Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52008AR0252

    Advies van het Comité van de Regio's over Het voorstel voor een aanbeveling van de raad over mobiliteit van jonge vrijwilligers in Europa

    PB C 76 van 31.3.2009, p. 23–29 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    31.3.2009   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 76/23


    Advies van het Comité van de Regio's over Het voorstel voor een aanbeveling van de raad over mobiliteit van jonge vrijwilligers in Europa

    (2009/C 76/05)

    HET COMITÉ VAN DE REGIO'S

    ziet dat er momenteel grote verschillen bestaan tussen de lidstaten onderling wat betreft de manier waarop het vrijwilligerswerk georganiseerd is en merkt op dat statistische data en gedegen onderzoek naar vrijwilligerswerk grotendeels ontbreekt.

    vraagt de Europese Commissie om het bevorderen van samenwerking tussen vrijwilligersorganisaties te ondersteunen door niet alleen een Europees portaal voor jonge vrijwilligers te ontwikkelen, maar ook een databank met een overzicht van best practices, projecten, mogelijkheden en gegevens. Hierbij zou de Europese Commissie gebruik moeten maken van en verwijzen naar nationale, regionale en lokale informatie, zodat de informatie dichterbij de jongeren wordt gebracht.

    ondersteunt het initiatief van het Europees Parlement e.a. om 2011 uit te roepen tot Europees Jaar voor Vrijwilligerswerk van harte. Het Comité is bereid om hieraan actief mee te werken. Tijdens dit jaar zou er in het bijzonder aandacht besteed moeten worden aan jongeren en inclusie.

    vraagt de Commissie, de lidstaten en de lokale en regionale overheden om zich sterk te maken voor vrijwilligerswerk binnen het onderwijssysteem, zodat jongeren al in een vroeg stadium in aanraking komen met vrijwilligersactiviteiten en het als een normale bijdrage aan het maatschappelijke leven gaan zien. Dergelijke vrijwilligersactiviteiten zouden onderdeel kunnen uitmaken van het curriculum.

    vrijwilligerswerk biedt een bijzonder waardevolle kans op mobiliteit aan jongeren. Met name kansarme jongeren die vrijwilligerswerk willen doen en die anders minder of helemaal geen gebruik zouden maken van mobiliteitsmogelijkheden hebben dan ook verschillende vormen van steun nodig. Steun aan de opleiding en mobiliteit van jongerenwerkers en jeugdleiders zal in dit verband bijzonder nuttig zijn. Daarnaast moet gebruik worden gemaakt van de mogelijkheden die lokale en regionale overheden hebben om deze doelgroep beter te bereiken.

    Rapporteur

    :

    Rinda DEN BESTEN (NL/PSE), Wethouder in Utrecht

    Referentiedocument

    COM(2008) 424 final

    Voorstel voor een aanbeveling van de Raad over mobiliteit van jonge vrijwilligers in Europa

    I.   BELEIDSAANBEVELINGEN

    HET COMITÉ VAN DE REGIO'S

    1.

    ziet dat er momenteel grote verschillen bestaan tussen de lidstaten onderling wat betreft de manier waarop het vrijwilligerswerk georganiseerd is en merkt op dat statistische data en gedegen onderzoek naar vrijwilligerswerk grotendeels ontbreekt. Omdat harmonisatie van wet-en regelgeving niet mogelijk en ook niet gewenst is, stelt het Comité van de Regio's voor om in fases te werken aan een perspectief. De eerste fase bestaat uit gedegen onderzoek naar de verschillende systemen en wet-en regelgeving die in de verschillende lidstaten bestaan met betrekking tot vrijwilligerswerk, naar de wensen van (potentiële) jonge vrijwilligers en obstakels die zij tegenkomen wanneer zij grensoverschrijdend vrijwilligerswerk willen doen en naar hetgeen vrijwilligerswerk de jonge vrijwilliger, de uitzendende en ontvangende regio's oplevert. Deze data kunnen de discussie verder brengen en nieuw beleid genereren dat goed aansluit bij de realiteit van het vrijwilligerswerk van jongeren in Europa.

    2.

    verwelkomt het initiatief van de Europese Commissie om de mobiliteit van jonge vrijwilligers in Europa te bevorderen.

    3.

    waardeert de creativiteit van de Europese Commissie in haar zoektocht naar een manier om vrijwilligerswerk voor jonge mensen in een ander Europese land te faciliteren, maar is bang dat het interoperabel maken van nationale regelingen voor vrijwilligersactiviteiten niet de oplossing is vanwege de uiteenlopende vormen van organisatie van vrijwilligerswerk in de diverse Europese landen. Om die reden pleiten we voor het bevorderen van samenwerking tussen vrijwilligersorganisaties (of dat nu maatschappelijke organisaties zijn of overheden) in of van verschillende Europese landen en moedigen we de lidstaten aan om grensoverschrijdende vrijwilligersprojecten te stimuleren.

    4.

    vraagt de Europese Commissie om het bevorderen van samenwerking tussen vrijwilligersorganisaties te ondersteunen door niet alleen een Europees portaal voor jonge vrijwilligers te ontwikkelen, maar ook een databank met een overzicht van best practices, projecten, mogelijkheden en gegevens. Hierbij zou de Europese Commissie gebruik moeten maken van en verwijzen naar nationale, regionale en lokale informatie, zodat de informatie dichterbij de jongeren wordt gebracht.

    5.

    benadrukt de rol van lokale en regionale overheden wanneer het gaat om vrijwilligerswerk en in het bijzonder het betrekken van minder kansrijke jongeren. Vrijwilligerswerk kan een ingang naar inclusie vormen voor minder kansrijke jongeren en aangezien in veel lidstaten de lokale en regionale overheden direct verantwoordelijk zijn voor het jeugdbeleid en er zich een grote hoeveelheid kennis en ervaring bevindt, is dit het niveau waar innovatieve en creatieve oplossingen veelal worden gevonden en waar belangrijke partnerschappen worden aangegaan. Bovendien spelen de lokale en regionale overheden een belangrijke rol bij het stimuleren van jongeren aangezien zij zich nabij de organisaties bevinden die de vrijwilligers ontvangen en hen kunnen motiveren om jonge vrijwilligers uit te wisselen.

    6.

    vraagt de lidstaten om adequate financiering toe te wijzen aan lokale en regionale overheden voor de implementatie van de gemeenschappelijke doelstellingen voor vrijwillige activiteiten van jonge mensen en moedigt de lidstaten aan om gebruik te maken van EU-fondsen en programma's (zoals het Europees Sociaal Fonds en het Jeugd in Actie programma) om de kwaliteit van internationale vrijwilligersprojecten te vergroten door ondersteuning en begeleiding te bieden aan nationale, regionale en lokale vrijwilligersorganisaties. Deze ondersteuning is bedoeld om organisaties te helpen met het opbouwen van internationale contacten, het ontwikkelen van specifieke competenties die nodig zijn voor het begeleiden van jongeren uit andere landen en het opzetten van internationale projecten.

    7.

    adviseert dat de lokale en regionale overheden zich sterk maken om een infrastructuur te ontwikkelen om vrijwilligerswerk te ondersteunen, terwijl men uiteraard de autonomie van het vrijwilligerswerk intact laat. Het opzetten van lokale en regionale vrijwilligerscentra kan bijvoorbeeld helpen bij de promotie van vrijwilligerswerk, het verstrekken van informatie, het motiveren van jonge mensen om grensoverschrijdend vrijwilligerswerk te doen en het wegen van de kwaliteit en effectiviteit van vrijwilligerswerk.

    8.

    vindt het erg jammer dat er nog steeds sociaaleconomische en administratieve obstakels bestaan die de mobiliteit van jonge vrijwilligers bemoeilijken en stelt dan ook voor om het voortouw te nemen bij een inventarisatie van deze obstakels in een breder onderzoek naar vrijwilligerswerk (zoals omschreven in punt 1 van dit advies). Vanwege het gebrek aan data wat vrijwilligerswerk betreft vraagt het Comité ook de lidstaten om voor 2011 de resultaten van breder onderzoek te presenteren, zodat beleid op het gebied van vrijwilligerswerk kan worden bijgesteld.

    9.

    ondersteunt het initiatief van het Europees Parlement e.a. om 2011 uit te roepen tot Europees Jaar voor Vrijwilligerswerk van harte. Het Comité is bereid om hieraan actief mee te werken. Tijdens dit jaar zou er in het bijzonder aandacht besteed moeten worden aan jongeren en inclusie.

    10.

    wil nadrukkelijk het belang van het verkleinen van de taalbarrières in Europa naar voren brengen door vrijwilligers aan te moedigen om talen te leren.

    11.

    wijst erop dat vrijwilligerswerk een bredere definitie behoeft dan in het voorstel naar voren komt. Vrijwilligerswerk kan zowel in voltijd als deeltijd gedaan worden, voor langere of kortere termijn, onbetaald of met zakgeld en/of dekking van uitgaven, zonder of met eigen bijdrage afhankelijk van de doelgroep en de omstandigheden.

    12.

    benadrukt het belang van het erkennen van eerder verworven competenties, zodat ze gebruikt kunnen worden in het vervolgtraject (werk of studie). Vrijwilligerswerk is tenslotte een belangrijke vorm van niet-formeel leren en levert een bijdrage aan de ontwikkeling van en de toegankelijkheid van het onderwijs voor de jeugd. Om die reden zouden scholen, maar ook maatschappelijke organisaties en het bedrijfsleven een (grotere) rol kunnen spelen bij het erkennen van door vrijwilligerswerk verworven competenties en het implementeren van de huidige instrumenten hiervoor, Europass en Youthpass.

    13.

    vraagt de Commissie, de lidstaten en de lokale en regionale overheden om zich sterk te maken voor vrijwilligerswerk binnen het onderwijssysteem, zodat jongeren al in een vroeg stadium in aanraking komen met vrijwilligersactiviteiten en het als een normale bijdrage aan het maatschappelijke leven gaan zien. Dergelijke vrijwilligersactiviteiten zouden onderdeel kunnen uitmaken van het curriculum.

    14.

    vindt het erg belangrijk dat de balans goed in de gaten gehouden wordt wanneer het gaat om de meerwaarde van vrijwilligerswerk voor jonge mensen en voor de maatschappij (in al haar facetten). Het belang en de ontwikkeling van jonge mensen gaat altijd voor en het belang voor de maatschappij vloeit daaruit voort door actievere inzet en betrokkenheid van jongeren bij de maatschappij.

    15.

    spreekt haar waardering uit voor het Europees Vrijwilligerswerk (EVW) en hoopt op verder ontwikkeling van EVW in de toekomst, zodat zoveel mogelijk jongeren de mogelijkheid krijgen om grensoverschrijdend vrijwilligerswerk te doen.

    II.   VOORGESTELDE WIJZIGINGEN

    Wijzigingsvoorstel 1

    Artikel 7

    Tekst van de Commissie

    Wijzigingsvoorstel van het CvdR

    7.

    In heel Europa wordt een breed scala van vrijwilligersactiviteiten georganiseerd door maatschappelijke organisaties of overheden, en deze activiteiten moeten in stand worden gehouden, verder worden ontwikkeld en interoperabel worden gemaakt.

    7.

    In heel Europa wordt een breed scala van vrijwilligersactiviteiten georganiseerd door maatschappelijke organisaties of overheden, en deze activiteiten moeten in stand worden gehouden, verder worden ontwikkeld en interoperabel worden gemaakt samenwerking tussen vrijwilligersorganisaties moet worden gestimuleerd.

    Motivering

    Het concept interoperabel behoeft te veel uitleg en is moeilijk toepasbaar op vrijwilligerssystemen in sommige landen. Harmonisatie en centralisatie van vrijwilligerswerk is niet het doel van het voorstel van de Europese Commissie, maar het interoperabel maken van vrijwilligersactiviteiten kan wel zo geïnterpreteerd worden. Wat gewenst is, is dat jonge mensen — als zij dat willen — vrijwilligerswerk in een ander EU land kunnen doen en door het stimuleren van samenwerking tussen vrijwilligersorganisaties moet dit meer dan nu mogelijk worden.

    Wijzigingsvoorstel 2

    Artikel 13

    Tekst van de Commissie

    Wijzigingsvoorstel van het CvdR

    13.

    Ondanks deze inspanningen bestaan er nog steeds belemmeringen voor de grensoverschrijdende mobiliteit van jonge vrijwilligers in Europa. Daarom wordt met deze aanbeveling in de eerste plaats beoogd een kader voor intensivering van de samenwerking tussen de lidstaten tot stand te brengen, zonder afbreuk te doen aan de diversiteit van hun nationale regelingen.

    13.

    Ondanks deze inspanningen bestaan er nog steeds belemmeringen voor de grensoverschrijdende mobiliteit van jonge vrijwilligers in Europa. Daarom wordt met deze aanbeveling in de eerste plaats beoogd een kader voor intensivering van de samenwerking tussen de lidstaten tot stand te brengen, zonder afbreuk te doen aan de diversiteit van hun nationale regelingen vrijwilligersactiviteiten.

    Motivering

    In niet alle Europese landen is er sprake van nationale regelingen op het gebied van vrijwilligerswerk. Dit zou betekenen dat sommige landen nationale regelingen moeten optuigen en dit zou afbreuk doen aan het subsidiariteitsbeginsel. Door het woord „regelingen” te vervangen door „vrijwilligersactiviteiten” of „mogelijkheden” is de tekst toepasbaar voor alle EU-landen en in overeenstemming met het subsidiariteitsbeginsel zonder veel aan betekenis te verliezen.

    Wijzigingsvoorstel 3

    Artikel 14

    Tekst van de Commissie

    Wijzigingsvoorstel van het CvdR

    14.

    In het kader van deze aanbeveling moeten grensoverschrijdende vrijwilligersactiviteiten worden omschreven als een vrijwillig engagement waarbij de jonge vrijwilliger in een ander land dan het land van verblijf deelneemt aan een niet-winstgevende en onbezoldigde activiteit in het belang van het algemeen. Deze activiteiten worden gekenmerkt door het volgende: zij staan open voor alle jongeren onder de 30 jaar, zij worden uit vrije wil verricht voor een vaste periode, zij hebben een duidelijke doelstelling, structuur en kader, zij zijn onbezoldigd maar er wordt wel zakgeld betaald en de onkosten worden vergoed.

    14.

    In het kader van deze aanbeveling moeten grensoverschrijdende vrijwilligersactiviteiten worden omschreven als een vrijwillig engagement waarbij de jonge vrijwilliger in een ander land dan het land van verblijf deelneemt aan een niet-winstgevende en onbezoldigde activiteit in het belang van het algemeen. Deze activiteiten worden gekenmerkt door het volgende: zij staan open voor alle jongeren onder de 30 jaar, zij worden uit vrije wil verricht voor een vaste periode, zij hebben een duidelijke doelstelling, structuur en kader, en zij ontvangen geen salaris.

    Motivering

    In sommige gevallen hebben jongeren wel middelen om zelf bij te dragen aan een vrijwilligersproject. Bovendien schept een eigen bijdrage (hoe groot of klein ook) een „verplichting” en een vorm van eer voor de jongeren om het vrijwilligerswerk in het buitenland ook daadwerkelijk te gaan doen.

    Wijzigingsvoorstel 4

    Artikel 15

    Tekst van de Commissie

    Wijzigingsvoorstel van het CvdR

    15.

    Er moet bijzondere aandacht worden besteed aan kansarme jongeren, aangezien vrijwilligerswerk een bijzonder waardevolle kans op mobiliteit biedt aan jongeren die anders minder of helemaal geen gebruik zouden maken van mobiliteitsregelingen. Met de specifieke opleiding en begeleiding die deze jongeren nodig hebben, moet rekening worden gehouden. Steun aan de opleiding en mobiliteit van jongerenwerkers en jeugdleiders zal in dit verband bijzonder nuttig zijn.

    15.

    Er moet bijzondere aandacht worden besteed aan kansarme jongeren, aangezien v Vrijwilligerswerk biedt een bijzonder waardevolle kans op mobiliteit biedt aan jongeren. Met name kansarme jongeren die vrijwilligerswerk willen doen en die anders minder of helemaal geen gebruik zouden maken van mobiliteitsmogelijkheden, regelingen,. Met de specifieke opleiding en begeleiding die deze jongeren nodig hebben, moet rekening worden gehouden. Deze jongeren hebben dan ook verschillende vormen van steun nodig. Steun aan de opleiding en mobiliteit van jongerenwerkers en jeugdleiders zal in dit verband bijzonder nuttig zijn. Daarnaast moet gebruik worden gemaakt van de mogelijkheden die lokale en regionale overheden hebben om deze doelgroep beter te bereiken.

    Motivering

    In veel lidstaten wordt het jeugdbeleid grotendeels vorm gegeven door de lokale en regionale overheden. Bovendien staan de lokale en regionale overheden het dichtst van alle overheden tot de jonge burgers. Dit is dan ook het niveau bij uitstek om minder kansrijke jonge mensen te bereiken.

    Wijzigingsvoorstel 5

    Artikel 16

    Tekst van de Commissie

    Wijzigingsvoorstel van het CvdR

    16.

    Een betere interoperabiliteit van de nationale regelingen en meer uitwisseling van informatie kunnen alle jonge Europeanen ongeacht hun nationaliteit stimuleren om meer deel te nemen aan vrijwilligerswerk in derde landen.

    16.

    Een betere interoperabiliteit van samenwerking tussen de nationale regelingen vrijwilligersorganisaties binnen Europa en meer uitwisseling van informatie kunnen alle jonge Europeanen ongeacht hun nationaliteit stimuleren om meer deel te nemen aan vrijwilligerswerk in derde landen.

    Motivering

    Zie motivering wijzigingsvoorstel 1 en 2.

    Wijzigingsvoorstel 6

    Artikel 17

    Tekst van de Commissie

    Wijzigingsvoorstel van het CvdR

    17.

    Aangezien de doelstellingen van deze aanbeveling niet voldoende door de lidstaten kunnen worden bereikt en derhalve wegens de omvang en de gevolgen van deze aanbeveling beter door de Gemeenschap kunnen worden verwezenlijkt, kan de Gemeenschap overeenkomstig het in artikel 5 van het Verdrag neergelegde subsidiariteitsbeginsel maatregelen nemen om de mobiliteit van jonge vrijwilligers te bevorderen via de interoperabiliteit van de nationale regelingen. Overeenkomstig het in dat artikel neergelegde evenredigheidsbeginsel gaat deze aanbeveling niet verder dan wat nodig is om de doelstellingen te verwezenlijken.

    17.

    Aangezien de doelstellingen van deze aanbeveling niet voldoende door de lidstaten kunnen worden bereikt en derhalve wegens de omvang en de gevolgen van deze aanbeveling beter door de Gemeenschap kunnen worden verwezenlijkt, kan de Gemeenschap overeenkomstig het in artikel 5 van het Verdrag neergelegde subsidiariteitsbeginsel maatregelen nemen om de mobiliteit van jonge vrijwilligers te bevorderen via de interoperabiliteit van de nationale regelingen door het verbeteren van de samenwerking tussen vrijwilligersorganisaties. Overeenkomstig het in dat artikel neergelegde evenredigheidsbeginsel gaat deze aanbeveling niet verder dan wat nodig is om de doelstellingen te verwezenlijken.

    Motivering

    Zie motivering wijzigingsvoorstel 1 en 2.

    Wijzigingsvoorstel 7

    Artikel A

    Tekst van de Commissie

    Wijzigingsvoorstel van het CvdR

    A.

    De mobiliteit van jonge vrijwilligers in Europa bevorderen door het verbeteren van de interoperabiliteit van de nationale regelingen voor vrijwilligerswerk, ongeacht of deze worden georganiseerd door maatschappelijke organisaties of overheden, om iedere jongere de mogelijkheid te bieden desgewenst vrijwilligerswerk in Europa te verrichten.

    A.

    De mobiliteit van jonge vrijwilligers in Europa bevorderen door het verbeteren van de interoperabiliteit van de nationale regelingen voor vrijwilligerswerk samenwerking tussen vrijwilligersorganisaties, ongeacht of deze worden georganiseerd door dit maatschappelijke organisaties of overheden zijn, om iedere jongere de mogelijkheid te bieden desgewenst vrijwilligerswerk in Europa te verrichten.

    Motivering

    Zie motivering wijzigingsvoorstel 1 en 2.

    Wijzigingsvoorstel 8

    Artikel B1

    Tekst van de Commissie

    Wijzigingsvoorstel van het CvdR

    B 1.

    verbeteren van het kennisniveau over de regelingen voor vrijwilligerswerk op hun nationale grondgebied en overdragen van deze informatie aan de Europese Commissie voor verdere verspreiding;

    B 1.

    verbeteren van het kennisniveau over de regelingen mogelijkheden voor vrijwilligerswerk op hun nationale grondgebied en overdragen van deze informatie aan de Europese Commissie voor verdere verspreiding door o.a. een Europees portaal voor jonge vrijwilligers en een databank over vrijwilligerswerk;

    Motivering

    Zie motivering wijzigingsvoorstel 2.

    Wijzigingsvoorstel 9

    Artikel B4

    Tekst van de Commissie

    Wijzigingsvoorstel van het CvdR

    B 4.

    delen van de informatie over de mogelijkheden voor vrijwilligerswerk met andere lidstaten en zoveel mogelijk vereenvoudigen van de aanvraagprocedure om het voor jonge vrijwilligers uit een bepaalde lidstaat gemakkelijker te maken om toegang te krijgen tot en een aanvraag in te dienen voor deelname aan de nationale regelingen van andere lidstaten;

    B 4.

    delen van de informatie over de mogelijkheden voor vrijwilligerswerk met andere lidstaten en zoveel mogelijk vereenvoudigen van de aanvraagprocedure om het voor jonge vrijwilligers uit een bepaalde lidstaat gemakkelijker te maken om toegang te krijgen tot en een aanvraag in te dienen voor deelname aan de nationale regelingen vrijwilligersactiviteiten van andere lidstaten;

    Motivering

    Zie motivering wijzigingsvoorstel 2.

    Wijzigingsvoorstel 10

    Artikel B7

    Tekst van de Commissie

    Wijzigingsvoorstel van het CvdR

    B 7.

    ontwikkelen van basiskwaliteitsnormen om een redelijke mate van kwaliteitsborging te bevorderen teneinde vrijwilligers die naar het buitenland gaan gerust te stellen en te beschermen, vertrouwen op te bouwen en de deelname aan grensoverschrijdende regelingen aan te moedigen; deze normen kunnen betrekking hebben op het opleidingsniveau van vrijwilligers en personeel, de voorbereiding van activiteiten, mentoring, toezicht en follow-up;

    B 7.

    ontwikkelen van basiskwaliteitsnormen om een redelijke mate van kwaliteitsborging te bevorderen teneinde vrijwilligers die naar het buitenland gaan gerust te stellen en te beschermen, vertrouwen op te bouwen en de deelname aan grensoverschrijdende vrijwilligers regelingen -activiteiten door met name minder kansrijke jongeren aan te moedigen; deze normen kunnen betrekking hebben op het opleidingsniveau van vrijwilligers en personeel, de voorbereiding van activiteiten, mentoring, toezicht en follow-up;

    Motivering

    Zie motivering wijzigingsvoorstel 2.

    Vrijwilligerswerk kan een ingang naar inclusie vormen voor minder kansrijke jongeren. Zij met name hebben een extra duwtje in de rug nodig om grensoverschrijdend vrijwilligerswerk te doen.

    Wijzigingsvoorstel 11

    Artikel B14

    Tekst van de Commissie

    Wijzigingsvoorstel van het CvdR

    B (14)

    besteden van bijzondere aandacht aan en ontwikkelen van aangepaste benaderingen voor kansarme jongeren, om hun toegang tot vrijwilligersactiviteiten te verbeteren, met name tot trans-Europees vrijwilligerswerk, en rekening houden met de bijzondere behoeften aan opleiding en ondersteuning van deze jongeren;

    B (14)

    besteden van bijzondere aandacht aan en ontwikkelen van aangepaste benaderingen voor in sociaal en geografisch opzicht kansarme jongeren met weinig onderwijskansen, om hun toegang tot vrijwilligersactiviteiten te verbeteren, met name tot trans-Europees vrijwilligerswerk, en rekening houden met de bijzondere behoeften aan opleiding en ondersteuning van deze jongeren;

    Wijzigingsvoorstel 12

    Artikel 2

    Tekst van de Commissie

    Wijzigingsvoorstel van het CvdR

    2.   in samenwerking met de lidstaten een stelselmatige uitwisseling van informatie en ervaringen over de interoperabiliteit van de nationale regelingen voor vrijwilligerswerk van maatschappelijke organisaties of overheden aan te moedigen en te organiseren;

    2.   in samenwerking met de lidstaten een stelselmatige uitwisseling van informatie en ervaringen over de interoperabiliteit van de nationale regelingen voor bevordering van de Europese samenwerking inzake vrijwilligerswerk van maatschappelijke organisaties of overheden aan te moedigen en te organiseren;

    Motivering

    Zie motivering wijzigingsvoorstellen 1 en 2.

    Wijzigingsvoorstel 13

    Artikel 4

    Tekst van de Commissie

    Wijzigingsvoorstel van het CvdR

    4.   de Raad vier jaar na de goedkeuring van deze aanbeveling verslag uit te brengen om vast te stellen of de voorgestelde maatregelen effectief werken en de noodzaak van verdere acties te beoordelen.

    4.   de Raad vier jaar na de goedkeuring van deze aanbeveling voor 2011 verslag uit te brengen om vast te stellen of de voorgestelde maatregelen effectief werken en de noodzaak van verdere acties te beoordelen.

    Motivering

    In het Europees Parlement is een initiatief om 2011 uit te roepen als het Europees jaar van het vrijwilligerswerk door 454 volksvertegenwoordigers ondertekend. Ook het Comité van de Regio's ondersteunt dit initiatief. In 2011 is het bovendien 10 jaar geleden dat het Internationale Jaar van de Vrijwilliger plaats vond. Een uitstekend moment voor de Europese Commissie om kort daarvoor verslag uit te brengen inzake vrijwilligerswerk.

    Brussel, 26 november 2008

    De voorzitter

    van het Comité van de Regio's

    L. VAN DEN BRANDE


    Top