Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52009AP0199

    Wederzijdse erkenning op beslissingen inzake toezichtmaatregelen als alternatief voor voorlopige hechtenis * Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement van 2 april 2009 over het ontwerp van kaderbesluit van de Raad inzake de toepassing, tussen de lidstaten van de Europese Unie, van het beginsel van wederzijdse erkenning op beslissingen inzake toezichtmaatregelen als alternatief voor voorlopige hechtenis (17002/2008 – C6-0009/2009 – 2006/0158(CNS))

    PB C 137E van 27.5.2010, p. 53–60 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    27.5.2010   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    CE 137/53


    Donderdag, 2 april 2009
    Wederzijdse erkenning op beslissingen inzake toezichtmaatregelen als alternatief voor voorlopige hechtenis *

    P6_TA(2009)0199

    Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement van 2 april 2009 over het ontwerp van kaderbesluit van de Raad inzake de toepassing, tussen de lidstaten van de Europese Unie, van het beginsel van wederzijdse erkenning op beslissingen inzake toezichtmaatregelen als alternatief voor voorlopige hechtenis (17002/2008 – C6-0009/2009 – 2006/0158(CNS))

    2010/C 137 E/13

    (Raadplegingsprocedure – hernieuwde raadpleging)

    Het Europees Parlement,

    gezien de ontwerptekst van de Raad (17002/2008),

    gezien het voorstel van de Commissie aan de Raad (COM(2006)0468),

    onder verwijzing naar zijn standpunt van 29 november 2007 (1),

    gelet op artikel 34, lid 2, onder b), van het EU-Verdrag,

    gelet op artikel 39, lid 1, van het EU-Verdrag, op grond waarvan het Parlement opnieuw door de Raad is geraadpleegd (C6-0009/2009),

    gelet op de artikelen 93 en 51 en artikel 55, lid 3, van zijn Reglement,

    gezien het verslag van de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken (A6-0147/2009),

    1.

    hecht zijn goedkeuring aan de ontwerptekst van de Raad, als geamendeerd door het Parlement;

    2.

    verzoekt de Raad de tekst dienovereenkomstig te wijzigen;

    3.

    verzoekt de Raad, wanneer deze voornemens is af te wijken van de door het Parlement goedgekeurde tekst, het Parlement hiervan op de hoogte te stellen;

    4.

    wenst opnieuw te worden geraadpleegd ingeval de Raad voornemens is ingrijpende wijzigingen aan te brengen in de tekst of deze door een andere tekst te vervangen;

    5.

    is vastbesloten om, mocht het ontwerp niet voor de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon worden aangenomen, elk toekomstig voorstel via de urgentieprocedure te behandelen, in nauwe samenwerking met de nationale parlementen;

    6.

    verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en de Commissie.

    ONTWERP VAN DE RAAD

    AMENDEMENT

    Amendement 1

    Ontwerp van een kaderbesluit

    Overweging 13 bis (nieuw)

     

    (13 bis)

    In geval van schending van een Europese toezichtmaatregel kan de uitvaardigende autoriteit beslissen een Europees aanhoudingsbevel te doen uitgaan om de betrokkene te laten overbrengen naar de uitvaardigende staat. In dergelijke omstandigheden, die strikt beperkt moeten blijven tot gevallen waarin dit kaderbesluit van toepassing is, geldt Kaderbesluit 2002/584/JBZ voor alle delicten waarvoor een Europese toezichtmaatregel kan worden uitgevaardigd.

    Amendement 2

    Ontwerp van een kaderbesluit

    Overweging 17 bis (nieuw)

     

    (17 bis)

    Een uniforme gemeenschappelijke reeks procedurele waarborgen is onontbeerlijk om ervoor te zorgen dat maatregelen inzake justitiële samenwerking in strafzaken op eerlijke en effectieve wijze worden toegepast. De Raad dient dan ook, naar behoren rekening houdend met het advies van het Europees Parlement, onverwijld een rechtsinstrument inzake procedurele waarborgen in strafzaken goed te keuren dat gebaseerd is op het beginsel van het vermoeden van onschuld en waarbij tenminste wordt voorzien in het volgende: toestemming van een justitiële autoriteit voor een vrijheidsbeperking of vrijheidsberoving, het recht op een Verklaring van rechten („Letter of Rights”), het recht op rechtshulp, het recht om bewijs aan te voeren, het recht om te worden geïnformeerd over de aard en redenen van de tenlastelegging en over de redenen van de verdenking, het recht op toegang tot alle relevante informatie in een taal die de betrokkene begrijpt en het recht op een tolk.

    Amendement 3

    Ontwerp van een kaderbesluit

    Artikel 2 – lid 2 bis (nieuw)

     

    2 bis.     Voor de doeleinden van dit Kaderbesluit wordt een persoon als niet-ingezetene beschouwd indien zijn/haar wettelijke en gewoonlijke verblijfplaats zich bevindt in een andere lidstaat dan de lidstaat waarin de procedure plaatsvindt.

    Amendement 4

    Ontwerp van een kaderbesluit

    Artikel 4 – letter a

    a)

    „beslissing inzake toezichtmaatregelen”, uitvoerbare beslissing, door een bevoegde autoriteit van de beslissingsstaat tijdens de strafprocedure genomen overeenkomstig de wetgeving en procedures van die staat, waarbij jegens een natuurlijke persoon, als alternatief voor voorlopige hechtenis, een of meer toezichtmaatregelen worden getroffen;

    a)

    „beslissing inzake toezichtmaatregelen”, uitvoerbare beslissing, door een bevoegde gerechtelijke autoriteit van de beslissingsstaat tijdens de strafprocedure genomen overeenkomstig de wetgeving en procedures van die staat, waarbij jegens een natuurlijke persoon, als alternatief voor voorlopige hechtenis, een of meer toezichtmaatregelen worden getroffen;

    Amendement 5

    Ontwerp van een kaderbesluit

    Artikel 4 – letter d bis (nieuw)

     

    d bis)

    „bevoegde autoriteit in de beslissingsstaat”: een gerecht, een rechter, een onderzoeksmagistraat of een openbare aanklager dat/die krachtens het nationale recht bevoegd is een beslissing inzake toezichtmaatregelen uit te vaardigen;

    Amendement 6

    Ontwerp van een kaderbesluit

    Artikel 4 – letter d ter (nieuw)

     

    d ter)

    „bevoegde autoriteit in de tenuitvoerleggingsstaat”: een gerecht, een rechter, een onderzoeksmagistraat of een openbare aanklager dat/die krachtens het nationale recht bevoegd is een beslissing inzake toezichtmaatregelen ten uitvoer te leggen en te bewaken;

    Amendement 7

    Ontwerp van een kaderbesluit

    Artikel 5 bis (nieuw)

     

    Artikel 5 bis

    Persoonsgegevens

    De verwerking van persoonsgegevens voor de doeleinden van dit kaderbesluit moet ten minste voldoen aan de grondbeginselen inzake gegevensbescherming als vastgelegd in Kaderbesluit 2008/977/JBZ van 27 november 2008 over de bescherming van persoonsgegevens die worden verwerkt in het kader van de politiële en justitiële samenwerking in strafzaken (2) en in het Verdrag van de Raad van Europa van 28 januari 1981 tot bescherming van personen met betrekking tot de geautomatiseerde verwerking van persoonsgegevens en de bijbehorende opeenvolgende protocollen.

    Amendement 8

    Ontwerp van een kaderbesluit

    Artikel 6 – lid 2

    2.     In afwijking van lid 1 en onverminderd lid 3, kunnen de lidstaten andere dan rechterlijke autoriteiten aanwijzen als bevoegd om beslissingen krachtens dit kaderbesluit te nemen, mits deze autoriteiten volgens de nationale wetgeving en procedures bevoegd zijn om soortgelijke beslissingen te nemen.

    Schrappen

    Amendement 9

    Ontwerp van een kaderbesluit

    Artikel 8 – lid 1 – letter f bis (nieuw)

     

    f bis)

    de verplichting om in een bepaald aantal termijnen of in één keer, een som geld te storten of een andere vorm van zekerheid te stellen;

    Amendement 10

    Ontwerp van een kaderbesluit

    Artikel 8 – lid 2 – letter c

    c)

    de verplichting om in een bepaald aantal termijnen of in één keer, een som geld te storten of een andere waarborg te verstrekken;

    Schrappen

    Amendement 11

    Ontwerp van een kaderbesluit

    Artikel 9 – lid 1

    1.   De beslissing inzake toezichtmaatregelen kan worden toegezonden aan de bevoegde autoriteit van de lidstaat waar de betrokkene zijn gewone wettelijke verblijfplaats heeft, indien deze, na van de betreffende maatregelen op de hoogte te zijn gebracht, bereid is naar die staat terug te keren.

    1.   De beslissing inzake toezichtmaatregelen kan worden toegezonden aan de bevoegde autoriteit van de lidstaat waar de betrokkene zijn gewone wettelijke verblijfplaats heeft, indien deze, na naar behoren van de betreffende maatregelen op de hoogte te zijn gebracht in een taal die hij/zij begrijpt , bereid is naar die staat terug te keren.

    Amendement 12

    Ontwerp van een kaderbesluit

    Artikel 13 – lid 2

    2.   De aangepaste toezichtmaatregel mag niet strenger zijn dan de oorspronkelijk opgelegde maatregel.

    2.    De aangepaste toezichtmaatregel is slechts van technische aard en leidt als zodanig niet tot aanvullende verplichtingen voor de betrokkene . De aangepaste toezichtsmaatregel mag niet strenger zijn dan de oorspronkelijk opgelegde maatregel.

    Amendement 13

    Ontwerp van een kaderbesluit

    Artikel 14 – lid 1

    1.     Tot erkenning van de beslissing inzake toezichtmaatregelen leiden, overeenkomstig dit kaderbesluit en zonder toetsing op dubbele strafbaarheid, de navolgende strafbare feiten, indien deze in de beslissingsstaat strafbaar zijn gesteld met een vrijheidsstraf of een tot vrijheidsbeneming strekkende maatregel met een maximum van ten minste drie jaar, zoals omschreven in de wet van die staat:

    deelneming aan een criminele organisatie,

    terrorisme,

    mensenhandel;

    seksuele uitbuiting van kinderen en kinderpornografie;

    illegale handel in verdovende middelen en psychotrope stoffen,

    illegale handel in wapens, munitie en explosieven,

    corruptie;

    fraude, met inbegrip van fraude waardoor de financiële belangen van de Europese Gemeenschappen worden geschaad in de zin van de Overeenkomst van 26 juli 1995 aangaande de bescherming van de financiële belangen van de Europese Gemeenschappen,

    witwassen van opbrengsten van strafbare feiten,

    valsemunterij, met inbegrip van namaak van de euro;

    cybercriminaliteit,

    milieumisdrijven, met inbegrip van de illegale handel in bedreigde diersoorten en de illegale handel in bedreigde planten- en boomsoorten,

    hulp bij illegale binnenkomst en illegaal verblijf,

    moord en doodslag, zware lichamelijke mishandeling,

    illegale handel in menselijke organen en weefsels,

    ontvoering, wederrechtelijke vrijheidsberoving en gijzeling,

    racisme en vreemdelingenhaat,

    georganiseerde of gewapende diefstal,

    illegale handel in cultuurgoederen, waaronder antiquiteiten en kunstvoorwerpen,

    oplichting,

    racketeering en afpersing,

    namaak van producten en productpiraterij,

    vervalsing van administratieve documenten en handel in valse documenten,

    vervalsing van betaalmiddelen,

    illegale handel in hormonale stoffen en andere groeibevorderaars,

    illegale handel in nucleaire of radioactieve stoffen,

    handel in gestolen voertuigen,

    verkrachting,

    opzettelijke brandstichting,

    misdrijven die onder de rechtsmacht van het Internationaal Strafhof vallen,

    kaping van vliegtuigen en schepen,

    sabotage.

