This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 52014DC0280
REPORT FROM THE COMMISSION TO THE COUNCIL Tenth report on the implementation of Council Regulation (EC) 866/2004 of 29 April 2004 and the situation resulting from its application covering the period 1 January until 31 December 2013
VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD Tiende verslag over de tenuitvoerlegging van Verordening (EG) nr. 866/2004 van de Raad van 29 april 2004 en over de situatie die het gevolg is van de toepassing van deze verordening, voor de periode 1 januari tot en met 31 december 2013
VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD Tiende verslag over de tenuitvoerlegging van Verordening (EG) nr. 866/2004 van de Raad van 29 april 2004 en over de situatie die het gevolg is van de toepassing van deze verordening, voor de periode 1 januari tot en met 31 december 2013
/* COM/2014/0280 final */
VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD Tiende verslag over de tenuitvoerlegging van Verordening (EG) nr. 866/2004 van de Raad van 29 april 2004 en over de situatie die het gevolg is van de toepassing van deze verordening, voor de periode 1 januari tot en met 31 december 2013 /* COM/2014/0280 final */
VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD Tiende verslag over de tenuitvoerlegging van
Verordening (EG) nr. 866/2004 van de Raad van 29 april 2004 en over de situatie
die het gevolg is van de toepassing van deze verordening, voor de periode 1
januari tot en met 31 december 2013 INLEIDING Verordening (EG)
nr. 866/2004 van de Raad inzake een regeling op grond van artikel 2 van
Protocol nr. 10 van de Toetredingsakte[1]
(hierna de "groenelijnverordening" genoemd) is van kracht sinds 1 mei 2004.
In deze verordening worden de voorwaarden vastgesteld waaronder de
rechtsvoorschriften van de Europese Unie gelden ten aanzien van het verkeer van
personen, goederen en diensten waarbij de groene lijn wordt overschreden tussen
de gebieden van de Republiek Cyprus waarover de regering feitelijk het gezag
uitoefent, en de gebieden waarover zij niet feitelijk het gezag uitoefent. Om
de doeltreffendheid van deze regels te garanderen, is de toepassing ervan
uitgebreid tot de scheidslijn tussen deze gebieden en de Eastern Sovereign Base
Area (ESBA) van het Verenigd Koninkrijk[2]. Dit verslag
heeft betrekking op de periode van 1 januari tot en met 31 december 2013. Tijdens de
verslagperiode heeft de Raad op voorstel van de Commissie de
groenelijnverordening gewijzigd om EU-goederen die buiten de gebieden waarover
de regering van de Republiek Cyprus feitelijk het gezag uitoefent, zijn
gebracht, opnieuw in deze gebieden te kunnen binnenbrengen via de gebieden
waarover de regering van de Republiek Cyprus niet het feitelijk gezag uitoefent[3]. De Commissie
voert een constructieve dialoog over de tenuitvoerlegging van de verordening
met de desbetreffende autoriteiten van de Republiek Cyprus, de autoriteiten van
de Sovereign Base Area (SBA) alsook met Turks-Cypriotische Kamer van
Koophandel.
1.
LIJNOVERSCHRIJDEND VERKEER VAN PERSONEN
1.1. Verkeer aan toegestane
doorlaatposten De verordening
biedt een stabiel juridisch kader voor het vrije verkeer van Cyprioten, andere
EU-burgers en burgers van derde landen die de groene lijn passeren aan de
toegestane doorlaatposten. Het aantal Grieks-Cyprioten en Turks-Cyprioten dat
in 2013 de groene lijn passeerde, is gestegen ten opzichte van vorige jaren. Volgens gegevens
van de Republiek Cyprus staken tijdens de verslagperiode 520 410
Grieks-Cyprioten (voordien: 481 732) en 183 185 Grieks-Cypriotische
voertuigen (voordien: 154 778) over van de door de regering gecontroleerde
gebieden naar het noordelijke deel van Cyprus; daarnaast staken 877 759 Turks-Cyprioten
(voordien: 850 362) en 323 655 Turks-Cypriotische voertuigen
(voordien: 280 358) over van het noordelijke deel van Cyprus naar de door
de regering gecontroleerde gebieden[4]. Het aantal
EU-burgers, andere dan Cyprioten, en onderdanen van derde landen dat de groene
lijn overstak, is licht gedaald. Volgens gegevens van de politie van de
Republiek Cyprus (hierna "CYPOL" genoemd) staken tijdens de
verslagperiode ook 517 580 niet-Cypriotische EU-burgers en burgers van
derde landen de groene lijn over (voordien: 530 014). 69,64 % van dit
verkeer (360 469) vond plaats aan de doorlaatpost aan de Ledrastraat, waar
het grootste deel van de niet-Cyprioten (voornamelijk toeristen) de groene lijn
overstak. De cijfers die
door de Turks-Cypriotische gemeenschap werden verzameld, wijzen op een
stijgende trend bij het aantal lijnoverschrijdingen door Grieks-Cyprioten,
nl. 723 904 lijnoverschrijdingen, en een dalende trend bij het
aantal lijnoverschrijdingen door Grieks-Cypriotische voertuigen, nl. 210 937 lijnoverschrijdingen,
uit de door de regering gecontroleerde gebieden naar het noordelijke deel van
Cyprus. Uit deze cijfers blijkt ook dat het aantal lijnoverschrijdingen van
Turks-Cyprioten (1 313 633) en van Turks-Cypriotische voertuigen (432 824)
in de andere richting een dalende trend vertoont. Voorts waren er 968 066
buitenlandse onderdanen die van de door de regering gecontroleerde gebieden
overstaken naar het noordelijke deel van Cyprus. De hierboven
genoemde cijfers van CYPOL omvatten echter niet de gegevens over personen en
voertuigen bij de doorlaatposten Pergamos en Strovilia, van het
noordelijke deel van Cyprus naar de Eastern Sovereign Base Area[5]. De
autoriteiten van de ESBA houden geen gedetailleerde statistieken bij voor deze
beide doorlaatposten. Volgens rapporten van de ESBA op basis van
Turks-Cypriotische informatiebronnen zouden echter 84 551 (voordien: 48 807)
Grieks-Cyprioten zijn overgestoken naar het noordelijke deel van Cyprus en 216 081
(voordien: 315 683) Turks-Cyprioten naar de door de regering
gecontroleerde gebieden, naast 124 323 niet-Cypriotische EU-burgers en
onderdanen van derde landen die in beide richtingen de lijn overstaken, via
doorlaatposten in de ESBA. Het aantal
personeelsleden van CYPOL dat rechtstreeks werkzaam is op de doorlaatposten, is
in 2013 gedaald tot 75 (80 in 2012). In de meeste
gevallen verliepen de lijnoverschrijdingen probleemloos. Er werden minder
incidenten gemeld dan vorig jaar, maar zij blijven een punt van zorg voor de
Turks-Cypriotische gemeenschap. Begin 2013
ontving de Commissie klachten over een veranderde praktijk aan de
doorlaatposten betreffende de vereisten voor rijbewijzen ten aanzien van de
echtgenoten uit derde landen van Turks-Cypriotische burgers, die ervan in
kennis werden gesteld dat zij niet langer in de door de regering gecontroleerde
gebieden mochten rijden indien zij niet een rijbewijs van hun land van
oorsprong konden voorleggen. De Commissie bracht deze kwestie ter sprake bij de
autoriteiten van de Republiek Cyprus om na te gaan of het hier een
beleidswijziging betreft, waarvoor een kennisgeving aan de Commissie zou zijn
vereist zoals bedoeld in artikel 10 van de groenelijnverordening. De
autoriteiten van de Republiek Cyprus hebben de Commissie ervan in kennis
gesteld dat burgers uit derde landen een voertuig mogen besturen in de door de
regering gecontroleerde gebieden op voorwaarde dat zij houder zijn van een
geldig rijbewijs van hun land van herkomst of van een internationaal rijbewijs.
