Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document C2006/281/40

    Zaak C-373/06 P: Hogere voorziening ingesteld op 13 september 2006 door Thomas Faherty tegen het arrest van het Gerecht van eerste aanleg (Eerste kamer) van 13 juni 2006 in de gevoegde zaken T-218/03 tot en met T-240/03, Cathal Boyle e.a./Commissie van de Europese Gemeenschappen

    PB C 281 van 18.11.2006, p. 25–26 (ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, SK, SL, FI, SV)

    18.11.2006   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 281/25


    Hogere voorziening ingesteld op 13 september 2006 door Thomas Faherty tegen het arrest van het Gerecht van eerste aanleg (Eerste kamer) van 13 juni 2006 in de gevoegde zaken T-218/03 tot en met T-240/03, Cathal Boyle e.a./Commissie van de Europese Gemeenschappen

    (Zaak C-373/06 P)

    (2006/C 281/40)

    Procestaal: Engels

    Partijen

    Rekwirant: Thomas Faherty (vertegenwoordigers: P. Gallagher SC, A. Collins SC, D. Barry, Solicitor)

    Andere partijen in de procedure: Ierland, Commissie van de Europese Gemeenschappen

    Conclusies

    Rekwirant concludeert tot

    vernietiging van het arrest van het Gerecht van eerste aanleg van 13 juni 2006 voor zover daarbij wordt verworpen het beroep tot nietigverklaring van beschikking 2003/245/EG (1) van de Commissie van 4 april 2003 inzake de door de Commissie ontvangen aanvragen tot verhoging van MOP IV-doelstellingen in verband met maatregelen ter verbetering van de veiligheid, de navigatie op zee, de hygiëne, de productkwaliteit en de arbeidsomstandigheden voor vaartuigen met een lengte over alles van meer dan 12 m, voor zover deze beschikking de aanvraag om capaciteitsverhoging om veiligheidsredenen voor een nieuw RSW-vaartuig als vervanging van de MFV Westward Isle betreft, en voor zover verzoeker daarbij in de kosten is verwezen;

    nietigverklaring van beschikking 2003/245/EG van de Commissie van 4 april 2003 inzake de door de Commissie ontvangen aanvragen tot verhoging van MOP IV-doelstellingen in verband met maatregelen ter verbetering van de veiligheid, de navigatie op zee, de hygiëne, de productkwaliteit en de arbeidsomstandigheden voor vaartuigen met een lengte over alles van meer dan 12 m, voor zover deze beschikking de aanvraag om capaciteitsverhoging om veiligheidsredenen voor een nieuw RSW-vaartuig als vervanging van de MFV Westward Isle betreft;

    verwijzing van de Commissie te in alle kosten van deze procedures.

    Middelen en voornaamste argumenten

    Verzoeker stelt dat het arrest van het Gerecht van eerste aanleg moet worden vernietigd op de volgende gronden:

    Door verzoekers procesbelang te bepalen aan de hand van de datum van de vaststelling van beschikking 2003/245 en niet van de datum waarop het beroep is ingesteld, heeft het Gerecht een onjuist juridisch criterium toegepast.

    Het Gerecht heeft een wezenlijke fout gemaakt die blijkt uit de daaraan overgelegde documenten, namelijk met betrekking tot het feit dat verzoeker op elk voor het beroep relevant tijdstip eigenaar van MFV Westward Isle was.

    De conclusie dat verzoeker door beschikking 2003/245 niet individueel werd geraakt „omdat de betrokken vaartuigen fictief zijn”, ontbeert elke rechtsgrondslag en wordt bovendien door de redenering van het Gerecht in het arrest tegengesproken.

    Verzoeker is en was te allen tijde eigenaar van de MFV Westward Isle. Derhalve kan niet worden gesteld dat hij het belang heeft verloren dat hij bij de instelling van zijn beroep tot nietigverklaring van beschikking 2003/245 ontegenzeglijk had, voor zover die beschikking invloed had op de aanvraag om tonnage om veiligheidsredenen met betrekking tot de voorgestelde MFV Westward Isle.

    Het Gerecht heeft ten onrechte geconcludeerd dat verzoeker geen nietigverklaring van beschikking 2003/245 kon vorderen wegens de maatregelen die hij heeft genomen om het verlies en de schade als gevolg van die beschikking te verminderen.


    (1)  PB L 90, blz. 48.


    Top