This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62013CN0638
Case C-638/13 P: Appeal brought on 4 December 2013 by Roca against the judgment of the General Court (Fourth Chamber) delivered on 16 September 2013 in Case T-412/10 Roca v Commission
Zaak C-638/13 P: Hogere voorziening ingesteld op 4 december 2013 door Roca tegen het arrest van het Gerecht (Vierde kamer) van 16 september 2013 in zaak T-412/10, Roca/Commissie
Zaak C-638/13 P: Hogere voorziening ingesteld op 4 december 2013 door Roca tegen het arrest van het Gerecht (Vierde kamer) van 16 september 2013 in zaak T-412/10, Roca/Commissie
PB C 52 van 22.2.2014, p. 29–29
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
22.2.2014 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 52/29 |
Hogere voorziening ingesteld op 4 december 2013 door Roca tegen het arrest van het Gerecht (Vierde kamer) van 16 september 2013 in zaak T-412/10, Roca/Commissie
(Zaak C-638/13 P)
2014/C 52/52
Procestaal: Spaans
Partijen
Rekwirante: Roca (vertegenwoordiger: P. Vidal Martínez, abogada)
Andere partij in de procedure: Europese Commissie
Conclusies
— |
aanvaarding van het betoog dat rekwirante in de onderhavige hogere voorziening voert; |
— |
gedeeltelijke vernietiging van het arrest van het Gerecht van 16 september 2013 in zaak T-412/10; |
— |
toewijzing van rekwirantes vorderingen en verlaging van de haar opgelegde geldboete; |
— |
verwijzing van de Commissie in rekwirantes kosten in de onderhavige procedure en in de in zaak T-412/10 gemaakte kosten voor zover het dezelfde middelen betreft. |
Middelen en voornaamste argumenten
1) |
Eerste middel : schending van het motiveringsbeginsel, het non-discriminatiebeginsel en het gelijkheidsbeginsel wat betreft de beoordeling van de omstandigheid dat rekwirantes inbreuk minder ernstig was doordat de inbreuk betrekking had op een kleiner aantal producten, en onjuiste weergave van de in het besluit geconstateerde feiten. |
2) |
Tweede middel : onjuiste rechtsopvatting bij de toepassing van de rechtspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie en schending van het gelijkheidsbeginsel en het vertrouwensbeginsel bij de toepassing van de richtsnoeren voor de berekening van geldboeten die uit hoofde van artikel 23, lid 2, sub a, van verordening (EG) nr. 1/2003 worden opgelegd (1). |