Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62015CA0596

    Gevoegde zaken C-596/15 P en C-597/15 P: Arrest van het Hof (Derde kamer) van 23 november 2017 — Bionorica SE (C-596/15 P), Diapharm GmbH & Co. KG (C-597/15 P) / Europese Commissie [Hogere voorziening — Volksgezondheid — Consumentenbescherming — Verordening (EG) nr. 1924/2006 — Gezondheidsclaims voor levensmiddelen — Artikel 13, lid 3 — Lijst van toegestane gezondheidsclaims voor levensmiddelen — Botanische substanties — Gezondheidsclaims waarvan de beoordeling is opgeschort — Beroep wegens nalaten — Artikel 265 VWEU — Standpuntbepaling van de Europese Commissie — Procesbelang — Procesbevoegdheid]

    PB C 22 van 22.1.2018, p. 3–3 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    22.1.2018   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 22/3


    Arrest van het Hof (Derde kamer) van 23 november 2017 — Bionorica SE (C-596/15 P), Diapharm GmbH & Co. KG (C-597/15 P) / Europese Commissie

    (Gevoegde zaken C-596/15 P en C-597/15 P) (1)

    ([Hogere voorziening - Volksgezondheid - Consumentenbescherming - Verordening (EG) nr. 1924/2006 - Gezondheidsclaims voor levensmiddelen - Artikel 13, lid 3 - Lijst van toegestane gezondheidsclaims voor levensmiddelen - Botanische substanties - Gezondheidsclaims waarvan de beoordeling is opgeschort - Beroep wegens nalaten - Artikel 265 VWEU - Standpuntbepaling van de Europese Commissie - Procesbelang - Procesbevoegdheid])

    (2018/C 022/03)

    Procestaal: Duits

    Partijen

    Rekwiranten: Bionorica SE (C-596/15 P), Diapharm GmbH & Co. KG (C-597/15 P) (vertegenwoordigers: M. Weidner, T. Guttau en N. Hußmann, Rechtsanwälte)

    Andere partij in de procedure: Europese Commissie (vertegenwoordigers: S. Grünheid en M. Wilderspin, gemachtigden)

    Dictum

    1)

    De beschikking van het Gerecht van de Europese Unie van 16 september 2015, Bionorica/Commissie (T-619/14, niet gepubliceerd, EU:T:2015:723), wordt vernietigd.

    2)

    Het door Bionorica SE in zaak T-619/14 ingestelde beroep wegens nalaten wordt niet-ontvankelijk verklaard.

    3)

    De hogere voorziening in zaak C-597/15 P wordt afgewezen.

    4)

    Bionorica SE en de Europese Commissie dragen elk hun eigen kosten, zowel voor de procedure in eerste aanleg in zaak T-619/14 als voor de procedure in hogere voorziening in zaak C-596/15 P.

    5)

    Diapharm GmbH & Co. KG wordt verwezen in de kosten van de hogere voorziening in zaak C-597/15 P.


    (1)  PB C 16 van 18.1.2016.


    Top