Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 02010R0461-20230507

Consolidated text: Verordening (EU) nr. 461/2010 van de Commissie van 27 mei 2010 betreffende de toepassing van artikel 101, lid 3, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op groepen verticale overeenkomsten en onderling afgestemde feitelijke gedragingen in de motorvoertuigensector (Voor de EER relevante tekst)Voor de EER relevante tekst

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2010/461/2023-05-07

02010R0461 — NL — 07.05.2023 — 001.001


Onderstaande tekst dient louter ter informatie en is juridisch niet bindend. De EU-instellingen zijn niet aansprakelijk voor de inhoud. Alleen de besluiten die zijn gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Unie (te raadplegen in EUR-Lex) zijn authentiek. Deze officiële versies zijn rechtstreeks toegankelijk via de links in dit document

►B

VERORDENING (EU) Nr. 461/2010 VAN DE COMMISSIE

van 27 mei 2010

betreffende de toepassing van artikel 101, lid 3, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op groepen verticale overeenkomsten en onderling afgestemde feitelijke gedragingen in de motorvoertuigensector

(Voor de EER relevante tekst)

(PB L 129 van 28.5.2010, blz. 52)

Gewijzigd bij:

 

 

Publicatieblad

  nr.

blz.

datum

►M1

VERORDENING (EU) 2023/822 VAN DE COMMISSIE van 17 april 2023

  L 102I

1

17.4.2023




▼B

VERORDENING (EU) Nr. 461/2010 VAN DE COMMISSIE

van 27 mei 2010

betreffende de toepassing van artikel 101, lid 3, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op groepen verticale overeenkomsten en onderling afgestemde feitelijke gedragingen in de motorvoertuigensector

(Voor de EER relevante tekst)



HOOFDSTUK I

GEMEENSCHAPPELIJKE BEPALINGEN

Artikel 1

Definities

1.  

Voor de toepassing van deze richtlijn wordt verstaan onder:

a)

„verticale overeenkomst”: een overeenkomst of onderling afgestemde feitelijke gedraging waarbij twee of meer, met het oog op de toepassing van de overeenkomst of de onderling afgestemde feitelijke gedraging, elk in een verschillend stadium van de productie- of distributieketen werkzame ondernemingen partij zijn en die betrekking heeft op de voorwaarden waaronder de partijen bepaalde goederen of diensten kunnen kopen, verkopen of wederverkopen;

b)

„verticale beperking”: een beperking van de mededinging in een verticale overeenkomst die binnen het toepassingsgebied van artikel 101, lid 1, van het Verdrag valt;

c)

„erkende hersteller”: een verrichter van herstellings- en onderhoudsdiensten voor motorvoertuigen, die actief is binnen het distributiestelsel dat door een leverancier van motorvoertuigen is opgezet;

d)

„erkende distributeur”: een distributeur van reserveonderdelen voor motorvoertuigen, die actief is binnen het distributiestelsel dat door een leverancier van motorvoertuigen is opgezet;

e)

„onafhankelijke hersteller”:

i) 

een verrichter van herstellings- en onderhoudsdiensten voor motorvoertuigen, die niet actief is binnen het distributiestelsel dat is opgezet door de leverancier van de motorvoertuigen waarvoor hij herstellingen of het onderhoud verricht,

ii) 

een erkende hersteller binnen het distributiestelsel van een bepaalde leverancier, voor zover deze herstellings- of onderhoudsdiensten verricht voor motorvoertuigen ten aanzien waarvan hij geen lid is van het distributiestelsel van de betrokken leverancier;

f)

„onafhankelijke distributeur”:

i) 

een distributeur van reserveonderdelen voor motorvoertuigen, die niet actief is binnen het distributiestelsel dat is opgezet door de leverancier van de motorvoertuigen waarvoor hij reserveonderdelen distribueert,

ii) 

een erkende distributeur binnen het distributiestelsel van een bepaalde leverancier, voor zover deze reserveonderdelen voor motorvoertuigen distribueert, ten aanzien waarvan hij geen lid is van het distributiestelsel van de betrokken leverancier;

g)

„motorvoertuig”: een voertuig met drie of meer wielen dat zich op eigen kracht voortbeweegt en bestemd is voor gebruik op de openbare weg;

h)

„reserveonderdelen”: producten die ter vervanging van onderdelen van het voertuig in of op dat voertuig worden gemonteerd, met inbegrip van producten zoals smeermiddelen, die voor het gebruik van het voertuig noodzakelijk zijn, met uitzondering van brandstof;

i)

„selectief distributiestelsel”: een distributiestelsel waarbij de leverancier zich ertoe verbindt de contractgoederen of -diensten, direct of indirect, slechts aan distributeurs te verkopen die op grond van vastgestelde criteria zijn uitgekozen, en waarbij deze distributeurs zich ertoe verbinden deze goederen of diensten niet te verkopen aan niet-erkende distributeurs binnen het grondgebied waarop de leverancier heeft besloten dat systeem toe te passen.

2.  
Voor de toepassing van deze verordening omvatten de termen „onderneming”, „leverancier”, „fabrikant” en „afnemer” de respectievelijk met hen verbonden ondernemingen.

„Verbonden ondernemingen” zijn:

a) 

ondernemingen waarbij een partij bij de overeenkomst rechtstreeks of onrechtstreeks:

i) 

de bevoegdheid heeft meer dan de helft van de stemrechten uit te oefenen,

ii) 

de bevoegdheid heeft meer dan de helft van de leden van de raad van toezicht, de raad van bestuur of de krachtens de wet tot vertegenwoordiging bevoegde organen te benoemen, of

iii) 

het recht heeft de zaken van de onderneming te leiden;

b) 

ondernemingen die ten aanzien van een partij bij de overeenkomst rechtstreeks of onrechtstreeks over de onder a) genoemde rechten of bevoegdheden beschikken;

c) 

ondernemingen waarin een onderneming als onder b) rechtstreeks of onrechtstreeks over de onder a) genoemde rechten of bevoegdheden beschikt;

d) 

ondernemingen waarin een partij bij de overeenkomst gezamenlijk met één of meer van de ondernemingen als bedoeld onder a), b) of c), of waarin twee of meer van de laatstgenoemde ondernemingen gezamenlijk over de onder a) genoemde rechten of bevoegdheden beschikken;

e) 

ondernemingen waarin over de onder a) genoemde rechten of bevoegdheden gezamenlijk wordt beschikt door:

i) 

partijen bij de overeenkomst of de respectieve met hen verbonden ondernemingen als bedoeld onder a) tot en met d), of

ii) 

één of meer van de partijen bij de overeenkomst of één of meer van de met hen verbonden ondernemingen als bedoeld onder a) tot en met d) en één of meer derde partijen.



HOOFDSTUK II

VERTICALE OVEREENKOMSTEN BETREFFENDE DE AANKOOP, VERKOOP OF WEDERVERKOOP VAN NIEUWE MOTORVOERTUIGEN

Artikel 2

Toepassing van Verordening (EG) nr. 1400/2002

Overeenkomstig artikel 101, lid 3, van het Verdrag, is artikel 101, lid 1, van het Verdrag van 1 juni 2010 tot en met 31 mei 2013 niet van toepassing op verticale overeenkomsten betreffende de voorwaarden waaronder de partijen nieuwe motorvoertuigen kunnen kopen, verkopen of wederverkopen die voldoen aan de vrijstellingsvoorwaarden van Verordening (EG) nr. 1400/2002 welke specifiek op verticale overeenkomsten voor de aankoop, verkoop of wederverkoop van nieuwe motorvoertuigen betrekking hebben.

Artikel 3

Toepassing van Verordening (EU) nr. 330/2010

Vanaf 1 juni 2013 is Verordening (EU) nr. 330/2010 van toepassing op verticale overeenkomsten betreffende de aankoop, verkoop of wederverkoop van nieuwe motorvoertuigen.



HOOFDSTUK III

VERTICALE OVEREENKOMSTEN BETREFFENDE DE VERVOLGMARKT VOOR MOTORVOERTUIGEN

Artikel 4

Vrijstelling

Overeenkomstig artikel 101, lid 3, van het Verdrag en onverminderd deze verordening, is artikel 101, lid 1, van het Verdrag niet van toepassing ten aanzien van verticale overeenkomsten betreffende de voorwaarden waaronder de partijen reserveonderdelen voor motorvoertuigen kunnen kopen, verkopen of wederverkopen of herstellings- en onderhoudsdiensten voor motorvoertuigen kunnen verrichten die voldoen aan de vrijstellingsvoorwaarden op grond van Verordening (EU) nr. 330/2010, en die geen van de in artikel 5 van de onderhavige verordening genoemde hardcore bepalingen bevatten.

Deze vrijstelling geldt voor zover die overeenkomsten verticale beperkingen bevatten.

Artikel 5

Beperkingen die het voordeel van de groepsvrijstelling tenietdoen — hardcore beperkingen

De in artikel 4 vervatte vrijstelling is niet van toepassing op verticale overeenkomsten die, op zich of in combinatie met andere factoren waarover de partijen controle hebben, direct of indirect, tot doel hebben:

a) 

de beperking van de verkoop van reserveonderdelen voor motorvoertuigen door leden van een selectief distributiestelsel aan onafhankelijke herstellers die deze onderdelen gebruiken voor de herstelling en het onderhoud van een motorvoertuig;

b) 

de tussen een leverancier van reserveonderdelen, herstellingsgereedschap, diagnose- of andere apparatuur en een fabrikant van motorvoertuigen overeengekomen beperking van de mogelijkheid van de leverancier, deze goederen aan erkende of onafhankelijke distributeurs of aan erkende of onafhankelijke herstellers of eindgebruikers te verkopen;

c) 

de tussen een fabrikant van motorvoertuigen die onderdelen gebruikt voor de aanvankelijke assemblage van motorvoertuigen, en de leverancier van die onderdelen overeengekomen beperking van de mogelijkheid van de leverancier, zijn merk of logo daadwerkelijk en op een duidelijk zichtbare wijze op de geleverde onderdelen of op de reserveonderdelen aan te brengen.



HOOFDSTUK IV

SLOTBEPALINGEN

Artikel 6

Niet-toepassing van deze verordening

De Commissie kan overeenkomstig artikel 1 bis van Verordening nr. 19/65/EEG, wanneer naast elkaar bestaande netwerken van gelijksoortige verticale beperkingen meer dan 50 % van een relevante markt bestrijken, bij verordening verklaren dat de onderhavige verordening niet van toepassing is op verticale overeenkomsten die bepaalde beperkingen bevatten die op die markt betrekking hebben.

▼M1

Artikel 7

De Commissie houdt toezicht op de werking van deze verordening en voert een evaluatie daarvan uit vóór 31 mei 2028.

▼B

Artikel 8

Geldigheidsduur

Deze verordening treedt in werking op 1 juni 2010.

▼M1

Zij vervalt op 31 mei 2028.

▼B

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Top