Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52010DC0533

ONTWERP VAN GEWIJZIGDE BEGROTING Nr. 8 BIJ DE ALGEMENE BEGROTING 2010 STAAT VAN UITGAVEN PER AFDELING Afdeling III - Commissie

/* COM/2010/0533 def. */

52010DC0533

ONTWERP VAN GEWIJZIGDE BEGROTING Nr. 8 BIJ DE ALGEMENE BEGROTING 2010 STAAT VAN UITGAVEN PER AFDELING Afdeling III - Commissie /* COM/2010/0533 def. */


[pic] | EUROPESE COMMISSIE |

Brussel, 24.9.2010

COM(2010) 533 definitief

ONTWERP VAN GEWIJZIGDE BEGROTING Nr. 8 BIJ DE ALGEMENE BEGROTING 2010

STAAT VAN UITGAVEN PER AFDELING Afdeling III - Commissie

(door de Commissie ingediend)

ONTWERP VAN GEWIJZIGDE BEGROTING Nr. 8 BIJ DE ALGEMENE BEGROTING 2010

STAAT VAN UITGAVEN PER AFDELING Afdeling III - Commissie

Gezien:

- het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 314, in samenhang met het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, en met name artikel 106 bis,

- Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen[1], en met name artikel 37,

- de algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2010, die op 17 december 2009 is vastgesteld[2],

- de gewijzigde begroting 1/2010, die is vastgesteld op 19 mei 2010[3],

- de gewijzigde begroting 2/2010, die is vastgesteld op 16 juni 2010[4],

- de gewijzigde begroting 3/2010, die is vastgesteld op 7 september 2010,

- de ontwerpen van gewijzigde begroting nr. 2/2010[5], nr. 3/2010[6], nr. 5/2010[7], nr. 6/2010[8] en nr. 7/2010[9],

dient de Europese Commissie bij de begrotingsautoriteit het ontwerp van gewijzigde begroting nr. 8 bij de begroting 2010 in.

WIJZIGINGEN IN DE STAAT VAN ONTVANGSTEN EN UITGAVEN PER AFDELING

De wijzigingen in de staat van ontvangsten en uitgaven per afdeling zijn beschikbaar via EUR-Lex: (http://eur-lex.europa.eu/budget/www/index-en.htm). Ter informatie is een Engelse versie van de wijzigingen in de staat van uitgaven per afdeling als budgettaire bijlage bijgevoegd.

Inhoudsopgave

1. Inleiding 3

2. Beschikbaarstelling van middelen uit het Solidariteitsfonds van de EU 3

2.1. Ierland: Overstroming 3

3. Financiering 6

4. Overzichtstabel per rubriek van het financieel kader 7

1. INLEIDING

Dit ontwerp van gewijzigde begroting (OGB) nr. 8 voor 2010 heeft betrekking op het volgende:

- de beschikbaarstelling van 13,0 miljoen EUR aan vastleggings- en betalingskredieten uit het Solidariteitsfonds van de EU in verband met de gevolgen van ernstige overstromingen in Ierland,

- een dienovereenkomstige verlaging van de betalingskredieten met 13,0 miljoen EUR van begrotingsonderdeel 04 02 01 — Voltooiing van het Europees Sociaal Fonds (ESF) — Doelstelling 1 (2000-2006).

2. BESCHIKBAARSTELLING VAN MIDDELEN UIT HET SOLIDARITEITSFONDS VAN DE EU

2.1. Ierland: Overstroming

In november 2009 werd het grootste deel van Ierland getroffen door zware regenval, die voor ernstige overstromingen zorgde. Deze brachten zware schade toe aan de landbouwsector, woningen en bedrijven, het wegennet en overige infrastructuur.

Naar aanleiding hiervan heeft Ierland een aanvraag ingediend voor financiële steun van het Solidariteitsfonds van de Europese Unie.

De diensten van de Commissie hebben de aanvraag grondig getoetst aan Verordening (EG) nr. 2012/2002 van de Raad[10], en met name aan de artikelen 2, 3 en 4. De belangrijkste elementen van de beoordeling kunnen als volgt worden samengevat:

1. De aanvraag werd door de Commissie ontvangen op 27 januari 2010, binnen de termijn van 10 weken na de vaststelling van de eerste schade op 19 november 2009. Op 15 juni 2010 dienden de Ierse autoriteiten na een verzoek van de Commissie van 24 maart aanvullende informatie in, die onder meer de raming van de totale directe schade bevestigde en een nader uitgewerkte taxatie van de schade omvatte.

2. De ramp heeft een natuurlijke oorzaak en valt derhalve onder het toepassingsgebied van het Solidariteitsfonds.

3. De Ierse autoriteiten ramen de totale directe schade veroorzaakt door de ramp op 520,9 miljoen EUR. Dit bedrag maakt 55,68% uit van de normale drempel van 935,45 miljoen euro die in 2010 geldt voor steun uit het Solidariteitsfonds aan Ierland (namelijk 0,6% van het bni op basis van gegevens van 2008).

4. Omdat de totale schade onder de normale drempel blijft, is de aanvraag getoetst aan het criterium van de zogenaamde buitengewone regionale ramp, dat is neergelegd in artikel 2, lid 2, laatste alinea, van Verordening (EG) nr. 2012/2002, waarin de voorwaarden worden beschreven waaronder "in uitzonderlijke gevallen" een beroep op het Solidariteitsfonds kan worden gedaan. Volgens dit criterium kan een regio die is getroffen door een buitengewone ramp, vooral een natuurramp, welke het grootste deel van de bevolking treft en ernstige en langdurige gevolgen voor de levensomstandigheden en de macro-economische stabiliteit van de regio heeft, bij wijze van uitzondering steun uit het fonds krijgen. Volgens de verordening moet bijzondere aandacht uitgaan naar afgelegen of geïsoleerde regio's, zoals de in artikel 349 van het Verdrag bedoelde insulaire en ultraperifere gebieden. Volgens de verordening moeten de verzoeken die worden ingediend op basis van het criterium van de buitengewone regionale ramp "met de grootste zorgvuldigheid" worden onderzocht.

5. Ierland maakt deel uit van het op twee na grootste Europese eiland, dat ten noordwesten van continentaal Europa ligt. Hoewel Ierland geen ultraperifeer gebied is in de zin van het Verdrag, heeft de afgelegen en geïsoleerde ligging ten opzichte van het Europese vasteland duidelijk gevolgen voor zijn economische toestand, die hierdoor kwetsbaarder is. Deze factoren mogen niet buiten beschouwing worden gelaten bij de beoordeling van de door Ierland ingediende aanvraag voor steun uit het Solidariteitsfonds.

6. Zoals beschreven in het jaarverslag over het Solidariteitsfonds (2002-2003)[11], is de Commissie van mening dat, om betekenis te geven aan de specifieke criteria voor regionale rampen in de nationale context, een onderscheid moet worden gemaakt tussen ernstige regionale gebeurtenissen en die van louter lokale aard. Volgens het subsidiariteitsbeginsel vallen de laatstgenoemde gebeurtenissen onder de bevoegdheid van de nationale autoriteiten, terwijl de eerstgenoemde in aanmerking kunnen komen voor steun uit het Solidariteitsfonds. De overstromingsramp had ernstige gevolgen voor een groot deel van het Ierse grondgebied. Volgens de Ierse autoriteiten heeft de ramp geleid tot een dramatische verslechtering van de situatie, terwijl Ierland al kampt met de zwaarste economische neergang in decennia.

7. Een van de in Verordening nr. 2012/2002 vastgestelde voorwaarden voor uitzonderlijke steunverlening uit het Solidariteitsfonds is dat het grootste deel van de bevolking van de regio waarop de aanvraag betrekking heeft, moet zijn getroffen. De regio waarvoor de Ierse aanvraag is ingediend, omvat een samenhangend gebied van 15 districten ("counties") met meer dan 1,7 miljoen inwoners (circa twee derde van het Ierse grondgebied en 40% van de bevolking). In de aanvraag wordt beschreven hoe de bevolking op verschillende manieren is getroffen door persoonlijke schade en onderbreking van economische activiteiten, onderbreking van de hoofdnutsvoorzieningen en onderbreking van en schade aan het wegennet. Met uitzondering van Cork en Galway City is de grootste schade veroorzaakt in gebieden die hoofdzakelijk bestaan uit platteland, waar het wegennet van cruciaal belang is voor het verrichten van dagelijkse activiteiten. Een groot deel van de rechtstreeks getroffenen heeft steun ontvangen van het Social and Family Affairs Humanitarian Assistance Scheme . Een bijzondere factor is de langdurige aard van de overstroming, die in sommige gebieden maandenlang aanhield. Zoals ook blijkt uit de Ierse aanvraag, kan dus worden geconcludeerd dat het grootste deel van de bevolking werd getroffen.

