EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 02019R2152-20220101

Consolidated text: Verordening (EU) 2019/2152 van het Europees Parlement en de Raad van 27 november 2019 betreffende Europese bedrijfsstatistieken en tot intrekking van tien rechtshandelingen op het gebied van bedrijfsstatistieken (Voor de EER relevante tekst)Voor de EER relevante tekst

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2019/2152/2022-01-01

02019R2152 — NL — 01.01.2022 — 001.001


Onderstaande tekst dient louter ter informatie en is juridisch niet bindend. De EU-instellingen zijn niet aansprakelijk voor de inhoud. Alleen de besluiten die zijn gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Unie (te raadplegen in EUR-Lex) zijn authentiek. Deze officiële versies zijn rechtstreeks toegankelijk via de links in dit document

►B

VERORDENING (EU) 2019/2152 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

van 27 november 2019

betreffende Europese bedrijfsstatistieken en tot intrekking van tien rechtshandelingen op het gebied van bedrijfsstatistieken

(Voor de EER relevante tekst)

(PB L 327 van 17.12.2019, blz. 1)

Gewijzigd bij:

 

 

Publicatieblad

  nr.

blz.

datum

►M1

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2021/1704 VAN DE COMMISSIE van 14 juli 2021

  L 339

33

24.9.2021




▼B

VERORDENING (EU) 2019/2152 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

van 27 november 2019

betreffende Europese bedrijfsstatistieken en tot intrekking van tien rechtshandelingen op het gebied van bedrijfsstatistieken

(Voor de EER relevante tekst)



HOOFDSTUK I

Algemene bepalingen

Artikel 1

Onderwerp

Bij deze verordening wordt een gemeenschappelijk rechtskader vastgesteld voor:

a) 

de ontwikkeling, productie en verspreiding van Europese bedrijfsstatistieken, als bedoeld in artikel 2, lid 1;

b) 

een Europees kader voor ondernemingenregisters voor statistische doeleinden.

Artikel 2

Toepassingsgebied

1.  

De Europese bedrijfsstatistieken hebben betrekking op:

a) 

de structuur, de economische activiteiten en de verrichtingen van de statistische eenheden en hun activiteiten op het gebied van O&O en innovatie, hun gebruik van informatie- en communicatietechnologieën (ICT) en hun e-handel, alsook mondiale waardeketens. Voor de toepassing van deze verordening hebben de Europese bedrijfsstatistieken ook betrekking op statistieken over O&O in het hoger onderwijs, de overheid en de particuliere non-profitsector;

b) 

de productie van industriële producten en van diensten en de internationale handel in goederen en diensten.

2.  
Het Europees kader voor ondernemingenregisters voor statistische doeleinden heeft betrekking op de nationale ondernemingenregisters voor statistische doeleinden en het EuroGroups-register, alsmede op de gegevensuitwisselingen tussen deze registers overeenkomstig artikel 10.
3.  

De in lid 2 bedoelde nationale ondernemingenregisters voor statistische doeleinden bevatten:

a) 

alle ondernemingen die een economische activiteit verrichten die bijdraagt tot het bruto binnenlands product (bbp), en hun lokale eenheden;

b) 

de juridische eenheden waaruit die ondernemingen bestaan;

c) 

voor ondernemingen die wegens hun omvang een grote invloed hebben en wier eenheden van economische activiteit (EEA) een grote invloed hebben op de geaggregeerde (nationale) gegevens:

i) 

de EEA en de omvang van iedere EEA waaruit die ondernemingen bestaan, ofwel,

ii) 

de NACE-code van de secundaire activiteiten van die ondernemingen zoals neergelegd in Verordening (EG) nr. 1893/2006 van het Europees Parlement en de Raad en de omvang van zulke secundaire activiteiten ( 1 );

d) 

de ondernemingengroepen waar die ondernemingen deel van uitmaken.

4.  

Het EuroGroups-register omvat de volgende eenheden, als gedefinieerd in Verordening (EEG) nr. 696/93 van de Raad ( 2 ):

a) 

alle ondernemingen die een economische activiteit verrichten die bijdraagt tot het bbp en die deel uitmaken van een multinationale ondernemingengroep;

b) 

de juridische eenheden waaruit die ondernemingen bestaan;

c) 

multinationale ondernemingengroepen waar deze ondernemingen deel van uitmaken.

5.  
Huishoudens vallen niet onder het toepassingsgebied van het Europees kader voor ondernemingenregisters voor statistische doeleinden voor zover de productie van goederen en diensten door huishoudens voor eigen verbruik is bestemd of de verhuur van eigen onroerend goed betreft.
6.  
Lokale eenheden zonder eigen rechtspersoonlijkheid (bijkantoren) die deel uitmaken van buitenlandse ondernemingen en overeenkomstig Verordening (EU) nr. 549/2013 als quasivennootschappen zijn ingedeeld, worden in de nationale ondernemingenregisters voor statistische doeleinden en het EuroGroups-register als ondernemingen behandeld.
7.  
Ondernemingengroepen worden als zodanig geïdentificeerd op basis van de zeggenschapsrelaties tussen hun juridische eenheden, zulks overeenkomstig Verordening (EU) nr. 549/2013.
8.  
Wanneer in deze verordening naar nationale ondernemingenregisters voor statistische doeleinden of het EuroGroups-register wordt verwezen, is de verordening alleen van toepassing op eenheden die uitsluitend of gedeeltelijk economische activiteiten verrichten, en op juridische eenheden zonder economische activiteit die in combinatie met economisch actieve juridische eenheden deel uitmaken van een onderneming.
9.  

Ten behoeve van het Europees kader voor ondernemingenregisters worden als een economische activiteit beschouwd:

a) 

activiteiten die bestaan uit het aanbieden van goederen en diensten op een markt,

b) 

niet-marktdiensten die tot het bbp bijdragen,

c) 

het rechtstreeks of niet-rechtstreeks bezit van actieve juridische eenheden.

Het bezit van activa en/of passiva kan ook als een economische activiteit worden aangemerkt.

10.  
Statistische eenheden binnen het Europees kader voor ondernemingenregisters voor statistische doeleinden worden gedefinieerd overeenkomstig Verordening (EEG) nr. 696/93, behoudens de in dit artikel genoemde beperkingen.

Artikel 3

Definities

1.  

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

a) 

"statistische eenheid": de statistische eenheden als bedoeld in Verordening (EEG) nr. 696/93;

b) 

"rapportage-eenheid": de eenheid die de gegevens verstrekt;

c) 

"domein": een of meer gegevensreeksen die specifieke onderwerpen bestrijken;

d) 

"onderwerp": de inhoud van de te verzamelen informatie, waarbij elk een of meer gedetailleerde onderwerpen bestrijkt;

e) 

"gedetailleerd onderwerp": de gedetailleerde inhoud van de te verzamelen informatie over een specifiek onderwerp, waarbij elk onderwerp een of meer variabelen bestrijkt;

f) 

"variabele": een kenmerk van een eenheid dat meer dan één waarde uit een reeks waarden kan bedragen;

g) 

"marktactiviteit": marktactiviteit in de zin van punt 1.37 van hoofdstuk 1 van bijlage A bij Verordening (EU) nr. 549/2013;

h) 

"niet-marktactiviteit": marktactiviteit in de zin van punt 1.34 van hoofdstuk 1 van bijlage A bij Verordening (EU) nr. 549/2013;

i) 

"marktproducenten": marktproducenten als gedefinieerd in punt 3.24 van hoofdstuk 3 van bijlage A bij Verordening (EU) nr. 549/2013;

j) 

"niet-marktproducenten": niet-marktproducenten als gedefinieerd in punt 3.26 van hoofdstuk 3 van bijlage A bij Verordening (EU) nr. 549/2013

k) 

"nationale statistische instanties of NSA's": de door de lidstaten aangewezen nationale instituten voor de statistiek en andere nationale instanties die verantwoordelijk zijn voor de ontwikkeling, productie en verspreiding van Europese statistieken zoals door elke lidstaat aangewezen overeenkomstig artikel 5, lid 1, van Verordening (EG) nr. 223/2009;

l) 

"gezaghebbende bron": de enige aanbieder van gegevensbestanden die gegevens uit het nationale ondernemingenregister voor statistische doeleinden en uit het EuroGroups-register bevatten welke voldoen aan de in artikel 17 bedoelde kwaliteitsnormen;

m) 

"microgegevens": individuele waarnemingen of metingen van kenmerken van identificeerbare rapportage-eenheden of statistische eenheden;

n) 

"gebruik voor statistische doeleinden": het gebruik als gedefinieerd in artikel 3, punt 8, van Verordening (EG) nr. 223/2009;

o) 

"vertrouwelijke gegevens": vertrouwelijke gegevens als gedefinieerd in artikel 3, punt 7, van Verordening (EG) nr. 223/2009;

p) 

"belastingdiensten": de nationale autoriteiten van de lidstaat die verantwoordelijk zijn voor de toepassing van Richtlijn 2006/112/EG van de Raad ( 3 );

q) 

"douaneautoriteiten": douaneautoriteiten als gedefinieerd in artikel 5, punt 1, van Verordening (EU) nr. 952/2013;

r) 

"multinationale ondernemingengroep": een ondernemingengroep in de zin van deel III van de bijlage bij Verordening (EEG) nr. 696/93, met ten minste twee ondernemingen of juridische eenheden die ieder in een verschillend landen zijn gevestigd.

2.  

Voor de toepassing van de artikelen 11 tot en met 15 wordt verstaan onder:

a) 

"lidstaat van uitvoer": de lidstaat in het statistische registratiegebied waaruit goederen worden uitgevoerd naar de plaats van bestemming in de lidstaat van invoer;

b) 

"lidstaat van invoer": de lidstaat in het statistische registratiegebied waarin goederen worden ingevoerd door de lidstaat van uitvoer;

c) 

"goederen": roerende goederen, met inbegrip van elektrische energie en aardgas.



HOOFDSTUK II

Gegevensbronnen

Artikel 4

Gegevensbronnen en methoden

De lidstaten produceren de in de artikelen 6 en 7 bedoelde statistieken, alsook hun nationale ondernemingenregisters voor statistische doeleinden, overeenkomstig artikel 9, met gebruikmaking van alle nodige gegevensbronnen en zij vermijden daarbij excessieve lasten voor respondenten en houden rekening met de kosteneffectiviteit van de NSA's.

