(1)

Verordening (EU) 2016/429 bevat ziektespecifieke voorschriften voor de overeenkomstig artikel 5, lid 1, van die verordening in de lijst opgenomen ziekten en bevat een beschrijving van de toepassing van die voorschriften op verschillende categorieën van in de lijst opgenomen ziekten. Verordening (EU) 2016/429 voorziet ook in de goedkeuring of intrekking door de Commissie van de ziektevrije status van lidstaten of zones of compartimenten daarvan ten aanzien van bepaalde in de lijst opgenomen ziekten zoals bedoeld in artikel 9, lid 1, punten a), b) en c). Daarnaast voorziet Verordening (EU) 2016/429 in de opstelling door de lidstaten van verplichte uitroeiingsprogramma’s voor de in de lijst opgenomen ziekten zoals bedoeld in artikel 9, lid 1, punt b), en in optionele uitroeiingsprogramma’s voor in de lijst opgenomen ziekten zoals bedoeld in artikel 9, lid 1, punt c), en in de goedkeuring van dergelijke programma’s door de Commissie.

(2)

Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/689 van de Commissie (2) vult Verordening (EU) 2016/429 aan en stelt de criteria vast voor de verlening, handhaving, opschorting en intrekking van de ziektevrije status van lidstaten of zones of compartimenten daarvan, alsmede de voorschriften voor de goedkeuring van uitroeiingsprogramma’s van lidstaten of zones of compartimenten daarvan.

(3)

Bij Uitvoeringsverordening (EU) 2021/620 van de Commissie (3) worden uitvoeringsbepalingen vastgesteld voor de in de lijst opgenomen ziekten van dieren zoals bedoeld in artikel 9, lid 1, punten a), b), en c), van Verordening (EU) 2016/429 wat betreft de ziektevrije en non-vaccinatiestatus van bepaalde lidstaten of zones of compartimenten daarvan en de goedkeuring van uitroeiingsprogramma’s voor die in de lijst opgenomen ziekten. Meer in het bijzonder worden in de bijlagen bij die verordening de lidstaten of zones of compartimenten daarvan met een goedgekeurde ziektevrije status vermeld en met bestaande goedgekeurde, verplichte of optionele uitroeiingsprogramma’s. Vanwege de veranderende epidemiologische situatie in de Unie van bepaalde in de lijst opgenomen ziekten moeten bepaalde bijlagen bij Uitvoeringsverordening (EU) 2021/620 worden gewijzigd om de nieuwe ziektevrije status van bepaalde lidstaten of zones daarvan goed te keuren, om de goedkeuring van bepaalde zones van lidstaten waar uitbraken van ziekten zijn bevestigd of waar niet langer aan de voorwaarden voor het behoud van de ziektevrije status wordt voldaan, in te trekken en om de wijziging van bepaalde uitroeiingsprogramma’s goed te keuren.

(4)

Verschillende lidstaten hebben onlangs een aanvraag ingediend bij de Commissie om voor infectie met Brucella abortus, B. melitensis en B. suis, infectie met het Mycobacterium tuberculosis-complex (MTBC) en voor boviene virusdiarree (BVD) de ziektevrije status of wijzigingen van uitroeiingsprogramma’s voor bepaalde zones van hun grondgebied te laten goedkeuren. Twee lidstaten hebben ook uitbraken van infectie met het bluetonguevirus (BTV) (serotype 1-24) gemeld. Deze ontwikkelingen moeten worden verwerkt in de desbetreffende bijlagen bij Uitvoeringsverordening (EU) 2021/620.

(5)

Italië heeft informatie bij de Commissie ingediend waaruit blijkt dat in de provincie Matera in de regio Basilicata aan de in Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/689 vastgestelde voorwaarden voor de erkenning van de ziektevrije status ten aanzien van infectie met Brucella abortus, B. melitensis en B. suis bij gehouden schapen en geiten is voldaan. Uit de beoordeling door de Commissie is gebleken dat die aanvraag voor de goedkeuring van de ziektevrije status aan de criteria van deel II, hoofdstuk 4, van Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/689 voldoet. Daarom moet die provincie in de lijst in deel I, hoofdstuk 2, van bijlage I bij Uitvoeringsverordening (EU) 2021/620 worden opgenomen als vrij van Brucella abortus, B. melitensis en B. suis bij schapen en geiten.

(6)

Italië heeft informatie bij de Commissie ingediend waaruit blijkt dat in de provincie Sassari in de regio Sardinië aan de in Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/689 vastgestelde voorwaarden voor de erkenning van de ziektevrije status ten aanzien van infectie met MTBC is voldaan. Uit de beoordeling door de Commissie is gebleken dat die aanvraag voor de goedkeuring van de ziektevrije status aan de criteria van deel II, hoofdstuk 4, van Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/689 voldoet. Daarom moet die provincie aan de lijst in deel I van bijlage II bij Uitvoeringsverordening (EU) 2021/620 als vrij van infectie met MTBC worden toegevoegd.

(7)

Duitsland heeft informatie ingediend bij de Commissie waaruit blijkt dat voor de regio Oldenburg in de deelstaat Nedersaksen en de regio Rendsburg-Eckernförde in de deelstaat Sleeswijk-Holstein aan de in Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/689 vastgestelde voorwaarden voor de goedkeuring van de ziektevrije status ten aanzien van BVD is voldaan. Uit de beoordeling door de Commissie is gebleken dat deze aanvragen voor het toekennen van de ziektevrije status ten aanzien van BVD aan de criteria van deel II, hoofdstuk 4, van Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/689 voldoen. Daarom moeten die regio’s aan de lijst in deel I van bijlage VII bij Uitvoeringsverordening (EU) 2021/620 worden toegevoegd als zones met de ziektevrije status ten aanzien van BVD.

(8)

Duitsland heeft de Commissie in kennis gesteld van uitbraken van infectie met BTV serotype 3 in de deelstaten Hessen en Rheinland-Pfalz, en Spanje heeft de Commissie in kennis gesteld van verscheidene uitbraken van infecties met BTV serotype 8 in autonome gemeenschap Catalonië. Aangezien deze zones de ziektevrije status hebben en in de lijst in deel I van bijlage VIII bij Uitvoeringsverordening (EU) 2021/620 zijn opgenomen, moet de goedkeuring van de ziektevrije status ten aanzien van infectie met BTV worden ingetrokken voor de gehele deelstaat Hessen en de gehele deelstaat Rheinland-Pfalz en voor de autonome gemeenschap Catalonië, en moeten de vermeldingen voor Duitsland en Spanje in die lijst dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(9)

Spanje heeft de Commissie ook meegedeeld dat het het territoriale toepassingsgebied van het optionele uitroeiingsprogramma voor infectie met BTV voor de in deel II van bijlage VIII bij Uitvoeringsverordening (EU) 2021/620 opgenomen zones heeft uitgebreid met de toevoeging van een zone die het hele gebied van de autonome gemeenschap Catalonië omvat. Daarom moet dat gebied worden toegevoegd aan de vermelding voor Spanje in de lijst in deel II van bijlage VIII bij Uitvoeringsverordening (EU) 2021/620 en moet de voorgestelde wijziging in het optionele uitroeiingsprogramma voor infectie met BTV worden goedgekeurd.

(10)

De bijlagen I, II, VII en VIII bij Uitvoeringsverordening (EU) 2021/620 moeten daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(11)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders,