Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62006CA0246

    Zaak C-246/06: Arrest van het Hof (Vierde kamer) van 17 januari 2008 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Juzgado de lo Social Único de Algeciras — Spanje) — Josefa Velasco Navarro/Fondo de Garantía Salarial (Fogasa) (Sociale politiek — Bescherming van werknemers bij insolventie van werkgever — Richtlijn 80/987/EEG, gewijzigd bij richtlijn 2002/74/EG — Rechtstreekse werking — Bij gerechtelijke schikking overeengekomen schadeloosstelling wegens onrechtmatig ontslag — Door waarborgfonds gewaarborgde betaling — Betaling afhankelijk van vaststelling van gerechtelijke beslissing)

    PB C 64 van 8.3.2008, p. 7–8 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    8.3.2008   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 64/7


    Arrest van het Hof (Vierde kamer) van 17 januari 2008 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Juzgado de lo Social Único de Algeciras — Spanje) — Josefa Velasco Navarro/Fondo de Garantía Salarial (Fogasa)

    (Zaak C-246/06) (1)

    (Sociale politiek - Bescherming van werknemers bij insolventie van werkgever - Richtlijn 80/987/EEG, gewijzigd bij richtlijn 2002/74/EG - Rechtstreekse werking - Bij gerechtelijke schikking overeengekomen schadeloosstelling wegens onrechtmatig ontslag - Door waarborgfonds gewaarborgde betaling - Betaling afhankelijk van vaststelling van gerechtelijke beslissing)

    (2008/C 64/09)

    Procestaal: Spaans

    Verwijzende rechter

    Juzgado de lo Social Único de Algeciras

    Partijen in het hoofdgeding

    Verzoekende partij: Josefa Velasco Navarro

    Verwerende partij: Fondo de Garantía Salarial (Fogasa)

    Voorwerp

    Verzoek om prejudiciële beslissing — Juzgado de lo Social Único de Algeciras — Uitlegging van richtlijn 80/987/EEG van de Raad van 20 oktober 1980 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten inzake de bescherming van de werknemers bij insolventie van de werkgever (PB L 283, blz. 23), zoals gewijzigd bij richtlijn 2002/74/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 september 2002 (PB L 270, blz. 10) — Draagwijdte van door waarborgfonds geboden garantie — Vergoeding in geval van beëindiging van arbeidsverhouding — Nationale regeling die deze vergoeding afhankelijk stelt van rechterlijke of administratieve beslissing — Rechtstreekse werking van richtlijn, zoals gewijzigd, met betrekking tot een insolventie opgetreden tussen datum van inwerkingtreding van richtlijn 2002/74 en datum van verstrijken van omzettingstermijn

    Dictum

    1)

    Ingeval richtlijn 2002/74/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 september 2002 tot wijziging van richtlijn 80/987/EEG van de Raad betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten inzake de bescherming van de werknemers bij insolventie van de werkgever, niet per 8 oktober 2005 in nationaal recht is omgezet, kan met betrekking tot een vóór deze datum ingetreden insolventie hoe dan ook geen beroep worden gedaan op de eventuele rechtstreekse werking van artikel 3, eerste alinea, van richtlijn 80/987/EEG van de Raad van 20 oktober 1980 betreffende de bescherming van de werknemers bij insolventie van de werkgever, zoals gewijzigd bij richtlijn 2002/74.

    2)

    Wanneer de nationale regeling binnen de werkingssfeer van richtlijn 80/987, zoals gewijzigd bij richtlijn 2002/74, valt, moet de nationale rechter ingeval een insolventie tussen de datum van inwerkingtreding van deze laatste richtlijn en het verstrijken van de omzettingstermijn ervan intreedt, ervoor zorgen dat deze nationale regeling overeenkomstig het in het gemeenschapsrecht erkende non-discriminatiebeginsel wordt toegepast.


    (1)  PB C 212 van 2.9.2006.


    Top