewogen gemiddelde voor de lagere middeninkomenslanden. Onder deze definitie vallen ook elf landen waarvoor de Wereldbank momenteel geen BBP-gegevens verzamelt.

(4) PB C 253 van 21.8.2001, blz. 3.

(5) "Bulletin EU" 11-2000 Ontwikkelingssamenwerking (1/10) 1.6.43. Verklaring van de Raad en de Commissie over het ontwikkelingsbeleid van de Gemeenschap.

(6) De bedrijfsnamen "CDC-Investco" en "Manco" zijn slechts voorlopig.

(7) Zie voetnoot 5.

(8) Bron:

Britse autoriteiten.

(9) Het bedrag van de gederfde belastinginkomsten is afhankelijk van de mate waarin de investeerders in CDC belastingplichtig zijn uit hoofde van de Britse wetgeving. Zie ook de beschikking van de Commissie onder nummer N 56/2001 (PB C 223 van 19.9.2002, blz. 6).

(10) Zie bijvoorbeeld arrest in zaak C-482/99, Franse Republiek tegen Commissie, Jurisprudentie 2002, blz. I-4397.

Top