This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62019CA0504
Case C-504/19: Judgment of the Court (Third Chamber) of 29 April 2021 (request for a preliminary ruling from the Tribunal Supremo — Spain) — Banco de Portugal, Fundo de Resolução, Novo Banco SA, Sucursal en España v VR (Reference for a preliminary ruling — Banking supervision — Reorganisation and winding up of credit institutions — Directive 2001/24/EC — Reorganisation measure adopted by an administrative authority in the home Member State of a credit institution — Transfer of rights, assets or liabilities to a ‘bridge institution’ — Transfer back to the credit institution subject to the reorganisation measure — Article 3(2) — Lex concursus — Effect of a reorganisation measure in other Member States — Mutual recognition — Article 32 — Effects of a reorganisation measure on a pending lawsuit — Exception to the application of the lex concursus — Article 47, first paragraph, of the Charter of Fundamental Rights of the European Union — Effective judicial protection — Principle of legal certainty)
Zaak C-504/19: Arrest van het Hof (Derde kamer) van 29 april 2021 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Tribunal Supremo — Spanje) — Banco de Portugal, Fundo de Resolução, Novo Banco SA, Sucursal en España/VR (Prejudiciële verwijzing – Toezicht op banken – Sanering en liquidatie van kredietinstellingen – Richtlijn 2001/24/EG – Maatregel die door een instantie van de lidstaat van herkomst is vastgesteld voor de sanering van een kredietinstelling – Overdracht van rechten, activa of passiva aan een “overbruggingsinstelling” – Retouroverdracht aan de kredietinstelling waarvoor de saneringsmaatregel geldt – Artikel 3, lid 2 – Lex concursus – Werking van een saneringsmaatregel in andere lidstaten – Wederzijdse erkenning – Artikel 32 – Gevolgen van een saneringsmaatregel voor een aanhangig geding – Uitzondering op de toepassing van de lex concursus – Artikel 47, eerste alinea, van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie – Effectieve rechterlijke bescherming – Rechtszekerheidsbeginsel)
Zaak C-504/19: Arrest van het Hof (Derde kamer) van 29 april 2021 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Tribunal Supremo — Spanje) — Banco de Portugal, Fundo de Resolução, Novo Banco SA, Sucursal en España/VR (Prejudiciële verwijzing – Toezicht op banken – Sanering en liquidatie van kredietinstellingen – Richtlijn 2001/24/EG – Maatregel die door een instantie van de lidstaat van herkomst is vastgesteld voor de sanering van een kredietinstelling – Overdracht van rechten, activa of passiva aan een “overbruggingsinstelling” – Retouroverdracht aan de kredietinstelling waarvoor de saneringsmaatregel geldt – Artikel 3, lid 2 – Lex concursus – Werking van een saneringsmaatregel in andere lidstaten – Wederzijdse erkenning – Artikel 32 – Gevolgen van een saneringsmaatregel voor een aanhangig geding – Uitzondering op de toepassing van de lex concursus – Artikel 47, eerste alinea, van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie – Effectieve rechterlijke bescherming – Rechtszekerheidsbeginsel)
PB C 278 van 12.7.2021, p. 4–5
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
12.7.2021 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 278/4 |
Arrest van het Hof (Derde kamer) van 29 april 2021 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Tribunal Supremo — Spanje) — Banco de Portugal, Fundo de Resolução, Novo Banco SA, Sucursal en España/VR
(Zaak C-504/19) (1)
(Prejudiciële verwijzing - Toezicht op banken - Sanering en liquidatie van kredietinstellingen - Richtlijn 2001/24/EG - Maatregel die door een instantie van de lidstaat van herkomst is vastgesteld voor de sanering van een kredietinstelling - Overdracht van rechten, activa of passiva aan een “overbruggingsinstelling” - Retouroverdracht aan de kredietinstelling waarvoor de saneringsmaatregel geldt - Artikel 3, lid 2 - Lex concursus - Werking van een saneringsmaatregel in andere lidstaten - Wederzijdse erkenning - Artikel 32 - Gevolgen van een saneringsmaatregel voor een aanhangig geding - Uitzondering op de toepassing van de lex concursus - Artikel 47, eerste alinea, van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie - Effectieve rechterlijke bescherming - Rechtszekerheidsbeginsel)
(2021/C 278/05)
Procestaal: Spaans
Verwijzende rechter
Tribunal Supremo
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partijen: Banco de Portugal, Fundo de Resolução, Novo Banco SA, Sucursal en España
Verwerende partij: VR
Dictum
Artikel 3, lid 2, en artikel 32 van richtlijn 2001/24/EG van het Europees Parlement en de Raad van 4 april 2001 betreffende de sanering en de liquidatie van kredietinstellingen, gelezen tegen de achtergrond van het rechtszekerheidsbeginsel en van artikel 47, eerste alinea, van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, moeten aldus worden uitgelegd dat zij eraan in de weg staan dat in een gerechtelijke procedure ten gronde die aanhangig is in een andere lidstaat dan de lidstaat van herkomst van een kredietinstelling, en die betrekking heeft op een passief waarover deze het beheer en de beschikking had verloren ten gevolge van een in de lidstaat van herkomst vastgestelde saneringsmaatregel, de gevolgen van een tweede saneringsmaatregel die ertoe strekt om dit passief, met terugwerkende kracht, vanaf een tijdstip vóór de inleiding van deze procedure, terug over te dragen aan deze kredietinstelling, zonder verdere voorwaarden worden erkend, wanneer deze erkenning ertoe leidt dat de kredietinstelling waaraan het passief door de eerste maatregel was overgedragen, met terugwerkende kracht niet langer in deze aanhangige procedure in rechte kan worden aangesproken, zodat wordt afgedaan aan rechterlijke beslissingen die reeds in het voordeel van de verzoekende partij in deze procedure zijn gewezen.