Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52000PC0892

    Gewijzigd voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad inzake de bepalingen op het gebied van de zomertijd (door de Commissie overeenkomstig artikel 250, lid 2 van het EG-verdrag ingediend)

    /* COM/2000/0892 def. - COD 2000/0140 */

    PB C 154E van 29.5.2001, p. 104–107 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

    52000PC0892

    Gewijzigd voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad inzake de bepalingen op het gebied van de zomertijd (door de Commissie overeenkomstig artikel 250, lid 2 van het EG-verdrag ingediend) /* COM/2000/0892 def. - COD 2000/0140 */

    Publicatieblad Nr. 154 E van 29/05/2001 blz. 0104 - 0107


    2000/0140 (COD) Gewijzigd voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD inzake de bepalingen op het gebied van de zomertijd (door de Commissie overeenkomstig artikel 250, lid 2 van het EG-verdrag ingediend)

    TOELICHTING

    A. Beginselen

    1. Op 20 juni 2000 heeft de Commissie een voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad inzake de bepalingen op het gebied van de zomertijd ingediend (COM(2000)302 def, 2000/0140(COD)( [1].

    [1] Nog niet gepubliceerd.

    Op 29 november 2000 heeft het Economisch en Sociaal Comité een positief advies uitgebracht [2].

    [2] Nog niet gepubliceerd.

    Op 12 december 2000 heeft het Europees Parlement in eerste lezing twee amendementen aangenomen. De Commissie neemt beide amendementen over.

    2. De Commissie heeft de amendementen van het Europees Parlement in het voorstel opgenomen.

    B. Toelichting op de amendementen

    1. Amendement nr. 3 is overgenomen. Dit betekent dat in de vierde overweging "onbeperkte" wordt vervangen door "onbepaalde", waardoor de bepalingen doorzichtiger worden en het voorzorgbeginsel beter tot zijn recht komt.

    2. In artikel 5 wordt amendement nr. 4 van het EP overgenomen. Dit houdt in dat er aan het oorspronkelijke artikel 5 een nieuw lid 2 wordt toegevoegd waardoor de mogelijkheid wordt gecreëerd dat de Commissie indien nodig op grond van de conclusies van het in lid 1 bedoelde verslag de nodige voorstellen indient.

    2000/0140 (COD)

    Gewijzigd voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD inzake de bepalingen op het gebied van de zomertijd

    (Voor de EER relevante tekst)

    HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 95,

    Gezien het voorstel van de Commissie [3],

    [3] PB C

    Gezien het advies van het Economisch en Sociaal Comité [4],

    [4] PB C

    Volgens de procedure van artikel 251 van het Verdrag,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1) Bij de achtste Richtlijn 97/44/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 juli 1997 inzake de bepalingen op het gebied van de zomertijd [5] zijn een gemeenschappelijke datum en een gemeenschappelijk uur voor het begin en het einde van de zomertijd in alle lidstaten in de jaren 1998, 1999, 2000 en 2001 ingevoerd.

    [5] PB L 206 van 1.8.1997, blz. 62.

    (2) Daar de lidstaten bepalingen met betrekking tot de zomertijd toepassen, is het voor de werking van de interne markt van belang voor het begin en het einde van de zomertijd een gemeenschappelijke datum en een gemeenschappelijk uur vast te blijven stellen die in de gehele communautaire ruimte van toepassing zijn.

    (3) De lidstaten achten de periode eind maart tot eind oktober het geschiktst voor de zomertijd en derhalve moet deze periode worden gehandhaafd.

    (4) Voor de goede werking van bepaalde sectoren, niet alleen vervoer en communicatie, maar ook andere bedrijfssectoren, is een stabiele programmering op lange termijn nodig. Het is daarom passend bepalingen op het gebied van de zomertijd vast te stellen voor onbepaalde tijd. In artikel 4 van Richtlijn 97/44/EG is in verband hiermee bepaald dat het Europees Parlement en de Raad vóór 1 januari 2001 de regeling vaststellen die met ingang van 2002 van toepassing is.

    (5) Met het oog op de helderheid en de nauwkeurigheid van de informatie is het dienstig om de vijf jaar het tijdschema voor de toepassing van de zomertijd voor de volgende vijf jaar vast te stellen en bekend te maken.

