EUR-Lex Access to European Union law
This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 32000D0818
2000/818/EC: Commission Decision of 19 December 2000 accepting an undertaking offered in connection with the anti-dumping proceedings concerning imports of polyester staple fibres originating in India and the Republic of Korea (notified under document number C(2000) 3905)
2000/818/EG: Besluit van de Commissie van 19 december 2000 houdende aanvaarding van een verbintenis in verband met de antidumpingprocedure betreffende de invoer van polyesterstapelvezels uit India en de Republiek Korea (kennisgeving geschied onder nummer C(2000) 3905)
2000/818/EG: Besluit van de Commissie van 19 december 2000 houdende aanvaarding van een verbintenis in verband met de antidumpingprocedure betreffende de invoer van polyesterstapelvezels uit India en de Republiek Korea (kennisgeving geschied onder nummer C(2000) 3905)
OJ L 332, 28.12.2000, p. 116–116
(ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)
Special edition in Bulgarian: Chapter 11 Volume 022 P. 78 - 78
Special edition in Romanian: Chapter 11 Volume 022 P. 78 - 78
Special edition in Croatian: Chapter 11 Volume 036 P. 205 - 205
No longer in force, Date of end of validity: 29/12/2005
2000/818/EG: Besluit van de Commissie van 19 december 2000 houdende aanvaarding van een verbintenis in verband met de antidumpingprocedure betreffende de invoer van polyesterstapelvezels uit India en de Republiek Korea (kennisgeving geschied onder nummer C(2000) 3905)
Publicatieblad Nr. L 332 van 28/12/2000 blz. 0116 - 0116
Besluit van de Commissie van 19 december 2000 houdende aanvaarding van een verbintenis in verband met de antidumpingprocedure betreffende de invoer van polyesterstapelvezels uit India en de Republiek Korea (kennisgeving geschied onder nummer C(2000) 3905) (2000/818/EG) DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN, Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, Gelet op Verordening (EG) nr. 384/96 van de Raad van 22 december 1995 betreffende beschermende maatregelen tegen invoer met dumping uit landen die geen lid zijn van de Europese Gemeenschap(1) (de "basisverordening"), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2238/2000(2), inzonderheid op de artikelen 8 en 9, Na raadpleging van het raadgevend comité, Overwegende hetgeen volgt: A. PROCEDURE (1) De Commissie heeft bij Verordening (EG) nr. 1472/2000(3) een voorlopig antidumpingrecht ingesteld op de invoer van polyester stapelvezels uit India en de Republiek Korea. (2) Na de vaststelling van de voorlopige antidumpingmaatregelen heeft de Commissie het onderzoek betreffende dumping, de schade en het belang van de Gemeenschap voortgezet. De definitieve bevindingen en conclusies van dit onderzoek zijn neergelegd in Verordening (EG) nr. 2852/2000 van de Raad(4) tot instelling van definitieve antidumpingrechten op de invoer van PSV uit India en de Republiek Korea. (3) De voorlopige bevindingen ten aanzien van de invoer met dumping uit India en de Republiek Korea en de daardoor veroorzaakte schade werden door dit onderzoek bevestigd. B. VERBINTENIS (4) Na de goedkeuring van de voorlopige maatregelen heeft een medewerkende producent-exporteur een verbintenis aangeboden waarin hij voorstelt bij de verkoop aan zijn niet verbonden afnemers in de Gemeenschap een minimumprijs te hanteren. (5) De Commissie acht de door de Indiase onderneming Reliance Industries Limited aangeboden verbintenis aanvaardbaar omdat deze de schadelijke gevolgen van de invoer met dumping wegneemt. Bovendien heeft deze onderneming zich ertoe verbonden op gezette tijden gedetailleerde verslagen toe te zenden die de Commissie in staat zullen stellen de naleving van de verbintenis op doeltreffende wijze te controleren. Gezien de structuur van de onderneming acht de Commissie het gevaar voor ontduiking van de verbintenis gering. (6) Om de naleving van de verbintenis te waarborgen en de Commissie de mogelijkheid te geven daarop daadwerkelijk toezicht te houden, is de vrijstelling van het recht afhankelijk gesteld van de voorwaarde dat bij de indiening van het verzoek om vrijgave voor het vrije verkeer krachtens de verbintenis een handelsfactuur wordt overgelegd die de in de bijlage bij Verordening (EG) nr. 2852/2000 voorgeschreven gegevens bevat die de douane nodig heeft om na te gaan of de zending in overeenstemming is met de handelsdocumenten. Wordt een dergelijke factuur niet overgelegd of beantwoordt deze niet aan het bij de douane aangebrachte product, dan is het betrokken antidumpingrecht verschuldigd. (7) Indien de Commissie het vermoeden heeft dat een verbintenis niet is nagekomen of indien een verbintenis daadwerkelijk niet is nagekomen of wordt ingetrokken, kunnen overeenkomstig artikel 8, leden 9 en 10, van de basisverordening antidumpingrechten worden ingesteld, BESLUIT: Artikel 1 De verbintenis die door Reliance Industries Limited, Mumbai India (aanvullende Taric-code A212) wordt aangeboden in het kader van de antidumpingprocedure betreffende de invoer van polyester stapelvezels uit India en de Republiek Korea wordt aanvaard. Artikel 2 Dit besluit treedt in werking op de dag volgende op die van zijn bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen. Dit besluit is verbindend in al zijn onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat. Gedaan te Brussel, 19 december 2000. Voor de Commissie Pascal Lamy Lid van de Commissie (1) PB L 56 van 6.3.1996, blz. 1. (2) PB L 257 van 11.10.2000, blz. 2. (3) PB L 166 van 6.7.2000, blz. 1. (4) Zie bladzijde 17 van dit Publicatieblad.