8. Wat betreft de impact en consequenties van de overstroming, alsmede de vereiste om aan te tonen dat er sprake is van ernstige en langdurige gevolgen voor de levensomstandigheden en de macro-economische stabiliteit van de regio, worden in de aanvraag met name de destabilisering van de landbouwsector en de gevolgen van de overstroming voor het wegennet genoemd; alleen de schade aan het wegennet bedraagt al meer dan 159 miljoen EUR. Het door de overstroming getroffen gebied omvat districten in de NUTS2-regio "Border, Midland and Western", waar de bruto toegevoegde waarde (BrTW) per persoon slechts 69,3% van het nationale gemiddelde beloopt (gegevens van 2007). Midland heeft met 65,8% van het nationale gemiddelde de laagste BrTW per persoon. Het gebrek aan werkgelegenheid, onder meer het gevolg van de scherpe economische neergang van de laatste jaren, is door de overstroming nog verder opgelopen. Bovendien vertegenwoordigt landbouw binnen de getroffen regio een groter deel van de BrTW dan in alle andere Ierse regio's. Aan veel landbouwers moest steun worden verleend uit hoofde van het Aid Scheme for Damaged Fodder , omdat hun voedselvoorraden geheel verloren waren gegaan. De onderbreking van de landbouwproductie treft in de getroffen regio's verhoudingsgewijs een groter aantal mensen en met ernstiger gevolgen dan het geval zou zijn in regio's die minder afhankelijk zijn van de landbouwsector. Het insulaire karakter van Ierland en de betrekkelijk grote afstand tot de economieën van het Europese vasteland maken het extra moeilijk om te herstellen van een reeds lastige situatie. Er kan dus worden geconcludeerd dat de overstroming ernstige en langdurige gevolgen heeft gehad voor de levensomstandigheden en de economische stabiliteit in een gebied dat hoofdzakelijk bestaat uit platteland en dat worstelt om de levensstandaard en het investeringsklimaat te verbeteren.

9. De kosten van de acties die krachtens artikel 3, lid 2, van Verordening (EG) nr. 2010/2002 in aanmerking komen, worden op 111,5 miljoen EUR geraamd en opgesplitst in vier categorieën: A) onmiddellijk herstel van de infrastructuurvoorzieningen, B) voorlopige huisvestingsmaatregelen en inzet van hulpdiensten, C) preventieve infrastructuur en onmiddellijke bescherming van het culturele erfgoed, en D) reiniging van de geteisterde gebieden/zones.

10. De getroffen regio's komen in aanmerking omdat zij in het kader van de structuurfondsen (2007-2013) onder de doelstelling regionaal concurrentievermogen en werkgelegenheid vallen (8 regio's) of behoren tot de regio's die in de opbouwfase verkeren (7 regio's) .

11. De Ierse autoriteiten hebben verklaard dat de in aanmerking komende schade niet door verzekeringen wordt gedekt.

Om de bovengenoemde redenen wordt de overstroming beschouwd als "buitengewone ramp" in de zin van de verordening, waarbij wordt voldaan aan de in artikel 2, lid 2, laatste alinea, van Verordening (EG) nr. 2012/2002 opgenomen voorwaarden voor uitzonderlijke steunverlening uit het Solidariteitsfonds.

3. FINANCIERING

Het totale jaarlijkse budget van het Solidariteitsfonds bedraagt 1 miljard EUR. Aangezien solidariteit de belangrijkste reden voor de oprichting van het fonds was, is de Commissie van mening dat de steun van het fonds progressief moet zijn. Dit betekent, gelet op de praktijk tot dusverre, dat het deel van de schade dat de drempel (0,6% van het bni of 3 miljard EUR in prijzen van 2002, indien dit bedrag lager is) overstijgt, recht geeft op een hogere steunintensiteit dan schade onder de drempel. In het verleden werden de toewijzingen voor grote rampen vastgesteld op 2,5% van de totale directe schade onder de drempel en 6% van de schade boven de drempel. De methode voor het berekenen van de steun uit het Solidariteitsfonds wordt beschreven in het jaarverslag over het Solidariteitsfonds 2002-2003 en is goedgekeurd door de Raad en het Europees Parlement.

Voor dit geval wordt voorgesteld dezelfde percentages toe te passen en de volgende steunbedragen toe te wijzen:

(EUR) |

Directe schade | Drempel | Bedrag op basis van 2,5% | Bedrag op basis van 6% | Totaal voorgesteld steunbedrag |

Ierland, overstroming 2009 | 520 900 000 | 935 456 000 | 13 022 500 | 0 | 13 022 500 |

Totaal | 13 022 500 |

Na deze bijstandsverlening blijft ten minste 25% van het EU-Solidariteitsfonds beschikbaar om de behoeften tot het einde van het begrotingsjaar te dekken, zoals voorgeschreven door artikel 4, lid 2, van Verordening (EG) nr. 2012/2002.

Momenteel zijn de verwachte behoeften onder begrotingsonderdeel 04 02 01 — Voltooiing van het Europees Sociaal Fonds (ESF) – Doelstelling 1 (2000-2006) zodanig, dat betalingskredieten van 13 022 500 EUR kunnen worden overgeboekt naar begrotingsonderdeel 13 06 01 om de behoeften in verband met de beschikbaarstelling uit het Solidariteitsfonds van de EU te dekken.