Zoals reeds bij herhaling
opgemerkt, hecht de Commissie groot belang aan de stabiliteit van de praktijk
aan de doorlaatposten en het vrije verkeer van EU-burgers en hun gezinnen over
de groene lijn. Met steun van de
VN-vredeshandhavingsmissie in Cyprus (UNFICYP) werden belangrijke stappen gezet
om de godsdienstbelijdenis te vergemakkelijken. Religieuze leiders konden de
groene lijn in beide richtingen vlotter oversteken. 1.2. Illegale migratie via de
groene lijn en asiel Volgens cijfers
van CYPOL voor 2013 is de illegale migratie via de groene lijn vanuit het
noordelijke deel van Cyprus naar de door de regering gecontroleerde gebieden
verder afgenomen. In 2013 werden 1 043 illegale migranten (vorig jaar: 1 265)
opgepakt binnen de door de regering gecontroleerde gebieden[6]. 4
illegale immigranten kwamen rechtstreeks in de door de regering gecontroleerde
gebieden binnen (vorig jaar: 19) en 37 personen kwamen via de Eastern Sovereign
Base Area binnen (vorig jaar: 13), waarmee het totale aantal aangehouden
illegale immigranten op 1 084 komt (vorig jaar: 1 297). Als een
mogelijke verklaring geeft CYPOL de gedaalde werkgelegenheidsverwachting op
Cyprus aan, ten gevolge van de economische crisis, alsook het toegenomen aantal
personeelsleden en patrouilles overeenkomstig het nieuwe strategische plan van
CYPOL voor 2012-2015 om illegale migratie te bestrijden. De landen van oorsprong
met het hoogste aantal aangehouden illegale immigranten die de groene lijn
waren overgestoken, waren Syrië, Pakistan en Iran (Bijlage VII). Illegale
immigranten worden normaal gesproken aangehouden tijdens controles langs de
groene lijn en op luchthavens wanneer zij Cyprus proberen te verlaten. Burgers
van derde landen die internationale bescherming vragen, worden normaal
gesproken als zodanig geregistreerd wanneer zij op een politiebureau asiel
aanvragen. Van de 1 043 illegale
migranten vroegen 491 personen (47 %) asiel aan in de Republiek Cyprus.
Tijdens de verslagperiode deed er zich opnieuw een aanzienlijke stijging voor
van Syrische burgers die een asielaanvraag indienden (337 in 2013, 294 in 2012). CYPOL gaat na
langs welke route illegale migranten de door de regering gecontroleerde
gebieden binnenkomen aan de hand van dezelfde criteria als voorheen,
voornamelijk op basis van gegevens die in hun documenten zijn opgenomen,
verklaringen van de migranten en ander bewijsmateriaal. Uit de analyse
van CYPOL blijkt dat de meeste illegale immigranten die werden aangehouden
nadat zij de groene lijn waren overgestoken, vanuit Turkije in het noordelijke
deel van Cyprus waren binnengekomen. Volgens
informatie van de Turks-Cypriotische gemeenschap zijn 25 illegale migranten
aangehouden in het noordelijke deel van Cyprus, waarvan 14 Syriërs. Aan 2 267
personen[7]
werd aan diverse doorlaatposten de oversteek naar het noordelijke deel van
Cyprus geweigerd en 637 personen werden teruggestuurd[8]. Er bestaat geen
rechtstreekse samenwerking met betrekking tot politie en immigratie tussen de
Republiek Cyprus en de Turks-Cypriotische gemeenschap. Toch hebben
vertegenwoordigers van beide gemeenschappen elkaar regelmatig ontmoet in het
kader van een technisch comité van beide gemeenschappen inzake misdaad en
strafrechtelijke zaken onder auspiciën van de VN. Als uitbreiding van dit
comité hebben beide gemeenschappen tevens een gezamenlijke communicatieruimte
ingesteld, waarmee wordt voorzien in een forum voor de uitwisseling van strafrechtelijke
informatie. Dankzij de goede samenwerking konden een aantal strafrechtelijke
onderzoeken worden ingeleid [9].
CYPOL omschreef
de samenwerking met de andere overheidsinstanties en het bestuur van de Eastern
Sovereign Base Area als zeer goed. Eastern
Sovereign Base Area (ESBA) In het algemeen
is de illegale immigratie via de ESBA tijdens de verslagperiode enigszins
toegenomen. De functionarissen van de Sovereign Base Area omschrijven hun
samenwerking met de Republiek Cyprus nog steeds als uitstekend. Tijdens 2013
werd 1 042 personen geweigerd om de groene lijn te passeren, merendeels
Turkse onderdanen die leven in het noordelijke deel van Cyprus. Andere
buitenlanders waren toeristen uit de Verenigde Staten, Iran, Rusland en
Australië die via het noordelijke deel van Cyprus arriveerden. Deze personen
werden doorverwezen naar de doorlaatpost Agios Dhometios om de vereiste
formaliteiten voor toelating tot de Republiek Cyprus te vervullen[10]. In totaal werden
37 illegaal binnen de ESBA verblijvende buitenlanders opgepakt[11], van
wie 25 de door de regering gecontroleerde gebieden legaal waren binnengekomen,
maar waren gebleven nadat hun visum was verstreken. 11 kwamen het eiland in het
noordelijke deel binnen en staken illegaal de groene lijn over. Ook werden 3
tussenpersonen door de SBA opgepakt. Naast de
controles aan de doorlaatposten voert de politie van de Sovereign Base Area op
wisselende momenten op risicobeoordelingen en inlichtingen gebaseerde
patrouilles uit om illegale migratie te bestrijden. Deze patrouilles worden
aangevuld met douane- en legerpatrouilles in de Sovereign Base Area. Verscheidene
"niet-officiële doorlaatposten" in of bij het dorp Pergamos,
die door lokale inwoners en boeren worden gebruikt, zijn bijzonder moeilijk te
controleren. Zoals beschreven in eerdere verslagen blijven deze
"niet-officiële doorlaatposten" een punt van zorg en moet een
geschikte oplossing overeenkomstig de vereisten van artikel 5, lid 2, van het
protocol nr. 3 bij de Toetredingakte van 2003 worden gevonden[12]. De
SBA heeft medegedeeld dat door de grotere beschikbaarheid van personeel tijdens
de verslagperiode meer grondpatrouilles langs de groene lijn en
"niet-officiële doorlaatposten" konden worden uitgestuurd en dat hiervoor
zo nodig sneller personeel kon worden ingezet.
2.
GOEDERENVERKEER
2.1. Waarde van de handel Overeenkomstig
artikel 8 van Verordening (EG) nr. 1480/2004 van de Commissie[13]
hebben de Turks-Cypriotische Kamer van Koophandel en de autoriteiten van de
Republiek Cyprus maandelijks gegevens verstrekt over soort, hoeveelheid en
waarde van de goederen waarvoor begeleidende documenten zijn afgegeven. Beide
hebben gerapporteerd over goederen die de door de regering gecontroleerde
gebieden binnenkwamen via de doorlaatposten Pergamos en Strovilia,
die onder het gezag van de Sovereign Base Area vallen. Volgens de
Turks-Cypriotische Kamer van Koophandel bedroeg de totale waarde van de
goederen waarvoor begeleidende documenten waren afgegeven, 4 311 615 euro
(voordien: 4 835 528 euro), terwijl de waarde van de feitelijk
verhandelde goederen 3 836 845 euro bedroeg (voordien: 4 196 465euro).
Deze cijfers wijzen op een verdere afname van de handel over de groene lijn van
8,5% vergeleken met 2012. Dit cijfer is aanzienlijk lager dan het bedrag van 6 267 082 euro
tijdens de piekperiode van het handelsverkeer (1.5.2009-30.4.2010). Volgens
verslagen die door de autoriteiten van de Republiek Cyprus zijn verstrekt, nam
de totale waarde van de goederen die de groene lijn passeerden, met 15,55 %
af tot 3 411 593 euro. Er heeft zich een merkbare daling
voorgedaan voor bouwmaterialen, aluminium- en PVC-producten, houtwaren/meubels
en groenten. Volgens de betrokken partijen is de economische crisis de
belangrijkste oorzaak van deze daling. Voorts werd ook opgemerkt dat talrijke
ondernemers van oordeel zijn dat de administratieve lasten die de handel over
de groene lijn met zich brengt, niet in verhouding staan tot de behaalde winst.
De handel van de
door de regering gecontroleerde gebieden naar het noordelijke deel van Cyprus valt
niet onder de groenelijnverordening, maar volgens de Kamer van Koophandel en
Industrie van Cyprus daalde deze met rond 21 %, van tot 1 014 067 euro
in 2012 tot 799 396 euro in 2013. Daarmee vormt de handel uit door de
regering gecontroleerde gebieden naar het noordelijke deel van Cyprus 23,4 %
van de handel in omgekeerde richting (11,3 % in 2012). De
Turks-Cypriotische gemeenschap past nog steeds een handelsregeling toe die
eigenlijk de beperkingen van de groenelijnverordening "weerspiegelt".
Deze regeling wordt echter niet altijd consequent toegepast, waardoor het
moeilijk is duurzame handelsrelaties te ontwikkelen. De Turks-Cypriotische
belanghebbende partijen erkennen openlijk dat de bescherming van lokale
ondernemingen hiervoor de voornaamste reden is. 2.2. Soort goederen Kunststofproducten
waren in 2013 de meest verhandelde koopwaar, gevolgd door verse vis, ruw
schroot en bouwmaterialen/artikelen uit steen[14].
De handel in kunststofproducten (flessen, capsules en houders, zakken, kratten
en dozen) is in waarde gestegen. Nieuwe producten
zoals sint-jansbrood, gegalvaniseerde standers, handgrepen voor plastic zakken,
glas-in-lood, maisstengels, schroot, kabels, dynamo's, elektrische motoren,
metalen kleerhangers en niet scherp smakende pepers en cayennepepers werden
ingevoerd, maar hadden slechts een zeer beperkt gevolg voor het handelsverkeer.
Alle handel over de groene lijn was handel binnen het eiland en er werd geen
uitvoer geregistreerd naar lidstaten van de EU of derde landen. Begin 2013 kon
honing die afkomstig was van gebieden waarover de regering van de Republiek
Cyprus niet feitelijk het gezag uitoefent, worden verhandeld. Geen enkele
levering werd evenwel verhandeld, aangezien de productie volledig op de lokale
markt werd afgezet. 2.3. Onregelmatigheden De autoriteiten
van de Republiek Cyprus hebben 8 gevallen van onregelmatigheden gemeld die
betrekking hadden op verschillende groenten. Hierbij ging het om de volgende
onregelmatigheden: a) hogere hoeveelheden dan aangegeven (4 gevallen), b) Turkse
producten (2 gevallen) en c) producten die niet waren aangegeven en die geen
certificaat van oorsprong hadden (2 gevallen). De autoriteiten van de Republiek
Cyprus hebben de desbetreffende producten of overschotten vernietigd en hebben
een geldboete opgelegd. Tijdens de verslagperiode attendeerde de Republiek
Cyprus de Commissie op een specifiek geval dat betrekking had op wortelen. De
Commissie heeft de Turks-Cypriotische Kamer van Koophandel hiervan in kennis
gesteld. De Turks-Cypriotische Kamer van Koophandel heeft de zaak onderzocht en
trok de vergunning van de handelaar om handel te drijven langs de groene lijn
voor zes maanden in. In een schrijven
aan de Commissie uitte de Republiek Cyprus ook haar bezorgdheid over de
oorsprong en de hoeveelheden verse vis die langs de groene lijn werden
verhandeld, waarbij zij onder meer aanvoerde dat de desbetreffende vis niet in
de Middellandse Zee zou zijn gevangen. De Commissie heeft deze kwestie
aangekaart bij de Turks-Cypriotische Kamer van Koophandel, die maatregelen
heeft genomen om erop toe te zien dat via de groene lijn verhandelde verse vis
uitsluitend afkomstig is van vaartuigen die zijn opgenomen in de in het besluit
2007/330/EG[15]
van de Commissie bedoelde lijst van vaartuigen die aan de voorschriften voldoen. 2.4. Verkeer van goederen:
obstakels en problemen Er blijven
belemmeringen voor de handel over de groene lijn bestaan en dit wordt ook
weerspiegeld in de afname van de handel. Zoals in
voorgaande verslagen werd gerapporteerd, is de kwestie van Turks-Cypriotische
bedrijfsvoertuigen die goederen en passagiers vervoeren en oversteken naar de
door de regering gecontroleerde gebieden, nog niet opgelost. Volgens de
Commissie zou een liberalisering van het verkeer van Turks-Cypriotische bedrijfsvoertuigen
bijdragen tot de economische ontwikkeling van de Turks-Cypriotische
gemeenschap. Vorig jaar kon geen vooruitgang worden geboekt. Tot dusver mogen
dus geen Turks-Cypriotische voertuigen van meer dan 7,5 ton de groene lijn
oversteken zonder documenten die volledig in overeenstemming met het acquis
zijn en die door de Republiek Cyprus zijn afgegeven. De autoriteiten van de
Republiek Cyprus stelden de Commissie ervan in kennis dat zij bepalingen hadden
ingesteld om het verkrijgen van keuringsattesten en professionele rijbewijzen
voor Turks-Cyprioten te vergemakkelijken. Sinds de zomer van 2013 heeft de
Commissie contacten onderhouden met de autoriteiten van de Republiek Cyprus
alsook met de Turks-Cypriotische belanghebbenden. In het licht van de
opschorting van het acquis in de niet door de regering gecontroleerde gebieden
zoals bedoeld in protocol nr. 10 van het Toetredingsverslag van 2003, moet een
mechanisme de oversteek van Turks-Cypriotische bedrijfsvoertuigen bevorderen en
antwoord bieden op de veiligheidsoverwegingen. Op het einde van de
verslagperiode hebben deze inspanningen nog niet tot resultaten geleid. De problemen rond
verwerkte levensmiddelen bleven in 2013 aanhouden. De autoriteiten van de
Republiek Cyprus verbieden de oversteek van een aantal verwerkte
levensmiddelenproducten, omdat de gezondheidsdiensten aanvoeren dat het
productieproces in het noordelijke deel van Cyprus niet overeenkomstig de
normen is. De Commissie heeft de autoriteiten van de Republiek Cyprus ervan in
kennis gesteld dat er op grond van de groenelijnverordening geen redenen zijn
om andere controles uit te voeren dan die welke in deze verordening zijn
opgenomen, in het bijzonder om controles uit te voeren van gebouwen in de
gebieden om na te gaan of de productie tot stand komt overeenkomstig de
voorschriften van de Unie. De autoriteiten van de Republiek Cyprus kunnen wel
stalen van de producten nemen voor verdere analyse, maar zij mogen niet alle
verwerkte levensmiddelenproducten hinderen de groene lijn over te steken. Tot
dusver mogen verwerkte levensmiddelenproducten nog steeds niet de groene lijn
over. Evenzo heeft de Commissie zich vanaf de zomer 2013 ingespannen om - net
zoals het geval was voor de bedrijfsvoertuigen - een mechanisme op te zetten
waarmee de oversteek van verwerkte levensmiddelen kan wordt bevorderd en
antwoord kan worden geboden op de veiligheidsoverwegingen. Op het einde van de
verslagperiode heeft dit overleg nog niet tot resultaten geleid. Net als in het
verleden blijven Turks-Cypriotische handelaren berichten over
handelsbelemmerende moeilijkheden bij de afzet van hun producten aan winkels en
bij het adverteren van hun producten en diensten in de door de regering
gecontroleerde gebieden. Deze moeilijkheden weerspiegelen mogelijk de
wijdverbreide aarzeling van Grieks-Cyprioten om Turks-Cypriotische producten te
kopen. Voorts werd gemeld dat handelaren van beide gemeenschappen te maken
krijgen met talrijke administratieve problemen als zij handel willen drijven
met de andere gemeenschap. De marktdeelnemers van beide kanten moeten vrij zijn
handelsbetrekkingen aan te gaan, gebaseerd op hun bedrijfsbehoeften. 2.5. Smokkel van goederen De smokkel van
goederen komt nog steeds veelvuldig voor gezien het geografische karakter van
de groene lijn. In de zones vlakbij de lijn vinden controleoperaties plaats om
vooral seizoensgebonden activiteiten, zoals het vervoer van wild of vuurwerk
(ook via de ESBA) naar de door de regering gecontroleerde gebieden, aan te
pakken. In 2013
verrichtte de Republiek Cyprus 2 873 inbeslagnames (voordien: 1 305).
In 2013 deed zich een aanzienlijke stijging voor van de hoeveelheden sigaretten
en shag die door de Republiek Cyprus in beslag zijn genomen, nl. 175 340
sigaretten en 300 704 gr. shag (voordien: 48 939 sigaretten
en 49 380 gr. shag). Naar verluidt gaat het bij deze smokkel in de meeste
gevallen om kleine hoeveelheden. Bij andere in beslag genomen producten gaat
het hoofdzakelijk om goederen waarbij de intellectuele-eigendomsrechten zijn
geschonden, alsook om dierlijke en zuivelproducten. Er zijn geen strafzaken in
verband met smokkel aangespannen bij de arrondissementsrechtbanken. In de
meeste gerapporteerde gevallen werd een administratieve straf opgelegd. De SBA heeft
wijzigingen aangebracht aan de douanewetgeving om de bevoegdheden van zijn
ambtenaren te versterken, waardoor zij voertuigen die ervan worden verdacht
niet-officiële routes te gebruiken om de groene lijn over te steken, kunnen
staande houden en onderzoeken Samen met de grotere beschikbaarheid van
personeel heeft dit geresulteerd in een hogere opsporingsgraad van goederen. In
2013 werden 351 inbeslagnames verricht (voordien: 217). Wat betreft de
traditionele bevoorrading van de Turks-Cypriotische bevolking van het dorp
Pyla, dat zich in de bufferzone bevindt (artikel 4, lid 10, van de
groenelijnverordening), worden de hoeveelheden bouwmateriaal, vis, sigaretten,
e.d. gecontroleerd en geregistreerd door de autoriteiten van de Sovereign Base
Area. De ESBA heeft nieuwe waarden vastgesteld voor de hoeveelheden sigaretten
en shag voor de traditionele bevoorrading van de Turks-Cypriotische bevolking
van het dorp Pyla. 2.6. Bevordering van de handel De Commissie
blijft naar manieren zoeken om de handel via de groene lijn te stimuleren.
