EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32024R1403

Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/1403 van de Commissie van 12 maart 2024 ter aanvulling van Verordening (EU) 2018/1139 van het Europees Parlement en de Raad door de vaststelling van de voorwaarden en procedures voor de accreditatie van gekwalificeerde instanties door het Agentschap van de Europese Unie voor de veiligheid van de luchtvaart

C/2024/1490

PB L, 2024/1403, 24.5.2024, ELI: http://data.europa.eu/eli/reg_del/2024/1403/oj (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, GA, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Legal status of the document In force

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg_del/2024/1403/oj

European flag

Publicatieblad
van de Europese Unie

NL

L-serie


2024/1403

24.5.2024

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2024/1403 VAN DE COMMISSIE

van 12 maart 2024

ter aanvulling van Verordening (EU) 2018/1139 van het Europees Parlement en de Raad door de vaststelling van de voorwaarden en procedures voor de accreditatie van gekwalificeerde instanties door het Agentschap van de Europese Unie voor de veiligheid van de luchtvaart

(Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) 2018/1139 van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2018 inzake gemeenschappelijke regels op het gebied van burgerluchtvaart en tot oprichting van een Agentschap van de Europese Unie voor de veiligheid van de luchtvaart, en tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 2111/2005, (EG) nr. 1008/2008, (EU) nr. 996/2010, (EU) nr. 376/2014 en de Richtlijnen 2014/30/EU en 2014/53/EU van het Europees Parlement en de Raad, en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 552/2004 en (EG) nr. 216/2008 van het Europees Parlement en de Raad en Verordening (EEG) nr. 3922/91 van de Raad (1), en met name artikel 62, lid 13, punt f),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Op grond van artikel 69 van Verordening (EU) 2018/1139 kunnen het Agentschap van de Europese Unie voor de veiligheid van de luchtvaart (“het Agentschap”) en de nationale bevoegde autoriteiten hun certificerings- en toezichtstaken toewijzen aan gekwalificeerde instanties die zijn geaccrediteerd overeenkomstig de in artikel 62, lid 13, punt f), bedoelde gedelegeerde handelingen of de in artikel 62, lid 14, eerste alinea, punt e), bedoelde uitvoeringshandelingen, omdat zij voldoen aan de criteria van bijlage VI bij die verordening.

(2)

Het Agentschap mag certificerings- en toezichtstaken alleen toewijzen aan gekwalificeerde instanties die in staat zijn dergelijke taken uit te voeren. Daarom moet het Agentschap een alomvattend accreditatiesysteem opzetten en in stand houden om ervoor te zorgen dat gekwalificeerde instanties voldoen aan de eisen van bijlage VI bij Verordening (EU) 2018/1139.

(3)

Deze verordening moet voorzien in een procedure op grond waarvan het Agentschap gekwalificeerde instanties kan accrediteren om ervoor te zorgen dat zij hun taken op continue wijze kunnen uitvoeren. Om een doeltreffende samenwerking tussen het Agentschap en de nationale bevoegde autoriteiten te waarborgen, moet het Agentschap het recht hebben aan de nationale bevoegde autoriteit de desbetreffende accreditatieverslagen van de gekwalificeerde instanties te vragen.

(4)

Bij het uitvoeren van certificerings- en toezichtstaken namens het Agentschap oefenen de geaccrediteerde gekwalificeerde instanties overheidstaken uit. Deze taken zijn geen diensten die door een marktdeelnemer in het kader van een overheidsopdracht worden aangeboden en vallen derhalve niet onder Verordening (EU, Euratom) 2018/1046 van het Europees Parlement en de Raad (2). Met het oog op een transparante, eerlijke en niet-discriminerende toewijzing van taken aan gekwalificeerde entiteiten moet het Agentschap derhalve toewijzingscriteria vaststellen als basis voor het sluiten van schriftelijke overeenkomsten met dergelijke instanties.

(5)

Om een mogelijke verstoring van de uitvoering van de toegewezen taken te voorkomen, moet in deze verordening ook worden gespecificeerd onder welke voorwaarden een geaccrediteerde gekwalificeerde entiteit haar taak mag blijven uitvoeren wanneer zich een verandering voordoet in haar organisatie, procedures en personeel die van invloed kan zijn op haar accreditatiestatus.

(6)

Het Agentschap moet permanent toezicht houden op geaccrediteerde gekwalificeerde instanties om ervoor te zorgen dat zij bijlage VI bij Verordening (EU) 2018/1139 blijven naleven,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Onderwerp en toepassingsgebied

1.   Bij deze verordening worden vastgesteld:

a)

regels en procedures voor de accreditatie van gekwalificeerde instanties door het Agentschap;

b)

de voorwaarden waaronder het Agentschap certificerings- of toezichtstaken kan toewijzen aan gekwalificeerde instanties.

2.   Deze verordening heeft betrekking op alle gebieden waarop het Agentschap gekwalificeerde instanties kan accrediteren die optreden als bevoegde autoriteit overeenkomstig artikel 62, lid 4, tweede alinea, van Verordening (EU) 2018/1139.

Artikel 2

Accreditatiesysteem voor gekwalificeerde instanties

1.   Het Agentschap ontwikkelt en onderhoudt een systeem voor de accreditatie van gekwalificeerde instanties. Dat accreditatiesysteem omvat de procedures die al het volgende regelen:

a)

initiële accreditatie van gekwalificeerde instanties;

b)

permanent toezicht op en beoordeling van de naleving door geaccrediteerde gekwalificeerde instanties;

c)

wijziging, opschorting, beperking en intrekking van de accreditatie;

d)

een geschillenbeslechtingsmechanisme dat ten minste betrekking heeft op de in artikel 3, lid 5, en artikel 6, lid 3, van deze verordening bedoelde besluiten van het Agentschap.

Het accreditatiesysteem en de resultaten van de initiële accreditatie en van het permanente toezicht op en de beoordeling van geaccrediteerde gekwalificeerde instanties worden gedocumenteerd en bewaard door het Agentschap.

2.   Indien een nationale bevoegde autoriteit reeds een gekwalificeerde instantie heeft geaccrediteerd overeenkomstig een op grond van artikel 62, lid 14, punt e), van Verordening (EU) 2018/1139 vastgestelde uitvoeringshandeling, kan het Agentschap van de nationale bevoegde autoriteit die de accreditatie heeft verleend, verlangen dat zij de desbetreffende accreditatieverslagen aan het Agentschap verstrekt.

3.   Wanneer het Agentschap en een of meer nationale bevoegde autoriteiten voornemens zijn gezamenlijk een belanghebbende instantie te accrediteren, sluiten zij een overeenkomst over de respectieve taken en verantwoordelijkheden met betrekking tot de procedures van het in lid 1 van dit artikel bedoelde accreditatiesysteem.

Artikel 3

Procedure voor de accreditatie van gekwalificeerde instanties

1.   Wanneer het Agentschap voornemens is een beroep te doen op gekwalificeerde instanties, publiceert het op zijn website een bericht waarin de belanghebbende instanties worden uitgenodigd accreditatieaanvragen in te dienen.

In dat bericht wordt met name het volgende vermeld:

a)

de categorieën certificerings- en toezichtstaken die het Agentschap voornemens is uit te voeren via gekwalificeerde instanties;

b)

of het Agentschap voornemens is in het toepassingsgebied van de accreditatie het recht op te nemen om certificaten af te geven, te verlengen, te wijzigen, te beperken, op te schorten en in te trekken, of om verklaringen namens het Agentschap te ontvangen;

c)

de documenten en informatie die de aanvragers moeten indienen en de uiterste datum voor de indiening van de aanvragen.

2.   Het Agentschap toetst de door de aanvrager ingediende accreditatieaanvraag aan de criteria van lid 3.

3.   Het Agentschap accrediteert een aanvrager en geeft een accreditatiecertificaat af indien het na de in lid 2 bedoelde beoordeling tot de conclusie komt dat:

a)

de aanvrager voldoet aan de essentiële eisen van bijlage VI bij Verordening (EU) 2018/1139;

b)

de bekwaamheid, deskundigheid en procedures van de aanvrager op het niveau liggen dat vereist is voor de reikwijdte van de accreditatie, zowel op organisatieniveau als op het niveau van de deskundigen voor het vereiste technische gebied.

4.   In de door het Agentschap verleende accreditatie worden de reikwijdte van de taken, de verleende rechten en eventuele daaraan verbonden voorwaarden in detail uiteengezet.

5.   Indien de aanvrager niet voldoet aan de in lid 3 van dit artikel vastgestelde voorwaarden voor accreditatie, stelt het Agentschap die instantie daarvan in kennis en motiveert het zijn weigering om de accreditatie te verlenen.

Artikel 4

Toewijzing van taken aan geaccrediteerde gekwalificeerde instanties

1.   Het Agentschap ontwikkelt eerlijke en transparante criteria voor de toewijzing van taken aan overeenkomstig artikel 3 geaccrediteerde gekwalificeerde instanties. Het Agentschap deelt de criteria voor de toewijzing van taken mee aan alle gekwalificeerde instanties.