Voor de productie van de overeenkomstig deze verordening vereiste statistieken en nationale ondernemingenregisters voor statistische doeleinden, op voorwaarde dat de resultaten voldoen aan de in artikel 17 bedoelde kwaliteitscriteria, kunnen de NSA's de volgende gegevensbronnen gebruiken – inclusief combinaties daarvan –:

a) 

enquêtes;

b) 

administratieve bestanden, waaronder informatie van belasting- en douaneautoriteiten, zoals jaarrekeningen;

c) 

uitgewisselde microgegevens;

d) 

andere relevante informatiebronnen, methoden of innovatieve benaderingen, voor zover hiermee gegevens kunnen worden gegenereerd die onderling vergelijkbaar zijn en die voldoen aan de toepasselijke specifieke kwaliteitseisen.

Voor enquêtes als bedoeld in punt a) van de tweede alinea moeten rapportage-eenheden waarop door de lidstaten een beroep wordt gedaan tijdige, nauwkeurige en volledige informatie verstrekken die nodig is voor de productie van overeenkomstig deze verordening vereiste statistieken en nationale ondernemingenregisters voor statistische doeleinden.

De onder d) van de tweede alinea bedoelde methoden en benaderingen moeten wetenschappelijk onderbouwd en goed gedocumenteerd zijn.

Artikel 5

Toegang tot administratieve bestanden en verstrekking van informatie

1.  
Overeenkomstig artikel 17 bis van Verordening (EG) nr. 223/2009 hebben de NSA's en de Commissie (Eurostat) recht op snelle en kosteloze toegang tot en gebruik van alle administratieve bestanden en hebben zij tevens het recht die bestanden te integreren met andere gegevensbronnen om te kunnen voldoen aan de statistische vereisten van deze verordening en de nationale ondernemingenregisters voor statistische doeleinden en het EuroGroups-register te actualiseren. De toegang tot deze bestanden voor de NSA's en de Commissie (Eurostat) is beperkt tot administratieve bestanden binnen hun eigen openbare administratieve systemen.
2.  
Onverminderd lid 1 verstrekken de belastingdiensten van elke lidstaat de bevoegde NSA's voor statistische doeleinden informatie over de uitvoer en invoer van goederen, als bepaald in bijlage V.

De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen tot:

a) 

wijziging van bijlage V door de omschrijving van de door de belastingdiensten te verstrekken soorten statistische informatie; en

b) 

aanvulling van deze verordening door het nader bepalen van de details van de door de douanediensten overeenkomstig bijlage V te verstrekken statistische informatie.

3.  
Onverminderd lid 1, verstrekken de douaneautoriteiten van elke lidstaat de bevoegde NSA's voor statistische doeleinden informatie over de uitvoer en invoer van goederen, als bepaald in bijlage VI.

De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen tot:

a) 

wijziging van bijlage VI door de omschrijving van de door de belastingdiensten te verstrekken soorten statistische informatie; en

b) 

aanvulling van deze verordening door het nader bepalen van de details van de door de douanediensten overeenkomstig bijlage VI te verstrekken statistische informatie.

4.  
Teneinde geharmoniseerde statistieken over de internationale handel in goederen te produceren en de kwaliteit van die statistieken te verbeteren, moeten de NSA's in de betrokken lidstaten van hun douaneautoriteiten ontvangen microgegevens voor statistische doeleinden over de uitvoer en invoer van goederen uitwisselen, zodat een raming kan worden gemaakt van de quasi-doorvoeruitvoer en ‐invoer die in hun lidstaat plaatsvindt.

Voor andere handelsstromen waarbij de douaneautoriteiten van meer dan één lidstaat betrokken zijn, wisselen de NSA's de overeenkomstige microgegevens uit over de uitvoer of invoer van goederen om zo de kwaliteit van de betrokken statistieken te verbeteren.

5.  
De Commissie mag uitvoeringshandelingen vaststellen voor het bepalen van de voorschriften voor het uitwisselen van gegevens overeenkomstig dit artikel.

Die uitvoeringshandelingen worden vastgesteld overeenkomstig de in artikel 23, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure.



HOOFDSTUK III

Bedrijfsstatistieken

Artikel 6

Gegevensvereisten

1.  

De Europese bedrijfsstatistieken hebben betrekking op de volgende domeinen:

a) 

kortetermijnbedrijfsstatistieken;

b) 

bedrijfsstatistieken op nationaal niveau;

c) 

regionale bedrijfsstatistieken;

d) 

statistieken over internationale activiteiten.

2.  

De domeinen omvatten één of meer van de volgende onderwerpen, als nader omschreven in bijlage I:

a) 

bedrijvenpopulatie;

b) 

mondiale waardeketens;

c) 

ICT-gebruik en e-handel;

d) 

innovatie;

e) 

internationale handel in goederen;

f) 

internationale handel in diensten;

g) 

investeringen;

h) 

input van arbeid;

i) 

output en prestaties;

j) 

prijzen

k) 

aankopen;

l) 

onroerend goed;

m) 

O&O-inputs.

3.  
De periodiciteit, de referentieperiode en de statistische eenheid van elk onderwerp zijn zoals bepaald in bijlage II.
4.  
De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen tot wijziging van de in bijlage I genoemde gedetailleerde onderwerpen.
5.  

Bij de uitoefening van haar bevoegdheid tot vaststelling van gedelegeerde handelingen op grond van lid 4 ziet de Commissie erop toe aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:

a) 

de gedelegeerde handelingen zijn gericht op het bereiken van neutraliteit of vermindering van de kosten en lasten, en leiden in geen geval tot aanzienlijke extra lasten of kosten voor lidstaten of respondenten;

b) 

van de in bijlage I genoemde gedetailleerde onderwerpen worden er niet meer dan één voor het domein "kortetermijnbedrijfsstatistieken", niet meer dan drie voor het domein "bedrijfsstatistieken op nationaal niveau", niet meer dan twee voor het domein "regionale bedrijfsstatistieken" en niet meer dan twee voor het domein "statistieken over internationale activiteiten" vervangen door een ander gedetailleerd onderwerp, en aan alle domeinen wordt gedurende een periode van vijf opeenvolgende jaren niet meer dan één gedetailleerd onderwerp toegevoegd.

c) 

de gedelegeerde handelingen worden ten minste 18 maanden vóór het einde van de referentieperiode van de gegevens vastgesteld, met uitzondering van de gedelegeerde handelingen met betrekking tot de onderwerpen van innovatie en ICT-gebruik en e‐handel, die respectievelijk ten minste zes en 15 maanden vóór het einde van de referentieperiode van de gegevens worden vastgesteld;

d) 

de haalbaarheid van nieuwe gedetailleerde onderwerpen wordt beoordeeld aan de hand van door de lidstaten overeenkomstig artikel 20 uitgevoerde proefstudies.

6.  

punt b) van lid 5 is niet van toepassing op:

a) 

de gedetailleerde onderwerpen van innovatie, ICT-gebruik en e-handel en mondiale waardeketens.

b) 

wijzigingen die het gevolg zijn van veranderingen in het boekhoudkundig kader voor de nationale en regionale rekeningen als bedoeld in Verordening (EU) nr. 549/2013 voor de betalingsbalansstatistieken als bedoeld in Verordening (EG) nr. 184/2005 van het Europees Parlement en de Raad ( 4 ).

Artikel 7

Technische specificaties van de gegevensvereisten

1.  

De lidstaten verzamelen relevante gegevens over elk van de in bijlage I genoemde gedetailleerde onderwerpen. De Commissie mag uitvoeringshandelingen vaststellen voor het nader bepalen van de volgende bestanddelen van de op grond van deze verordening te verzenden gegevens en de technische definities en vereenvoudigingen daarvan:

a) 

variabelen;

b) 

meeteenheid;

c) 

statistische populatie (met inbegrip van de vereisten met betrekking tot marktactiviteit/niet-marktactiviteit of marktproducenten/niet-marktproducenten);

d) 

classificaties (met inbegrip van het product, de landen en gebieden, alsook de aard van de transactielijsten) en onderverdelingen;

e) 

toezending van afzonderlijke gegevensbestanden op vrijwillige basis;

f) 

gebruik van benaderingen en kwaliteitseisen;

g) 

termijn voor de toezending van gegevens;

h) 

eerste referentieperiode;

i) 

weging en wijziging van het basisjaar voor het domein "kortetermijnbedrijfsstatistieken";

j) 

nadere specificaties – met inbegrip van de referentieperiode – met betrekking tot het onderwerp "internationale handel in goederen".

Die uitvoeringshandelingen worden vastgesteld overeenkomstig de in artikel 23, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure.

2.  
Bij de uitoefening van de in lid 1 bedoelde bevoegdheden met betrekking tot de vereenvoudigingen houdt de Commissie rekening met de omvang en het belang van de bedrijfseconomieën, overeenkomstig het evenredigheidsbeginsel, teneinde de lasten voor het bedrijfsleven te verlichten. Voorts ziet de Commissie erop toe dat de input die nodig is voor het opstellen van de boekhoudkundige kaders voor de nationale en regionale rekeningen overeenkomstig Verordening (EU) nr. 549/2013 en de betalingsbalansstatistieken overeenkomstig Verordening (EG) nr. 184/2005, behouden blijft. Uitvoeringshandelingen – uitgezonderd de eerste uitvoeringshandelingen die moeten worden vastgesteld overeenkomstig deze verordening – worden ten minste 18 maanden vóór het einde van de referentieperiode van de gegevens voor de in bijlage I opgenomen onderwerpen vastgesteld. De uitvoeringshandelingen voor de onderwerpen van innovatie en van ICT-gebruik en e-handel worden respectievelijk ten minste zes en 15 maanden vóór het einde van de referentieperiode van de gegevens vastgesteld.
3.  

Bij de vaststelling van uitvoeringshandelingen overeenkomstig lid 1, punt a) — met uitzondering van de in artikel 6, lid 2, punten b), c) en d), genoemde onderwerpen — ziet de Commissie erop toe dat het aantal variabelen voor elk in artikel 6, lid 1, genoemd domein niet meer bedraagt dan:

a) 

22 variabelen voor het domein "kortetermijnbedrijfsstatistieken";

b) 

93 variabelen voor het domein "bedrijfsstatistieken op nationaal niveau";

c) 

31 variabelen voor het domein "regionale bedrijfsstatistieken";

d) 

26 variabelen voor het domein "statistieken over internationale activiteiten".

4.  

Bij de vaststelling van uitvoeringshandelingen overeenkomstig lid 1, onder a), ziet de Commissie erop toe, met betrekking tot de in artikel 6, lid 2, punten b), c) en d), genoemde onderwerpen, dat het aantal variabelen in elk onderwerp niet meer bedraagt dan:

a) 

20 variabelen voor het onderwerp van mondiale waardeketens;

b) 

73 variabelen voor het onderwerp van ICT-gebruik en e-handel; en

c) 

57 variabelen voor het onderwerp van innovatie.

5.  
Wanneer nieuwe gegevens vereist zijn om aan de behoeften van gebruikers te beantwoorden, en om in een zekere mate van flexibiliteit te voorzien, mag de Commissie gedurende een periode van vijf opeenvolgende jaren niet meer dan 5 variabelen wijzigen voor elk van de domeinen "kortetermijnbedrijfsstatistieken", "regionale bedrijfsstatistieken" en "statistieken over internationale activiteiten", en niet meer dan 20 variabelen voor het domein "bedrijfsstatistieken op nationaal niveau", zulks overeenkomstig lid 3. Deze maxima gelden niet voor de onderwerpen "mondiale waardeketens", "innovatie" of "ICT-gebruik en e‐handel".
6.  
Niettegenstaande lid 3 van dit artikel, wanneer nieuwe gegevens vereist zijn om aan de behoeften van gebruikers te beantwoorden, teneinde in een zekere mate van flexibiliteit te voorzien naar aanleiding van de in artikel 20 genoemde proefstudies, wordt het totaal aantal variabelen voor de in lid 3 van dit artikel genoemde domeinen met niet met meer dan 10 variabelen verhoogd.
7.  
Bij de opstelling van de in lid 1 bedoelde uitvoeringshandelingen wordt rekening gehouden met de mogelijke extra kosten en administratieve lasten voor lidstaten of respondenten, alsmede met een raming van de verwachte verbetering van de kwaliteit van de statistieken en andere al dan niet rechtstreekse voordelen van de voorgestelde aanvullende maatregel.

De eerste alinea van dit lid is niet van toepassing op wijzigingen die het gevolg zijn van veranderingen in classificaties en nomenclaturen, noch op wijzigingen van boekhoudkundige kaders voor de nationale en regionale rekeningen als bedoeld in Verordening (EU) nr. 549/2013 en betalingsbalansstatistieken als bedoeld in Verordening (EG) nr. 184/2005.



HOOFDSTUK IV

Ondernemingenregisters

Artikel 8

Het Europees kader voor ondernemingenregisters voor statistische doeleinden

1.  
De Commissie (Eurostat) richt het EuroGroups-register van multinationale ondernemingengroepen voor statistische doeleinden op Unieniveau op.
2.  
De lidstaten leggen op nationaal niveau een of meer nationale ondernemingenregisters voor statistische doeleinden aan – waarvan de gemeenschappelijke kern geharmoniseerd is volgens deze verordening – als basis voor de voorbereiding en coördinatie van enquêtes, en als informatiebron voor statistische analyses van de bedrijvenpopulatie en ‐demografie, voor de aanwending van administratieve gegevens, en voor de identificatie en samenstelling van statistische eenheden.
3.  
De lidstaten en de Commissie (Eurostat) wisselen gegevens uit ten behoeve van het Europees kader voor ondernemingenregisters voor statistische doeleinden, als omschreven in artikel 10.
4.  
De nationale ondernemingenregisters voor statistische doeleinden en het EuroGroups-register zijn de gezaghebbende bron voor het afleiden van kwalitatief hoogwaardige en geharmoniseerde populaties van ondernemingenregisters voor statistische doeleinden voor de productie van Europese statistieken, overeenkomstig artikel 17.

De nationale ondernemingenregisters voor statistische doeleinden zijn de gezaghebbende bron voor populaties van nationale ondernemingenregisters voor statistische doeleinden. Het EuroGroups-register is de gezaghebbende bron voor het Europees statistisch systeem, aangezien het een registerpopulatie voor bedrijfsstatistieken is die de coördinatie van grensoverschrijdende informatie over multinationale ondernemingengroepen vereist.

Artikel 9

Vereisten voor het Europees kader voor ondernemingenregisters voor statistische doeleinden

1.  

De statistische en juridische eenheden die overeenkomstig artikel 8 door het Europees kader voor ondernemingenregisters voor statistische doeleinden worden bestreken, worden gekenmerkt door de in beide van de volgende punten uiteengezette en in bijlage III verder gepreciseerde elementen:

a) 

de gedetailleerde onderwerpen voor het register en de Unieke identificator;

b) 

de referentieperiode en periodiciteit.

2.  
De Commissie mag uitvoeringshandelingen vaststellen tot nadere bepaling van de variabelen in verband met de gedetailleerde onderwerpen voor het register als opgenomen in de lijst in bijlage III.

Deze uitvoeringshandelingen worden vastgesteld overeenkomstig de in artikel 23, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure.

3.  
Bij het vaststellen van uitvoeringshandelingen op grond van lid 2, zorgt de Commissie ervoor dat de lidstaten of de respondenten geen aanzienlijke extra kosten of lasten worden opgelegd.

Artikel 10

Uitwisseling van en toegang tot vertrouwelijke gegevens ten behoeve van het Europees kader voor ondernemingenregisters voor statistische doeleinden

1.  
De lidstaten wisselen vertrouwelijke gegevens uit.

Hiertoe vindt de uitwisseling plaats van vertrouwelijke gegevens over multinationale ondernemingengroepen en de eenheden die tot deze groepen behoren, waaronder ook de in de lijst in bijlage IV opgenomen variabelen, uitsluitend voor statistische doeleinden plaats tussen de NSA's van de verschillende lidstaten, wanneer de uitwisseling noodzakelijk is om de kwaliteit van de informatie over multinationale ondernemingengroepen in de Unie te waarborgen. Dergelijke uitwisselingen kunnen ook plaatsvinden om de lasten voor de respondenten te verminderen.

Wanneer een dergelijke uitwisseling van vertrouwelijke gegevens wordt verricht om de kwaliteit van de gegevens over multinationale ondernemingengroepen in de Unie te waarborgen en de uitwisseling uitdrukkelijk is toegestaan door de bevoegde NSA die de gegevens verstrekt, kunnen nationale centrale banken, uitsluitend voor statistische doeleinden, deelnemen aan de uitwisseling van vertrouwelijke gegevens.

2.  
De Commissie (Eurostat) en de lidstaten wisselen vertrouwelijke gegevens uit.

Hiertoe zenden NSA's gegevens over multinationale ondernemingengroepen en de eenheden die tot deze groepen behoren, waaronder ook de in de lijst in bijlage IV opgenomen variabelen, toe aan de Commissie (Eurostat) teneinde uitsluitend voor statistische doeleinden bestemde informatie te verstrekken over multinationale ondernemingengroepen in de Unie.

Om te waarborgen dat de gegevensbestanden consistent zijn en uitsluitend voor statistische doeleinden worden gebruikt, verstrekt de Commissie (Eurostat) aan de bevoegde NSA's van elke lidstaat gegevens over multinationale ondernemingengroepen en de eenheden die tot deze groepen behoren, waaronder ook de in de lijst van bijlage IV opgenomen variabelen, wanneer ten minste één juridische eenheid van deze groep op zijn grondgebied is gevestigd.

Met het oog op doeltreffendheid en een hoge kwaliteit bij de productie van het EuroGroups-register, verstrekt de Commissie (Eurostat), uitsluitend voor statistische doeleinden, de NSA's gegevens over multinationale ondernemingengroepen die zijn opgenomen in het EuroGroups-register, met inbegrip van de eenheden die tot deze groepen behoren, waaronder ook de in de lijst van bijlage IV opgenomen variabelen.

3.  
De Commissie (Eurostat) en de lidstaten wisselen vertrouwelijke gegevens uit voor de identificatie van juridische eenheden.

Hiertoe zenden de NSA's de gegevens over juridische eenheden met rechtspersoonlijkheid, beperkt tot de identificatie- en demografische variabelen en de stratificatieparameters, als opgenomen in de lijst van bijlage IV, toe aan de Commissie (Eurostat), uitsluitend met het oog op de identificatie van juridische eenheden in de Unie.

Met het oog op doeltreffendheid en een hoge kwaliteit bij de productie van het EuroGroups-register, verstrekt de Commissie (Eurostat) gegevens over juridische eenheden aan de NSA's van elke lidstaat, uitsluitend met het oog op de identificatie van juridische eenheden in de Unie, beperkt tot de identificatie- en demografische variabelen en de stratificatieparameters, als opgenomen in de lijst van bijlage IV.

4.  
De uitwisseling van vertrouwelijke gegevens tussen de Commissie (Eurostat) en de centrale banken mag uitsluitend voor statistische doeleinden tussen de Commissie (Eurostat) en de nationale centrale banken en tussen de Commissie (Eurostat) en de ECB plaatsvinden wanneer dit noodzakelijk is om de kwaliteit van de gegevens over multinationale ondernemingengroepen in de Unie te waarborgen en de bevoegde NSA's hun uitdrukkelijke toestemming hebben verleend voor de uitwisseling.
5.  
De Commissie mag uitvoeringshandelingen vast stellen tot nadere bepaling de technische bijzonderheden van de in de lijst in bijlage IV opgenomen variabelen.

Die uitvoeringshandelingen worden vastgesteld overeenkomstig de in artikel 23, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure.

6.  
Teneinde te waarborgen dat de overeenkomstig dit artikel uitgewisselde gegevens uitsluitend voor statistische doeleinden worden gebruikt, mag de Commissie uitvoeringshandelingen vast te stellen tot nadere bepaling van het formaat, de beveiligings- en vertrouwelijkheidsmaatregelen voor dergelijke gegevens, alsmede de procedure voor de uitwisseling van gegevens.

Die uitvoeringshandelingen worden vastgesteld overeenkomstig de in artikel 23, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure.

7.  
Wanneer de Commissie (Eurostat), de NSA's, de nationale centrale banken en de ECB vertrouwelijke gegevens over in of buiten het nationale grondgebied gelegen eenheden ontvangen ingevolge dit artikel, behandelen zij deze informatie vertrouwelijk overeenkomstig Verordening (EG) nr. 223/2009.

De toezending van vertrouwelijke gegevens tussen de NSA's en de Commissie (Eurostat) vindt plaats wanneer deze toezending uitsluitend voor statistische doeleinden noodzakelijk is voor de productie van Europese statistieken. Voor elke andere toezending moet de nationale dienst die de gegevens heeft verzameld, haar uitdrukkelijke toestemming verlenen.

8.  
De lidstaten en de Commissie treffen passende maatregelen voor het voorkomen en bestraffen van schendingen van de statistische geheimhouding van de uitgewisselde gegevens. De vastgestelde sancties moeten doeltreffend, evenredig en afschrikkend zijn.



HOOFDSTUK V

Uitwisseling van vertrouwelijke gegevens ten behoeve van de statistieken over de intra-EU-handel in goederen

Artikel 11

Uitwisseling van vertrouwelijke gegevens

1.  
De uitwisseling van vertrouwelijke gegevens tussen de lidstaten over de intra-EU-uitvoer van goederen vindt, uitsluitend voor statistische doeleinden, plaats tussen de NSA's die bijdragen tot de ontwikkeling, productie en verspreiding van statistieken over de intra-EU-handel in goederen.

