This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 32023D2650
Council Decision (EU) 2023/2650 of 20 November 2023 on the position to be adopted, on behalf of the European Union, within the EEA Joint Committee concerning the amendment to Annex XIII (Transport) to the EEA Agreement (Ship inspection)
Besluit (EU) 2023/2650 van de Raad van 20 november 2023 betreffende het namens de Europese Unie in het Gemengd Comité van de EER in te nemen standpunt over de wijziging van bijlage XIII (Vervoer) bij de EER-overeenkomst (Inspectie van schepen)
Besluit (EU) 2023/2650 van de Raad van 20 november 2023 betreffende het namens de Europese Unie in het Gemengd Comité van de EER in te nemen standpunt over de wijziging van bijlage XIII (Vervoer) bij de EER-overeenkomst (Inspectie van schepen)
ST/14565/2023/INIT
PB L, 2023/2650, 24.11.2023, ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2023/2650/oj (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, GA, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
In force
Publicatieblad |
NL Serie L |
2023/2650 |
24.11.2023 |
BESLUIT (EU) 2023/2650 VAN DE RAAD
van 20 november 2023
betreffende het namens de Europese Unie in het Gemengd Comité van de EER in te nemen standpunt over de wijziging van bijlage XIII (Vervoer) bij de EER-overeenkomst (Inspectie van schepen)
(Voor de EER relevante tekst)
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 100, lid 2, in samenhang met artikel 218, lid 9,
Gezien Verordening (EG) nr. 2894/94 van de Raad van 28 november 1994 houdende bepaalde wijzen van toepassing van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (1), en met name artikel 1, lid 3,
Gezien het voorstel van de Europese Commissie,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
De Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (2) (“de EER-overeenkomst”) is op 1 januari 1994 in werking getreden. |
(2) |
Overeenkomstig artikel 98 van de EER-overeenkomst kan bijlage XIII (Vervoer) bij de EER-overeenkomst bij besluit van het Gemengd Comité van de EER worden gewijzigd. |
(3) |
Verordening (EG) nr. 391/2009 van het Europees Parlement en de Raad (3), alsmede 14 daarmee verband houdende rechtshandelingen, moeten in de EER-overeenkomst worden opgenomen. |
(4) |
Bijlage XIII (Vervoer) bij de EER-overeenkomst moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd. |
(5) |
Het standpunt van de Unie in het Gemengd Comité van de EER dient derhalve te worden gebaseerd op het hieraan gehechte ontwerpbesluit, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
Het namens de Unie in het Gemengd Comité van de EER in te nemen standpunt over de voorgestelde wijziging van bijlage XIII (Vervoer) bij de EER-overeenkomst wordt gebaseerd op het aan dit besluit gehechte ontwerpbesluit van het Gemengd Comité van de EER.
Artikel 2
Dit besluit treedt in werking op de datum waarop het wordt vastgesteld.
Gedaan te Brussel, 20 november 2023.
Voor de Raad
De voorzitter
H. CREVITS
(1) PB L 305 van 30.11.1994, blz. 6.
(2) PB L 1 van 3.1.1994, blz. 3.
(3) Verordening (EG) nr. 391/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2009 inzake gemeenschappelijke voorschriften en normen voor met de inspectie en controle van schepen belaste organisaties (PB L 131 van 28.5.2009, blz. 11).