4. OVERZICHTSTABEL PER RUBRIEK VAN HET FINANCIEEL KADER

Financieel kader Rubriek/subrubriek | Financieel kader 2010 | Begroting 2010 (met inbegrip van GB 1 tot en met GB3 en OGB 2, OGB 3 en OGB 5 tot en met OGB 7) | OGB 8/2010 | Begroting 2010 (met inbegrip van GB 1 tot en met GB3 en OGB 2, OGB 3 en OGB 5 tot en met OGB 8) |

|VK |BK |VK |BK |VK |BK |VK |BK | | 1. DUURZAME GROEI | | | | | | | | | | 1a. Concurrentiekracht ter bevordering van groei en werkgelegenheid |14 167 000 000 | |14 861 853 253 |11 342 270 803 | | |14 861 853 253 |11 342 270 803 | |1b. Samenhang ter bevordering van groei en werkgelegenheid |49 388 000 000 | |49 387 592 092 |36 384 885 000 | |-13 022 500 |49 387 592 092 |36 371 862 500 | | Totaal | 63 555 000 000 | |64 249 445 345 |47 727 155 803 | | |64 249 445 345 |47 740 178 303 | | Marge[12] | | |-194 445 345 | | | |-194 445 345 | | | 2. BESCHERMING EN BEHEER VAN NATUURLIJKE HULPBRONNEN | | | | | | | | | | waarvan: marktgerelateerde uitgaven en rechtstreekse betalingen |47 146 000 000 | |43 819 801 768 |43 701 207 586 | | |43 819 801 768 |43 701 207 586 | | Totaal | 59 955 000 000 | |59 498 833 302 |58 135 640 809 | | |59 498 833 302 |58 135 640 809 | | Marge | | |456 166 698 | | | |456 166 698 | | | 3. BURGERSCHAP, VRIJHEID, VEILIGHEID EN RECHTVAARDIGHEID | | | | | | | | | | 3a. Vrijheid, veiligheid en rechtvaardigheid |1 025 000 000 | |1 006 487 370 |738 570 370 | | |1 006 487 370 |738 570 370 | |3b. Burgerschap |668 000 000 | |668 000 000 |659 387 500 |+13 022 500 |+13 022 500 |681 022 500 |672 410 000 | | Totaal | 1 693 000 000 | |1 674 487 370 |1 397 957 870 |+13 022 500 |+13 022 500 |1 687 509 870 |1 410 980 370 | | Marge[13] | | |18 512 630 | | | |18 512 630 | | | 4. DE EU ALS MONDIALE PARTNER[14] |7 893 000 000 | | 8 160 182 000 |7 787 695 183 | | | 8 160 182 000 |7 787 695 183 | | Marge | | | -18 300 000 | | | | -18 300 000 | | | 5. ADMINISTRATIE[15] |7 882 000 000 | |7 918 504 785 |7 917 999 785 | | |7 918 504 785 |7 917 999 785 | | Marge | | | 43 495 215 | | | | 43 495 215 | | | TOTAAL | 140 978 000 000 |134 289 000 000 |141 501 452 802 |122 966 449 450 |+13 022 500 | |141 514 475 302 |122 966 449 450 | | Marge | | |518 729 198 |11 651 432 550 | | |518 729 198 |11 651 432 550 | |

[1] PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1.

[2] PB L 64 van 12.3.2010.

[3] PB L 183 van 16.7.2010.

[4] PB L 206 van 6.8.2010.

[5] COM(2010) 108.

[6] COM(2010) 149.

[7] COM(2010) 320.

[8] COM(2010) 315.

[9] COM(2010) 383.

[10] Verordening (EG) nr. 2012/2002 van de Raad van 11 november 2002 tot oprichting van het Solidariteitsfonds van de Europese Unie (PB L 311 van 14.11.2002, blz. 3).

[11] Jaarverslag 2002-2003 en Rapport over de ervaring die is opgedaan gedurende het eerste jaar waarin het nieuwe instrument is toegepast (COM(2004) 397 def. van 26.5.2004).

[12] Het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering (EGF) wordt niet opgenomen in de berekening van de marge onder rubriek 1a (500 miljoen EUR); 195 miljoen EUR boven het plafond wordt gefinancierd door de beschikbaarstelling van het flexibiliteitsinstrument.

[13] Het bedrag voor het Solidariteitsfonds van de EU wordt in de begroting opgenomen boven het maximum van de betrokken rubrieken van het financiële kader, overeenkomstig het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 (PB C 139 van 14.6.2006).

[14] De marge voor 2010 in rubriek 4 houdt geen rekening met de kredieten betreffende de reserve voor noodhulp (248,9 miljoen EUR).

[15] Om de marge ten opzichte van het maximum van rubriek 5 te berekenen, wordt rekening gehouden met voetnoot 1 van het financieel kader 2007-2013 voor een bedrag van 80 miljoen EUR aan bijdragen van de personeelsleden aan het pensioenstelsel.

Top