De technische specificaties voor de gegevensvereisten als bedoeld in artikel 7, leden 1 en 2, is ook van toepassing op de uitwisseling van vertrouwelijke gegevens overeenkomstig dit hoofdstuk.

2.  
De NSA's van de lidstaat van uitvoer verstrekken aan de NSA's van de lidstaat van invoer de statistische gegevens over de intra‐EU‐uitvoer van goederen naar die lidstaat, als bepaald in artikel 12.
3.  
De NSA's van lidstaten van uitvoer verstrekken aan de NSA's van de lidstaat van invoer metagegevens die relevant zijn voor het gebruik van de uitgewisselde gegevens bij het opmaken van statistieken.
4.  
De Commissie mag uitvoeringshandelingen vast stellen tot nadere bepaling van de informatie die in aanmerking moet worden genomen als relevante metagegevens als bedoeld in lid 3, en van het tijdschema voor het verstrekken van deze informatie en de in lid 2 bedoelde statistische informatie.

Die uitvoeringshandelingen worden vastgesteld overeenkomstig de in artikel 23, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure.

5.  
Onverminderd lid 1 van dit artikel geeft de lidstaat die de uitgewisselde vertrouwelijke gegevens verstrekt, toestemming voor het gebruik daarvan voor het opstellen van andere statistieken door de NSA's van de lidstaat van invoer, mits deze gegevens overeenkomstig artikelen 20 tot en met 26 van Verordening (EG) nr. 223/2009 uitsluitend voor statistische doeleinden worden gebruikt.
6.  
Op verzoek van de NSA's van de lidstaat van uitvoer kan de lidstaat van invoer aan de NSA's van de lidstaat van uitvoer de microgegevens verstrekken die zijn verzameld over de goederen die vanuit die lidstaat van uitvoer zijn ingevoerd.

Artikel 12

Uit te wisselen statistische informatie

1.  

De in artikel 11, lid 2, bedoelde statistische informatie bestaat uit:

a) 

ten behoeve van de statistieken over de intra-EU-handel in goederen verzamelde microgegevens;

b) 

over specifieke goederen of bewegingen verzamelde gegevens, en

c) 

aan de hand van de gegevens uit douaneaangiften samengestelde gegevens.

2.  
De in artikel 11, lid 2, bedoelde statistische gegevens die daadwerkelijk zijn verzameld op basis van bedrijfsenquêtes of administratieve gegevens bestrijken ten minste 95 % van de totale waarde van de intra-EU-uitvoer van goederen van elke lidstaat naar alle andere lidstaten samen.

De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 22 gedelegeerde handelingen vast te stellen om deze verordening te wijzigen door deze dekkingsgraad voor intra-EU-uitvoer van goederen te verlagen in het licht van technische en economische ontwikkelingen, met behoud van statistieken die aan de geldende kwaliteitsnormen voldoen.

3.  
De Commissie mag uitvoeringshandelingen vaststellen tot nadere bepaling van de technische specificaties in verband met het verzamelen en het samenbrengen van de gegevens als bedoeld in lid 1 en het verder specificeren van de toepassing van de in lid 2 bedoelde dekkingsgraad, wat de referentieperiode betreft.

Die uitvoeringshandelingen worden vastgesteld overeenkomstig de in artikel 23, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure.

Artikel 13

Bestanddelen van statistische gegevens

1.  

De in artikel 12, lid 1, punt a), bedoelde microgegevens bevatten de volgende bestanddelen van statistische gegevens:

a) 

het individuele identificatienummer dat aan de partner in de lidstaat van invoer is toegekend overeenkomstig artikel 214 van Richtlijn 2006/112/EG;

b) 

de referentieperiode;

c) 

de stroom;

d) 

het goed;

e) 

de partnerlidstaat;

f) 

het land van oorsprong;

g) 

de waarde van de goederen;

h) 

de hoeveelheid goederen;

i) 

de aard van de transactie.

Tot de in artikel 12, lid 1, punt a), bedoelde microgegevens kunnen de wijze van vervoer en de leveringsvoorwaarden behoren, mits de lidstaat van uitvoer die bestanddelen van statistische gegevens verzamelt.

De Commissie mag uitvoeringshandelingen vaststellen tot nadere bepaling van de bestanddelen van statistische gegevens als bedoeld in de punten a) tot en met i), van de eerste alinea van dit lid en voor de lijst van bestanddelen van statistische gegevens die van toepassing is op specifieke goederen of bewegingen, en de gegevens die zijn samengesteld aan de hand van de gegevens van de douaneaangifte als bedoeld in artikel 12, lid 1, punten b) en c).

Die uitvoeringshandelingen worden vastgesteld overeenkomstig de in artikel 23, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure.

2.  
De lidstaten kunnen de te verstrekken informatie vereenvoudigen, onder bepaalde voorwaarden die aan kwaliteitsvoorschriften beantwoorden, mits dit geen nadelige gevolgen heeft voor de kwaliteit van de statistieken.

In specifieke gevallen kunnen de lidstaten een beperkte reeks bestanddelen van statistische gegevens als bedoeld in lid 1 verzamelen of de informatie in verband met deze bestanddelen van gegevens verzamelen op een minder gedetailleerd niveau.

De Commissie mag uitvoeringshandelingen vaststellen tot nadere bepaling van de nadere voorschriften voor de in de eerste alinea bedoelde vereenvoudiging en de maximale waarde van de intra-EU-uitvoer waaraan die vereenvoudiging ten goede komt.

Die uitvoeringshandelingen worden vastgesteld overeenkomstig de in artikel 23, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure.

Artikel 14

Bescherming van uitgewisselde vertrouwelijke gegevens

1.  
Bestanden met microgegevens die betrekking hebben op een exporteur wiens verzoek om statistische geheimhouding overeenkomstig artikel 19 is aanvaard door de NSA's van de lidstaat van uitvoer, worden door de NSA's van de lidstaat van uitvoer verstrekt aan de NSA's van de lidstaat van invoer, met de werkelijke waarde en alle bestanddelen van de statistische gegevens als bedoeld in artikel 13, lid 1, en met een vlag die aangeeft dat dat bestand met microgegevens een vertrouwelijk karakter heeft.
2.  
De NSA's van de lidstaat van invoer kunnen bij het opmaken van statistische resultaten van de intra-EU-invoer gebruikmaken van bestanden met microgegevens over uitvoer die vertrouwelijk moeten worden behandeld. Als de NSA van de lidstaat van invoer gebruikmaakt van bestanden met microgegevens over uitvoer die vertrouwelijk moeten worden behandeld, zorgt deze lidstaat ervoor dat bij de verspreiding van de statistische resultaten over intra-EU-invoer door de NSA's van de lidstaat van invoer, de door de NSA's van de lidstaat van uitvoer toegezegde statistische geheimhouding wordt nagekomen.
3.  
Ter waarborging van het vertrouwelijke karakter van de gegevens die in het kader van dit hoofdstuk worden uitgewisseld, mag de Commissie uitvoeringshandelingen vaststellen in verband met het formaat, de beveiligings- en vertrouwelijkheidsvoorschriften voor deze gegevens, daaronder begrepen voorschriften voor de toepassing van de leden 1 en 2, alsmede de procedure voor de uitwisseling van gegevens.

Die uitvoeringshandelingen worden vastgesteld overeenkomstig de in artikel 23, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure.

4.  
De lidstaten en de Commissie treffen passende maatregelen ter voorkoming en bestraffing van schendingen van de statistische geheimhouding van de uitgewisselde gegevens. De vastgestelde straffen moeten doeltreffend, evenredig en afschrikkend zijn.

Artikel 15

Toegang tot vertrouwelijke gegevens die voor wetenschappelijke doeleinden worden uitgewisseld

Toegang tot de uitgewisselde vertrouwelijke gegevens kan worden verleend aan onderzoekers die statistische analyses voor wetenschappelijke doeleinden verrichten, overeenkomstig artikel 23 van Verordening (EG) nr. 223/2009, onder voorbehoud van toestemming van de bevoegde NSA's van de lidstaat van uitvoer die de gegevens heeft verstrekt.



HOOFDSTUK VI

Uitwisseling van vertrouwelijke gegevens ten behoeve van Europese bedrijfsstatistieken en nationale rekeningen

Artikel 16

Uitwisseling van vertrouwelijke gegevens - machtigingsclausule

1.  
Vertrouwelijke gegevens die op grond van de onderhavige verordening zijn verzameld of opgemaakt, mogen tussen de NSA's van de betrokken lidstaten, hun respectieve nationale centrale banken, de ECB en de Commissie (Eurostat) uitsluitend voor statistische doeleinden worden uitgewisseld wanneer deze uitwisseling noodzakelijk is ter waarborging van de kwaliteit en de vergelijkbaarheid van de Europese bedrijfsstatistieken of nationale rekeningen, zulks in overeenstemming met de begrippen en de methodologie van Verordening (EU) nr. 549/2013.
2.  
Indien de NSA's, de nationale centrale banken, de Commissie (Eurostat) en de ECB vertrouwelijke gegevens hebben ontvangen, behandelen zij deze gegevens als vertrouwelijke gegevens en wenden zij deze gegevens uitsluitend aan voor statistische doeleinden overeenkomstig de artikelen 20 tot en met 26 van Verordening (EG) nr. 223/.2009.



HOOFDSTUK VII

Kwaliteit, toezending en verspreiding

Artikel 17

Kwaliteit

1.  
De lidstaten nemen alle nodige maatregelen om de kwaliteit van de toegezonden Europese bedrijfsstatistieken, de nationale ondernemingenregisters voor statistische doeleinden en het EuroGroups-register te waarborgen.
2.  
Voor de toepassing van deze verordening gelden de kwaliteitscriteria van artikel 12, lid 1, van Verordening (EG) nr. 223/2009.
3.  
De Commissie (Eurostat) beoordeelt de kwaliteit van de ingediende gegevens en metagegevens op een transparante en controleerbare wijze.
4.  

Voor de toepassing van lid 3, verstrekken de lidstaten de Commissie (Eurostat) jaarlijks de volgende gegevens:

a) 

verslagen over de kwaliteit en de metagegevens voor overeenkomstig deze verordening toegezonden gegevens;

b) 

verslagen over de kwaliteit en de metagegevens in verband met de nationale ondernemingenregisters voor statistische doeleinden.

In het geval van meerjaarlijkse statistieken is de periodiciteit van de verslagen over de kwaliteit en de metagegevens als bedoeld in punt a) van de eerste alinea dezelfde als voor de betrokkenstatistieken.