    Schrappen

    Amendement 14

    Ontwerp van een kaderbesluit

    Artikel 14 – lid 2

    2.     De Raad kan te allen tijde, met eenparigheid van stemmen en na raadpleging van het Europees Parlement overeenkomstig artikel 39, lid 1, van het Verdrag betreffende de Europese Unie, besluiten andere categorieën van strafbare feiten aan de lijst van lid 1 toe te voegen. De Raad overweegt in het licht van het hem overeenkomstig artikel 27 van dit kaderbesluit voorgelegde verslag of de lijst moet worden uitgebreid of gewijzigd.

    Schrappen

    Amendement 15

    Ontwerp van een kaderbesluit

    Artikel 14 – lid 3

    3.     Ten aanzien van andere dan de in lid 1 genoemde strafbare feiten kan de tenuitvoerleggingsstaat de erkenning van de beslissing inzake toezichtmaatregelen afhankelijk stellen van de voorwaarde dat de daaraan ten grondslag liggende feiten ook naar het recht van de tenuitvoerleggingsstaat een strafbaar feit vormen, ongeacht de bestanddelen of de omschrijving ervan.

    Schrappen

    Amendement 16

    Ontwerp van een kaderbesluit

    Artikel 14 – lid 4

    4.     Om grondwettelijke redenen kunnen de lidstaten bij de aanneming van dit kaderbesluit in een ter kennis van het secretariaat-generaal van de Raad te brengen verklaring meedelen dat zij lid 1 niet zullen toepassen op sommige of alle in dat lid vermelde strafbare feiten. Deze verklaring kan te allen tijde worden ingetrokken. De verklaring, evenals de intrekking ervan, worden in het Publicatieblad van de Europese Unie bekendgemaakt.

    Schrappen

    Amendement 17

    Ontwerp van een kaderbesluit

    Artikel 15 - lid 1 – letter d

    d)

    de beslissing inzake toezichtmaatregelen, in de gevallen bedoeld in artikel 14, lid 3, en, indien de tenuitvoerleggingsstaat een verklaring op grond van artikel 14, lid 4, heeft afgelegd, in de gevallen bedoeld in artikel 14, lid 1, betrekking heeft op een feit dat volgens het recht van de tenuitvoerleggingsstaat niet strafbaar is; ter zake van belastingen, douanerechten en deviezen evenwel mag de tenuitvoerlegging van de beslissing niet worden geweigerd op grond van het feit dat de tenuitvoerleggingsstaat niet dezelfde soort belastingen heeft, of niet dezelfde soort regelgeving voor belastingen, douanerechten en deviezen, als de beslissingsstaat;

    Schrappen

    Amendement 18

    Ontwerp van een kaderbesluit

    Artikel 21 – lid 1

    1.   Indien de bevoegde autoriteit van de beslissingsstaat een aanhoudingsbevel of een andere voor tenuitvoerlegging vatbare gelijkwaardige rechterlijke beslissing heeft uitgevaardigd, wordt de betrokkene aan de bevoegde autoriteit overgeleverd volgens de procedure van het kaderbesluit betreffende het Europees aanhoudingsbevel.

    1.   Indien de bevoegde autoriteit van de beslissingsstaat een aanhoudingsbevel heeft uitgevaardigd in geval van schending van de toezichtmaatregel , wordt de betrokkene aan de bevoegde autoriteit overgeleverd volgens de procedure van het kaderbesluit betreffende het Europees aanhoudingsbevel.

    Amendement 19

    Ontwerp van een kaderbesluit

    Artikel 21 – lid 3

    3.     Elke lidstaat kan, bij de omzetting van dit kaderbesluit of op een later tijdstip, aan het secretariaat-generaal van de Raad meedelen dat hij, wanneer over de overlevering van de betrokkene aan de beslissingsstaat wordt beslist, artikel 2, lid 1, van het kaderbesluit betreffende het Europees aanhoudingsbevel zal toepassen.