Begin 2013 is de eerste levering aardappelen die niet rechtstreeks werden
geteeld uit gecertificeerde zaden, verhandeld[16].
De
Turks-Cypriotische Kamer van Koophandel bleef blijk geven van een algemene
belangstelling voor de opheffing van het verbod op handel in alle levende
dieren en dierlijke producten voor zover deze producten aan de EU-wet- en
regelgeving beantwoorden. Een poging om de handel in wei mogelijk te maken voor
de omzetting in biogas in de door de regering gecontroleerde gebieden leverde
geen resultaten op omdat de aard van de tijdens de omzetting in de bestaande
faciliteiten te nemen maatregelen ertoe zou hebben geleid dat de operatie
onhaalbaar werd en economisch niet te rechtvaardigen zou zijn. De Commissie
onderzoekt momenteel het verzoek om de handel in kweekvissen toe te staan. De
Republiek Cyprus heeft herhaaldelijk haar bereidheid uitgedrukt om de
mogelijkheid te onderzoeken de lijst van goederen uit te breiden die naar de
door de regering gecontroleerde gebieden mogen passeren. In september
heeft de UNDP een denkoefening in Malta gesponsord waarop 60 vooraanstaande
Cypriotische leiders uit de politiek, het bedrijfsleven en de maatschappelijke
organisaties werden samengebracht. Op de drie dagen durende bijeenkomst is een
consensus bereikt over de noodzaak om nieuwe kansen te creëren voor de
samenwerking tussen bedrijven van beide gemeenschappen om de voordelen van een
vergelijk aan te tonen. 2.7. EU-goederen die opnieuw
worden binnengebracht in de gebieden waarover de regering van de Republiek
Cyprus feitelijk het gezag uitoefent na te zijn vervoerd via de gebieden
waarover de regering van de Republiek Cyprus niet feitelijk het gezag
uitoefent. De autoriteiten
van de Republiek Cyprus hebben gemeld dat 5 091 voorwerpen opnieuw zijn
binnengebracht in door de regering gecontroleerde gebieden na te zijn vervoerd
via de gebieden waarover de regering van de Republiek Cyprus niet feitelijk het
gezag uitoefent. Er is opgemerkt dat het grootste deel van dit handelsverkeer
plaatsvindt van/naar de doorlaatposten van Kato Pyrgos-Karavostasi en
Astromeritis-Zhodia. In enkele gevallen was een tussenkomst van de veterinaire
dienst noodzakelijk voordat de goederen opnieuw konden worden binnengebracht.
3.
CONCLUSIES
Zoals
werd gesteld in vorige verslagen, zijn de controle van de groene lijn aan de toegestane
doorlaatposten door de autoriteiten van de Republiek Cyprus en de SBA en de
geleverde inspanningen tevredenstellend ondanks de budgettaire beperkingen. De
illegale oversteek van burgers van derde landen is nog steeds zorgwekkend en de
Commissie is van mening dat een verstrenging van het toezicht op de groene lijn
tussen de doorlaatposten door de Republiek Cyprus en de autoriteiten van de
Sovereign Base Area van belang is om de illegale migratie en smokkel aan te
pakken. De Commissie roept de autoriteiten van de Sovereign Base Area ook op om
een passende oplossing te vinden voor de kwestie van de
"niet-officiële" doorlaatposten. De
Commissie stelde vast dat zich begin 2013 enkele incidenten voordeden aan de
doorlaatposten. De Commissie blijft van mening dat stabiele en voorspelbare
vereisten aan de doorlaatpunten cruciaal zijn en zal deze kwestie bespreken met
de desbetreffende autoriteiten van de Republiek Cyprus. In 2013 is de
waarde van de goederen die de groene lijn overstaken voor de vijfde keer op rij
sinds de inwerkingtreding van de groenelijnverordening in 2004 sterk gedaald
(een daling met 15,55% van 4 040 018 euro tot 3 411 593 euro,
volgens de cijfergegevens van de Republiek Cyprus), grotendeels door de
economische recessie. Kunststofproducten waren de meest verhandelde koopwaar,
gevolgd door verse vis, ruw schroot en bouwmaterialen/artikelen uit steen. De
algemene omvang van het handelsverkeer blijft beperkt, gedeeltelijk vanwege de
beperkte werkingssfeer van de verordening zelf. Tijdens de
verslagperiode bleef een aantal handelsbelemmeringen bestaan.
