EUR-Lex Access to European Union law
This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 31979D0094
79/94/EEC: Commission Decision of 29 December 1978 authorizing the French Republic to restrict the marketing of seed of certain varieties of agricultural plant species (Only the French text is authentic)
79/94/EEG: Beschikking van de Commissie van 29 december 1978 tot machtiging van de Franse Republiek om de handel in zaaizaad van bepaalde rassen van landbouwgewassen te beperken (Slechts de tekst in de Franse taal is authentiek)
79/94/EEG: Beschikking van de Commissie van 29 december 1978 tot machtiging van de Franse Republiek om de handel in zaaizaad van bepaalde rassen van landbouwgewassen te beperken (Slechts de tekst in de Franse taal is authentiek)
OJ L 22, 31.1.1979, p. 19–20
(DA, DE, EN, FR, IT, NL)
In force
79/94/EEG: Beschikking van de Commissie van 29 december 1978 tot machtiging van de Franse Republiek om de handel in zaaizaad van bepaalde rassen van landbouwgewassen te beperken (Slechts de tekst in de Franse taal is authentiek)
Publicatieblad Nr. L 022 van 31/01/1979 blz. 0019 - 0020
++++ BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE van 29 december 1978 tot machtiging van de Franse Republiek om de handel in zaaizaad van bepaalde rassen van landbouwgewassen te beperken ( Slechts de tekst in de Franse taal is authentiek ) ( 79/94/EEG ) DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN , Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap , Gelet op Richtlijn 70/457/EEG van de Raad van 29 september 1970 betreffende een gemeenschappelijke rassenlijst voor landbouwgewassen ( 1 ) , laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 78/55/EEG van de Raad van 19 december 1977 ( 2 ) , en met name op artikel 15 , lid 2 en lid 3 , alsmede lid 7 , Gezien het door de Franse Republiek gedane verzoek , Overwegende dat krachtens artikel 15 , lid 1 , van voornoemde richtlijn zaaizaad en pootgoed van rassen van landbouwgewassen die in de loop van 1976 in ten minste één Lid-Staat officieel zijn toegelaten , en overigens aan de in dezelfde richtlijn vastgestelde voorwaarden voldoen , met ingang van 31 december 1978 in de Gemeenschap aan geen enkele handelsbeperking meer zijn onderworpen ; Overwegende evenwel dat in artikel 15 , lid 2 , van voornoemde richtlijn is bepaald dat een Lid-Staat die daarom verzoekt kan worden gemachtigd de handel in zaaizaad en pootgoed van bepaalde rassen te verbieden ; Overwegende dat de Franse Republiek voor een aantal rassen van verschillende soorten om een dergelijke machtiging heeft verzocht ; Overwegende dat de betrokken maïsrassen een FAO-rijpheidsklasse-index van 700 of meer hebben ; dat algemeen bekend is dat de maïsrassen met een FAO-rijpheidsklasse-index van 700 of meer momenteel nog niet geschikt zijn om in de Franse Republiek te worden verbouwd ( artikel 15 , lid 3 , sub c ) , tweede geval , van voornoemde richtlijn ) ; Overwegende dat het merendeel der overige in deze beschikking genoemde rassen in de Franse Republiek aan officiële onderzoeken te velde zijn onderworpen ; dat deze onderzoeken in de Franse Republiek tot de conclusie hebben geleid dat deze rassen niet onderscheidbaar , voldoende homogeen zijn of dat de cultuur - of gebruikswaarde van deze rassen in het land lager zijn dan die van vergelijkbare rassen die in de Franse Republiek zijn toegelaten ; Overwegende dat voor de rassen Kiruna ( wintergerst ) en Timmo ( zachte tarwe ) aan de hand van de dossiers inzake de onderzoeksresultaten kan worden geconstateerd dat zij in de Franse Republiek in het kader van de nationale voorschriften met betrekking tot de toelating van de rassen in de Franse Republiek die op grond van de vigerende communautaire bepalingen van toepassing zijn niet voldoende homogeen zijn wat een aantal eigenschappen betreft ( artikel 15 , lid 3 , sub a ) , derde geval , van voornoemde richtlijn ) ; Overwegende dat derhalve in alle opzichten moet worden voldaan aan het verzoek van de Franse Republiek betreffende al deze rassen ; Overwegende dat voor wat de overige gevallen betreft de aanvraag momenteel aan een grondig onderzoek door de Commissie wordt onderworpen ; dat dit eveneens voor de rassen Krophaar , Rietzwenkgras en Timothee geldt , waarvoor voornoemde termijn bij Beschikking 76/688/EEG van de Commissie van 30 juni 1976 tot 31 december 1978 werd verlengd ( 3 ) ; Overwegende dat de Franse Republiek , om redenen die gedeeltelijk buiten haar wil liggen , nog niet heeft kunnen aantonen dat haar verzoek gegrond is voor de rassen Norton ( krophaar ) , Astra , Gollum , Palna ( rode klaver ) en Triumph ( gerst ) ; Overwegende dat het daarom wenselijk wordt geacht om voor de Franse Republiek de in artikel 15 , lid 1 , van vorengenoemde richtlijn vastgestelde termijn zodanig te verlengen dat in dit land de noodzakelijke gegevens betreffende deze rassen kunnen worden verzameld ( artikel 15 , lid 7 , van vorengenoemde richtlijn ) ; Overwegende dat het niet mogelijk is het onderzoek inzake de betreffende Krophaar - , Rietzwenkgras - , Westerwold en Italiaans raaigras - en Timotheerassen voor afloop van de in artikel 15 , lid 1 , van vorengenoemde richtlijn bedoelde termijn te beëindigen ; Overwegende dat het daarom wenselijk wordt geacht om voor de Franse Republiek de in artikel 15 , lid 1 , van vorengenoemde richtlijn vastgestelde termijn zodanig te verlengen dat in dit land de noodzakelijke gegevens betreffende deze rassen kunnen worden verzameld ( artikel 15 , lid 7 , van vorengenoemde richtlijn ) ; Overwegende dat de in deze beschikking vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Permanent Comité voor teeltmateriaal voor land - , tuin - en bosbouw , HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN : Artikel 1 De Franse Republiek wordt gemachtigd om op haar gehele grondgebied de handel te verbieden in zaaizaad van de volgende in de gemeenschappelijke rassenlijst voor landbouwgewassen van 1979 vermelde rassen : Granen 1 . Hordeum polystichum L . Kiruna 2 . Triticum aestivum L . Timmo 3 . Zea maïs L . Cargill 930 Dekalb XL 72 A Dekalb XL 76 Dekalb XL 77 Dekalb XL 80 Euroso 6T 47 Harro Iseo 72 Superstar PX 77 Artikel 2 De in artikel 1 bedoelde machtiging zal worden ingetrokken zodra wordt geconstateerd dat de voorwaarden voor de verlening ervan niet meer zijn vervuld . Artikel 3 De Franse Republiek deelt de Commissie mede vanaf welke datum en op welke wijze zij van de in artikel 1 bedoelde machtiging gebruik maakt . De Commissie stelt de andere Lid-Staten daarvan in kennis . Artikel 4 1 . De in artikel 15 , lid 1 , van Richtlijn 70/457/EEG bedoelde termijn , welke gedeeltelijk tot 31 december 1978 werd verlengd bij Beschikking 76/688/EEG van de Commissie van 30 juni 1976 , wordt voor de Franse Republiek verlengd tot en met 31 december 1980 voor de volgende rassen : I . Groenvoedergewassen 1 . Dactylis glomerata L . Norton 2 . Trifolium pratense L . Astra Gollum Palna II . Granen Hordeum distichum L . Triumph 2 . De in lid 1 bedoelde termijn wordt voor de volgende rassen voor de Franse Republiek verlengd tot en met 28 februari 1979 : Groenvoedergewassen 1 . Dactylis glomerata L . Asla Roskilde Bopa Pajbjerg Dolcea Ferdia Hera Daehnfeldt 2 . Festuca arundinacea L . Rozelle 3 . Lolium multiflorum Lam . Mocca ( 4 ) Tur ( 4 ) 4 . Phleum pratense L . Bounty Champ Glasnevin Gem Artikel 5 Deze beschikking is gericht tot de Franse Republiek . Gedaan te Brussel , 29 december 1978 . Voor de Commissie Finn GUNDELACH Vice-Voorzitter ( 1 ) PB nr . L 225 van 12 . 10 . 1970 , blz . 1 . ( 2 ) PB nr . L 16 van 20 . 1 . 1978 , blz . 23 . ( 3 ) PB nr . L 235 van 26 . 8 . 1976 , blz . 24 . ( 4 ) Voor zover bestemd voor veevoeder .