    Schrappen

    Amendement 20

    Ontwerp van een kaderbesluit

    Artikel 21 – lid 4

    4.     Het secretariaat-generaal van de Raad stelt de ontvangen informatie ter beschikking van alle andere lidstaten en van de Commissie.

    Schrappen

    Amendement 21

    Ontwerp van een kaderbesluit

    Bijlage I – certificaat – letter f – punt 2

    2.

    Als de in punt 1 genoemde vermeende strafbare feiten een of meer van de volgende vermeende strafbare feiten – zoals omschreven in het recht van de beslissingsstaat – vormen die in de beslissingsstaat strafbaar zijn gesteld met een vrijheidsstraf of een tot vrijheidsbeneming strekkende maatregel met een maximum van ten minste drie jaar, gelieve dit dan te bevestigen door de overeenkomstige vakken aan te kruisen:

    deelneming aan een criminele organisatie,

    terrorisme,

    mensenhandel;

    seksuele uitbuiting van kinderen en kinderpornografie;

    illegale handel in verdovende middelen en psychotrope stoffen,

    illegale handel in wapens, munitie en explosieven,

    corruptie;

    fraude, met inbegrip van fraude waardoor de financiële belangen van de Europese Gemeenschappen worden geschaad in de zin van de Overeenkomst van 26 juli 1995 aangaande de bescherming van de financiële belangen van de Europese Gemeenschappen,

    witwassen van opbrengsten van strafbare feiten,

    valsemunterij, met inbegrip van namaak van de euro;

    cybercriminaliteit,

    milieumisdrijven, met inbegrip van de illegale handel in bedreigde diersoorten en de illegale handel in bedreigde planten- en boomsoorten,

    hulp bij illegale binnenkomst en illegaal verblijf,

    moord en doodslag, zware lichamelijke mishandeling,

    illegale handel in menselijke organen en weefsels,

    ontvoering, wederrechtelijke vrijheidsberoving en gijzeling,

    racisme en vreemdelingenhaat,

    georganiseerde of gewapende diefstal,

    illegale handel in cultuurgoederen, waaronder antiquiteiten en kunstvoorwerpen,

    oplichting,

    racketeering en afpersing,

    namaak van producten en productpiraterij,

    vervalsing van administratieve documenten en handel in valse documenten,

    vervalsing van betaalmiddelen,

    illegale handel in hormonale stoffen en andere groeibevorderaars,

    illegale handel in nucleaire of radioactieve stoffen,

    handel in gestolen voertuigen,

    verkrachting,

    opzettelijke brandstichting,

    misdrijven die onder de rechtsmacht van het Internationaal Strafhof vallen,

    kaping van vliegtuigen en schepen,

    sabotage.

    Schrappen

    Amendement 22

    Ontwerp van een kaderbesluit

    Bijlage I – certificaat – letter f – punt 3

    3.

    Voor zover de in punt 1 genoemde vermeende strafbare feiten niet onder punt 2 vallen, of de beslissing samen met het certificaat wordt toegezonden aan een lidstaat die heeft verklaard een dubbelestrafbaarheidstoets te zullen verrichten (artikel 14, lid 4, van het kaderbesluit), gelieve een volledige beschrijving van de vermeende strafbare feiten te geven:

    Schrappen

    Amendement 23

    Ontwerp van een kaderbesluit

    Bijlage I – certificaat – letter g – lid 3 – alinea 1 – streepje 3 bis (nieuw)

     

    de verplichting om in een bepaald aantal termijnen of in één keer, een som geld te storten of een andere vorm van zekerheid te stellen;

    Amendement 24

    Ontwerp van een kaderbesluit

    Bijlage I – certificaat – letter g – lid 3 – alinea 2 – streepje 3

    de verplichting om in een bepaald aantal termijnen of in één keer, een som geld te storten of een andere waarborg te verstrekken;

    Schrappen


    (1)  PB C 297 E van 20.11.2008, blz. 116.

    (2)   PB L 350 van 30.12.2008, blz. 60.


    Top