2.   Bij de ontwikkeling van de in lid 1 bedoelde toewijzingscriteria wordt rekening gehouden met het volgende:

a)

de reikwijdte van de taken;

b)

kwalificatie en ervaring op het werkterrein, met inbegrip van de technische, persoonlijke, organisatorische en procedurele voorwaarden voor de uitvoering van de toe te wijzen taken;

c)

de beschikbaarheid en het vermogen van de gekwalificeerde instantie om de taken binnen de vereiste termijn en op het vereiste technische, kwaliteits- en beroepsniveau uit te voeren;

d)

interface met de natuurlijke of rechtspersoon die onder Verordening (EU) 2018/1139 valt, met name nabijheid en bekwaamheid en vermogen om efficiënt met de natuurlijke persoon of rechtspersoon te communiceren;

e)

kostenefficiëntie.

3.   Bij de toewijzing van taken aan de gekwalificeerde instanties sluit het Agentschap een schriftelijk contract, waarin ten minste het volgende wordt bepaald:

a)

de uit te voeren taken;

b)

de verklaring, verslagen en bescheiden die door de gekwalificeerde instantie moeten worden verstrekt;

c)

de technische voorwaarden waaraan de gekwalificeerde instantie moet voldoen bij de uitvoering van de toegewezen taken;

d)

de daarmee samenhangende aansprakelijkheidsdekking;

e)

de bescherming die wordt geboden aan de informatie die de gekwalificeerde instantie bij de uitvoering van de toegewezen taken heeft verkregen;

f)

de beloning van de gekwalificeerde instantie.

Het Agentschap wijst de uitvoering van de taken, met inbegrip van de technische beheersfuncties, toe aan de gekwalificeerde instantie in de vorm van een taakopdracht waarin de gedetailleerde reikwijdte van de uit te voeren taak wordt omschreven.

4.   Wanneer het Agentschap een taak aan een gekwalificeerde instantie toewijst, ziet het erop toe dat de gekwalificeerde instantie voldoet aan alle essentiële eisen van bijlage VI bij Verordening (EU) 2018/1139.

Artikel 5

Wijzigingen in het toepassingsgebied van de accreditatie

1.   Een gekwalificeerde instantie stelt het Agentschap onverwijld in kennis van alle wijzigingen in haar organisatie, procedures en personeel die van invloed kunnen zijn op het toepassingsgebied van haar accreditatie.

2.   Het Agentschap beoordeelt de gevolgen van de aangemelde wijziging voor de reikwijdte van de accreditatie en de rechten en beslist of een aanvullende beoordeling van de gekwalificeerde instantie noodzakelijk is.

3.   Het Agentschap kan de reikwijdte van de accreditatie wijzigen naargelang het belang van de wijziging en, indien van toepassing, het resultaat van de beoordeling.

Artikel 6

Toezicht op geaccrediteerde gekwalificeerde instanties

1.   Het Agentschap verifieert de blijvende naleving om ervoor te zorgen dat de bekwaamheid, deskundigheid en procedures van een gekwalificeerde instantie in overeenstemming zijn met artikel 3, lid 3.

2.   De in lid 1 bedoelde verificatie is gebaseerd op een risicogebaseerd toezichtsysteem dat rekening houdt met de specifieke aard van de gekwalificeerde instantie, de complexiteit van haar activiteiten en de resultaten van eerdere toezichtactiviteiten.

3.   Indien het Agentschap op enig moment tot de bevinding komt dat niet langer wordt voldaan aan de in artikel 3, lid 3, bedoelde voorwaarden voor accreditatie of indien de geaccrediteerde gekwalificeerde instantie het toepassingsgebied van de accreditatie heeft overtreden, neemt het onmiddellijk passende handhavingsmaatregelen en beperkt het de accreditatie van de gekwalificeerde instantie of schort het deze op of trekt het deze in, afhankelijk van de mate van niet-naleving, totdat de organisatie succesvolle corrigerende maatregelen heeft genomen.

Artikel 7

Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 12 maart 2024.

Voor de Commissie

De voorzitter

Ursula VON DER LEYEN


(1)   PB L 212 van 22.8.2018, blz. 1.

(2)  Verordening (EU, Euratom) 2018/1046 van het Europees Parlement en de Raad van 18 juli 2018 tot vaststelling van de financiële regels van toepassing op de algemene begroting van de Unie, tot wijziging van Verordeningen (EU) nr. 1296/2013, (EU) nr. 1301/2013, (EU) nr. 1303/2013, (EU) nr. 1304/2013, (EU) nr. 1309/2013, (EU) nr. 1316/2013, (EU) nr. 223/2014, (EU) nr. 283/2014 en Besluit nr. 541/2014/EU en tot intrekking van Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 (PB L 193 van 30.7.2018, blz. 1).


ELI: http://data.europa.eu/eli/reg_del/2024/1403/oj

ISSN 1977-0758 (electronic edition)


Top