EUR-Lex Access to European Union law
This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62010TA0412
Case T-412/10: Judgment of the General Court of 16 September 2013 — Roca v Commission (Competition — Agreements, decisions and concerted practices — Bathroom fittings and fixtures markets of Belgium, Germany, France, Italy, the Netherlands and Austria — Decision finding an infringement of Article 101 TFEU and Article 53 of the EEA Agreement — Coordination of price increases and exchange of sensitive business information — Attributability of the unlawful conduct — Fines — 2006 Guidelines on the method of setting fines — Gravity of the infringement — Mitigating circumstances — Economic crisis — 2002 Leniency Notice — Reduction of the fine — Significant added value)
Zaak T-412/10: Arrest van het Gerecht van 16 september 2013 — Roca/Commissie ( „Mededinging — Mededingingsregelingen — Belgische, Duitse, Franse, Italiaanse, Nederlandse en Oostenrijkse markt van badkamersanitair — Besluit waarbij inbreuk op artikel 101 VWEU en artikel 53 van de EER-Overeenkomst is vastgesteld — Coördinatie van prijsverhogingen en uitwisseling van commercieel gevoelige informatie — Toerekenbaarheid van inbreukmakend gedrag — Geldboeten — Richtsnoeren voor berekening van geldboeten van 2006 — Zwaarte van inbreuk — Verzachtende omstandigheden — Economische crisis — Mededeling van 2002 inzake medewerking — Vermindering van bedrag van geldboete — Significante toegevoegde waarde” )
Zaak T-412/10: Arrest van het Gerecht van 16 september 2013 — Roca/Commissie ( „Mededinging — Mededingingsregelingen — Belgische, Duitse, Franse, Italiaanse, Nederlandse en Oostenrijkse markt van badkamersanitair — Besluit waarbij inbreuk op artikel 101 VWEU en artikel 53 van de EER-Overeenkomst is vastgesteld — Coördinatie van prijsverhogingen en uitwisseling van commercieel gevoelige informatie — Toerekenbaarheid van inbreukmakend gedrag — Geldboeten — Richtsnoeren voor berekening van geldboeten van 2006 — Zwaarte van inbreuk — Verzachtende omstandigheden — Economische crisis — Mededeling van 2002 inzake medewerking — Vermindering van bedrag van geldboete — Significante toegevoegde waarde” )
PB C 325 van 9.11.2013, p. 30–30
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
PB C 325 van 9.11.2013, p. 28–28
(HR)
9.11.2013 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 325/30 |
Arrest van het Gerecht van 16 september 2013 — Roca/Commissie
(Zaak T-412/10) (1)
(Mededinging - Mededingingsregelingen - Belgische, Duitse, Franse, Italiaanse, Nederlandse en Oostenrijkse markt van badkamersanitair - Besluit waarbij inbreuk op artikel 101 VWEU en artikel 53 van de EER-Overeenkomst is vastgesteld - Coördinatie van prijsverhogingen en uitwisseling van commercieel gevoelige informatie - Toerekenbaarheid van inbreukmakend gedrag - Geldboeten - Richtsnoeren voor berekening van geldboeten van 2006 - Zwaarte van inbreuk - Verzachtende omstandigheden - Economische crisis - Mededeling van 2002 inzake medewerking - Vermindering van bedrag van geldboete - Significante toegevoegde waarde)
2013/C 325/50
Procestaal: Spaans
Partijen
Verzoekende partij: Roca (Saint Ouen L’Aumone, Frankrijk) (vertegenwoordiger: P. Vidal Martínez, advocaat)
Verwerende partij: Europese Commissie (vertegenwoordigers: aanvankelijk F. Castillo de la Torre, A. Antoniadis en F. Castilla Contreras, vervolgens F. Castillo de la Torre, A. Antoniadis en F. Jimeno Fernández, gemachtigden)
Voorwerp
Verzoek tot gedeeltelijke nietigverklaring van besluit C(2010) 4185 definitief van de Commissie van 23 juni 2010 inzake een procedure op grond van artikel 101 VWEU en artikel 53 van de EER-Overeenkomst (zaak COMP/39.092 — Badkamersanitair) en verzoek tot verlaging van de geldboete die verzoekster bij dat besluit is opgelegd.
Dictum
1. |
Artikel 2, lid 4, sub b, van besluit C(2010) 4185 definitief van de Commissie van 23 juni 2010 inzake een procedure op grond van artikel 101 VWEU en artikel 53 van de EER-Overeenkomst (zaak COMP/39.092 — Badkamersanitair) wordt nietig verklaard voor zover de Europese Commissie het bedrag van de hoofdelijk aan Roca opgelegde geldboete heeft vastgesteld zonder rekening te houden met haar medewerking. |
2. |
De aan Roca bij artikel 2, lid 4, sub b, van besluit C(2010) 4185 definitief opgelegde geldboete bedraagt 6 298 000 EUR. |
3. |
Het beroep wordt verworpen voor het overige. |
4. |
De Europese Commissie zal haar eigen kosten en een derde van de kosten van Roca dragen. |
5. |
Roca zal twee derde van haar eigen kosten dragen. |