Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document E2004J0004

Arrest van het Hof van 25 februari 2005 in zaak E-4/04 tussen Pedicel AS en Sosial- og helsedirektoratet (directoraat Gezondheid en Sociale zaken) (Vrij verkeer van goederen en diensten — verbod op reclame voor alcohol — handel in wijn — artikel 8, lid 3, en artikel 18 van de EER-Overeenkomst — andere technische handelsbelemmeringen — reclame voor wijn — beperking — bescherming van volksgezondheid — evenredigheidsbeginsel — toepasselijkheid van voorzorgsbeginsel)

PB C 45 van 23.2.2006, p. 13–13 (ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, SK, SL, FI, SV)

23.2.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 45/13


ARREST VAN HET HOF

van 25 februari 2005

in zaak E-4/04 tussen Pedicel AS en Sosial- og helsedirektoratet (directoraat Gezondheid en Sociale zaken)

(Vrij verkeer van goederen en diensten — verbod op reclame voor alcohol — handel in wijn — artikel 8, lid 3, en artikel 18 van de EER-Overeenkomst — „andere technische handelsbelemmeringen” — reclame voor wijn — beperking — bescherming van volksgezondheid — evenredigheidsbeginsel — toepasselijkheid van voorzorgsbeginsel)

(2006/C 45/09)

In zaak E-4/04 tussen Pedicel AS en Sosial- og helsedirektoratet — VERZOEK aan het Hof ingediend door Markedsrådet (Marktraad) over de uitlegging van de regels van het vrije verkeer van goederen en diensten in de EER, heeft het Hof, samengesteld als volgt: Carl Baudenbacher, president en rechter-rapporteur, Per Tresselt en Thorgeir Örlygsson, rechters, op 25 februari 2005 een arrest gewezen waarvan het dictum luidt als volgt:

1a.

Artikel 11 EER dient aldus te worden begrepen dat het niet van toepassing is op handel in wijn.

1b.

Artikel 36 EER dient aldus te worden begrepen dat het niet van toepassing is op reclamediensten voor wijn in een geval zoals het onderhavige.

2.

Een algemeen verbod op reclame voor alcoholhoudende dranken, zoals dat waarin punt 9-2 van de Noorse alcoholwet voorziet, is een maatregel van gelijke werking als een kwantitatieve invoerbeperking in de zin van artikel 11 EER en een beperking in de zin van artikel 36 EER, wat alcoholhoudende dranken betreft waarop de EER-Overeenkomst van toepassing is.

3.

Een dergelijk verbod kan gerechtvaardigd zijn uit hoofde van de bescherming van de volksgezondheid, behoudens indien blijkt dat in de juridische en feitelijke omstandigheden die kenmerkend zijn voor de situatie in de betrokken overeenkomstsluitende partij van de EER, de bescherming van de volksgezondheid tegen de kwalijke gevolgen van alcohol kan worden verzekerd door maatregelen die de handel binnen de EER minder belemmeren. In een situatie als deze is het door het Hof erkende voorzorgsbeginsel niet van toepassing.


Top