5.  
De Commissie (Eurostat) verstrekt jaarlijks verslagen over de kwaliteit en de metagegevens met betrekking tot het EuroGroups-register aan de lidstaten.
6.  
De Commissie mag uitvoeringshandelingen vast stellen voor het bepalen van de voorschriften, de inhoud en de termijnen voor de toezending van de verslagen over de kwaliteit en de metagegevens.

Die uitvoeringshandelingen worden vastgesteld overeenkomstig de in artikel 23, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure. Zij mogen voor de lidstaten of de respondenten geen aanzienlijke extra kosten of lasten met zich brengen.

De rapportage beperkt zich inhoudelijk tot de meest belangrijke en wezenlijke aspecten van de kwaliteit.

7.  
De lidstaten stellen de Commissie (Eurostat) zo snel mogelijk in kennis van elke relevante informatie of wijziging in verband met de uitvoering van deze verordening die van invloed kan zijn op de kwaliteit van de toegezonden gegevens. De lidstaten stellen de Commissie (Eurostat) in kennis van belangrijke methodologische of andere veranderingen die van invloed kunnen zijn op de kwaliteit van de nationale ondernemingenregisters voor statistische doeleinden. De informatie wordt zo snel mogelijk verstrekt en in elk geval niet later dan zes maanden nadat een dergelijke verandering in werking is getreden.
8.  
Gevolg gevend aan een naar behoren gemotiveerd verzoek van de Commissie (Eurostat) verstrekken de lidstaten de aanvullende informatie die nodig is om de kwaliteit van de statistische informatie te beoordelen, met dien verstande dat zulks voor de lidstaten of de respondenten geen aanzienlijke extra kosten of lasten met zich mag brengen.

Artikel 18

Toezending van gegevens en metagegevens

1.  
De lidstaten dienen de bij deze verordening voorgeschreven gegevens en metagegevens bij de Commissie (Eurostat) in overeenkomstig de normen voor de uitwisseling van gegevens en metagegevens. Indien de toegezonden gegevens vertrouwelijk zijn, wordt de werkelijke waarde verstuurd met een vlag die aangeeft dat de gegevens een vertrouwelijk karakter hebben en niet mogen worden verspreid.

De Commissie mag uitvoeringshandelingen vast stellen om deze normen alsook de procedure voor de toezending van de gegevens en de metagegevens vast te stellen. Die uitvoeringshandelingen worden vastgesteld overeenkomstig de in artikel 23, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure.

2.  
Gevolg gevend aan een naar behoren gemotiveerd verzoek van de Commissie (Eurostat) verrichten de lidstaten de statistische analyses van de nationale ondernemingenregisters voor statistische doeleinden en zenden zij de resultaten aan de Commissie (Eurostat).

De Commissie (Eurostat) mag uitvoeringshandelingen vaststellen voor het nader bepalen van het formaat en de procedure voor het toezenden van de resultaten van dergelijke statistische analyses.

Die uitvoeringshandelingen worden vastgesteld overeenkomstig de in artikel 23, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure.

De Commissie (Eurostat) ziet erop toe dat die uitvoeringshandelingen voor de lidstaten en de respondenten geen aanzienlijke extra kosten of lasten opleveren.

3.  
Op een naar behoren gemotiveerd verzoek van de Commissie (Eurostat) verschaffen de lidstaten alle nodige informatie met betrekking tot de toepassing van deze verordening in de lidstaten. Dergelijke verzoeken van de Commissie mogen geen aanzienlijke extra lasten of kosten met zich brengen voor de lidstaten.

Artikel 19

Vertrouwelijkheid met betrekking tot de verspreiding van statistische gegevens over de internationale handel in goederen

Uitsluitend op verzoek van een importeur of exporteur van goederen besluit de nationale statistische instantie of zij de statistische resultaten betreffende de respectieve in- of uitvoer zonder enige wijziging of, gevolg gevend aan het naar behoren gemotiveerde verzoek van de importeur of exporteur om de statistische resultaten zodanig te wijzigen dat de invoerder of uitvoerder niet kan worden geïdentificeerd, zal verspreiden, zulks teneinde te voldoen aan het beginsel van de statistische geheimhouding, overeenkomstig artikel 20, lid 3, punt a), van Verordening (EG) nr. 223/2009.



HOOFDSTUK VIII

Proefstudies en financiering

Artikel 20

Proefstudies

1.  
Wanneer de Commissie (Eurostat) vaststelt dat er behoefte is aan belangrijke nieuwe gegevensvereisten of verbeteringen in de gegevensreeksen die onder deze verordening vallen, kan zij proefstudies starten die door de lidstaten op vrijwillige basis worden uitgevoerd voordat nieuwe gegevens worden verzameld. Voorbeelden van die proefstudies zijn proefstudies over internationale handel in diensten, vastgoed, financiële indicatoren, en milieu en klimaat.
2.  
De proefstudies worden uitgevoerd om na te gaan in hoeverre het verzamelen van gegevens nodig en mogelijk is. De resultaten van die studies worden geëvalueerd door de Commissie (Eurostat), in samenwerking met de lidstaten en de voornaamste stakeholders. Bij de evaluatie van de resultaten moet rekening worden gehouden met de baten en de extra kosten en lasten van deze verbeteringen voor bedrijven en NSA's.
3.  
Na de in lid 2 bedoelde evaluatie stelt de Commissie in samenwerking met de lidstaten een verslag op over de bevindingen van de in lid 1 bedoelde studies. Dat verslag wordt openbaar gemaakt.
4.  
De Commissie brengt uiterlijk op 7 januari 2022, en vervolgens om de twee jaar, verslag uit over de algemene vooruitgang die is geboekt met de in lid 1 bedoelde proefstudies. Deze verslagen worden openbaar gemaakt.

In voorkomend geval en rekening houdend met de in lid 2 bedoelde evaluatie van de resultaten voegt de Commissie bij deze verslagen voorstellen voor de invoering van nieuwe gegevensvereisten.

Artikel 21

Financiering

1.  

Voor de uitvoering van deze verordening kan de Unie financiële steun toekennen aan de nationale instituten voor de statistiek en andere nationale instanties als bedoeld in de lijst die overeenkomstig artikel 5, lid 2, van Verordening (EG) nr. 223/2009 van het Europees Parlement en de Raad is opgesteld, ter dekking van de kosten voor:

a) 

de ontwikkeling of uitvoering van de gegevensvereisten en de gegevensverwerking op het gebied van bedrijfsstatistieken;

b) 

de ontwikkeling van methoden waarmee wordt gestreefd naar een hogere kwaliteit of lagere kosten en administratieve lasten van het verzamelen en opstellen van bedrijfsstatistieken en het verbeteren van het Europees kader voor ondernemingenregisters voor statistische doeleinden.

c) 

de ontwikkeling van methodes voor het verlichten van de administratieve en financiële lasten van het verstrekken van de vereiste informatie door de rapportage-eenheden, met name kleine en middelgrote ondernemingen;

d) 

deelname aan de in artikel 20 bedoelde proefstudies;

e) 

de ontwikkeling of verbetering van processen, IT-systemen en vergelijkbare ondersteunende functies met als doel statistieken van hogere kwaliteit te produceren of de administratieve en financiële lasten te verlagen.

2.  
De financiële bijdrage van de Unie wordt verstrekt overeenkomstig artikel 7 van Verordening (EU) nr. 99/2013 van het Europees Parlement en de Raad ( 5 ), en artikel 6 van Verordening (EU) nr. 1291/2013 van het Europees Parlement en de Raad ( 6 ).
3.  
Het bedrag van de financiële bijdrage van de Unie mag niet hoger zijn dan 95 % van de subsidiabele kosten.



HOOFDSTUK IX

Slotbepalingen

Artikel 22

Uitoefening van de bevoegdheidsdelegatie

1.  
De bevoegdheid om gedelegeerde handelingen vast te stellen, wordt aan de Commissie toegekend onder de in dit artikel neergelegde voorwaarden.
2.  
De in artikel 5, leden 2 en 3, artikel 6, lid 4 en in artikel 12, lid 2, bedoelde bevoegdheid om gedelegeerde handelingen vast te stellen, wordt aan de Commissie toegekend voor een termijn van vijf jaar met ingang van 6 januari 2020. De Commissie stelt uiterlijk negen maanden voor het einde van de termijn van vijf jaar een verslag op over de bevoegdheidsdelegatie. De bevoegdheidsdelegatie wordt stilzwijgend met termijnen van dezelfde duur verlengd, tenzij het Europees Parlement of de Raad zich uiterlijk drie maanden voor het einde van elke termijn tegen deze verlenging verzet.
3.  
Het Europees Parlement of de Raad kan de in artikel 5, leden 2 en 3, artikel 6, lid 4, en in artikel 12, lid 2, bedoelde bevoegdheidsdelegatie te allen tijde intrekken. Het besluit tot intrekking beëindigt de delegatie van de in dat besluit genoemde bevoegdheid. Het wordt van kracht op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie of op een daarin genoemde latere datum. Het laat de geldigheid van de reeds van kracht zijnde gedelegeerde handelingen onverlet.
4.  
Vóór de vaststelling van een gedelegeerde handeling raadpleegt de Commissie de door elke lidstaat aangewezen deskundigen overeenkomstig de beginselen die zijn neergelegd in het Interinstitutioneel Akkoord van 13 april 2016 over beter wetgeven.
5.  
Zodra de Commissie een gedelegeerde handeling heeft vastgesteld, doet zij daarvan gelijktijdig kennisgeving aan het Europees Parlement en aan de Raad.
6.  
Een overeenkomstig artikel 5, lid 2 of lid 3, artikel 6, lid 4, of artikel 12, lid 2, vastgestelde gedelegeerde handeling treedt alleen in werking indien het Europees Parlement noch de Raad daartegen binnen een termijn van twee maanden na de kennisgeving van de handeling aan het Europees Parlement en de Raad bezwaar heeft gemaakt, of indien zowel het Europees Parlement als de Raad voor het verstrijken van die termijn de Commissie hebben medegedeeld dat zij daartegen geen bezwaar zullen maken. Die termijn wordt op initiatief van het Europees Parlement of van de Raad met twee maanden verlengd.

Artikel 23

Comité

1.  
De Commissie wordt bijgestaan door het bij Verordening (EG) nr. 223/2009 opgericht ESSC. Dat comité is een comité in de zin van Verordening (EU) nr. 182/2011.
2.  
Wanneer naar dit lid wordt verwezen, is artikel 5 van Verordening (EU) nr. 182/2011 van toepassing.