    (6) Het is voorts van belang de toepassing van deze richtlijn te volgen op grond van een verslag over de gevolgen van deze bepalingen voor alle betrokken sectoren aan het Europees Parlement, de Raad en het Economisch en Sociaal Comité. Dit verslag wordt gebaseerd op de gegevens die de lidstaten de Commissie op tijd ter beschikking stellen opdat genoemd verslag op het vastgestelde tijdstip kan worden overgelegd.

    (7) Overeenkomstig het subsidiariteitsbeginsel en het evenredigheidsbeginsel, zoals neergelegd in artikel 5 van het Verdrag, kan de volledige harmonisatie van het tijdschema voor de zomertijd om het vervoer en de communicatie te vergemakkelijken niet voldoende door de lidstaten worden verwezenlijkt en kan deze derhalve beter door de Gemeenschap worden verwezenlijkt. De onderhavige richtlijn beperkt zich tot het vereiste minimum om deze doelstellingen te bereiken en gaat niet verder dan hiertoe nodig is.

    (8) Om geografische redenen is het dienstig de gemeenschappelijke bepalingen inzake de zomertijd niet voor de overzeese gebieden van de lidstaten te laten gelden,

    HEBBEN DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Voor de toepassing van deze richtlijn wordt onder "zomertijd" verstaan de periode van het jaar waarin de klok ten opzichte van de tijd gedurende de rest van het jaar zestig minuten vooruit wordt gezet.

    Artikel 2

    In elke lidstaat begint de zomertijd met ingang van 2002 om 1 uur 's morgens wereldtijd op de laatste zondag van maart.

    Artikel 3

    In elke lidstaat eindigt de zomertijd met ingang van 2002 om 1 uur 's morgens wereldtijd op de laatste zondag van oktober.

    Artikel 4

    Voor het eerst bij de bekendmaking van de onderhavige richtlijn en vervolgens om de vijf jaar maakt de Commissie in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen een mededeling bekend die het tijdschema voor de begin- en einddata van de zomertijd voor de volgende vijf jaar bevat.

    Artikel 5

    1. Uiterlijk op 31 december 2007 brengt Commissie het Europees Parlement, de Raad en het Economisch en Sociaal Comité verslag uit over de gevolgen van de bepalingen voor de betrokken sectoren. Dit verslag wordt opgesteld op grond van de gegevens die elke lidstaat de Commissie vóór 30 april 2007 verstrekt.

    2. De Commissie dient indien nodig op basis van de conclusies van het in lid 1 bedoelde verslag de nodige voorstellen in.

    Artikel 6

    Deze richtlijn is niet van toepassing op de overzeese gebieden van de lidstaten.

    Artikel 7

    De lidstaten doen de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in werking treden om uiterlijk op 31 december 2001 aan deze richtlijn te voldoen. Zij stellen de Commissie daarvan onverwijld in kennis.

    Wanneer de lidstaten deze bepalingen aannemen, wordt in die bepalingen naar deze richtlijn verwezen of wordt hiernaar verwezen bij de officiële bekendmaking van de bepalingen. De regels voor deze verwijzing worden vastgesteld door de lidstaten.

    Artikel 8

    Deze richtlijn treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.

    Artikel 9

    Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten.

    Gedaan te Brussel,

    Voor het Europees Parlement Voor de Raad

    De Voorzitster De Voorzitter

    Mededeling van de Commissie* in de zin van artikel 4 van Richtlijn .../.../... van het Europees Parlement en de Raad inzake de bepalingen op het gebied van de zomertijd**

    Tijdschema voor de zomertijd

    Voor de jaren 2002 tot en met 2006 zijn het begin en het einde van de zomertijd vastgesteld op respectievelijk de volgende data om 1 uur 's morgens wereldtijd:

    - in 2002: zondag 31 maart en 27 oktober,

    - in 2003: zondag 30 maart en 26 oktober,

    - in 2004: zondag 28 maart en 31 oktober,

    - in 2005: zondag 27 maart en 30 oktober,

    - in 2006: zondag 26 maart en 29 oktober.

    Top