This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62020CA0564
Case C-564/20: Judgment of the Court (Sixth Chamber) of 10 February 2022 (request for a preliminary ruling from the Supreme Court — Ireland) — PF, MF v Minister for Agriculture, Food and the Marine, Sea Fisheries Protection Authority (Reference for a preliminary ruling — Common fisheries policy — Regulation (EC) No 1224/2009 — Control system — Article 33(2)(a) and Article 34 — Recording of catches and fishing effort — Transmission to the European Commission of information concerning the quantities of nephrops caught — Possibility to use data other than those contained in the fishing logbook — Reasonable and scientifically valid method to process and verify data — Closure of fisheries)
Zaak C-564/20: Arrest van het Hof (Zesde kamer) van 10 februari 2022 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Supreme Court — Ierland) — PF, MF / Minister for Agriculture Food and the Marine, Sea Fisheries Protection Authority [Prejudiciële verwijzing – Gemeenschappelijk visserijbeleid – Verordening (EG) nr. 1224/2009 – Controleregeling – Artikel 33, lid 2, onder a), en artikel 34 – Registratie van de vangsten en de visserijinspanning – Indiening bij de Europese Commissie van gegevens over de hoeveelheden langoustines die zijn gevangen – Mogelijkheid om andere gegevens dan de gegevens in het visserijlogboek te gebruiken – Redelijke en wetenschappelijk verantwoorde methode voor de verwerking en verificatie van gegevens – Sluiting van de visserij]
Zaak C-564/20: Arrest van het Hof (Zesde kamer) van 10 februari 2022 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Supreme Court — Ierland) — PF, MF / Minister for Agriculture Food and the Marine, Sea Fisheries Protection Authority [Prejudiciële verwijzing – Gemeenschappelijk visserijbeleid – Verordening (EG) nr. 1224/2009 – Controleregeling – Artikel 33, lid 2, onder a), en artikel 34 – Registratie van de vangsten en de visserijinspanning – Indiening bij de Europese Commissie van gegevens over de hoeveelheden langoustines die zijn gevangen – Mogelijkheid om andere gegevens dan de gegevens in het visserijlogboek te gebruiken – Redelijke en wetenschappelijk verantwoorde methode voor de verwerking en verificatie van gegevens – Sluiting van de visserij]
PB C 148 van 4.4.2022, p. 6–6
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
PB C 148 van 4.4.2022, p. 5–5
(GA)
|
4.4.2022 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 148/6 |
Arrest van het Hof (Zesde kamer) van 10 februari 2022 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Supreme Court — Ierland) — PF, MF / Minister for Agriculture Food and the Marine, Sea Fisheries Protection Authority
(Zaak C-564/20) (1)
(Prejudiciële verwijzing - Gemeenschappelijk visserijbeleid - Verordening (EG) nr. 1224/2009 - Controleregeling - Artikel 33, lid 2, onder a), en artikel 34 - Registratie van de vangsten en de visserijinspanning - Indiening bij de Europese Commissie van gegevens over de hoeveelheden langoustines die zijn gevangen - Mogelijkheid om andere gegevens dan de gegevens in het visserijlogboek te gebruiken - Redelijke en wetenschappelijk verantwoorde methode voor de verwerking en verificatie van gegevens - Sluiting van de visserij)
(2022/C 148/08)
Procestaal: Engels
Verwijzende rechter
Supreme Court
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partijen: PF, MF
Verwerende partijen: Minister for Agriculture Food and the Marine, Sea Fisheries Protection Authority
Dictum
Artikel 33, lid 2, onder a), en artikel 34 van verordening (EG) nr. 1224/2009 van de Raad van 20 november 2009 tot vaststelling van een communautaire controleregeling die de naleving van de regels van het gemeenschappelijk visserijbeleid moet garanderen, tot wijziging van verordeningen (EG) nr. 847/96, (EG) nr. 2371/2002, (EG) nr. 811/2004, (EG) nr. 768/2005, (EG) nr. 2115/2005, (EG) nr. 2166/2005, (EG) nr. 388/2006, (EG) nr. 509/2007, (EG) nr. 676/2007, (EG) nr. 1098/2007, (EG) nr. 1300/2008, (EG) nr. 1342/2008 en tot intrekking van verordeningen (EEG) nr. 2847/93, (EG) nr. 1627/94 en (EG) nr. 1966/2006, zoals gewijzigd bij verordening (EU) 2015/812 van het Europees Parlement en de Raad van 20 mei 2015, moeten aldus worden uitgelegd dat de enige controleautoriteit van een lidstaat niet verplicht is de Commissie enkel in kennis te stellen van de gegevens die de kapiteins van vissersvaartuigen overeenkomstig de artikelen 14 en 15 van deze verordening hebben ingevuld in het visserijlogboek, maar voor de behandeling van die gegevens een redelijke en wetenschappelijk verantwoorde methode zoals de zogenoemde “doorgebrachte tijd-methode” mag gebruiken om zich ervan te vergewissen dat de vangstcijfers die zij aan de Commissie meedeelt, nauwkeurig zijn.