This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62016CN0544
Case C-544/16: Reference for a preliminary ruling from First-tier Tribunal (Tax Chamber) (United Kingdom) made on 28 October 2016 — Marcandi Limited, trading as ‘Madbid’ v Commissioners for Her Majesty's Revenue & Customs
Zaak C-544/16: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de First-tier Tribunal (Tax Chamber) (Verenigd Koninkrijk) op 28 oktober 2016 — Marcandi Limited, handelend onder de naam „Madbid”/Commissioners for Her Majesty’s Revenue & Customs
Zaak C-544/16: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de First-tier Tribunal (Tax Chamber) (Verenigd Koninkrijk) op 28 oktober 2016 — Marcandi Limited, handelend onder de naam „Madbid”/Commissioners for Her Majesty’s Revenue & Customs
PB C 14 van 16.1.2017, p. 26–28
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
16.1.2017 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 14/26 |
Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de First-tier Tribunal (Tax Chamber) (Verenigd Koninkrijk) op 28 oktober 2016 — Marcandi Limited, handelend onder de naam „Madbid”/Commissioners for Her Majesty’s Revenue & Customs
(Zaak C-544/16)
(2017/C 014/32)
Procestaal: Engels
Verwijzende rechter
First-tier Tribunal (Tax Chamber)
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partij: Marcandi Limited, handelend onder de naam „Madbid”
Verwerende partij: Commissioners for Her Majesty’s Revenue & Customs
Prejudiciële vragen
1) |
Moeten artikel 2, lid 1, artikel 24, artikel 62, artikel 63, artikel 65 en artikel 73 van richtlijn 2006/112/EG (1) van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde, en in omstandigheden zoals die in het hoofdgeding, aldus worden uitgelegd:
en welke beginselen moeten worden toegepast bij de vaststelling van het antwoord op deze vragen? |
2) |
Wat is bij een juiste uitlegging van artikelen 2, lid 1, artikel 14, artikel 62, artikel 63, artikel 65, artikel 73 en artikel 79, punt b, van richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde, in omstandigheden zoals die in het hoofdgeding, de door Madbid verkregen tegenprestatie in ruil voor de leveringen van goederen aan haar gebruikers, als bedoeld in artikel 2, lid 1, onder a), en artikel 73? Meer bepaald, en gelet op het antwoord op de eerste vraag:
of welke beginselen moeten worden toegepast bij de vaststelling van het antwoord op deze vragen? |
3) |
Wanneer twee lidstaten een handeling voor btw-doeleinden verschillend behandelen, in welke mate dienen de rechters van een van deze lidstaten bij de uitlegging van de relevante bepalingen van het Unierecht en van het nationale recht, rekening te houden met de wenselijkheid van het voorkomen van:
en wat is de invloed van het beginsel van fiscale neutraliteit op deze vraag? |
(1) Richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde (PB 2006, L 347, blz. 1).