Turks-Cypriotische bedrijfsvoertuigen, met name vrachtwagens van meer dan 7,5 ton
en bussen, kunnen alleen vrij over het hele eiland rijden met rijbewijzen en
keuringsattesten die volledig in overeenstemming met het acquis zijn en in door
de regering gecontroleerde gebieden zijn verkregen. De diensten van de
Commissie onderhielden contacten met de desbetreffende ministeries van de
Republiek Cyprus en andere belanghebbenden om voor deze kwestie een haalbare
oplossing te vinden waarbij het oversteken van de groene lijn door
Turks-Cypriotische bedrijfsvoertuigen wordt bevorderd en tegelijkertijd rekening
wordt gehouden met de veiligheid van het wegverkeer. Op het einde van de
verslagperiode is zowel deze aangelegenheid als de kwestie van de verwerkte
levensmiddelen zonder uitkomst gebleven. Het
vervoer van goederen uit de door de regering gecontroleerde gebieden langs de
doorgangspost Limnitis via het noordelijke deel van Cyprus en terug naar de door
de regering gecontroleerde gebieden is geregulariseerd. Over
het algemeen blijft de groenelijnverordening een werkbare basis vormen voor het
verkeer van personen en goederen van en naar de door de regering gecontroleerde
gebieden van de Republiek Cyprus. Hoewel de toename van het aantal
lijnoverschrijdingen een gunstige ontwikkeling is, blijft de Commissie bezorgd
over de daling van het handelsvolume, die wordt toegeschreven aan de
economische crisis. Er zijn geen aanwijzingen dat de onderlinge economische
afhankelijkheid tussen beide gemeenschappen is toegenomen. Tegen deze
achtergrond vertrouwt de Commissie op effectieve samenwerking met de Republiek
Cyprus en de SBA voor een doeltreffende tenuitvoerlegging van
Verordening (EG) nr. 866/2004 van de Raad. De Commissie zal de
uitvoering van de verordening blijven controleren. [1] PB L 161 van 30.4.2004, blz. 128. Verordening
laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 685/2013 van de Raad van juli 2013
(PB L 196 van 19.7.2013, blz. 1), bekend als de "groenelijnverordening". [2] Zie overweging 3 van de groenelijnverordening. [3] Verordening (EG) nr. 685/2013 van de Raad van 15
juli 2013, PB L 196 van 19.7.2013, blz. 1. [4] De autoriteiten van de Republiek Cyprus houden geen
cijfers bij van het aantal Grieks-Cyprioten dat terugkeert naar de door de
regering gecontroleerde gebieden of het aantal Turks-Cyprioten dat terugkeert
naar het noordelijke deel van Cyprus. [5] Op grond van de groenelijnverordening is verslaglegging
over dit verkeer niet verplicht. [6] In dit cijfer is niet begrepen het aantal personen dat
de groene lijn niet mocht oversteken, aangezien de Republiek Cyprus geen
officiële statistieken daarover bijhoudt. Volgens schattingen van CYPOL waren
er in 2013 echter ongeveer 2 000 personen die niet mochten oversteken naar
de door de regering gecontroleerde gebieden. [7] Uit Syrië: 485, Turkije: 473, Turkmenistan: 82, Irak: 66,
Georgië: 30. [8] Turkije: 229, Moldavië: 61, Syrië: 47, Iran: 21,
Nigeria: 8. [9] Verslag van de secretaris-generaal over de operatie van
de Verenigde Naties op Cyprus, 30 december 2013. [10] Turkije: 716, VS: 55, Iran: 42, Rusland: 39, Australië: 25. [11] Vietnam: 9, Egypte: 6, Somalië: 3, Moldavië: 3, India: 3,
Filipijnen: 3, Georgië: 2, Syrië: 2, Comoren: 2, Oekraïne: 1, Rusland: 1, Sri
Lanka: 1, Soedan: 1. [12] PB L 236 van 23.9.2003, blz. 940. [13] Verordening (EG) nr. 1480/2004 van de Commissie van 10
augustus 2004, PB L 272 van 20.8.2004, blz. 3. [14] Bijlage IV. [15] Beschikking 2007/330/EG van de Commissie van 4 mei 2007,
PB L 123 van 12.5.1998, blz. 30. [16] In 2011 werd door de Commissie de verplichting geschrapt
dat aardappelen die via de groene lijn worden verhandeld, moeten worden geteeld
uit gecertificeerde pootaardappelen.