ONTWERP
BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER Nr. …
van …
tot wijziging van bijlage XIII (Vervoer) bij de EER-overeenkomst
HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,
Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (hierna “de EER-overeenkomst” genoemd), en met name artikel 98,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Verordening (EG) nr. 391/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2009 inzake gemeenschappelijke voorschriften en normen voor met de inspectie en controle van schepen belaste organisaties (herschikking) (1), gerectificeerd bij PB L 74 van 22.3.2010, blz. 1, moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen. |
(2) |
Verordening (EU) 2019/492 van het Europees Parlement en de Raad van 25 maart 2019 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 391/2009 wat betreft de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk uit de Unie (2) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen. |
(3) |
Verordening (EU) nr. 788/2014 van de Commissie van 18 juli 2014 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor het opleggen van geldboeten en dwangsommen en de intrekking van de erkenning van de met inspectie en controle van schepen belaste organisaties krachtens de artikelen 6 en 7 van Verordening (EG) nr. 391/2009 van het Europees Parlement en de Raad (3), gerectificeerd bij PB L 234 van 7.8.2014, blz. 15, moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen. |
(4) |
Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1355/2014 van de Commissie van 17 december 2014 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 391/2009, wat betreft de vaststelling door de Internationale Maritieme Organisatie (IMO) van bepaalde codes en de bijbehorende wijzigingen van bepaalde verdragen en protocollen (4) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen. |
(5) |
Richtlijn 2009/15/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2009 inzake gemeenschappelijke voorschriften en normen voor met de inspectie en controle van schepen belaste organisaties en voor de desbetreffende werkzaamheden van maritieme instanties (herschikking) (5) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen. |
(6) |
Uitvoeringsrichtlijn 2014/111/EU van de Commissie van 17 december 2014 tot wijziging van Richtlijn 2009/15/EG, wat betreft de vaststelling door de Internationale Maritieme Organisatie (IMO) van bepaalde codes en de bijbehorende wijzigingen van bepaalde verdragen en protocollen (6) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen. |
(7) |
Besluit 2009/728/EG van de Commissie van 30 september 2009 tot verlenging, zonder beperkingen, van de communautaire erkenning van het Polish Register of Shipping (7) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen. |
(8) |
Besluit (EU) 2015/669 van de Commissie van 24 april 2015 tot intrekking van Beschikking 2007/421/EG met betrekking tot de lijst van erkende organisaties waarvan de lidstaten overeenkomstig Richtlijn 94/57/EG van de Raad kennis hebben gegeven (8), moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen. |
(9) |
Uitvoeringsbesluit 2013/765/EU van de Commissie van 13 december 2013 tot wijziging van de erkenning van Det Norske Veritas overeenkomstig Verordening (EG) nr. 391/2009 van het Europees Parlement en de Raad inzake gemeenschappelijke voorschriften en normen voor met de inspectie en controle van schepen belaste organisaties (9) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen. |
(10) |
Uitvoeringsbesluit 2014/281/EU van de Commissie van 14 mei 2014 tot verlening van EU-erkenning aan het Kroatisch scheepvaartregister volgens Verordening (EG) nr. 391/2009 van het Europees Parlement en de Raad inzake gemeenschappelijke voorschriften en normen voor met de inspectie en controle van schepen belaste organisaties (10) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen. |
(11) |
Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/668 van de Commissie van 24 april 2015 tot wijziging van de erkenning van bepaalde organisaties overeenkomstig artikel 16 van Verordening (EG) nr. 391/2009 van het Europees Parlement en de Raad (11) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen. |
(12) |
Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/1327 van de Commissie van 1 augustus 2016 tot verlening van EU-erkenning aan het Indische scheepvaartregister overeenkomstig Verordening (EG) nr. 391/2009 van het Europees Parlement en de Raad inzake gemeenschappelijke voorschriften en normen voor met de inspectie en controle van schepen belaste organisaties (12) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen. |
(13) |
Uitvoeringsbesluit C(2017) 1881 van de Commissie van 24 maart 2017 houdende wijziging van de erkenning van Bureau Veritas SA – Registre international de classification de navires et d’aeronefs (BV) overeenkomstig artikel 16 van Verordening (EG) nr. 391/2009 van het Europees Parlement en de Raad inzake gemeenschappelijke voorschriften en normen voor met de inspectie en controle van schepen belaste organisaties moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen. |
(14) |
Uitvoeringsbesluit C(2020) 4226 van de Commissie van 29 juni 2020 tot wijziging van de erkenning van Bureau Veritas Marine & Offshore SAS overeenkomstig artikel 16 van Verordening (EG) nr. 391/2009 van het Europees Parlement en de Raad moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen. |
(15) |
Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/1227 van de Commissie van 27 juli 2021 tot wijziging van de erkenning van DNV GL AS overeenkomstig artikel 16 van Verordening (EG) nr. 391/2009 van het Europees Parlement en de Raad (13) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen. |
(16) |
Lijst van organisaties die zijn erkend op grond van Verordening (EG) nr. 391/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2009 inzake gemeenschappelijke voorschriften en normen voor met de inspectie en controle van schepen belaste organisaties (2022/C 466/07) (14) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen. |
(17) |
Verordening (EG) nr. 391/2009 bevat erkenningscriteria en -verplichtingen voor erkende organisaties, met inbegrip van bepalingen inzake geldboeten en dwangsommen. |
(18) |
Gezien de bijzondere omstandigheden, namelijk dat de Commissie organisaties erkent, dat de inbreuken gevolgen hebben voor de Unie en haar belangen, en de complexe en technische aard van de beoordelings- en inbreukprocedures, moet de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA nauw samenwerken met de Commissie en de beoordeling en het voorstel voor optreden van de Commissie afwachten alvorens een besluit te nemen over het opleggen van geldboeten en dwangsommen aan organisaties die op verzoek van een EVA-staat zijn erkend en hun hoofdvestiging in een EVA-staat hebben. |
(19) |
Niets in dit besluit mag zodanig wordt uitgelegd dat de naleving van de verplichtingen van de Commissie overeenkomstig het recht van de Europese Unie wordt gehinderd of op enigerlei wijze beperkt met betrekking tot de erkenning, beoordeling en, in voorkomend geval, het opleggen van corrigerende maatregelen of sancties aan erkende organisaties die niet op verzoek van een EVA-staat zijn erkend en die hun hoofdvestiging niet in een EVA-staat hebben. |
(20) |
Bijlage XIII bij de EER-overeenkomst moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
Bijlage XIII bij de EER-overeenkomst wordt als volgt gewijzigd:
1. |
De tekst van punt 55b (Richtlijn 94/57/EG van de Raad) wordt vervangen door: “ 32009 L 0015: Richtlijn 2009/15/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2009 inzake gemeenschappelijke voorschriften en normen voor met de inspectie en controle van schepen belaste organisaties en voor de desbetreffende werkzaamheden van maritieme instanties (herschikking) (PB L 131 van 28.5.2009, blz. 47), gewijzigd bij:
|
2. |
Na punt 55d (Richtlijn 2009/21/EG van het Europees Parlement en de Raad) wordt het volgende ingevoegd:
|
Artikel 2
De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van de Verordeningen (EG) nr. 391/2009, gerectificeerd bij PB L 74 van 22.3.2010, blz. 1, (EU) nr. 788/2014, gerectificeerd bij PB L 234 van 7.8.2014, blz. 15, en (EU) 2019/492, Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1355/2014, Richtlijn 2009/15/EG, Uitvoeringsrichtlijn 2014/111/EU, de Besluiten 2009/728/EG en (EU) 2015/669, de Uitvoeringsbesluiten 2013/765/EU, 2014/281/EU, (EU) 2015/688, (EU) 2016/1327, en (EU) 2021/1227, de Uitvoeringsbesluiten C(2017) 1881 van 24.3.2017 en C(2020) 4226 van 29.6.2020, en Lijst 2022/C 466/07, zijn authentiek.
Artikel 3
Dit besluit treedt in werking op …, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden (*1).
Artikel 4
Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.
Gedaan te Brussel, …
Voor het Gemengd Comité van de EER
De voorzitter
De secretarissen
van het Gemengd Comité van de EER
(1) PB L 131 van 28.5.2009, blz. 11.
(2) PB L 85I van 27.3.2019, blz. 5.
(3) PB L 214 van 19.7.2014, blz. 12.
(4) PB L 365 van 19.12.2014, blz. 82.
(5) PB L 131 van 28.5.2009, blz. 47.
(6) PB L 366 van 20.12.2014, blz. 83.
(7) PB L 258 van 1.10.2009, blz. 34.
(8) PB L 110 van 29.4.2015, blz. 24.
(9) PB L 338 van 17.12.2013, blz. 107.
(10) PB L 145 van 16.5.2014, blz. 43.
(11) PB L 110 van 29.4.2015, blz. 22.
(12) PB L 209 van 3.8.2016, blz. 15.
(13) PB L 269 van 28.7.2021, blz. 143.
(14) PB C 466 van 7.12.2022, blz. 24.
(*1) [Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.] [Grondwettelijke vereisten aangegeven.]
ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2023/2650/oj
ISSN 1977-0758 (electronic edition)