Artikel 24

Afwijkingen

1.  
Indien voor de toepassing van deze verordening of de op grond daarvan vastgestelde uitvoeringsmaatregelen en gedelegeerde handelingen grote aanpassingen van het nationaal statistisch systeem van een lidstaat nodig zijn, kan de Commissie uitvoeringshandelingen vaststellen waarbij afwijkingen worden verleend voor de toepassing ervan voor een periode van maximaal drie jaar.

Voor een dergelijke afwijking dient de betrokken lidstaat binnen drie maanden vanaf de datum van inwerkingtreding van de betrokken handeling een naar behoren gemotiveerd verzoek in bij de Commissie.

Het effect van dergelijke afwijkingen op de vergelijkbaarheid van de gegevens van de lidstaten of op de berekening van de vereiste tijdige en representatieve Europese aggregaten wordt tot een minimum beperkt. Voor het toestaan van de afwijking wordt rekening gehouden met de lasten voor de respondenten.

2.  
Indien een afwijking betreffende de terreinen waarop proefstudies in de zin van artikel 20 zijn verricht, nog steeds gerechtvaardigd is aan het einde van de periode waarvoor zij is toegestaan, kan de Commissie een uitvoeringshandeling vaststellen waarbij een nieuwe afwijking wordt verleend voor een periode van ten hoogste één jaar.

Daartoe dient de betrokken lidstaat uiterlijk zes maanden vóór het einde van de geldingsduur van de overeenkomstig lid 1 verleende afwijking, bij de Commissie een verzoek in met een opgave van de redenen en gedetailleerde gronden ter ondersteuning van een dergelijke verlenging.

3.  
De in de leden 1 en 2 van dit artikel bedoelde uitvoeringshandelingen worden vastgesteld overeenkomstig de in artikel 23, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure.

Artikel 25

Intrekking

1.  
Verordeningen (EG) nr. 48/2004, (EG) nr. 808/2004, (EG) nr. 716/2007, (EG) nr. 177/2008 en (EG) nr. 295/2008, Beschikking nr. 1608/2003/EG en Verordening (EEG) nr. 3924/91 worden met ingang van 1 januari 2021 ingetrokken.
2.  
De Verordeningen (EG) nr. 638/2004 en (EG) nr. 471/2009 worden met ingang van 1 januari 2022 ingetrokken.
3.  
Verordening (EG) nr. 1165/1998 wordt met ingang van 1 januari 2024 ingetrokken.
4.  
De leden 1, 2 en 3 doen geen afbreuk aan de in die rechtshandelingen opgenomen verplichtingen in verband met de toezending van gegevens en metagegevens, daaronder begrepen de kwaliteitsverslagen, voor de referentieperioden die geheel of gedeeltelijk vóór de in die leden genoemde respectieve data vallen.
5.  
Verwijzingen naar de ingetrokken wetgevingsbesluiten gelden als verwijzingen naar de onderhavige verordening.

Artikel 26

Inwerkingtreding en toepassing

1.  
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
2.  
Zij is van toepassing met ingang van 1 januari 2021.
3.  
Artikel 5, leden 2, 3 en 4, en de artikelen 11 tot en met 15 zijn echter van toepassing met ingang van 1 januari 2022.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.




BIJLAGE I

TE BESTRIJKEN ONDERWERPEN

Domein 1. Kortetermijnbedrijfsstatistieken



Onderwerpen

Gedetailleerde onderwerpen

Bedrijvenpopulatie

Zakelijke demografische gebeurtenissen

Input van arbeid

Werkgelegenheid

Gewerkte uren

Loonkosten

Prijzen

Invoerprijzen

Producentenprijzen

Output en prestaties

Productie

Omvang van de verkoop

Netto-omzet

Onroerend goed

Onroerend goed

Domein 2. Bedrijfsstatistieken op nationaal niveau



Onderwerpen

Gedetailleerde onderwerpen

Bedrijvenpopulatie

Populatie van actieve ondernemingen

Zakelijke demografische gebeurtenissen (geboorte, overlijden, overleving)

Ondernemingen in buitenlandse handen

Ondernemingen in buitenlandse handen en binnenlandse filialen

Populatie van ondernemingen die actief zijn in internationale handel

Input van arbeid

Werkgelegenheid

Werkgelegenheid met betrekking tot zakelijke demografische gebeurtenissen (geboorte, overlijden, overleving)

Werkgelegenheid in ondernemingen in buitenlandse handen

Werkgelegenheid in ondernemingen in buitenlandse handen en binnenlandse filialen

Gewerkte uren

Loonkosten

Arbeidskosten in ondernemingen in buitenlandse handen

O&O-inputs

O&O-uitgaven

Werkgelegenheid in O&O

O&O-uitgaven in ondernemingen in buitenlandse handen

O&O-werkgelegenheid in ondernemingen in buitenlandse handen

Door de overheid gefinancierd O&O

Aankopen

Aankoop goederen en diensten

Voorraadwijziging

Aankopen van goederen en diensten door ondernemingen in buitenlandse handen

Invoer door ondernemingen

Output en prestaties

Netto-omzet

Brutowinst op voor wederverkoop bestemde goederen

Waarde van de output

Toegevoegde waarde

Bruto-exploitatieoverschot

Netto-omzet van ondernemingen in buitenlandse handen

Waarde van de output van ondernemingen in buitenlandse handen

Toegevoegde waarde van ondernemingen in buitenlandse handen

Netto-omzet van ondernemingen die zeggenschap hebben over buitenlandse ondernemingen en hun filialen in het binnenland

Industriële productie

Uitvoer door ondernemingen

Investeringen

Bruto-investering

Bruto-investeringen door ondernemingen in buitenlandse handen

Innovatie

Innovatie

ICT-gebruik en e-handel

ICT-gebruik en e-handel

Domein 3. Regionale bedrijfsstatistieken



Onderwerpen

Gedetailleerde onderwerpen

Bedrijvenpopulatie

Populatie per regio

Zakelijke demografische gebeurtenissen per regio (geboorte, overlijden, overleving)

Input van arbeid

Werkgelegenheid per regio

Werkgelegenheid met betrekking tot zakelijke demografische gebeurtenissen per regio (geboorte, overlijden, overleving)

Arbeidskosten per regio

O&O-inputs

O&O-uitgaven per regio

O&O-werkgelegenheid per regio

Domein 4. Statistieken over internationale activiteiten



Onderwerpen

Gedetailleerde onderwerpen

Bedrijvenpopulatie

Populatie van ondernemingen in het buitenland die onder zeggenschap van ingezeten institutionele eenheden van het rapporterende land staan

Input van arbeid

Werkgelegenheid in ondernemingen in het buitenland die onder zeggenschap van ingezeten institutionele eenheden van het rapporterende land staan

Arbeidskosten in ondernemingen in het buitenland die onder zeggenschap van ingezeten institutionele eenheden van het rapporterende land staan

Investeringen

Bruto-investeringen door ondernemingen in het buitenland die onder zeggenschap van ingezeten institutionele eenheden van het rapporterende land staan

Output en prestaties

Netto-omzet van ondernemingen in het buitenland die onder zeggenschap van ingezeten institutionele eenheden van het rapporterende land staan

Internationale handel in goederen

Intra-EU-handel in goederen

Extra-EU-handel in goederen

Internationale handel in diensten

Invoer van diensten

Uitvoer van diensten

Netto diensten

Mondiale waardeketens

Mondiale waardeketens




BIJLAGE II

PERIODICITEIT, REFERENTIEPERIODE EN STATISTISCHE EENHEID VAN DE ONDERWERPEN

Domein 1. Kortetermijnbedrijfsstatistieken



Onderwerpen

Periodiciteit

Referentieperiode

Statistische eenheid

Bedrijvenpopulatie

driemaandelijks

kwartaal

juridische eenheid

Input van arbeid

driemaandelijks (maandelijks facultatief)

kwartaal (maand facultatief)

EEA

Prijzen

maandelijks

met de volgende uitzonderingen

– producentenprijzen voor diensten en producentenprijzen voor nieuwe woningen: driemaandelijks

maand

met de volgende uitzonderingen

– producentenprijzen voor diensten en producentenprijzen voor nieuwe woningen: kwartaal (maand facultatief)

EEA

met de volgende uitzondering

– invoerprijzen: niet van toepassing

Output en prestaties

maandelijks

met de volgende uitzondering

– kleine landen voor sectie F van de NACE: driemaandelijks (maandelijks facultatief)

maand

met de volgende uitzondering

– kleine landen voor sectie F van de NACE: kwartaal (maand facultatief)

EEA

 

maandelijks; driemaandelijks voor kleine * landen voor sectie F van de NACE

* Zoals bepaald in de uitvoeringshandelingen bedoeld in artikel 7, lid 1.

 

 

Onroerend goed

Driemaandelijks (maandelijks facultatief)

Kwartaal (maand facultatief)

niet van toepassing.

Domein 2. Bedrijfsstatistieken op nationaal niveau



Onderwerpen

Periodiciteit

Referentieperiode

Statistische eenheid

Bedrijvenpopulatie

jaarlijks

kalenderjaar

onderneming

Input van arbeid

jaarlijks

kalenderjaar

onderneming

O&O-inputs

tweejaarlijks;

met de volgende uitzonderingen

– de uitsplitsing naar prestatiesector van de prestaties voor intramurale O&O-uitgaven, O&O-personeel en het aantal onderzoekers, alsmede voor uit de overheidsbegroting toegewezen middelen voor O&O (GBAORD) - en nationale overheidsmiddelen voor transnationaal gecoördineerde O&O: jaarlijks

kalenderjaar

onderneming voor de sector ondernemingen

institutionele eenheid voor de overige sectoren

Aankopen

jaarlijks

met de volgende uitzondering

– betalingen aan onderaannemers driejaarlijks

kalenderjaar

onderneming

Output en prestaties

Jaarlijks

met de volgende uitzonderingen

– uitsplitsing van de netto-omzet naar product en netto-omzet naar plaats van vestiging van de cliënt voor NACE 69.1, 69.2, 70.2, 71.1, 71.2 en 73.2: tweejaarlijks

– Netto-omzet uit landbouw, bosbouw, visserij en industriële activiteiten, netto-omzet uit industriële activiteiten, netto-omzet uit industriële activiteiten met uitzondering van de bouwnijverheid, netto-omzet uit bouwnijverheid, netto-omzet uit dienstenactiviteiten, netto-omzet uit handelsactiviteiten met betrekking tot aankoop en wederverkoop en uit intermediaire activiteiten, netto-omzet uit burgerlijke en utiliteitsbouw en netto-omzet uit grond-, weg- en waterbouw: om de vijf jaar

– inkomsten uit onderaanneming: om de drie jaar

kalenderjaar

onderneming

met de volgende uitzonderingen

– verkochte productie, productie uit uitbestede bewerkingen en feitelijke productie: EEA

Investeringen

jaarlijks

met de volgende uitzondering

– investeringen in immateriële activa: om de drie jaar

kalenderjaar

onderneming

Innovatie

tweejaarlijks

de referentieperiode is een periode van drie jaar vóór het einde van ieder paar kalenderjaar

onderneming

ICT-gebruik en e-handel

jaarlijks

kalenderjaar waarin de uitvoeringshandeling tot bepaling van de variabelen wordt vastgesteld;

voor de overige variabelen, kalenderjaar volgend op het jaar waarin de uitvoeringshandeling tot bepaling van de variabelen wordt vastgesteld

onderneming

Domein 3. Regionale bedrijfsstatistieken



Onderwerpen

Periodiciteit

Referentieperiode

Statistische eenheid

Bedrijvenpopulatie

jaarlijks

kalenderjaar

onderneming

met de volgende uitzondering

– aantal lokale eenheden (facultatief voor sectie K van de NACE): lokale eenheid

Input van arbeid

jaarlijks

kalenderjaar

onderneming

met de volgende uitzonderingen

– aantal werknemers en zelfstandigen in lokale eenheden, lonen en salarissen in lokale eenheden: lokale eenheid

O&O-inputs

tweejaarlijks

kalenderjaar

onderneming voor de sector ondernemingen; institutionele eenheid voor de overige sectoren

Domein 4. Statistieken over internationale activiteiten



Onderwerpen

Periodiciteit

Referentieperiode

Statistische eenheid

Bedrijvenpopulatie

jaarlijks

kalenderjaar

onderneming

Input van arbeid

jaarlijks

kalenderjaar

onderneming

Investeringen

jaarlijks

kalenderjaar

onderneming

Output en prestaties

jaarlijks

kalenderjaar

onderneming

Internationale handel in goederen

maandelijks

met de volgende uitzondering

– tweejaarlijks voor gecombineerde uitsplitsingen van product en factuurvaluta voor de extra-Unie-invoer en -uitvoer van goederen

te bepalen in de uitvoeringshandelingen overeenkomstig artikel 7, lid 1, punt j)

Niet van toepassing

Internationale handel in diensten

Jaarlijks

met de volgende uitzondering

– uitsplitsingen voor diensten op het eerste niveau: driemaandelijks

kalenderjaar

met de volgende uitzondering

– uitsplitsingen voor diensten op het eerste niveau: kwartaal

Niet van toepassing

Mondiale waardeketens

driejaarlijks

drie kalenderjaren; referentiejaar t en referentieperiode t-2 tot en met t

onderneming




BIJLAGE III

ELEMENTEN VAN HET EUROPEES KADER VOOR ONDERNEMINGENREGISTERS VOOR STATISTISCHE DOELEINDEN

Deel A: Gedetailleerde onderwerpen voor het register en unieke identificator

1. De eenheden in de nationale ondernemingenregisters voor statistische doeleinden en in het EuroGroups-register als bedoeld in artikel 2 van deze verordening, worden voorzien van een identificatienummer en gedetailleerde onderwerpen voor het register, die nader worden bepaald in deel C.

2. De eenheden in de nationale ondernemingenregisters voor statistische doeleinden en in het EuroGroups-register hebben een uniek identificatienummer, zulks ter vergemakkelijking van de rol van het Europees kader voor ondernemingenregisters voor statistische doeleinden met betrekking tot infrastructuur. Die identificatienummers worden door de NSA's verstrekt. De identificatienummers voor juridische eenheden en multinationale ondernemingengroepen die relevant zijn voor het EuroGroups-register zullen door de Commissie (Eurostat) worden verstrekt. Voor nationale doeleinden kunnen de NSA's het additionele identificatienummer handhaven in de nationale ondernemingenregisters voor statistische doeleinden.

Deel B: Tijdschema en periodiciteit

3. De nationale ondernemingenregisters voor statistische doeleinden en het EuroGroups-register worden ten minste een keer per jaar bijgewerkt door middel van opnemingen in en verwijderingen uit de registers.

4. De frequentie waarmee de registers worden geactualiseerd, wordt bepaald door het soort eenheid, de beschouwde variabele, de grootte van de eenheid en de bron die voor de actualisering gebruikelijk is.

5. De lidstaten maken aan het eind van elk jaar een kopie van het nationale ondernemingenregister voor statistische doeleinden en bewaren deze kopie ten minste dertig jaar voor analysedoeleinden. De Commissie (Eurostat) maakt aan het eind van het jaar een kopie van het EuroGroups-register en bewaart deze kopie ten minste dertig jaar voor analysedoeleinden.

Deel C: Gedetailleerde onderwerpen voor bedrijfsregisters

De nationale ondernemingenregisters voor statistische doeleinden en het EuroGroups-register bevatten, voor de verschillende eenheden die in artikel 2 van deze verordening zijn gedefinieerd, de volgende gedetailleerde onderwerpen per eenheid.



EENHEDEN

GEDETAILLEERDE ONDERWERPEN

1. JURIDISCHE EENHEDEN

Identificatie

Demografische gebeurtenissen

Stratificatieparameters

Banden met onderneming

Koppeling met andere registers

Band met ondernemingengroep

Zeggenschap over eenheden

Eigendom van eenheden

2. ONDERNEMINGENGROEP

Identificatie

Demografische gebeurtenissen

Stratificatieparameters en economische variabelen

3. ONDERNEMING

Identificatie

Band met andere eenheden

Demografische gebeurtenissen

Stratificatieparameters en economische variabelen

4. LOKALE EENHEID

Identificatie

Demografische gebeurtenissen

Stratificatieparameters en economische variabelen

Banden met andere eenheden en registers

5. EENHEID VAN ECONOMISCHE ACTIVITEIT

indien bestreken als statistische eenheid overeenkomstig artikel 3, lid 2, onder c)

Identificatie

Demografische gebeurtenissen

Stratificatieparameters en economische variabelen

Banden met andere eenheden en registers




BIJLAGE IV

GEDETAILLEERDE ONDERWERPEN EN VARIABELEN VOOR DE UITWISSELING VAN VERTROUWELIJKE GEGEVENS TEN BEHOEVE VAN HET EUROPEES KADER VOOR ONDERNEMINGENREGISTERS VOOR STATISTISCHE DOELEINDEN

Als 'voorwaardelijk' aangemerkte punten zijn verplicht indien zij beschikbaar zijn in de lidstaten, en als 'facultatief' aangemerkte punten strekken tot aanbeveling.

1. Door de bevoegde NSA's aan de Commissie (Eurostat) toe te zenden gegevens die tussen de bevoegde NSA's mogen worden uitgewisseld [artikel 10, leden 1 en 2]



Eenheden

Gedetailleerde onderwerpen

Variabelen

Juridische eenheid

Identificatie

Identificatievariabelen

 

Demografische gebeurtenissen

Oprichtingsdatum (rechtspersonen) of datum van officiële erkenning als economisch subject (natuurlijke personen)

Datum waarop de juridische eenheid is opgehouden te bestaan

 

Stratificatieparameters

Rechtsvorm

Juridische status van de activiteit

Vlag voor bijkantoren in de zin van punt 18.12 van hoofdstuk 18 van bijlage A bij Verordening (EU) nr. 549/2013 (voorwaardelijk)

Vlag voor voor een bijzonder doel opgerichte entiteiten in de zin van de punten 2.17 tot en met 2.20 van bijlage A bij Verordening (EU) nr. 549/2013 (facultatief)

 

Zeggenschap over eenheden

Identificatievariabelen van de juridische eenheid die hetzij onder zeggenschap staat, hetzij zeggenschap uitoefent

 

Eigendom van eenheden

Identificatievariabelen van de juridische eenheid die hetzij de eigendom, hetzij de eigenaar is

Aandelen (%) van de ingezeten juridische eenheid (eenheden) die eigendom is (zijn) van de juridische eenheid (voorwaardelijk)

Aandelen (%) van de ingezeten juridische eenheid (eenheden) die eigenaar is (zijn) van de juridische eenheid (voorwaardelijk)

Aandelen (%) van de niet-ingezeten juridische eenheid (eenheden) die eigendom is (zijn) van de juridische eenheid (voorwaardelijk)

Aandelen (%) van de niet-ingezeten juridische eenheid (eenheden) die eigenaar is (zijn) van de juridische eenheid (voorwaardelijk)

Begin- en einddatum van het aandeelhouderschap (voorwaardelijk)

Ondernemingengroep

Identificatie

Identificatievariabelen

 

Stratificatieparameters en economische variabelen

Hoofdactiviteit van de ondernemingengroep volgens de tweecijfercode van de NACE

Nevenactiviteiten van de ondernemingengroep volgens de tweecijfercode van de NACE (facultatief)

Aantal werknemers en zelfstandigen (voorwaardelijk)

Netto-omzet (voorwaardelijk)

Totale activa van de ondernemingengroep (voorwaardelijk)

Landen waar de niet-ingezeten ondernemingen of lokale eenheden gevestigd zijn (facultatief)

Onderneming

Identificatie

Identificatievariabelen

 

Band met andere eenheden

Identificatienummer(s) van de juridische eenheid (eenheden) waaruit de onderneming bestaat

Identificatienummer van de ondernemingengroep waartoe de onderneming behoort

 

Demografische gebeurtenissen

Datum van aanvang van de activiteiten

Datum van definitieve stopzetting van de activiteiten

 

Stratificatieparameters en economische variabelen

Hoofdactiviteit van de onderneming volgens de viercijfercode van de NACE

Aantal werknemers en zelfstandigen

Aantal werknemers

Netto-omzet

Institutionele sector en subsector in de zin van Verordening (EU) nr. 549/2013

2. Door de Commissie (Eurostat) aan de bevoegde NSA's toe te zenden gegevens waarvan de uitwisseling tussen de Commissie (Eurostat) en de bevoegde centrale banken moet worden toegestaan in geval van toestemming [artikel 10, leden 2 en 4]



Eenheden

Gedetailleerde onderwerpen

Variabelen

Juridische eenheid

Identificatie

Identificatievariabelen

 

Demografische gebeurtenissen

Oprichtingsdatum (rechtspersonen) of datum van officiële erkenning als economisch subject (natuurlijke personen)

Datum waarop de juridische eenheid is opgehouden te bestaan

 

Stratificatieparameters

Rechtsvorm

Juridische status van de activiteit

Vlag voor bijkantoren in de zin van punt 18.12 van hoofdstuk 18 van bijlage A bij Verordening (EU) nr. 549/2013 (voorwaardelijk)

Vlag voor voor een bijzonder doel opgerichte entiteiten in de zin van de punten 2.17 tot en met 2.20 van hoofdstuk 20 van bijlage A bij Verordening (EU) nr. 549/2013 (facultatief)

 

Banden met onderneming

Identificatievariabelen van de onderneming(en) waarvan de eenheid deel uitmaakt

Datum van verbinding met de onderneming(en)(voorwaardelijk)

Datum van afscheiding van de onderneming(en)(voorwaardelijk)

 

Koppeling met andere registers

Koppeling met andere registers

 

Band met ondernemingengroep

Identificatievariabelen van de ondernemingengroep waarvan de eenheid deel uitmaakt

Datum van verbinding met de ondernemingengroep

Datum van afscheiding van de ondernemingengroep

 

Zeggenschap over eenheden

Identificatievariabelen van de juridische eenheid die hetzij onder zeggenschap staat, hetzij zeggenschap uitoefent

 

Eigendom van eenheden

Identificatievariabelen van de juridische eenheid die hetzij de eigendom, hetzij de eigenaar is

Aandelen (%) van de ingezeten juridische eenheid (eenheden) die eigendom is (zijn) van de juridische eenheid (voorwaardelijk)

Aandelen (%) van de ingezeten juridische eenheid (eenheden) die eigenaar is (zijn) van de juridische eenheid (voorwaardelijk)

Aandelen (%) van de niet-ingezeten juridische eenheid (eenheden) die eigendom is (zijn) van de juridische eenheid (voorwaardelijk)

Aandelen (%) van de niet-ingezeten juridische eenheid (eenheden) die eigenaar is (zijn) van de juridische eenheid (voorwaardelijk)

Begin- en einddatum van de participaties (voorwaardelijk)

Ondernemingengroep

Identificatie

Identificatievariabelen

 

Demografische gebeurtenissen

Datum van aanvang van de ondernemingengroep

Datum van stopzetting van de ondernemingengroep

 

Stratificatieparameters en economische variabelen

Hoofdactiviteit van de ondernemingengroep volgens de tweecijfercode van de NACE

Nevenactiviteiten van de ondernemingengroep volgens de tweecijfercode van de NACE

Aantal werknemers en zelfstandigen (voorwaardelijk)

Netto-omzet (voorwaardelijk)

Totale activa van de ondernemingengroep (voorwaardelijk)

Landen waar de niet-ingezeten ondernemingen of lokale eenheden gevestigd zijn (facultatief)

Onderneming

Identificatie

Identificatievariabelen

 

Band met andere eenheden

Identificatienummer(s) van de juridische eenheid (eenheden) waaruit de onderneming bestaat

Identificatienummer van de multinationale of nationale ondernemingengroep waartoe de onderneming behoort

 

Demografische gebeurtenissen

Datum van aanvang van de activiteiten

Datum van definitieve stopzetting van de activiteiten

 

Stratificatieparameters en economische variabelen

Hoofdactiviteit van de ondernemingengroep volgens de viercijfercode van de NACE

Nevenactiviteiten van de ondernemingengroep volgens de viercijfercode van de NACE (voorwaardelijk)

Aantal werknemers en zelfstandigen

Aantal werknemers

Aantal werknemers in voltijdequivalenten (facultatief)

Netto-omzet

Institutionele sector en subsector in de zin van Verordening (EG) nr. 549/2013

3. Uitwisselingen van gegevens over juridische eenheden met rechtspersoonlijkheid voor identificatiedoeleinden artikel 10, lid 3

3.1. Door de bevoegde NSA's aan de Commissie (Eurostat) toe te zenden gegevens over ingezeten juridische eenheden met rechtspersoonlijkheid



Eenheden

Gedetailleerde onderwerpen

Variabelen

Juridische eenheid

Identificatie

Identificatievariabelen

 

Demografische gebeurtenissen

Oprichtingsdatum (rechtspersonen) of datum van officiële erkenning als economisch subject (natuurlijke personen)

Datum waarop de juridische eenheid is opgehouden te bestaan

 

Stratificatieparameters

Rechtsvorm

Juridische status van de activiteit

Vlag voor bijkantoren in de zin van punt 18.12 van hoofdstuk 18 van bijlage A bij Verordening (EU) nr. 549/2013 (voorwaardelijk)

3.2. Door de NSA's aan de Commissie (Eurostat) toe te zenden gegevens over buitenlandse juridische eenheden met rechtspersoonlijkheid



Eenheden

Gedetailleerde onderwerpen

Variabelen

Juridische eenheid

Identificatie

Identificatievariabelen

 

Demografische gebeurtenissen

Oprichtingsdatum (rechtspersonen) of datum van officiële erkenning als economisch subject (natuurlijke personen)

Datum waarop de juridische eenheid is opgehouden te bestaan

 

Stratificatieparameters

Rechtsvorm (facultatief)

Juridische status van de activiteit

Vlag voor bijkantoren in de zin van punt 18.12 van hoofdstuk 18 van bijlage A bij Verordening (EU) nr. 549/2013 (voorwaardelijk)

3.3. Door de Commissie (Eurostat) aan de bevoegde NSA's toe te zenden gegevens over juridische eenheden met rechtspersoonlijkheid



Eenheden

Gedetailleerde onderwerpen

Variabelen

Juridische eenheid

Identificatie

Identificatievariabelen

 

Demografische gebeurtenissen

Oprichtingsdatum (rechtspersonen) of datum van officiële erkenning als economisch subject (natuurlijke personen)

Datum waarop de juridische eenheid is opgehouden te bestaan

 

Stratificatieparameters

Rechtsvorm

Juridische status van de activiteit

Vlag voor bijkantoren in de zin van punt 18.12 van hoofdstuk 18 van bijlage A bij Verordening (EU) nr. 549/2013 (voorwaardelijk)

▼M1




BIJLAGE V

Door de bevoegde belastingdiensten van elke lidstaat aan de in artikel 5, lid 2, bedoelde NSA’s te verstrekken informatie

a) 

informatie uit btw-aangiften van belastingplichtigen of niet-belastingplichtige rechtspersonen die, voor het beschouwde tijdvak, aangifte hebben gedaan van intra-EU-goederenleveringen overeenkomstig artikel 251, punt a), van Richtlijn 2006/112/EG of van intra-EU-verwerving van goederen overeenkomstig artikel 251, punt c), van die richtlijn;

b) 

informatie uit de lijsten van intra-EU-leveringen opgesteld op basis van de btw-lijsten als bedoeld in de artikelen 264 en 265 van Richtlijn 2006/112/EG;

c) 

informatie over intra-EU-verwervingen, meegedeeld door alle andere lidstaten overeenkomstig artikel 21, lid 2, van Verordening (EU) nr. 904/2010 van de Raad ( 7 );

d) 

informatie uit btw-aangiften van niet in de lidstaat van verbruik gevestigde belastingplichtigen die gebruikmaken van de bijzondere regeling van titel XII, hoofdstuk 6, afdeling 3, van Richtlijn 2006/112/EG, die, voor het beschouwde tijdvak, aangifte hebben gedaan van goederenleveringen in het kader van die regeling overeenkomstig artikel 369 octies van die richtlijn;

e) 

informatie over goederenleveringen in het kader van de bijzondere regeling als bedoeld in titel XII, hoofdstuk 6, afdeling 3, van Richtlijn 2006/112/EG van de Raad, die door alle andere lidstaten is meegedeeld overeenkomstig artikel 21, lid 1, van Verordening (EU) nr. 904/2010.




BIJLAGE VI

Door de verantwoordelijke douaneautoriteiten van elke lidstaat aan de in artikel 5, lid 3, bedoelde NSA’s te verstrekken informatie

a) 

informatie ter identificatie van de persoon die de intra-EU-uitvoer en de intra-EU-invoer verricht van onder de douaneprocedure voor actieve veredeling vallende goederen;

b) 

op grond van de douanebepalingen van de Unie verstrekte registratie- en identificatiegegevens van de economische subjecten, die beschikbaar zijn in het elektronisch systeem voor het EORI-nummer als bedoeld in artikel 7 van Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2447 van de Commissie ( 8 );

c) 

de geregistreerde invoer en uitvoer op basis van de douaneaangiften die door de nationale douaneautoriteiten werden aanvaard of met betrekking waartoe door deze autoriteiten een besluit is genomen en die:

i) 

bij de nationale douaneautoriteiten werden ingediend, of

ii) 

waarvoor de aanvullende aangifte, overeenkomstig artikel 225 van Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2447, voor hen beschikbaar is via rechtstreekse elektronische toegang tot het systeem van de vergunninghouder, of

iii) 

die zij op grond van artikel 179 van Verordening (EU) nr. 952/2013 hebben ontvangen;

d) 

informatie over procedures, vereenvoudigingen of vergunningen die op marktdeelnemers zijn toegepast of aan hen zijn toegekend, met informatie voor de identificatie van die marktdeelnemers.



( 1 ) Verordening (EG) nr. 1893/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 tot vaststelling van de statistische classificatie van economische activiteiten NACE Rev. 2 en tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 3037/90 en enkele EG-verordeningen op specifieke statistische gebieden (PB L 393 van 30.12.2006, blz. 1).

( 2 ) Verordening (EEG) nr. 696/93 van de Raad van 15 maart 1993 inzake de statistische eenheden voor waarneming en analyse van het productiestelsel in de Gemeenschap (PB L 76 van 30.3.1993, blz. 1).

( 3 ) Richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde (PB L 347 van 11.12.2006, blz. 1).

( 4 ) Verordening (EG) nr. 184/2005 van het Europees Parlement en de Raad van 12 januari 2005 betreffende de communautaire statistiek inzake de betalingsbalans, de internationale handel in diensten en buitenlandse directe investeringen (PB L 35 van 8.2.2005, blz. 23).

( 5 ) Verordening (EU) nr. 99/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 15 januari 2013 betreffende het Europees statistisch programma 2013-2017 (PB L 39 van 9.2.2013, blz. 12).

( 6 ) Verordening (EU) nr. 1291/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2013 tot vaststelling van Horizon 2020 - het kaderprogramma voor onderzoek en innovatie (2014-2020) en tot intrekking van Besluit nr. 1982/2006/EG (PB L 347 van 20.12.2013, blz. 104).

( 7 ) Verordening (EU) nr. 904/2010 van de Raad van 7 oktober 2010 betreffende de administratieve samenwerking en de bestrijding van fraude op het gebied van de belasting over de toegevoegde waarde (PB L 268 van 12.10.2010, blz. 1).

( 8 ) Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2447 van de Commissie van 24 november 2015 houdende nadere uitvoeringsvoorschriften voor enkele bepalingen van Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van het douanewetboek van de Unie (PB L 343 van 29.12.2015, blz. 558).

Top